
Hoeveel mensen komen om in het verkeer?
Verkeersdoden naar vervoerswijze
38 procent van de verkeersdoden in 2020 was een fietser en 32 procent een inzittende van een personenauto (158 bestuurders en 37 passagiers). Daarnaast overleden 44 motorrijders en 41 voetgangers. Vergeleken met een jaar eerder kwamen er meer fietsers om. Het aantal dodelijk verongelukte inzittenden van een personenauto was juist lager.
Leeftijd van verkeersdoden
De helft van de verkeersdoden in 2020 was 60 jaar of ouder. In totaal kwamen er 306 zestigplussers om in het verkeer, waaronder 108 tachtigplussers. De oudere dodelijke verkeersslachtoffers hebben relatief vaak een fietsongeval, terwijl verkeersslachtoffers jonger dan 60 jaar vaker omkomen bij een auto-ongeluk.
Verkeersdoden naar geslacht
Er komen meer mannen dan vrouwen om in het verkeer. Dit gold in 2020 voor alle vervoerswijzen en alle leeftijdsgroepen. In 2020 stierven 453 mannen en 157 vrouwen als gevolg van een verkeersongeval. Dit betekent dat 74 procent van de verkeersdoden een man was. Het aandeel mannelijke verkeersdoden schommelt al jaren tussen de 70 en de 75 procent. Het aandeel mannen onder de verkeersdoden is vooral hoog onder de 40- tot 50-jarigen, van wie 90 procent van de verkeersdoden een man is.Verkeersdoden per provincie
In Noord-Brabant viel het hoogste aantal dodelijkste slachtoffers van verkeersongevallen, maar het aantal verkeersdoden is er ook het sterkst gedaald. In 2020 vielen daar 99 dodelijke verkeersslachtoffers, tegen 142 in 2019 en 150 in 2018. Na Noord-Brabant kwamen de meeste mensen om in het verkeer in Noord-Holland (87 verkeersdoden) en Gelderland (85 verkeersdoden). In Flevoland was het aantal verkeersdoden met 10 overledenen het laagst.