Hier en nu: Samenvatting
Thema | Indicator | Positie in EU | Positie in EU-ranglijst | Trend | Meest recente (gemiddelde) jaarmutatie |
---|---|---|---|---|---|
Subjectief welzijn | Tevredenheid met het leven | 2020: 2e van 19 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (+0,8%pt) |
Subjectief welzijn | Ervaren regie over het eigen leven | 2017: 3e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-0,1%pt) |
Materiële welvaart | Mediaan besteedbaar inkomen | 2022: 3e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2021-2022: Geen verandering (-1,4%) |
Materiële welvaart | Individuele consumptie | 2023: 5e van 23 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (+0,0%) |
Gezondheid | Gezonde levensverwachting mannen | 2021: 17e van 27 | Middenpositie | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (+1,4%) |
Gezondheid | Gezonde levensverwachting vrouwen | 2021: 20e van 27 | Middenpositie | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (+0,2%) |
Gezondheid | Overgewicht bij volwassenen | 2019: 5e van 26 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-0,2%pt) |
Arbeid en vrije tijd | Langdurige werkloosheid | 2022: 3e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2022-2023: Geen verandering (-0,2%pt) |
Arbeid en vrije tijd | Nettoarbeidsparticipatie | 2022: 1e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2022-2023: Geen verandering (+0,9%pt) |
Arbeid en vrije tijd | Hoogopgeleide bevolking | 2022: 7e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2022-2023: Daling Brede Welvaart (-0,3%pt) |
Arbeid en vrije tijd | Tevredenheid met vrije tijd | 2018: 6e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-0,6%pt) |
Arbeid en vrije tijd | Tijdverlies door files en vertraging | Geen data | Geen data | 2016-2023: Geen verandering | 2021-2022: Geen verandering (+114,7%) |
Arbeid en vrije tijd | Tevredenheid met werk (werknemers) | 2017: 7e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Onvoldoende data(kwaliteit) | 2022-2023: Stijging Brede Welvaart (+1,0%pt) |
Wonen | Totale woonquote (huur en koop) | 2022: 22e van 27 | Onderin EU-ranglijst | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2021-2022: Geen verandering (-2,5%pt) |
Wonen | Thuiswonende jongvolwassenen (25-29 jaar) | 2022: 4e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Daling Brede Welvaart | 2022-2023: Geen verandering (+0,6%pt) |
Wonen | Tevredenheid met woning | 2017: 8e van 27 | Middenpositie | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-0,1%pt) |
Samenleving | Contact met familie, vrienden of buren | 2020: 1e van 19 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Daling Brede Welvaart | 2022-2023: Geen verandering (-0,3%pt) |
Samenleving | Inspraak en verantwoordingsplicht | 2022: 3e van 27 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2021-2022: Geen verandering (+3,5%) |
Samenleving | Vertrouwen in instituties | 2020: 2e van 19 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-0,1%pt) |
Samenleving | Vertrouwen in andere mensen | 2020: 2e van 19 | Bovenin EU-ranglijst | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2022-2023: Geen verandering (+0,7%pt) |
Samenleving | Ontwikkeling normen en waarden | Geen data | Geen data | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-3,0%pt) |
Samenleving | Vrijwilligerswerk | Geen data | Geen data | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Stijging Brede Welvaart (+7,5%pt) |
Veiligheid | Vaak onveilig voelen in de buurt | Geen data | Geen data | 2016-2023: Geen verandering | 2021-2023: Geen verandering (+0,1%pt) |
