2. Werkdruk en uitstroom uit de werknemersbaan
2.1 Relatie tussen werkdruk en uitstroom door ziekte
Werkdruk is één van de stressoren die tot werkstressklachten en werkuitval kunnen leiden (de Vries et al., 2018; Clumeck et al., 2009; Mather et al., 2015). Andere stressoren zijn bijvoorbeeld verstoorde arbeidsverhoudingen, ongunstige arbeidsvoorwaarden, gebrek aan ontwikkelingsmogelijkheden, of baanonzekerheid. Verder is het verschil tussen objectief waargenomen werkdruk en ervaren werkdruk van belang. Ervaren werkdruk wordt beïnvloed door persoonlijke factoren als een eventuele mismatch tussen kwalificaties en taakeisen, persoonlijke belastbaarheid en het kunnen inschakelen en benutten van mogelijkheden om het werk naar eigen inzicht in te richten (Wiezer et al., 2013, Caplan et al., 1975; Van Veldhoven 1996).
De gevolgen van werkdruk en andere stressoren op werkstressklachten en werkuitval kunnen worden verzacht door ‘positieve’ factoren zoals sociale steun van leidinggevenden en collega’s (Karasek en Theorell, 1990), of het bieden van herstelmomenten. Werkloosheid is een voorbeeld van een ‘negatieve’ factor: bij hogere werkloosheid melden werknemers zich minder snel ziek (Kraan et al., 2016).
2.2 Relatie tussen werkdruk en vrijwillige uitstroom
De relatie van werkdruk en andere stressoren met vrijwillige uitstroom uit de werknemersbaan komt aan bod bij diverse onderzoeken: Ali et al., 2022; Jasinski & Derbis, 2022; Leiter & Maslach, 2009; Maharani & Tamara, 2024; Qureshi et al., 2013; Salama et al., 2022; Toczek & Peter, 2023; Üngüren et al., 2024. In de meeste van deze onderzoeken wordt gekeken naar de intentie om een werknemersbaan te verlaten. Grotere werkdruk hangt daarbij veelal samen met het vaker uiten van het voornemen om de baan te beëindigen. In geen van deze onderzoeken wordt onderscheid gemaakt naar het type uitstroom, bijvoorbeeld naar een andere baan of een uitkering.
Bij een deel van de genoemde onderzoeken wordt vastgesteld dat de samenhang tussen werkdruk (of andere stressoren) en uitstroomvoornemen indirect verloopt. Bijvoorbeeld, meer werkstress leidt tot minder werktevredenheid, en minder werktevredenheid tot een grotere uitstroomwens (Maharani & Tamara, 2024). Andere variabelen met een indirect verloop zijn ervaren gezondheid (Toczek & Peter, 2023), burn-out klachten (Leiter & Maslach, 2009; Ali et al., 2022; Salama et al., 2022; Üngüren et al., 2024), en negatieve affectie at work (Jasinski & Derbis, 2022). Negatieve affectie wordt geclassificeerd onder de klassen van stemming, emotie en affectie. Het verwijst naar de subjectieve ervaring van een groep negatieve emotionele toestanden zoals angst, depressie, stress, verdriet, bezorgdheid, schuld, schaamte, woede en afgunst (Leung & Lee, 2014).
Een belangrijke beperking van de genoemde onderzoeken is dat er alleen is gekeken naar de uitstroomintentie van werknemers en niet naar de daadwerkelijke uitstroom, uitgezonderd bij Toczek & Peter (2023). Ook is niet bekend of en in welke mate werknemers uitstromen naar een andere baan. Daarnaast zijn de meeste van deze onderzoeken kleinschalig van opzet (minder dan duizend personen) en is de werknemerspopulatie veelal beperkt tot een bepaalde beroepsgroep.
2.3 Vragen over de relatie van werkdruk met uitstroom
De samenhang van werkdruk met uitstroom uit een werknemersbaan kan worden weergegeven in een grafisch model. In dit model kunnen verschillende groepen variabelen worden onderscheiden en zijn de veronderstelde causale relaties in beeld gebracht.
De samenhang van werkdruk op de enquêtedatum met het al of niet hebben van ander werk een jaar later is op te vatten als een causale relatie. Hierbij kan werkdruk een directe aanleiding vormen om een andere baan te kiezen of verloopt de samenhang tussen werkdruk op de enquêtedatum en de keuze voor een andere baan indirect via mediërende kenmerken. Een hogere werkdruk kan bijvoorbeeld leiden tot meer burn-out klachten en burn-out klachten kunnen op hun beurt aanleiding zijn voor vertrek uit de werknemersbaan.
De onderzoeksvragen die in dit onderzoek worden beantwoord, zijn:
- Bestaat er een significante samenhang van werkdruk met baanwisselingen?
- Spelen factoren als burn-outklachten, ervaren gezondheid en werktevredenheid een mediërende rol bij het verklaren van deze samenhang?
- Welke andere variabelen hebben een relatie met uitstroom uit een werknemersbaan? Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen variabelen die wel of niet met werkdruk samenhangen.
- Wat is de samenhang van werkdruk met baanverlies naar een uitkeringssituatie, pensioen, en overig baanverlies zonder uitkering?