Veiligheidsbeleving van slachtoffers van criminaliteit
4. Conatieve component: vermijdingsgedrag en preventie
4.1 Vermijdingsgedrag
Vermijdingsgedrag slachtoffers criminaliteit minstens twee keer zo groot
Het vermijdingsgedrag verschilt fors naar slachtofferschap. Het aandeel dat zegt dat het vaak voorkomt dat ze omlopen of omrijden in de eigen buurt om onveilige plekken te vermijden is onder personen die in de afgelopen 12 maanden slachtoffer waren van veelvoorkomende criminaliteit drie keer zo groot als onder degenen die hiervan in de afgelopen 12 maanden geen slachtoffer waren. Onder slachtoffers van high impact crimes is dit zelfs vier keer zo groot als onder degenen die hiervan in de afgelopen 12 maanden geen slachtoffer waren. In absolute zin gaat het echter, ook bij de slachtoffers, om een klein deel dat vaak omloopt of omrijdt. Het percentage dat ’s avonds vaak niet opendoet uit veiligheidsoverwegingen is bij slachtoffers van zowel veelvoorkomende criminaliteit als van high impact crimes ongeveer dubbel zo groot als bij degenen die hier geen slachtoffer van waren.
4.1.1 Vermijdingsgedrag naar slachtofferschap veelvoorkomende criminaliteit en high impact crimes, 2019
Categorie 1
Categorie 2
Slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% komt vaak voor)
Geen slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% komt vaak voor)
Slachtoffers veelvoorkomende criminaliteit
Loopt of rijdt om in eigen buurt om onveilige plekken te vermijden
5,4
1,7
Slachtoffers veelvoorkomende criminaliteit
Doet 's avonds niet open uit veiligheidsoverwegingen
12,2
7,2
Slachtoffers high impact crimes
Loopt of rijdt om in eigen buurt om onveilige plekken te vermijden
8,1
2
Slachtoffers high impact crimes
Doet 's avonds niet open uit veiligheidsoverwegingen
16,2
7,6
Kwart frequente slachtoffers doet ’s avonds vaak niet open
Mensen die herhaaldelijk slachtoffer zijn, vertonen duidelijk meer vermijdingsgedrag dan mensen die dat niet zijn. Van degenen die meerdere keren slachtoffer van bijvoorbeeld inbraak waren, doet ruim een kwart vaak ’s avonds uit veiligheidsoverwegingen niet open, van degenen die één keer slachtoffer hiervan waren gaf bijna 1 op de 6 dit aan, en van degenen die geen slachtoffer waren minder dan 1 op de 10. Bij de slachtoffers van geweld is sprake van vergelijkbare verschillen.
Voor het item ‘omlopen of omrijden in de buurt’ zijn de verschillen naar herhaald slachtofferschap verhoudingsgewijs nog iets groter. Zo is het aandeel dat vaak onveilige plekken mijdt onder frequente slachtoffers ruim dubbel zo groot als onder eenmalige slachtoffers.
4.1.2 Vermijdingsgedrag naar frequentie slachtofferschap geweld en inbraak, 2019
Categorie 1
Categorie 2
Een keer slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% komt vaak voor)
Meerdere keren slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% komt vaak voor)
Geen slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% komt vaak voor)
Slachtoffers geweld
Loopt of rijdt om in eigen buurt
6
12,5
2,1
Slachtoffers geweld
Doet 's avonds niet open
12,7
19,5
7,7
Slachtoffers inbraak
Loopt of rijdt om in eigen buurt
6,3
15,3
2,1
Slachtoffers inbraak
Doet 's avonds niet open
15,6
26,2
7,7
Vermijdingsgedrag slachtoffers geweld houdt lang aan
Slachtoffers van geweldsdelicten blijven ook jaren nadat ze slachtoffer waren meer vermijdingsgedrag vertonen. Het aandeel dat vaak omloopt of omrijdt in de buurt om onveilige plekken te vermijden is onder personen die 1 tot 5 jaar geleden slachtoffer waren, niet veel lager dan onder degenen die dit in de afgelopen 12 maanden waren. Hetzelfde geldt voor het aandeel dat ’s avonds vaak niet opendoet. Ook bij slachtoffers van beroving of zakkenrollerij zijn de verschillen in het aandeel dat ‘s avonds vaak niet opendoet klein. Bij inbraak is het verschil in vermijdingsgedrag naar tijdstip van slachtofferschap groter. Zo is het percentage dat ’s avonds vaak niet opendoet onder degenen die 1 tot 5 jaar geleden slachtoffer waren duidelijk lager dan onder degenen die dit in de afgelopen 12 maanden waren.