Veiligheid | Slachtofferschap van traditionele criminaliteit | 2020: 15e van 19 | Onderin EU-ranglijst | 2016-2023: Geen verandering | 2021-2023: Daling Brede Welvaart (+1,4%pt) |
Milieu | Beheerde landnatuur in Natuurnetwerk Nederland | Geen data | Geen data | 2016-2023: Geen verandering | 2021-2022: Geen verandering (+0,2%pt) |
Milieu | Kwaliteit van zwemwater binnenwateren | 2022: 15e van 25 | Middenpositie | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Geen verandering (-3,0%pt) |
Milieu | Stikstofdepositie en landnatuur | Geen data | Geen data | 2016-2023: Geen verandering | 2020-2021: Geen verandering (-1,1%pt) |
Milieu | Stedelijke blootstelling aan fijnstof (PM2,5) | 2019: 8e van 26 | Middenpositie | 2016-2023: Stijging Brede Welvaart | 2021-2022: Geen verandering (-3,0%) |
Milieu | Milieuproblemen | 2020: 18e van 26 | Middenpositie | 2016-2023: Geen verandering | 2022-2023: Daling Brede Welvaart (+0,7%pt) |
Thema | Indicator | Positie in EU-ranglijst | Hoogte op EU-ranglijst (op schaal 0 tot 100%) |
---|---|---|---|
Subjectief welzijn | Tevredenheid met het leven | Bovenin EU-ranglijst | 95,029 |
Subjectief welzijn | Ervaren regie over het eigen leven | Bovenin EU-ranglijst | 92,877 |
Materiële Welvaart | Mediaan besteedbaar inkomen | Bovenin EU-ranglijst | 92,877 |
Materiële Welvaart | Individuele consumptie | Bovenin EU-ranglijst | 83,399 |
Gezondheid | Gezonde levensverwachting mannen | Middenpositie | 43,02 |
Gezondheid | Gezonde levensverwachting vrouwen | Middenpositie | 32,336 |
Gezondheid | Overgewicht bij volwassenen | Bovenin EU-ranglijst | 85,231 |
Arbeid en vrije tijd | Langdurige werkloosheid | Bovenin EU-ranglijst | 92,877 |
Arbeid en vrije tijd | Nettoarbeidsparticipatie | Bovenin EU-ranglijst | 100 |
Arbeid en vrije tijd | Hoogopgeleide bevolking | Bovenin EU-ranglijst | 78,632 |
Arbeid en vrije tijd | Tevredenheid met vrije tijd | Bovenin EU-ranglijst | 82,194 |
Arbeid en vrije tijd | Tijdverlies door files en vertraging | Geen data | |
Arbeid en vrije tijd | Tevredenheid met werk (werknemers) | Bovenin EU-ranglijst | 78,632 |
Wonen | Totale woonquote (huur en koop) | Onderin EU-ranglijst | 25,214 |
Wonen | Thuiswonende jongvolwassenen (25-29 jaar) | Bovenin EU-ranglijst | 89,316 |
Wonen | Tevredenheid met woning | Middenpositie | 75,071 |
Samenleving | Contact met familie, vrienden of buren | Bovenin EU-ranglijst | 100 |
Samenleving | Inspraak en verantwoordingsplicht | Bovenin EU-ranglijst | 92,877 |
Samenleving | Vertrouwen in instituties | Bovenin EU-ranglijst | 95,029 |
Samenleving | Vertrouwen in andere mensen | Bovenin EU-ranglijst | 95,029 |
Samenleving | Ontwikkeling normen en waarden | Geen data | |
Samenleving | Vrijwilligerswerk | Geen data | |
Veiligheid | Vaak onveilig voelen in de buurt | Geen data | |
Veiligheid | Slachtofferschap van traditionele criminaliteit | Onderin EU-ranglijst | 30,409 |
Milieu | Beheerde landnatuur in Natuurnetwerk Nederland | Geen data | |
Milieu | Kwaliteit van zwemwater binnenwateren | Middenpositie | 46,333 |
Milieu | Stikstofdepositie en landnatuur | Geen data | |
Milieu | Stedelijke blootstelling aan fijnstof (PM2,5) | Middenpositie | 74,154 |
Milieu | Milieuproblemen | Middenpositie | 37,231 |
Uitleg dashboard, kleuren en noten
Brede welvaart ‘hier en nu’ betreft de persoonlijke kenmerken van mensen en de kwaliteit van de omgeving waarin zij leven; meer in het algemeen hun materiële welvaart en welzijn, en hun beleving daarvan.
