Auteur: Maartje Tummers-van der Aa, Moniek Coumans
Maatschappelijke diensttijd 2021

3. Relatie (bereidheid tot) MDT-deelname enerzijds en sociale en maatschappelijke participatie en vertrouwen anderzijds

Er bestaat een samenhang tussen het mee (willen) doen met MDT en andere vormen van participatie, zoals sociale contacten, het geven van hulp aan anderen, zich inzetten als vrijwilliger voor organisaties en/of deelname aan verenigingsactiviteiten. 

Mensen met minstens wekelijks contact met familie zijn meer bereid om te participeren in een MDT-project (25 procent) dan de groep die minder frequent contact heeft met familie (14 procent). Ook is het tenminste wekelijks contact hebben met vrienden of bekenden gerelateerd aan het mee (willen) doen aan MDT: 23 versus 17 procent. De bereidheid om deel te nemen in een MDT-project is echter niet groter onder mensen die frequent contact hebben met hun buren vergeleken met diegenen die weinig burencontact hebben.
Het al dan niet hulp gegeven hebben aan anderen buiten het eigen huishouden in de afgelopen 4 weken hangt niet samen met de (bereidheid tot) participatie in een MDT-project. Dit geldt ook voor het hebben van betaald werk. Er is wel een relatie met het gedaan hebben van vrijwilligerswerk in het voorgaande jaar: van de vrijwilligers geeft 30 procent aan mee te (willen) doen aan MDT, van de niet-vrijwilligers 18 procent.
De (bereidheid tot) deelname aan een MDT-project hangt eveneens samen met het actief zijn in verenigingen. Van de mensen die nooit deelnemen aan een verenigingsactiviteit wil 19 procent meedoen aan MDT, terwijl dit 26 procent betreft van diegenen die wel deelnemen aan verenigingsactiviteiten. 
Tenslotte is nagegaan of het vertrouwen in andere mensen samenhangt met (bereidheid tot) deelname aan MDT. Dit blijkt inderdaad het geval. Van de groep die zegt dat andere mensen over het algemeen te vertrouwen zijn, geeft een kwart aan dat ze met een MDT-project mee (willen) doen. Dat is meer dan de 19 procent van diegenen die aangeven dat men niet voorzichtig genoeg kan zijn in de omgang met andere mensen.