Conjunctuurbeeld weer een stuk beter

Het conjunctuurbeeld volgens de Conjunctuurklok is in juni 2015 een stuk beter dan in mei, maakt CBS bekend. Vanaf de zomer van 2013 tot het voorjaar van 2014 verbeterde de conjunctuur continu, daarna ging de verbetering stapsgewijs. Vanaf mei versnelt het economisch herstel. De Nederlandse economie was in het eerste kwartaal van 2015 bijna terug op het niveau van voor de crisis.

De Conjunctuurklok van CBS is een hulpmiddel voor het bepalen van de stand en het verloop van de Nederlandse conjunctuur. In de conjunctuurklok komt vrijwel alle belangrijke economische informatie samen die CBS tijdens de afgelopen maand c.q. het afgelopen kwartaal heeft gepubliceerd. In juni presteerden bijna alle indicatoren in de Conjunctuurklok beter dan hun langjarige trend.

Conjunctuurklokindicator (ongewogen gemiddelde van de 15 indicatoren in de Conjunctuurklok)

Producenten en consumenten positiever

Het vertrouwen van de ondernemers in de industrie is in juni verder toegenomen en bereikte het hoogste niveau in ruim 4 jaar tijd. Producenten in de industrie waren vooral positiever over de toekomstige productie. Ze waren ook iets beter te spreken over hun orderportefeuille.

Het vertrouwen van consumenten verbeterde aanzienlijk en kwam uit op het hoogste niveau in bijna acht jaar tijd. De toename van het vertrouwen komt vooral doordat consumenten positiever oordelen over het economisch klimaat. Zowel het producenten- als het consumentenvertrouwen ligt ruim boven het langjarig gemiddelde.

Consumenten- en producentenvertrouwen (seizoengecorrigeerd)

Export, investeringen en consumptie huishoudens groeien

De export van goederen groeide in april gestaag. Het volume van de export van goederen was bijna 5 procent groter dan in april 2014. De stijging is iets groter dan in de twee voorgaande maanden. In april groeide vooral de export van transportmiddelen, machines en apparaten.

Ook de investeringen zijn weer gegroeid. Het volume van de investeringen in materiële vaste activa was bijna 3 procent groter dan in april 2014. Net als in de voorgaande maanden is vooral meer in woningen geïnvesteerd. En net als in de voorgaande maanden lagen ook de investeringen in wegvervoer zoals vrachtauto’s en bestelwagens hoger dan een jaar eerder.

Consumenten hebben in april 1,5 procent meer besteed aan goederen en diensten dan in april 2014. Ook in april 2015 was het kouder dan een jaar eerder waardoor consumenten opnieuw meer gas hebben verbruikt. Consumenten gaven ook meer uit aan duurzame goederen dan een jaar eerder. Ze besteedden vooral meer aan huishoudelijke apparaten, woninginrichting, kleding en schoenen. Aan voedings- en genotmiddelen gaven consumenten daarentegen iets minder uit dan een jaar eerder.

Ten slotte gaven ze meer uit aan diensten, zoals woninghuur, reizen met bus of trein, bezoek aan restaurant of kapper, en verzekeringen. Uitgaven aan diensten maken ruim de helft van de totale binnenlandse consumptieve bestedingen uit.

Industrie produceert meer dan vorig jaar

De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in april hoger dan in april 2014. Dit was de tweede maand op rij, na vijf maanden met krimp. De productie van de industrie wordt nog steeds negatief beïnvloed door de het wegvallen van productiecapaciteit in de tabaksindustrie. Zonder die weggevallen capaciteit zou de productiegroei van de industrie nog groter geweest zijn.

Werkloosheid daalt licht, arbeidsmarkt herstelt in laag tempo

In mei waren er opnieuw minder mensen werkloos. Het aantal werklozen daalde daarmee de afgelopen 3 maanden met gemiddeld 5 duizend per maand. Het werkloosheidspercentage kwam uit op 6,9. In het eerste kwartaal van 2015 waren er voor iedere vacature 5 werklozen beschikbaar. Er zijn vooral meer werkende vrouwen bijgekomen. In mei was 6,6 procent van de mannen en 7,3 procent van de vrouwen werkloos.

Het aantal uitgesproken faillissementen van bedrijven lag in mei op het laagste niveau sinds november 2008. Na een piek medio 2013 is het aantal faillissementen fors afgenomen, maar ten opzichte van de jaren voor de financiële crisis is het aantal faillissementen van bedrijven nog steeds hoog.

Het aantal banen is in het eerste kwartaal niet gestegen ten opzichte een kwartaal ervoor. In de 3 kwartalen ervoor groeide het aantal banen nog. Daardoor lag het aantal banen in vergelijking met het eerste kwartaal van 2014 wel 72 duizend hoger.

Eind maart waren er 125 duizend openstaande vacatures in Nederland. Dit zijn er 6 duizend meer dan een kwartaal eerder. Het aantal neemt al 7 kwartalen op rij toe, maar het totale aantal vacatures is nog steeds maar de helft van de recordaantallen tijdens de hoogtijdagen in 2007 en 2008.

Het totale aantal uitzenduren neemt al sinds begin 2013 toe. In het eerste kwartaal van 2015 is zowel het langlopende uitzendcontracten in de vorm van detachering of payrolling als het aantal kortdurende contracten weer toegenomen. De toename is wat minder sterk dan in het vierde kwartaal van 2014. In het eerste kwartaal van 2015 werkten er 225 duizend uitzendkrachten in Nederland.

Economische groei steeds breder gedragen

Uit de tweede berekening op 24 juni bleek dat de Nederlandse economie in het eerste kwartaal van 2015 voor de vierde keer achtereen is gegroeid. De groei kwam uit op 0,6 procent ten opzichte van een kwartaal eerder.

Deze groei wordt steeds breder gedragen: investeringen, consumptie en de export leveren een positieve bijdrage. Ten opzichte van de hoogconjunctuur in de eerste helft van 2008 is de Nederlandse economie nog 0,2 procent kleiner.

In vergelijking met het eerste kwartaal van 2014 is de omvang van de Nederlandse economie 2,5 procent groter.

Bruto binnenlands product (volume, seizoengecorrigeerd)

Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.

Voor meer conjunctuurinformatie zie: conjunctuurbericht.