Subjectief welzijn
Vergeleken met andere EU-landen hebben Nederlanders grote tevredenheid met het leven. In 2023 gaf 84,2 procent het leven een 7 of hoger. Ook hebben Nederlanders relatief veel regie over het eigen leven. Iets meer dan de helft van de bevolking heeft het gevoel in hoge mate zelf regie te hebben over het eigen leven. De rest van de bevolking ervaart hooguit gemiddelde regie.
Een groot deel van de Nederlanders is tevreden over de woning, de woonomgeving, werk, vrije tijd, en het sociaal leven. Vergeleken met andere landen zijn werkenden in Nederland zeer tevreden over hun werk. Nederlands zijn ook relatief tevreden met de hoeveelheid vrije tijd. De internationale cijfers zijn niet recent (SDG8.2). De tevredenheid van de volwassen bevolking met de woning is groot (86,2 procent in 2023) (SDG11.1). In 2023 was 85,4 procent van de bevolking tevreden met de woonomgeving (SDG11.2).
Materiële welvaart
Besteedbaar inkomen van huishoudens en individuele consumptie horen bij de hoogste in de EU27. Het mediaan besteedbaar inkomen van huishoudens neemt trendmatig toe.
Economisch kwetsbare groepen, zoals werklozen en huishoudens met laag inkomen en weinig vermogen, worden relatief kleiner. Het risico op armoede of uitsluiting is in Nederland laag ten opzichte van andere EU-landen (SDG 1). In 2022 kampte 16,5 procent van de inwoners met meerdere financiële beperkingen, liep risico op armoede, of leefde in een huishouden met weinig of geen werk. Ook maakt een steeds kleiner percentage van de minderjarigen deel uit van een gezin met laag inkomen. Het percentage huishoudens met laag inkomen en weinig vermogen was niet eerder zo laag als in 2022 en neemt trendmatig af (SDG 10.1).
Niet iedereen profiteert van de stijgende materiële welvaart. De relatieve armoede neemt trendmatig toe: in 2022 leefde 14,5 procent van de bevolking onder de Europese armoedegrens (SDG 1). In de meeste recente jaren stond de materiële welvaart onder druk. Het percentage huishoudens met problematische schulden en het aantal dakloze mensen zijn in 2022-2023 toegenomen. In 2022 nam de koopkracht af, voor het eerst in bijna tien jaar, door de sterk gestegen kosten van levensonderhoud. Het percentage mensen dat zich veel zorgen maakt over de financiële toekomst was in 2023 vrijwel gelijk aan een jaar eerder (28,7 tegen 28,6 procent). Dit is aanzienlijk hoger dan in 2021 (22,5 procent) (SDG10.2).
Gezondheid
De meeste gezondheidsindicatoren zijn stabiel. Overgewicht bij volwassenen stijgt niet langer trendmatig. Ongeveer de helft van de volwassenen is te zwaar. Dit cijfer ligt al een aantal jaren rond de 50 procent en dat is relatief laag: in 2019 stond Nederland 5e op de ranglijst van 26 EU-landen. Het percentage van de bevolking dat ernstige beperkingen ervaart bij activiteiten die mensen gewoonlijk doen is relatief laag en neemt af. In 2023 ging het om 4,9 procent van de bevolking van 16 jaar en ouder.
Gezond gedrag neemt toe (SDG 3). Alcoholgebruik en roken zijn in Nederland lager dan in de meeste andere EU-landen. Een steeds kleiner deel van de bevolking van 15 jaar en ouder rookt tabaksproducten: in 2023 nog 18,7 procent.
Het percentage mensen dat geen psychische klachten heeft neemt trendmatig af (SDG 3). In 2023 beoordeelde 77,5 procent van de Nederlanders de eigen gezondheid als goed of zeer goed. In 2022 en 2023 was de ervaren gezondheid duidelijk lager dan in voorgaande jaren (SDG 3).
In de gezondheidszorg worden mogelijkheden beperkt door krapte op de arbeidsmarkt (SDG 3). Het aantal gewerkte uren in de zorg per inwoner hoort bij de hoogste in de EU en stijgt trendmatig. De schaarste aan zorgpersoneel is echter groot: de vacaturegraad in de zorg is hoger dan in vrijwel alle EU-landen en neemt toe. Wachttijden in de medisch-specialistische zorg nemen toe. In 2023 was 47,5 procent van de wachttijden langer dan de Treeknorm.
