Auteur: Hans Schmeets, Jeanet Exel, Anton ten Westenend, Dennis Martens

De Heitjes en het verenigingsleven in Heerlen

Over deze publicatie

Uit eerdere essays kwam naar voren dat in Heerlen het wantrouwen tussen de burgers groot is en dat er weinig vertrouwen is in de politiek. Tevens is het aantal sociale contacten met familie, vrienden en goede kennissen, lager dan gemiddeld, terwijl het burencontact wel spoort met het landelijke beeld. Ook op andere terreinen is de maatschappelijke betrokkenheid gering. Zo heeft, ten opzichte van 50 grote gemeenten, Heerlen het laagste aandeel vrijwilligers. Een dergelijke lage binding met organisaties zien we ook in andere vormen terug, waar in dit essay op wordt ingegaan.

In Heerlen is 61 procent lid van een vereniging, zoals een sportclub, een hobbyclub, of een organisatie die zich inzet voor het milieu, zorg of jeugd. Landelijk is 76 procent lid, en ook hier staat Heerlen onderaan ten opzichte van de andere grote gemeenten. Dit weerspiegelt zich eveneens in de actieve deelname aan het verenigingsleven. Waar landelijk 44 procent minstens een keer per maand actief is in een of meerdere verenigingen, blijft dit in Heerlen beperkt tot 31 procent. Aanvullend onderzoek, uit 2020, leert dat in Heerlen-noord burgers minder vaak lid zijn van een vereniging en ook daar minder actief in zijn dan in Heerlen-zuid. De verschillen tussen beide deelgebieden in het aandeel dat lid is van een vereniging, zijn volledig toe te schrijven aan het gegeven dat Heerlen-noord en Heerlen-zuid zich onderscheiden, zowel demografisch (zoals leeftijdsopbouw) als sociaaleconomisch zoals inkomen en opleiding. Dit geldt echter niet voor het actief zijn in verenigingen: indien rekening wordt gehouden met de samenstelling van beide gebieden, dan blijven de verschillen vrijwel geheel intact.

In Heerlen is inmiddels een experiment gestart waarbij burgers klussen kunnen uitvoeren voor een vrijwilligersvergoeding in de vorm van ‘heitjes’. Hiermee wordt beoogd om de burgerbetrokkenheid te vergroten, de openbare ruimte te verbeteren en de lokale economie te stimuleren. Daartoe behoort ook een sterkere band met het verenigingsleven.