Hoe hebben mbo-gediplomeerden het begin van de coronaperiode ervaren?

4. Ervaringen in tijden van de coronamaatregelen

Aan de mbo-gediplomeerden zijn specifieke vragen gesteld over stress2)  en werkzekerheid3)  in de beginperiode van corona. Ook is gevraagd naar de algemene werksituatie. De meerderheid van de mbo-gediplomeerden die in maart 2020 aan het werk waren, gaf aan dat zij de algemene werksituatie vóór de coronamaatregelen (veel) beter vonden. Bij bol’ers ging het om 58,5 procent, bij bbl’ers om 56,2 procent. Vooral bbl’ers met een achtergrond in de zorg vonden de werksituatie vóór de coronamaatregelen beter (69,4 procent). Wordt er gekeken naar mbo-domein, dan gaven vooral bol’ers met een achtergrond in toerisme en recreatie aan dat zij de werksituatie vóór de coronamaatregelen als beter ervaarden (70,8 procent), gevolgd door bbl’ers die zijn opgeleid in het domein zorg en welzijn (69,8 procent) of in de uiterlijke verzorging (67,1 procent) en bol’ers die zijn opgeleid in het domein transport, scheepvaart en logistiek (63,4 procent).

Tegelijkertijd was een deel van de mbo-gediplomeerden van mening dat de algemene werksituatie in de periode na de invoering van de coronamaatregelen in maart 2020 juist is verbeterd. Bij de bol’ers ging het om 14,3 procent, bij de bbl’ers om 12,8 procent. Een grotere groep stond neutraal tegenover de eventuele veranderingen in de werksituatie. Bij de bol’ers ging dit om 27,2 procent, bij de bbl’ers om 31,0 procent. Vooral bbl’ers met een technische achtergrond gaven aan dat zij relatief weinig merkten van de veranderingen in hun algemene werksituatie (40,9 procent).

Vaker stress van het werk dan voorheen

De veranderingen die zich als gevolg van corona en de coronamaatregelen voor hebben gedaan op het werk en in de maatschappij hebben mbo-gediplomeerden niet ongemoeid gelaten. Desgevraagd gaf bijna de helft van de werkende bol’ers aan dat zij in vergelijking met de situatie vóór corona vaker stress van het werk ervaren. Bij bbl’ers was dit 41,7 procent. Gemiddeld gaf 11,3 procent van de bol’ers aan minder stress te ervaren in vergelijking met vóór corona, tegenover 11,0 procent van de bbl’ers. Het overige deel (40,7 procent van de bol’ers en 47,4 procent van de bbl’ers) gaf aan even vaak stress van het werk te ervaren, in vergelijking met de situatie vóór corona.

Vooral gediplomeerden met een opleidingsachtergrond in de sector zorg geven vaak aan meer stress van het werk te ervaren dan vóór de invoering van de coronamaatregelen. Binnen deze sector wordt dit bovendien vaker aangegeven door bbl’ers dan door bol’ers. Binnen het domein zorg en welzijn ging het vooral om degenen met een achtergrond in de verpleeg- en verloskunde; gehandicapten-, bejaarden- en gezinszorg en maatschappelijk werk en beroepskeuzewerk. Bij de bol’ers ging het daarnaast om degenen met een achtergrond in de diergeneeskunde en bij de bbl’ers om degenen met een achtergrond in de schoonheids- en haarverzorging (waarvan de laatste dan weer tot het domein uiterlijke verzorging behoort). Ook van de gediplomeerden in het domein toerisme en recreatie geeft meer dan de helft van de bol’ers aan meer stress van het werk te ervaren dan vóór corona (55,4 procent).