Arbeid en vrije tijd
De middelen en mogelijkheden voor deelname aan de arbeidsmarkt zijn groot en groeiend (SDG 8.2). Vergeleken met andere EU-landen zijn er voor Nederlandse werkzoekenden relatief veel vacatures en is de (langdurige) werkloosheid relatief laag. De vacaturegraad stijgt, het onbenut arbeidspotentieel neemt af, en de langdurige werkloosheid daalt. In 2023 was 3,6 procent van de beroepsbevolking werkloos en 0,5 procent langdurig werkloos. Het percentage werknemers dat zich zorgen maakt om het behoud van hun baan daalt trendmatig. Nederland heeft het hoogste percentage (33,6 procent) werknemers met een flexibele arbeidsrelatie, al neemt dit percentage trendmatig af (SDG 8.2).
Steeds meer mensen werken. De nettoarbeidsparticipatie neemt trendmatig toe en bereikte in 2023 met 73,1 procent het hoogste percentage ooit en het hoogste percentage in de EU27. Zowel bij mannen als vrouwen neemt de nettoarbeidsparticipatie trendmatig toe en is het hoogste in de EU27 (SDG 5). Werkenden werken echter steeds minder uren per week (SDG 8.2). In 2023 was de gemiddelde arbeidsduur per week 26,8 uren per werkzame persoon, waarmee Nederland 20e staat van 22 EU-landen.
Tevredenheid met werk en vrije tijd zijn hoog. Het percentage van de werkenden dat vindt dat werk en privé niet goed in balans zijn neemt ook trendmatig af. Psychische vermoeidheid door werk neemt echter trendmatig toe (SDG 8.2).
Deelname aan het onderwijs is relatief hoog en groeit trendmatig. Een steeds kleiner deel van de jongeren verlaat voortijdig hun opleiding en een steeds groter deel van de volwassenen volgt een opleiding of cursus (‘leven lang ontwikkelen’) (SDG 4).
Het gemiddelde uurloon is hoog vergeleken met andere EU-landen (SDG 8.2). De verschillen in beloning tussen mannen en vrouwen worden kleiner (SDG 5). Een stijgend percentage van alle mannen en vrouwen is economisch zelfstandig (een inkomen hoger dan 70 procent van het minimumloon). Mannen zijn vaker economisch zelfstandig, maar het verschil tussen mannen en vrouwen is teruggelopen van 19,7 procentpunt in 2016 naar 13,9 procentpunt in 2022. Het verschil in gemiddelde bruto-uurlonen van mannelijke en vrouwelijke werknemers (de ‘gender pay gap’) wordt kleiner. Het verschil is afgenomen van 15,5 procentpunt in 2016 naar 12,1 procentpunt in 2023.
Wonen
Het huren of kopen van woningen wordt steeds duurder. De woninghuur, de kosten voor aanschaf en bezit van koopwoningen en de ratio tussen de vraagprijs en de verkoopprijs van woningen nemen trendmatig toe. Het tekort aan woningen is voor 2023 geraamd op 390 duizend woningen, vijf procent van de woningvoorraad (SDG 11.1). Een vijfde van de jongvolwassenen woont nog in het ouderlijk huis. Dit percentage stijgt mede door de krapte op de woningmarkt. Het is wel veel lager dan in de meeste andere EU-landen.
Het percentage van hun inkomen dat huishoudens daadwerkelijk uitgeven aan huisvesting (de woonquote) daalt trendmatig, al is het hoog in vergelijking met andere EU-landen. Zeven procent van de huishoudens ervaart de woonlasten als erg zwaar (SDG 11.1). Dit percentage daalt en was in 2020 (voor de energiecrisis) het laagste van de EU.
De kwaliteit van woningen is over het algemeen goed: 85,1 procent van de Nederlandse bevolking woonde in 2023 in een woning zonder ernstige gebreken (SDG 11.1). In 2022 leefde 2,9 procent van de bevolking in een woning met te weinig kamers. Dit percentage is zeer laag vergeleken met andere EU-landen. De tevredenheid van de volwassen bevolking met de woning is groot (86,2 procent in 2023).
