De Nederlandse economie in 2020

6. De arbeidsmarkt

In 2020 is het aantal werklozen voor het eerst sinds 2015 toegenomen. Er waren gemiddeld 357 duizend mensen werkloos, 43 duizend meer dan in 2019. Het werkloosheidspercentage in Nederland liep op van 3,4 procent in 2019 naar 3,8 procent in 2020. Volgens de definitie van de International Labour Organization (ILO) gaat het bij werklozen om mensen zonder betaald werk die hier recent naar hebben gezocht en direct beschikbaar zijn om aan de slag te gaan.

In vergelijking met de kredietcrisis in 2009 bleef de toename van de werkloosheid tot nu toe beperkt. Dat is onder meer te danken aan de omvangrijke steunmaatregelen van de overheid om zo veel mogelijk mensen aan werk te houden. Met de tegemoetkoming Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) konden bedrijven werknemers doorbetalen. Mede hierdoor was het aantal faillissementen in 2020 het laagst in deze eeuw en het verlies aan werkgelegenheid relatief klein.

6.1 Aantal werklozen (15 tot 75 jaar)
JaarWerkloze beroepsbevolking (x 1 000)
2003395
2004466
2005489
2006419
2007355
2008318
2009381
2010435
2011434
2012516
2013647
2014660
2015614
2016538
2017438
2018350
2019314
2020357


In het eerste kwartaal van 2020 daalde het aantal werklozen nog in vergelijking met het vierde kwartaal van 2019. Door de coronacrisis nam het aantal werklozen in het tweede en derde kwartaal van 2020 echter sterk toe. Hoewel het aantal werklozen in het vierde kwartaal weer daalde, waren er nog wel 66 duizend meer mensen werkloos dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder.

In 2020 is vooral de jeugdwerkloosheid door corona sterk gegroeid. Een jaar eerder was de jeugdwerkloosheid met 6,7 procent nog historisch laag, maar in 2020 is het percentage opgelopen naar 9,1. Ook het werkloosheidspercentage van 25-tot 45-jarigen is gestegen, van 2,8 naar 3,3. Onder de 45- tot 75-jarigen is het werkloosheidspercentage daarentegen gedaald van 2,7 in 2019 naar 2,4 in 2020.

6.2 Werkloosheid naar leeftijd
Leeftijd2019 (% van de beroepsbevolking)2020 (% van de beroepsbevolking)
15 tot 75 jaar3,43,8
15 tot 25 jaar6,79,1
25 tot 45 jaar2,83,3
45 tot 75 jaar2,72,4


De krapte op de arbeidsmarkt bereikte in 2019 een historisch niveau. Halverwege 2019 was de spanning het hoogst: 93 vacatures voor 100 werklozen. In de eerste drie kwartalen van 2020 nam de spanning op de arbeidsmarkt echter snel af tot 51 vacatures per 100 werklozen. Doordat het aantal werklozen in het vierde kwartaal van 2020 sterker afnam dan het aantal vacatures nam de krapte op de arbeidsmarkt weer iets toe. Eind 2020 was de arbeidsmarkt nog ongeveer even krap als eind 2017, toen de Nederlandse economie in hoogconjunctuur verkeerde.

6.3 Spanning op de arbeidsmarkt
JaarKwartaal Vacatures per 100 werklozen (vacatures per 100 werklozen)
20081e kwartaal77
20082e kwartaal77
20083e kwartaal79
20084e kwartaal62
20091e kwartaal46
20092e kwartaal35
20093e kwartaal33
20094e kwartaal30
20101e kwartaal26
20102e kwartaal27
20103e kwartaal29
20104e kwartaal30
20111e kwartaal32
20112e kwartaal33
20113e kwartaal31
20114e kwartaal26
20121e kwartaal24
20122e kwartaal22
20123e kwartaal20
20124e kwartaal18
20131e kwartaal16
20132e kwartaal14
20133e kwartaal14
20134e kwartaal14
20141e kwartaal15
20142e kwartaal16
20143e kwartaal18
20144e kwartaal19
20151e kwartaal20
20152e kwartaal21
20153e kwartaal22
20154e kwartaal24
20161e kwartaal26
20162e kwartaal28
20163e kwartaal31
20164e kwartaal35
20171e kwartaal39
20172e kwartaal45
20173e kwartaal50
20174e kwartaal57
20181e kwartaal64
20182e kwartaal71
20183e kwartaal75
20184e kwartaal80
20191e kwartaal89
20192e kwartaal93
20193e kwartaal89
20194e kwartaal90
20201e kwartaal81
20202e kwartaal57
20203e kwartaal51
20204e kwartaal55