
Werkgelegenheidsstructuur
De zakelijke dienstverlening (inclusief uitzendkrachten) is de grootste bedrijfstak, met 2,4 miljoen banen in 2021. De zorg is goed voor 1,8 miljoen banen en de handel voor 1,7 miljoen banen. In vergelijking met 2001 heeft zich een forse verschuiving voorgedaan in de werkgelegenheidsstructuur. Het belang van de industrie, maar ook de bouwnijverheid, financiële dienstverlening en de landbouw is kleiner geworden. Daarentegen zijn de zorg en de zakelijke dienstverlening sterk gegroeid. In 2001 was het aantal banen in de zorg en de industrie grofweg even groot. Nu telt de zorg ruim tweemaal zo veel banen als de industrie.
Cijfers op StatLine: Arbeidsvolume naar bedrijfstak en geslacht volgens Nationale rekeningen en Arbeidsvolume en werkzame personen per kwartaal volgens Nationale rekeningen
Grote bedrijfstakken waar verhoudingsgewijs veel jongeren (jonger dan 25 jaar) werken zijn de horeca en de handel. In de horeca is meer dan de helft van de werknemers jonger dan 25 jaar. Ouderen (55 jaar en ouder) zijn sterk vertegenwoordigd bij de bedrijfstakken openbaar bestuur, vervoer en opslag en industrie.
Cijfers op StatLine: Werkgelegenheid; banen, lonen, arbeidsduur
De oproep- en uitzendbanen, banen met een contract voor bepaalde tijd en stageplekken worden gerekend tot de flexibele werknemersbanen. Banen met een contract voor onbepaalde tijd en directeuren-grootaandeelhouders vallen onder de vaste banen.
De bedrijfstak ‘verhuur en overige zakelijke diensten’ bevat het hoogste aantal flexbanen, dit komt omdat hierbij de uitzendbureaus zijn ingedeeld. Andere bedrijfstakken met verhoudingsgewijs veel flexbanen zijn de horeca, handel, cultuur, sport en recreatie. De financiële dienstverlening is de bedrijfstak met het grootste aandeel vaste banen.
Cijfers op StatLine: Werkgelegenheid; banen, lonen, arbeidsduur
De gegevens van de laatste twee tabellen zijn gebaseerd op de Statistiek werkgelegenheid en lonen (SWL). De SWL is gebaseerd op gegevens over banen en lonen van het UWV en de Belastingdienst. Het CBS beschikt ook over een andere bron, de Enquête beroepsbevolking (EBB), waaruit gepubliceerd wordt over vast en flexibel werk. In 2021 is de vragenlijst van de EBB herzien. De uitkomsten over vast en flexibel werk vanuit de oude reeks van de EBB lieten verschillen zien met de uitkomsten van de SWL. Voor meer informatie hierover, zie de CBS publicatie Verschillen tussen schattingen van flexibele en vaste arbeidsrelaties. De herziene uitkomsten over vast en flexibel werk vanuit de nieuwe reeks van de EBB komen beter overeen met die van de SWL. Zie ook: Minder flexwerknemers dan voor coronacrisis ondanks toename.