Auteur: Lian Kösters, Wendy Smits
Keuzes van werkgevers bij de inzet van zzp’ers

Samenvatting

In dit onderzoek, dat is bekostigd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), is gekeken naar de keuzes die werkgevers maken wanneer er vraag naar arbeid ontstaat in hun organisatie. In het bijzonder is gekeken naar de keuzes die uiteindelijk leiden tot het inhuren van een zzp’er in plaats van een vaste of tijdelijke werknemer. Onderzoek naar werkgeversgedrag is van belang om inzicht te krijgen in de oorzaken van het groeiende aantal zzp’ers in Nederland. Onderzoek naar de opkomst van zzp’ers heeft zich tot nu toe met name gericht op de zzp’er zelf. De rol van de werkgever die de zzp’er inhuurt, is in onderzoek vooralsnog onderbelicht.

De hoofdvraag die in dit onderzoek wordt onderzocht, is ‘Welke factoren spelen de belangrijkste rol bij de afweging van werkgevers om een zzp’er in te huren in plaats van een vaste of tijdelijke werknemer?’. Het onderzoek naar deze vraag is opgedeeld in twee stappen. In de eerste stap zijn in 2020 interviews met werkgevers gedaan om inzicht te krijgen in welke factoren een rol spelen in de afweging van werkgevers voor een bepaalde contractvorm. In de tweede stap is in 2021 een vignetstudie uitgevoerd waarin het relatieve belang van de in het kwalitatieve onderzoek gevonden factoren is onderzocht.

De belangrijkste conclusie die getrokken kan worden uit dit onderzoek is dat werkgevers de factor ‘type contract’ lang niet zo belangrijk blijken te vinden als de factor kennis en werkervaring van een kandidaat. De resultaten van de vignetstudie laten zien dat werkgevers in het algemeen minder voorkeur hebben voor zzp’ers dan voor vaste of tijdelijke werknemers. Veel werkervaring lijkt echter te kunnen compenseren voor een voor de werkgever minder aantrekkelijke contractvorm. Een tweede belangrijke conclusie is dat de factor ‘voorkeur van de werkende’ ook een rol speelt in de ‘keuze’ van werkgevers voor een zzp’er. In de interviews wordt door verschillende werkgevers uitgelegd dat dit speelt bij functies voor kernwerkzaamheden in de organisatie waarvoor het aanbod van personeel schaars is. Werkgevers geven voor dergelijke functies de voorkeur aan eigen personeel, maar merken dat werkenden alleen willen komen werken als zzp’er. De vignet studie laat eveneens zien dat, hoewel werkgevers in de meeste gevallen niet de voorkeur hebben voor een zzp’er boven kandidaten met een andere contractvorm, de kandidaat met een zzp contract vaak toch in aanmerking komt om voor de organisatie te komen werken. Een derde conclusie is dat specialistische kennis ook een rol speelt in de keuze van werkgevers voor zzp’ers. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat de kans dat een zzp’er de voorkeur heeft boven een kandidaat met een tijdelijk contract wat hoger is in bedrijfseconomische, administratieve en technische beroepen in vergelijking met pedagogische beroepen. Deze kans blijft echter nog net onder de 50 procent wat betekent dat zzp’ers ook in deze beroepen niet vaker de voorkeur krijgen dan tijdelijke contracten.