4.1 Aandeel mbo-gediplomeerden dat aangeeft vaker dan voor corona stress te ervaren van het werk, naar onderwijsrichting, 2020
 Mbo-bol (%)Mbo-bbl (%)
Economie42,942,7
Groen48,725,9
Techniek38,926,9
Zorg57,663,9
Totaal4841,7

Bijna drie kwart van opgeleiden in muziek en theater ervaart minder werkzekerheid

Bol’ers die zijn opgeleid in de richting economie en techniek gaven het vaakst aan dat zij de werkzekerheid voor corona als beter hebben ervaren dan na de invoering van de maatregelen. Bol’ers hebben deze ervaring over het algemeen iets vaker dan bbl’ers. Het gaat echter nog altijd om minder dan de helft die vindt dat de werkzekerheid vóór de invoering van de coronamaatregelen beter was. Ruim de helft van de gediplomeerden staat hier neutraal tegenover, en iets minder dan een tiende vindt de werkzekerheid ná corona beter.

Vooral gediplomeerden met een achtergrond binnen de domeinen toerisme en recreatie, uiterlijke verzorging en horeca en bakkerij ervaarden dat de werkzekerheid vóór de coronamaatregelen beter was. Bol’ers met een achtergrond in muziek en theater gaven dit het vaakst aan. Van hen gaf 72,8 procent aan dat zij de werkzekerheid beter vonden vóór de invoering van de coronamaatregelen. Maar ook van de degenen met een achtergrond binnen de visserij, toerisme, horeca en schoonheids- en haarverzorging vond de helft of meer dat de werkzekerheid vóór de coronamaatregelen beter was. En ook onder bbl’ers vond meer dan de helft van degenen met een achtergrond in de horeca of schoonheids- en haarverzorging dat de werkzekerheid vóór de coronamaatregelen beter was. Ook deze resultaten kunnen niet los worden gezien van de overheidsmaatregelen die in maart 2020 zijn afgekondigd. Bepaalde arbeidssectoren hebben hier meer mee te maken hebben gehad dan andere. Gediplomeerden met een opleiding in de richting van de geraakte bedrijfstakken ervaren hun werkzekerheid sinds corona als minder goed dan gediplomeerden van andere opleidingsrichtingen.

4.2 Aandeel mbo-gediplomeerden dat de werkzekerheid voor corona beter ervaarde, naar onderwijsrichting, 2020
 Mbo-bol (%)Mbo-bbl (%)
Economie38,337,7
Groen3021
Techniek37,727,7
Zorg32,125,9
Totaal35,329,8

Stress, werkzekerheid en werkdruk

Eerder in dit hoofdstuk werd geconstateerd dat mbo-gediplomeerden met een achtergrond in de zorg het vaakst aangeven meer stress van het werk te ervaren dan vóór corona (figuur 4.1). Stress van het werk kan verschillende oorzaken hebben. Waar corona en de bijbehorende maatregelen voor sommige mbo-gediplomeerden hebben geleid tot verlies van werk(zekerheid) (zoals de gediplomeerden die hebben geleerd voor een contactberoep, zoals schoonheids- en haarverzorging) hebben deze bij andere mbo-gediplomeerden juist tot meer werkdruk geleid, in de vorm van meer arbeidsuren (zoals de gediplomeerden met een achtergrond in de verpleeg- en verloskunde) (zie figuur 3.3). Beide factoren kunnen de oorzaak zijn van stress. Om dit inzichtelijk te maken is de relatie tussen stress en werkzekerheid en de relatie tussen stress en meer arbeidsuren voor twee groepen met een opleidingsachtergrond in de zorg bekeken, namelijk personen met een opleiding in de schoonheids- en haarverzorging en personen met een opleiding in de verpleeg- en verloskunde. Degenen met een opleidingsachtergrond in de zorg springen er zowel als het gaat om ervaren stress sinds corona en de toegenomen werkdruk uit. Daarbij hebben de mbo-gediplomeerden met een opleiding schoonheids- en haarverzorging tijdens de eerste lockdown te maken gehad met sluiting van hun salons vanwege een verbod op het uitoefenen van contactberoepen. De mbo-gediplomeerden met een opleiding verpleeg- en verloskunde zagen de druk op de zorg juist toenemen.

