In 2050 zijn er twee tot drie keer zoveel 80-plussers als nu

© Hollandse Hoogte / Robin Utrecht
Het aantal mensen van 80 jaar of ouder zal naar verwachting stijgen van ruim 800 duizend in 2021 naar tussen de 1,5 en 2,6 miljoen in 2050. De bevolking van 20 tot 65 jaar zal veel minder sterk groeien of zelfs krimpen. Daardoor zijn er in 2050 op elke 80-plusser tussen de 4 en 7 mensen van 20 tot 65 jaar, tegen 12 in 2021. Dit blijkt uit het eindrapport van de Verkenning Bevolking 2050 van het Demografisch Instituut NIDI en het CBS.

Voor dit onderzoek in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn toekomstige bevolkingsvarianten opgezet, elk uitgaand van een andere ontwikkeling van de geboortecijfers, levensverwachting en internationale migratie. Deze varianten vormen een aanvulling op de bevolkingsprognose van het CBS. In juli 2020 zijn de uitkomsten van de varianten gepubliceerd, vandaag komt het eindrapport uit.

Zeven varianten bevolkingsgroei uit ‘Verkenning Bevolking 2050’Zeven varianten bevolkingsgroei uit ‘Verkenning Bevolking 2050’ Groei Hoog kindertal, levensverwachting en migratie Variant Kenmerken Krimp Laag kindertal, levensverwachting en migratie Groen Hoog kindertal en lage levensverwachting Grijs Laag kindertal en hoge levensverwachting Lage migratie Laag migratiesaldo Arbeid Hoge arbeids- en studiemigratie Asiel Hoge asielmigratie Bron: NIDI, CBS kindertal levens- verwachting migratiezeven Varianten bevolkingsgroeiZeven varianten bevolkingsgroei uit ‘Verkenning Bevolking 2050’GroeiHoog kindertal, levensverwachting en migratieVariantKenmerkenKrimpLaag kindertal, levensverwachting en migratieGroenHoog kindertal en lage levensverwachtingGrijsLaag kindertal en hoge levensverwachtingLage migratieLaag migratiesaldoArbeidHoge arbeids- en studiemigratieAsielHoge asielmigratieBron: NIDI, CBSkindertallevens- verwachting migratie

Tussen 17,1 en 21,5 miljoen inwoners in 2050

In de zeven varianten voor de bevolkingsontwikkeling verschilt het aantal inwoners en de samenstelling van de bevolking in 2050. In de variant ‘Groei’ groeit de bevolking door tot 21,5 miljoen mensen in 2050, in de variant ‘Krimp’ is er een lichte afname naar 17,1 miljoen. Bij de andere vijf varianten ligt het berekende inwonertal voor 2050 hier tussenin.
In de variant ‘Groen’ telt Nederland in 2050 meer jongeren (tot 20 jaar) dan ouderen (65 jaar of ouder), in de variant ‘Grijs’ is dat andersom. Het aantal in het buitenland geboren inwoners stijgt het minst in de variant ‘Lage migratie’ en het sterkst in de variant ‘Arbeid’.

Bevolking in 2050, verwachting per variant
Variant0 tot 20 jaar (x mln)20 tot 65 jaar (x mln)65 tot 80 jaar (x mln)80 jaar of ouder (x mln)
Groei4,9311,502,992,37
Krimp3,339,492,661,61
Groen4,7710,512,691,46
Grijs3,3410,332,952,59
Lage migratie3,609,302,741,98
Arbeid4,3911,332,912,01
Asiel4,2610,782,882,00
20213,7410,272,620,84
Bron: CBS, NIDI

