Regionale bevolkings- en huishoudensprognose 2022-2050

mensen

Erratum:

Er is geconstateerd dat detailcijfers van de PBL/CBS Regionale bevolkings- en huishoudensprognoses tot 2050 die in 2019 en 2022 gepubliceerd zijn, onvoldoende betrouwbaar zijn. De prognoses voor het aantal inwoners per gemeente, provincie en COROP-gebied vallen wel binnen de berekende betrouwbaarheidsmarges. De detailinformatie (bijvoorbeeld naar leeftijdsgroep of naar huishoudens) niet.

Daarom adviseren PBL en CBS om de detaillering uit deze regionale bevolkingsprognoses niet meer te gebruiken. Deze informatie is dan ook verwijderd van de PBL-websites en van StatLine. De gegevens over het totaal aantal inwoners per gemeente, provincie en COROP-gebied blijven beschikbaar.
Het aantal inwoners van Nederland zal tot 2035 naar verwachting toenemen tot 18,9 miljoen, tegen 17,5 miljoen begin 2021. De nieuwe PBL/CBS Regionale bevolkings- en huishoudensprognose verwacht dat de bevolking vooral groeit in de grote en middelgrote steden. Ook diverse randgemeenten rondom de grote steden groeien naar verwachting sterk. Deze groeigemeenten zijn vooral gelegen in de Randstad. In 54 gemeenten (15 procent) voorziet de prognose substantiële bevolkingskrimp. Deze gemeenten liggen meestal aan de rand van Nederland en zullen naar verwachting sterker vergrijzen dan de steden. Na 2035 zal de groei in de grote en middelgrote steden vertragen en in de kleine gemeenten vrijwel tot stilstand komen. Ook zal dan het aantal gemeenten met een afnemend inwonertal zich verder uitbreiden.

De prognose voorziet daarnaast dat het aantal huishoudens toeneemt, tot 8,88 miljoen in 2035, 830 duizend meer dan in 2021. Deze groei zal vrijwel overal in Nederland optreden, hoewel in enkele gemeenten aan de randen van het land een teruggang van het aantal huishoudens wordt verwacht. Na 2035 zal krimp in het aantal huishoudens in veel meer gemeenten optreden.

De regionale prognose beschrijft de meest waarschijnlijke toekomstige regionale ontwikkeling van bevolking en huishoudens gezien de huidige stand van de kennis. Omdat de cijfers met onzekerheden zijn omgeven, zijn er onzekerheidsintervallen rond de uitkomsten opgesteld. Het blijkt dat ook als de bevolkingsgroei lager is dan verwacht, de grote steden nog steeds zullen groeien. Wanneer echter de bevolking sterker groeit dan voorzien, dan zouden vrijwel alle gebieden te maken kunnen krijgen met een groeiend of stabiel blijvend aantal inwoners.