Aandeel jongere daklozen in 5 jaar tijd gehalveerd

Een dakloze man die op het Leidseplein tegen een muur aanzit.
© Nikki van Toorn (CBS)
Op 1 januari 2021 waren 32 duizend mensen dakloos. Op 1 januari 2020 waren dit er ruim 36 duizend, waarmee de jarenlang stijgende trend van het aantal dakloze mensen tot stilstand kwam. Het aandeel 18- tot 27-jarigen onder de groep daklozen daalde van 35 procent begin 2016 naar 18 procent op 1 januari 2021. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS.

De cijfers over daklozen van 1 januari 2021 en 1 januari 2020 zijn voorlopig, en worden in een later stadium met behulp van gegevens uit een aanvullende bron definitief gemaakt. Dat kan mogelijk gepaard gaan met een beperkte bijstelling van de cijfers.

Op 1 januari 2021 waren er 32 duizend Nederlanders in de leeftijd van 18 tot 65 jaar zonder vaste verblijfplaats die sliepen op straat, in de laagdrempelige opvang of op niet-structurele basis bij familie of vrienden. Begin 2018 telde Nederland nog ruim 39 duizend daklozen. Begin 2009 - het eerste jaar waarin het CBS cijfers over het aantal daklozen gepubliceerde – waren dat er bijna 18 duizend. Daklozen van 65 jaar of ouder zijn buiten beschouwing gelaten, omdat zij niet voorkomen in één van de bronnen waarop het CBS deze cijfers baseert.

Daklozen (18 tot 65 jaar) op 1 januari1)
PeriodeDaklozen (x 1 000)
200917,8
201023,3
201124,4
201227,3
201324,8
201426,9
201531
201630,5
201734,5
201839,3
2019
2020*36,4
2021*32
1)geen gegevens in 2019 *voorlopige cijfers

Daklozen vaak man en ingeschreven in vier grote steden

Op 1 januari 2021 was 80 procent van de daklozen man, en 37 procent verbleef in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag of Utrecht. Van alle Nederlanders tussen 18 en 65 jaar was de helft man en woonde ongeveer 16 procent in een van deze vier steden.

Kleiner deel van dakloze mensen tussen 18 en 27 jaar

Van het totaal aantal daklozen was 18 procent op 1 januari 2021 in de leeftijd van 18 tot 27 jaar. Begin 2020 was dat 23 procent, op 1 januari 2016 nog 35 procent. Het aandeel 27- tot 50-jarige daklozen is toegenomen van 49 procent (2016) tot 62 procent (2021). Het percentage dakloze mensen tussen 50 en 65 jaar is eveneens licht gestegen.

Leeftijd daklozen op 1 januari
Periode18 tot 27 jaar (% )27 tot 50 jaar (% )50 tot 65 jaar (% )
2016354916
2020*235720
2021*186221
*voorlopige cijfers

6 op de 10 jonge daklozen hebben niet-westerse migratieachtergrond

Onder 18- tot 27-jarige daklozen had 58 procent op 1 januari 2021 een niet-westerse migratieachtergrond. In de totale bevolking van deze leeftijd is dit aandeel 19 procent. Ook onder 27- tot 50-jarigen hebben daklozen (52 procent) vaker dan alle Nederlanders in diezelfde leeftijdsgroep (18 procent) een niet-westerse achtergrond.
Van alle Nederlanders tussen 50 en 65 jaar heeft 10 procent een westerse en 10 procent een niet-westerse migratieachtergrond. Onder de daklozen zijn ook in deze leeftijdsgroep zowel de westerse (17 procent) als niet-westerse migranten (35 procent) oververtegenwoordigd.

Migratieachtergrond en leeftijd, 1 januari 2021*
LeeftijdNederlands (%)Westers (%)Niet westers (%)
Daklozen
Totaal (18 tot 65 jaar)381350
18 tot 27 jaar33958
27 tot 50 jaar361252
50 tot 65 jaar481735
Alle Nederlanders
Totaal (18 tot 65 jaar)731216
18 tot 27 jaar701119
27 tot 50 jaar691318
50 tot 65 jaar801010
*voorlopige cijfers