Twee tot drie keer zoveel 80-plussers verwacht

In alle toekomstvarianten voor de bevolkingsontwikkeling neemt het aantal 80-plussers sterk toe. Dat komt doordat er na de Tweede Wereldoorlog veel mensen zijn geboren die de komende dertig jaar de 80 passeren, én doordat ouderen langer dan vroeger blijven leven. Hoe sterk de stijging van het aantal 80-plussers zal zijn, hangt vooral af van de verdere ontwikkeling van de levensverwachting. De bevolkingsprognose van het CBS voorziet een stijging tot ongeveer 2 miljoen 80-plussers in 2050. Stijgt de levensverwachting sterker door dan in de CBS-prognose wordt voorzien (variant ‘Grijs’), dan telt Nederland dat jaar 2,6 miljoen 80-plussers, ruim drie keer zoveel als nu. Als de levensverwachting minder sterk stijgt (variant ‘Groen’) zijn dat er 1,5 miljoen, krap twee keer zoveel als nu.

Verwachting bevolking beroepsleeftijd en 80-plus in 2050
Variant20 tot 65 jaar (x mln)80 jaar of ouder (x mln)
Groen10,511,46
Grijs10,332,59
Lage migratie9,301,98
Arbeid11,332,01
202110,270,84
Bron: CBS, NIDI

Veel minder 20- tot 65-jarigen per 80-plusser

Een groter aantal 80-plussers kan onder meer leiden tot meer vraag naar werknemers in de zorg. De toename van de bevolking in de beroepsleeftijden van 20 tot 65 jaar zal naar verwachting echter niet gelijk opgaan met de groei van het aantal ouderen. De verwachte ontwikkeling van het aantal mensen in deze beroepsleeftijden varieert van ongeveer 10 procent afname in de variant ‘Lage migratie’, tot 10 procent toename bij hoge migratie (variant ‘Arbeid’). Dit betekent dat het aantal 20- tot 65-jarigen per 80-plusser zal dalen van 12 nu, naar tussen de 4 en 7 in 2050. In de variant ‘Groen’ is deze verhouding met 7 het hoogst, omdat deze uitgaat van een lagere levensverwachting, en dus een kleiner aantal 80-plussers.

Verwacht aantal 20- tot 65-jarigen per 80-plusser in 2050
Variant20 tot 65 jaar t.o.v. 80-plus
Groen7,21
Grijs3,99
Lage migratie4,69
Arbeid5,65
202112,25
Bron: CBS, NIDI

In welke mate Nederland in 2050 zal kampen met een arbeidskrapte in de zorg, hangt niet alleen af van het toekomstige aantal 80-plussers en 20- tot 65-jarigen. Als ouderen in 2050 gezonder zijn dan nu, kan dat de zorgvraag beperken. En als de arbeidsparticipatie toeneemt, kan er makkelijker aan die vraag worden voldaan. In het eindrapport van de Verkenning Bevolking 2050 heeft het NIDI verschillende scenario’s doorgerekend voor veranderingen in de arbeidsparticipatie en de gezonde levensverwachting.

Bij de Algemene Politieke Beschouwingen van 2018 heeft de Tweede Kamer de regering gevraagd de gevolgen van demografische ontwikkelingen halverwege deze eeuw in kaart te brengen. De regering heeft het NIDI gevraagd dit onderzoek in samenwerking met het CBS uit te voeren. Voor dit onderzoek hebben het NIDI en het CBS toekomstige bevolkingsvarianten opgezet, elk uitgaand van een andere ontwikkeling voor de geboortecijfers, levensverwachting en internationale migratie. Deze toekomstvarianten zijn in juni 2020 gepubliceerd. Vandaag verschijnt het eindrapport van dit onderzoek Bevolking 2050 in beeld: opleiding, arbeid, zorg en wonen. Dit beschrijft gevolgen van veranderingen in de omvang en samenstelling van de bevolking tot 2050 voor onderwijs, arbeid, zorg en wonen. Het CBS is verantwoordelijk voor de data en de demografische doorrekeningen, het NIDI voor het opstellen van de scenario’s en de interpretatie van de uitkomsten. De toekomstvarianten vormen een aanvulling op de bestaande bevolkingsprognoses van het CBS.