Conjunctuurbeeld verbetert aanzienlijk

Het conjunctuurbeeld volgens de Conjunctuurklok is in mei 2015 een stuk beter dan in april, maakt CBS vandaag bekend. Vanaf de zomer van 2013 tot het voorjaar van 2014 verbeterde de conjunctuur continu, daarna ging de verbetering stapsgewijs. In mei versnelt het economisch herstel echter aanzienlijk.

De Conjunctuurklok van CBS is een hulpmiddel voor het bepalen van de stand en het verloop van de Nederlandse conjunctuur. In de conjunctuurklok komt vrijwel alle belangrijke economische informatie samen die CBS tijdens de afgelopen maand c.q. het afgelopen kwartaal heeft gepubliceerd. 

Conjunctuurklokindicator (ongewogen gemiddelde van de 15 indicatoren in de Conjunctuurklok)

 
Producenten opnieuw positiever, consumenten ook weer positief

Het vertrouwen van de ondernemers in de industrie is in mei verder toegenomen en bereikte het hoogste niveau in ruim 4 jaar tijd. Producenten in de industrie waren vooral positiever over hun orderportefeuille. Ze waren ook iets beter te spreken over de toekomstige productie.

Het vertrouwen van consumenten is weer terug op het niveau van maart. Er zijn iets meer optimisten dan pessimisten. In maart waren de consumenten voor het eerst sinds de zomer van 2007 weer positief. De koopbereidheid van consumenten was in mei wat minder negatief dan in april. Het oordeel over het economische klimaat veranderde nauwelijks. Zowel het producenten- als het consumentenvertrouwen ligt ruim boven het langjarig gemiddelde.

Consumenten- en producentenvertrouwen (seizoengecorrigeerd)

 
Investeringen, consumptie huishoudens en export groeien

De investeringen zijn aanzienlijk gegroeid. Het volume van de investeringen in materiële vaste activa was ruim 14 procent groter dan in maart  2014. Net als in de voorgaande maanden is in maart vooral meer in woningen geïnvesteerd. Daarnaast trokken ook de investeringen in de infrastructuur aan.

Verder hebben bedrijven aanzienlijk meer geïnvesteerd in machines en installaties. De bezettingsgraad van de industrie lag begin tweede kwartaal op het hoogste niveau sinds het uitbreken van de crisis eind 2008. Net als in de twee voorgaande maanden lagen ook de investeringen in wegvervoer zoals vrachtauto’s en opleggers hoger dan een jaar eerder.

Consumenten hebben in maart bijna 2 procent meer besteed aan goederen en diensten dan in maart 2014. Net als in de 2 voorgaande maanden was het in maart 2015 kouder dan een jaar eerder waardoor consumenten opnieuw meer gas hebben verbruikt. Ze gaven ook weer meer uit aan duurzame goederen dan een jaar eerder, vooral aan huishoudelijke apparaten en woninginrichting. Dat is in lijn met het herstel op de woningmarkt. Aan voedings- en genotmiddelen gaven consumenten ook meer uit dan een jaar eerder.

Ten slotte gaven ze meer uit aan diensten, zoals woninghuur, reizen met bus of trein, bezoek aan restaurant of kapper, en verzekeringen. Uitgaven aan diensten maken ruim de helft van de totale binnenlandse consumptieve bestedingen uit.

De export van goederen groeide in maart heel bescheiden. Het volume van de export van goederen was in maart 2015 ruim 1 procent groter dan in maart 2014. De stijging is een stuk kleiner dan in de twee voorgaande maanden. In maart groeide vooral de export van aardolie-, rubber- en kunststofproducten.

Industrie produceert meer dan vorig jaar

De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in maart hoger dan in maart 2014. Dat is de eerste stijging na vijf maanden met krimp. De productie van de industrie wordt nog steeds negatief beïnvloed door de het wegvallen van productiecapaciteit in de tabaksindustrie. Zonder die weggevallen capaciteit zou de productiegroei van de industrie nog groter geweest zijn.

Herstel op de arbeidsmarkt vertraagt

Het herstel op de arbeidsmarkt zet in het eerste kwartaal van 2015 door, al is het in lager tempo. Het aantal banen nam per saldo toe met 6 duizend tot 9,8 miljoen. Net zoals in de afgelopen kwartalen dragen vooral de uitzendkrachten bij aan de banengroei.

Er is nu 4 kwartalen achtereen sprake van banengroei, waarbij het aantal banen in deze periode in totaal met 65 duizend toenam. In de 9 kwartalen daarvoor gingen er echter 200 duizend banen verloren, waardoor het totale aantal nog altijd lager ligt dan eind 2011

Eind maart waren er 125 duizend openstaande vacatures in Nederland. Dit zijn er 6 duizend meer dan een kwartaal eerder. Het aantal neemt al 7 kwartalen op rij toe, maar het totale aantal vacatures is nog steeds maar de helft van de recordaantallen tijdens de hoogtijdagen in 2007 en 2008.

In april waren er opnieuw minder mensen werkloos. Het aantal werklozen daalde daarmee de afgelopen 3 maanden met gemiddeld 7 duizend per maand. Het werkloosheidspercentage kwam uit op 7,0. In het eerste kwartaal van 2015 waren er voor iedere vacature 5 werklozen beschikbaar.

De aantrekkende economie en herstel van de arbeidsmarkt is vooral zichtbaar bij jongeren. In de afgelopen 12 maanden is voor 15-25-jarigen het werkloosheidspercentage het sterkst gedaald, van 13,2 naar 10,9. Onder 25-45-jarigen daalde het percentage werklozen van de beroepsbevolking minder hard. Het werkloosheidspercentage onder 45-plussers is nauwelijks veranderd. Bovendien zijn relatief veel van de werkloze 45-plussers langdurig werkloos.

Het totale aantal uitzenduren neemt al sinds begin 2013 toe. In het eerste kwartaal van 2015 is zowel het langlopende uitzendcontracten in de vorm van detachering of payrolling als het aantal kortdurende contracten weer toegenomen. De toename is wat minder sterk dan in het vierde kwartaal van 2014. In het eerste kwartaal van 2015 werkten er 225 duizend uitzendkrachten in Nederland.

Het aantal uitgesproken faillissementen van bedrijven lag in april op het laagste niveau sinds mei 2011. Na een piek medio 2013 is het aantal faillissementen fors afgenomen, maar ten opzichte van de jaren voor de financiële crisis is het aantal faillissementen van bedrijven nog steeds hoog.

Bruto binnenlands product (volume, seizoengecorrigeerd)

 
Economische groei steeds breder gedragen

Uit de eerste berekening op 13 mei bleek dat de Nederlandse economie in het eerste kwartaal van 2015 voor de vierde keer achtereen is gegroeid. De groei kwam uit op 0,4 procent ten opzichte van een kwartaal eerder.

Deze groei wordt steeds breder gedragen: investeringen, consumptie en het saldo van export en import leveren een positieve bijdrage. Ten opzichte van de hoogconjunctuur in de eerste helft van 2008 is de Nederlandse economie nog 1 procent kleiner.

In vergelijking met het eerste kwartaal van 2014 is de omvang van de Nederlandse economie 2,4 procent groter

Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.

Voor meer conjunctuurinformatie zie: conjunctuurbericht.