Bij de bol- en bbl-gediplomeerden met een achtergrond in de schoonheids- en haarverzorging was het aandeel dat ná de coronamaatregelen meer stress van het werk ervaarde iets kleiner (59,6 procent) dan bij de bol- en bbl-gediplomeerden met een achtergrond in de verpleeg- en verloskunde (64,3 procent). Wel verschilt binnen deze groepen gediplomeerden de mate van stress naar de ervaren werkzekerheid. Bij de mbo-gediplomeerden met een achtergrond in de schoonheids- en haarverzorging vonden degenen die meer stress van het werk ervaren dan vóór de coronamaatregelen ook vaker dat de werkzekerheid vóór corona beter was dan bij de mbo-gediplomeerden met een achtergrond in de verpleeg- en verloskunde (62,4 procent tegenover 21,2 procent). Deze laatste groep gediplomeerden vond juist vaker dan de gediplomeerden met een achtergrond in de schoonheids- en haarverzorging dat de werkzekerheid vóór de invoering van de coronamaatregelen gelijk was aan de werkzekerheid daarna. Daarmee zijn de uitkomsten van de gediplomeerden met een achtergrond in de verpleeg- en verloskunde meer in lijn met de resultaten van de zorgopleidingen in het algemeen. Geconcludeerd kan worden dat vooral bij mbo-gediplomeerden in de schoonheids- en haarverzorging de toename van stress sinds corona samengaat met verlies van werkzekerheid.

4.3 Ervaren werkzekerheid van mbo-gediplomeerden die meer stress ervaren dan voor corona, 2020
 Werkzekerheid: voor corona beter (%)Werkzekerheid: gelijk (%)Werkzekerheid: na corona beter (%)
Alle onderwijsrichtingen44,246,98,9
Zorg35,7559,3
Schoonheids- en haarverzorging62,428,88,8
Verpleeg- en verloskunde21,266,212,6

Vervolgens is gekeken naar de samenhang tussen meer ervaren stress en de toe- of afname van het aantal arbeidsuren per week sinds corona. Daaruit volgt dat vooral bij mbo’ers met een opleiding in de verpleeg- en verloskunde ervaren stress sinds corona samengaat met meer uren werken per week. Dit geldt in veel mindere mate voor mbo’ers die een opleiding in de schoonheids- en haarverzorging hebben gedaan. Ook komt hieruit naar voren dat stress minder vaak samen gaat met minder arbeidsuren per week. Overigens is ook (niet in de figuur) voor degenen die aangeven even veel stress of minder stress te ervaren sinds corona de relatie met toe- of afgenomen werkdruk bekeken. Daaruit komt naar voren dat de degenen die neutraal of minder stress ervaren ook minder vaak aangeven dat ze meer uren zijn gaan werken.

4.4 Werkdruk van mbo-gediplomeerden die meer stress ervaren dan voor corona, 2020
 Minder arbeidsuren sinds corona (%)Meer arbeidsuren sinds corona (%)
Alle onderwijsrichtingen16,826,8
Zorg13,241,4
Schoonheids- en haarverzorging21,711,9
Verpleeg- en verloskunde3,849,1

 

2)Om te achterhalen in welke mate mbo-gediplomeerden werkstress ervaarden is de volgende vraag gesteld in het Schoolverlatersonderzoek 2020: “Heeft u sinds de coronacrisis vaker of minder vaak stress van het werk dan ervoor?”. Op deze vraag heeft men kunnen antwoorden met “Vaker dan ervoor”, “Even vaak”, “Minder vaak dan ervoor” of “Niet van toepassing”.

3)Om te achterhalen hoe mbo-gediplomeerden hun werkzekerheid beoordeelden is de volgende vraag gesteld in het Schoolverlatersonderzoek 2020: “Wat vindt u van de werkzekerheid in de huidige situatie vergeleken met de periode voordat de coronamaatregelen ingingen?”. Op deze vraag heeft men kunnen antwoorden met “Situatie voor de coronamaatregelen was veel beter”, “Situatie voor de coronamaatregelen was beter”, “Geen verschil/verandering”, “Huidige situatie is beter” of “Huidige situatie is veel beter”.