Economie groeit met 0,4 procent in vierde kwartaal 2023

Dit zijn de nieuwste cijfers over dit onderwerp. Bekijk eerdere cijfers.
© Hollandse Hoogte / Ramon van Flymen
Volgens de tweede berekening van het CBS is het bruto binnenlands product (bbp) in het vierde kwartaal van 2023 met 0,4 procent gestegen ten opzichte van het derde kwartaal van 2023. Bij de eerste berekening, die is gepubliceerd op 14 februari, kwam de groei uit op 0,3 procent. De tweede berekening van het bbp wordt altijd circa 85 dagen na afloop van het kwartaal gepubliceerd.

De groei was iets groter dan bij de eerste berekening. Vooral de overheidsconsumptie is opwaarts bijgesteld. Dat komt onder meer door hogere uitgaven van gemeenten. Ook de bruto-investeringen zijn opwaarts aangepast. Het handelssaldo is echter neerwaarts bijgesteld. Het economische beeld veranderde niet. De toename van het bbp in het vierde kwartaal is vooral toe te schrijven aan de consumptie door huishoudens.

Bruto binnenlandse product (volume), seizoengecorrigeerd
JaarKwartaalIndex (2015=100)
20181e kwartaal106,9
20182e kwartaal107,6
20183e kwartaal107,8
20184e kwartaal108,3
20191e kwartaal109,2
20192e kwartaal109,5
20193e kwartaal109,7
20194e kwartaal110,4
20201e kwartaal108,9
20202e kwartaal99,8
20203e kwartaal106,2
20204e kwartaal106,8
20211e kwartaal108,1
20212e kwartaal111,4
20213e kwartaal113,7
20214e kwartaal114,5
20221e kwartaal115,1
20222e kwartaal117,1
20223e kwartaal117,3
20224e kwartaal118
20231e kwartaal117,4
20232e kwartaal117
20233e kwartaal116,7
20234e kwartaal117,1

Tweede berekening

De tweede berekening wordt ongeveer 85 dagen na afloop van het kwartaal gemaakt. De eerste berekening, ongeveer 45 dagen na afloop van een kwartaal, is op basis van de dan beschikbare informatie. Na deze eerste berekening komt voortdurend meer informatie beschikbaar over de Nederlandse economie, zoals van de bouw, de zakelijke dienstverlening, de horeca, de overheid, de zorg en de financiële instellingen, die vervolgens wordt verwerkt in nieuwe berekeningen.

De absolute bijstelling van de tweede berekening ten opzichte van de eerste berekening was de afgelopen vijf jaar (2018-2022) gemiddeld 0,1 procentpunt. De twee uitersten bedroegen -0,3 en 0,7 procentpunt, allebei in 2021.

Bijstellingen groei voorgaande kwartaal

Bij elke nieuwe berekening bepaalt het CBS ook opnieuw de seizoengecorrigeerde reeks van de eerder gepubliceerde kwartalen. Daarnaast worden bij de tweede berekening van het vierde kwartaal de eerste drie kwartalen herzien op basis van de meest recente informatie. De bbp-ontwikkeling van het derde kwartaal van 2023 is van -0,3 naar -0,2 procent bijgesteld. De eerste twee kwartalen van 2023 zijn niet bijgesteld.

Krimp ten opzichte van het vierde kwartaal van 2022 bijgesteld naar 0,4 procent

Ten opzichte van een jaar eerder kromp het bbp in het vierde kwartaal met 0,4 procent. Volgens de eerste berekening was de krimp 0,5 procent. Ook bij de jaar-op-jaarontwikkeling zijn de overheidsconsumptie en de investeringen opwaarts bijgesteld en het handelssaldo neerwaarts.

Verder is de groei van het eerste kwartaal aangepast van 1,9 naar 1,8 procent en de krimp van het tweede kwartaal van 0,2 naar 0,1 procent.

Bruto binnenlands product (volume)
JaarKwartaalIndex (%-mutatie t.o.v. jaar eerder)
20181e kwartaal2,6
20182e kwartaal2,7
20183e kwartaal2,2
20184e kwartaal1,9
20191e kwartaal1,8
20192e kwartaal1,9
20193e kwartaal2,1
20194e kwartaal2,0
20201e kwartaal-0,3
20202e kwartaal-8,8
20203e kwartaal-3,3
20204e kwartaal-2,9
20211e kwartaal-1,1
20212e kwartaal11,8
20213e kwartaal6,9
20214e kwartaal7,4
20221e kwartaal6,4
20222e kwartaal5,2
20223e kwartaal3,0
20224e kwartaal2,9
20231e kwartaal1,8
20232e kwartaal-0,1
20233e kwartaal-0,8
20234e kwartaal-0,4

Economie groeit in 2023 met 0,1 procent

De economische groei is in 2023 uitgekomen op 0,1 procent. Bij de eerste berekening op 14 februari was dat ook 0,1 procent. Vooral de consumptie door de overheid droeg bij aan de groei in 2023.

Aantal banen groeit met 56 duizend

Volgens de tweede berekening steeg het aantal banen van werknemers en zelfstandigen in het vierde kwartaal 2023 met 56 duizend ten opzichte van het derde kwartaal van 2023. De eerste berekening kwam uit op een stijging van 45 duizend banen.

In het vierde kwartaal van 2023 waren er volgens de tweede berekening 114 duizend banen van werknemers en zelfstandigen meer dan in hetzelfde kwartaal van 2022. Dat was bij de eerste berekening 96 duizend.

De banencijfers zijn bijgesteld op basis van aangevulde broninformatie. Ook de eerste drie kwartalen van 2023 zijn bijgesteld op basis van de meest recente informatie. In 2023 waren er gemiddeld 179 duizend banen van werknemers en zelfstandigen meer dan in 2022.

Banen van werknemers en zelfstandigen (seizoengecorrigeerd)
   mutatie (verandering t.o.v. kwartaal eerder (x 1 000))
20181e kwartaal76
20182e kwartaal64
20183e kwartaal67
20184e kwartaal58
20191e kwartaal62
20192e kwartaal38
20193e kwartaal36
20194e kwartaal51
20201e kwartaal5
20202e kwartaal-302
20203e kwartaal174
20204e kwartaal2
20211e kwartaal4
20212e kwartaal143
20213e kwartaal171
20214e kwartaal68
20221e kwartaal124
20222e kwartaal110
20223e kwartaal75
20224e kwartaal66
20231e kwartaal34
20232e kwartaal7
20233e kwartaal33
20234e kwartaal56

De cijfers in dit bericht zijn voorlopig en kunnen worden bijgesteld.