4.1.3 Vermijdingsgedrag naar tijdstip slachtofferschap geweld, inbraak, beroving of zakkenrollerij, 2019
Categorie 1
Categorie 2
Slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% komt vaak voor)
Slachtoffer 1 tot 5 jaar geleden (% komt vaak voor)
Geen slachtoffer in afgelopen 5 jaar (% komt vaak voor)
Slachtoffers geweld
Loopt of rijdt om in eigen buurt
8,8
6,7
1,8
Slachtoffers geweld
Doet 's avonds niet open
15,6
13,8
7,4
Slachtoffers inbraak
Loopt of rijdt om in eigen buurt
8,5
4,4
1,9
Slachtoffers inbraak
Doet 's avonds niet open
18,2
12,5
7,2
Slachtoffers beroving of zakkenrollerij
Loopt of rijdt om in eigen buurt
8,9
5,4
1,9
Slachtoffers beroving of zakkenrollerij
Doet 's avonds niet open
14,8
13
7,5
1 op de 8 slachtoffers met niet-westerse achtergrond mijdt vaak onveilige plekken in buurt
Van de slachtoffers van criminaliteit met een niet-westerse migratieachtergrond zegt 12 procent dat ze vaak omlopen of omrijden in de eigen buurt om onveilige plekken te vermijden. Van degenen met deze achtergrond die geen slachtoffer waren, zegt 4 procent dit. Van de slachtoffers met een Nederlandse achtergrond mijdt 4 procent vaak onveilige plekken. Het verschil tussen slachtoffers met een niet-westerse achtergrond en slachtoffers met een Nederlandse achtergrond blijft bestaan wanneer rekening wordt gehouden met verschillen in persoonskenmerken en buurtkenmerken tussen de herkomstgroepen (zie technische toelichting). Het verschil in het mijden van plekken tussen slachtoffers en niet-slachtoffers binnen de herkomstgroepen blijft eveneens bestaan na correctie voor persoonskenmerken en buurtkenmerken.
Ook vrouwen en jongeren die in de afgelopen 12 maanden slachtoffer waren vertonen met ruim 7 procent relatief vaak vermijdingsgedrag in de buurt. Deze aandelen zijn ongeveer drie keer zo groot als onder degenen die geen slachtoffer waren.
4.1.4 Vermijdingsgedrag naar persoonskenmerken en slachtofferschap, 2019
Categorie 1
Categorie 2
Slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% Loopt/rijdt vaak om in buurt om onveilige plekken te vermijden)
Geen slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% Loopt/rijdt vaak om in buurt om onveilige plekken te vermijden)
Geslacht
Mannen
3,6
0,8
Geslacht
Vrouwen
7,4
2,5
Leeftijd
15 tot 25 jaar
7,7
3,2
Leeftijd
25 tot 45 jaar
5,4
1,7
Leeftijd
45 tot 65 jaar
4,4
1,4
Leeftijd
65 jaar of ouder
4,6
1,2
Migratieachtergrond
Nederlands
4,1
1,3
Migratieachtergrond
Westers
5,9
2,3
Migratieachtergrond
Niet-westers
11,9
3,7
Seksuele geaardheid
Homo's
5,3
2,2
Seksuele geaardheid
Heteromannen
2,7
0,7
Seksuele geaardheid
Lesbiennes1)
3,8
Seksuele geaardheid
Heterovrouwen
7,0
2,3
1) Geen cijfers beschikbaar i.v.m. te weinig waarnemingen.
1 op de 5 oudere slachtoffers doet ’s avonds vaak niet open
Van de 65-plussers die in de afgelopen 12 maanden slachtoffer waren, zegt 21 procent ’s avonds vaak niet open te doen te doen om dat ze het niet veilig vinden, tegen 12 procent van degenen die geen slachtoffer waren in deze leeftijdsgroep (zie tabel 1c in bijlage). Van de slachtoffers in de jongste leeftijdsgroep doet 10 procent ’s avonds vaak niet open.
Van de slachtoffers met een niet-westerse achtergrond doet 20 procent ’s avonds vaak niet open, terwijl 10 procent van degenen die geen slachtoffer waren met die achtergrond dat zegt. Van de slachtoffers met een Nederlandse achtergrond zegt 11 procent vaak niet open te doen. Net als bij het mijden van onveilige plekken blijven de verschillen tussen slachtoffers met een niet-westerse achtergrond en slachtoffers met een Nederlandse achtergrond bestaan wanneer gecontroleerd wordt voor persoonskenmerken en buurtkenmerken (zie technische toelichting). Het verschil in het ’s avonds opendoen tussen slachtoffers en niet-slachtoffers binnen de herkomstgroepen blijft eveneens bestaan na correctie voor persoonskenmerken en buurtkenmerken.