Samenleving
De Nederlandse samenleving is sterk. In de EU27 staat Nederland in de top-3 bij contact met vrienden, familie of buren, inspraak en verantwoordingsplicht, vertrouwen in instituties, en vertrouwen in andere mensen. Het vertrouwen in andere mensen stijgt al jaren trendmatig.
Relatief veel mensen hebben sociale interacties, nemen deel aan verenigingen of doen vrijwilligerswerk. Het percentage mensen dat minstens een keer per week sociaal contact heeft met familie, vrienden of collega’s is het hoogste van de EU27. Het daalt wel trendmatig. Vier van de tien mensen waren actief in een vereniging, het op-een-na-hoogste percentage in de EU27 (SDG 10.1). Het percentage van de bevolking dat vrijwilligerswerk doet is na een terugval tijdens de coronapandemie weer toegenomen en daalt niet meer trendmatig. De tevredenheid met het sociale leven is groot: 80 procent van de bevolking is tevreden of zeer tevreden. De trend is echter dalend.
Burgers hebben over het algemeen vertrouwen in de overheid en haar instituties (SDG 16.2). Een stijgend percentage van de bevolking heeft vertrouwen in rechters en in de EU. Het vertrouwen in rechters en in de Tweede Kamer is hoger dan in vrijwel alle EU-landen. Wel was het vertrouwen in de Tweede Kamer in 2023 het laagste (29,0 procent) sinds het begin van de meting in 2012.
Veiligheid
In 2023 gaf 19,9 procent van de bevolking van 15 jaar of ouder aan slachtoffer te zijn geweest van traditionele criminaliteit, zoals geweld, inbraak, diefstal en vernieling. Dit is meer dan in 2021, meer dan in veel andere EU-landen, en de jarenlange trendmatige daling is gestopt. Het aantal geregistreerde misdrijven per 100 duizend inwoners daalt nog wel trendmatig. Het percentage jonge mannen en vrouwen dat wel eens is gedwongen om seksuele dingen te doen die zij niet wilden is tussen 2017 en 2023 (bijna) verdubbeld: bij jongens van 2 naar 4 procent en bij meisjes van 12 naar 20 procent (SDG 16.1).
Uitgaven aan openbare orde en veiligheid zijn stabiel (1,9 procent) (SDG 16.1). De operationele sterkte van de politie (per 100 000 inwoners) neemt af. De kwaliteit van de rechtsorde neemt af, maar is relatief goed vergeleken met de meeste EU-landen. Vertrouwen in justitie en politie is groot. Het vertrouwen in de politie is groot vergeleken met andere EU-landen en groeit trendmatig. Het vertrouwen in het leger is van 2022 op 2023 met 3,6 procentpunt toegenomen tot 67,3 procent.
Milieu
De luchtkwaliteit van de leefomgeving verbetert door een daling van de stedelijke achtergrondconcentratie van fijnstof (PM2,5) en van de emissies van verzurende stoffen (zwaveloxide, stikstofoxide en ammonia). In vergelijking met andere EU-landen heeft een groot deel van de huishoudens hinder van geluidsoverlast door buren en verkeer. De overlast neemt bovendien trendmatig toe. Het percentage van de bevolking dat kampt met vuil en verontreiniging of andere milieuproblemen in de naaste omgeving is licht toegenomen (naar 14,5 procent). De aanwezigheid van vogels in de stad (83 soorten die worden gemonitord) neemt trendmatig af (SDG 11.2).
Het aandeel van het Natuurnetwerk Nederland (NNN)-areaal in het totale landoppervlak stijgt niet langer. Van de afgesproken 80 000 hectare zijn 48 511 hectare gerealiseerd (2022). De kwaliteit van het oppervlaktewater is slecht (SDG 6). Van de zoete oppervlaktewateren die beschermd zijn door de Kaderrichtlijn Water (KRW) had in 2023 slechts 5,7 procent een goede biologische kwaliteit en 0,2 procent was van voldoende chemische kwaliteit.