
Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA)
Wat behelst het onderzoek
Doel
Het doel van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) is het in kaart brengen van informatie op het gebied van arbeidsomstandigheden, arbeidsongevallen, arbeidsinhoud, arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden van werknemers. De NEA wordt uitgevoerd door het CBS en TNO, in samenwerking met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Doelpopulatie
Alle werknemers van 15 tot en met 74 jaar die in Nederland werken.
Statistische eenheid
Werknemers
Aanvang onderzoek
De NEA wordt sinds 2005 uitgevoerd.
Frequentie
De NEA wordt jaarlijks uitgevoerd.
Publicatiestrategie
De cijfers zijn definitief.
Hoe wordt het uitgevoerd
Soort onderzoek
Personensteekproef.
Waarnemingsmethode
De respondenten van de NEA vullen de enquête in op internet. Waarneming vindt plaats in de periode 1 oktober tot en met 31 december. Een gedetailleerde beschrijving van de waarnemingsmethode is te vinden in het methodologisch rapport onderaan deze pagina. In de rapporten van 2005 tot en met 2017 is de papieren vragenlijst integraal als bijlage opgenomen. De vragenlijsten vanaf 2018 (routing en vraagteksten) zijn als download onderaan deze pagina beschikbaar.
Berichtgevers
De berichtgevers zijn werknemers.
Steekproefomvang
De bruto steekproef bedraagt in 2021 ruim 172 duizend werknemers. De netto steekproef bedraagt 50 duizend werknemers.
Controle- en correctiemethoden
De voor steekproefonderzoek gebruikelijke plausibiliteitscontrole op interne consistentie en volledigheid wordt jaarlijks uitgevoerd. Door de wegingsmethode wordt gecorrigeerd voor onder- en oververtegenwoordiging van bepaalde groepen in de respons.
Weging
Bij de NEA is er met ongelijke kansen getrokken en is er sprake van responsverschillen. Hierdoor zal de samenstelling van de steekproef verschillen van de samenstelling van de populatie. De weegtechniek die dit kan verhelpen is poststratificatie. Bij het bepalen van de weegfactoren door middel van poststratificatie wordt rekening gehouden met de ongelijke trekkingskansen die voortkomen uit de gehanteerde steekproeftrekking en wordt de vertekening ten gevolge van non-respons gereduceerd. Bij de weging wordt gebruik gemaakt van registergegevens over geslacht, leeftijd, bedrijfstak, herkomst, regio en stedelijkheid. Daarnaast wordt uit de Enquête Beroepsbevolking gebruik gemaakt van gegevens over behaald onderwijsniveau.
Wat is de kwaliteit van de uitkomsten
Nauwkeurigheid
De uitkomsten van de NEA zijn onderhevig aan toevalsfluctuaties, omdat de enquête een steekproef betreft. Indien het aantal steekproefpersonen voor een bepaalde doelpopulatie kleiner is dan 200 worden in de StatLine-tabellen geen resultaten gepresenteerd vanwege te grote marges.
Volgtijdelijke vergelijkbaarheid
De onderzoeksopzet van de NEA is in 2018 veranderd. Niet alleen is de bruto steekproefomvang verhoogd naar ruim 172 duizend werknemers, maar ook kan de vragenlijst uitsluitend via internet en niet meer op papier ingevuld worden. Volgens verkennende analyses zorgt het weglaten van de respons op papier voor een lichte verandering in de samenstelling van de respons, die niet of nauwelijks gevolgen heeft voor de uitkomsten op een aantal kernindicatoren.
De onderzoeksopzet van de NEA is in 2014 veranderd. Ten eerste is de bruto steekproefomvang fors verhoogd van 80.000 naar ruim 140.000 werknemers. Ten tweede bestaat de doelpopulatie voortaan uit werknemers van 15 tot 75 jaar, in plaats van werknemers van 15 tot 65 jaar. Ten derde is ingezet op hoofdzakelijk web-enquêtering (CAWI), in plaats van hoofdzakelijk schriftelijke enquêtering (PAPI). Ten vierde zijn meerdere vragenmodules aangepast. Tot slot wordt vanaf 2014 de dataverzameling door het CBS verzorgd. Door deze wijzigingen zijn niet alle uitkomsten van de NEA vanaf 2014 volgtijdelijk vergelijkbaar met 2013 en eerder. Meer informatie hierover is beschikbaar in de aanvullende onderzoeksbeschrijving Methodebreuk NEA 2014.
Tussen 2005 en 2013 is de onderzoeksopzet van de NEA niet veranderd. Wel is de inhoud van de vragenlijst elk jaar iets gewijzigd. In 2007 is de vragenlijst dusdanig gewijzigd, dat voor een beperkt aantal variabelen de gevonden trends tussen 2006 en 2007 mogelijk (deels) een methodologische oorzaak hebben.
Meer informatie over de onderzoeksopzet vanaf 2014 en andere methodologische aspecten van de NEA is te vinden in het jaarlijkse methodologisch rapport hieronder.
Beschrijving kwaliteitsstrategie
Er wordt onder andere gecontroleerd op interne consistentie, volledigheid en plausibiliteit.
Downloads
- PDF PDF - NEA 2021 Routeschema
- PDF PDF - NEA 2021 Vraagteksten
- PDF PDF - NEA 2020 Routeschema
- PDF PDF - NEA 2020 Vraagteksten
- PDF PDF - NEA 2019 Routeschema
- PDF PDF - NEA 2019 vraagteksten
- PDF PDF - NEA 2018 routeschema
- PDF PDF - NEA 2018 vraagteksten
Relevante links
- Link Methodologisch rapport – Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2021
- Link Methodologisch rapport - Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2020
- Link Methodologisch rapport – Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2019
- Link Methodologisch rapport - Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2018
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2017
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2016
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2015
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2014
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2013
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2012
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2011
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2010
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2009
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2008
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2007
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2006
- Link Methodologisch rapport - Nationale enquete arbeidsomstandigheden 2005