4.2 Preventie inbraak en diefstal
Slachtoffers inbraak en diefstal gedragen zich voorzichtiger
Mensen die in de afgelopen 12 maanden slachtoffer waren van inbraak en diefstal vertonen vaker preventief gedrag dan mensen die dat niet waren. Zo laat van de inbraakslachtoffers 57 procent ’s avonds vaak het licht branden bij afwezigheid, tegen 45 procent van degenen die geen slachtoffer waren. Van de slachtoffers van beroving (op straat) laat ongeveer de helft vaak waardevolle spullen thuis, tegen 3 op de 10 van degenen die hier in de afgelopen 12 maanden geen slachtoffer van waren.
4.2.1 Preventief gedrag inbraak en diefstal naar slachtofferschap inbraak en diefstal1), 2019
Categorie 2
Slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% vaak)
Geen slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% vaak)
Laat 's avonds licht branden bij afwezigheid
57,3
44,9
Zet fiets in bewaakte stalling
42,3
36,6
Neemt waardevolle spullen mee uit auto
78,0
69,2
Laat waardevolle spullen thuis
48,4
29,4
1) Bij de weergegeven vormen van preventief gedrag gaat het achtereenvolgens om slachtoffers van inbraak, van fietsendiefstal, van diefstal uit/vanaf de auto, en van beroving.
Slachtoffers woninginbraak hebben meer preventieve voorzieningen rond woning
Mensen bij wie in de afgelopen 12 maanden is ingebroken hebben thuis vaker extra veiligheidssloten of grendels op buitendeuren dan mensen bij wie dat in de afgelopen 12 maanden niet is gebeurd. Ook beschikken ze vaker over een Politiekeurmerk Veilig Wonen. Verhoudingsgewijs is het verschil het grootst tussen slachtoffers en degenen die geen slachtoffer waren voor wat betreft de aanwezigheid van een alarminstallatie en vooral voor camerabewaking. De aanwezigheid van (rol)luiken voor ramen of deuren en van buitenverlichting (met of zonder bewegingssensor) verschilt niet wezenlijk tussen slachtoffers en degenen die geen slachtoffer waren.
4.2.2 Beveiligingsmaatregelen woning naar slachtofferschap inbraak, 2019
Categorie 2
Slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% aanwezig)
Geen slachtoffer in afgelopen 12 maanden (% aanwezig)
Extra veiligheidssloten
72,0
63,3
(Rol)luiken
22,9
20,6
Buitenverlichting zonder sensor
51,5
50,3
Buitenverlichting met sensor
45,2
42,6
Alarminstallatie
19,2
12,2
Camerabewaking
22,7
11,0
Politiekeurmerk Veilig Wonen
14,9
9,0
Slachtoffers woninginbraak nemen extra beveiligingsmaatregelen
Van degenen die in de afgelopen 12 maanden slachtoffer waren van een of meerdere woninginbraken had op het moment van de (laatste) inbraak ruim de helft extra veiligheidssloten op ramen en deuren; sinds de laatste inbraak is dat percentage gestegen naar bijna driekwart. Het aandeel waar buitenverlichting (zonder sensor) aanwezig is, verdubbelde van een kwart naar ruim de helft. Voor alle onderzochte beveiligingsmaatregelen geldt, dat de aanwezigheid ervan na de woningbraak is toegenomen.
4.2.3 Beveiligingsmaatregelen inbraakslachtoffers voor en na inbraak1), 2019
Categorie 2
Voorafgaand aan de inbraak (% aanwezig)
Na de inbraak (% aanwezig)
Extra veiligheidssloten
55,7
72
(Rol)luiken
15,7
22,9
Buitenverlichting zonder sensor
26
51,5
Buitenverlichting met sensor
31,8
45,2
Alarminstallatie
13
19,2
Camerabewaking
14,1
22,7
Politiekeurmerk Veilig Wonen
10,1
14,9
1) Het gaat om de laatste inbraak. Personen die in de afgelopen 12 maanden meerdere keren slachtoffer van woninginbraak waren, kunnen dus bij de eerdere inbraken al extra beveiligingsmaatregelen hebben getroffen.