Trouwen, kinderen krijgen en scheiden naar opleiding

2. Data en methoden

Voor de analyses zijn alle personen geselecteerd die in het jaar 2000 in Nederland gingen samenwonen, al dan niet gehuwd. Deze stellen zijn tot 2015 gevolgd. De gegevens zijn afkomstig van het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden (SSB) dat wordt samengesteld en beheerd door het CBS. Het SSB is een geïntegreerd, longitudinaal systeem van registers en enquêtes, met de belangrijkste sociaaleconomische en demografische variabelen van de geregistreerde bevolking van Nederland (Bakker, Van Rooijen en Van Toor, 2014). Het bevolkingsregister (Basisregistratie Personen, BRP) vormt de ruggengraat van het SSB en is de belangrijkste bron van informatie over individuele demografische trajecten. Het bevat niet alleen tijdconstante variabelen, zoals geslacht, geboortejaar en migratieachtergrond,maar ook uitgebreide informatie over het huishouden, huwelijk en ouderschap. Samenwonen als zodanig is niet officieel geregistreerd in het bevolkingsregister. Het bevolkingsregister bevat echter nauwkeurige informatie over alle inwoners van elke woning, en daarvan afgeleid, het zogenaamde SSB-Partner-bestand. Dit laatste omvat alle samenwoon relaties van alle partners, al dan niet gehuwd.

Afhankelijke variabelen

Huwelijk

Burgerlijke staat wordt als afhankelijke en als onafhankelijke variabele gebruikt.Daarbij zijn tijdsintervallen van één jaar gebruikt. Dat betekent dat de variabele, op basis van de huwelijksdatum, de waarde 0 heeft voor elk jaar waarin het huwelijk of geregistreerd partnerschap niet heeft plaatsgevonden en de waarde 1 zodra de verbintenis is aangegaan in dat observatiejaar. Geregistreerd partnerschap en huwelijk zijn gelijk behandeld, gezien de vergelijkbare juridische verbintenis en regelgeving die beide contracten met zich meebrengen. Wanneer dit als onafhankelijke variabele werd gebruikt, is een lagged (dus steeds één jaar eerder gemeten) variabele geconstrueerd.

Eerste kind 

Eerste ouderschap wordt ook zowel als afhankelijke en als onafhankelijke variabele gebruikt, welke de waarde 1 aanneemt zodra de bevalling heeft plaatsgevonden in het observatiejaar. Dat gebeurt aan de hand van het geboortejaar en de geboortemaand van het eerste kind van het paar. Als onafhankelijke variabele is een lagged variabele voorde aanwezigheid van het eerste kind gemaakt: vanaf een maand na de geboorte wordt dit in het model meegenomen.

(Echt)scheiding

Een relatie wordt als ontbonden beschouwd wanneer partners niet langer geregistreerd staan op hetzelfde adres. Dat betekent dat de datum van officiële echtscheiding in het geval van een huwelijk niet in acht wordt genomen: de juridische procedure van een echtscheiding kan een lange periode bestrijken en het moment van vertrek uit het gezamenlijke huis is een meer accurate indicator voor het einde van de relatie. Soms was sprake van korte pauzes in de periode dat partners op hetzelfde adres waren geregistreerd. In de meeste gevallen is dit slechts het resultaat van de administratieve handeling om zich na een verhuizing te registreren op een nieuw adres: een van de partners gaat een paar dagen later naar het gemeentehuis om de verhuizing door te geven dan de andere partner. Op basis van gevoeligheidsanalyses is het volgende besloten: wanneer partners langer dan 45 dagen niet op hetzelfde adres waren geregistreerd, is aangenomen dat de relatie is beëindigd.

Opleidingsniveau paren

Voor het hoogst behaalde opleidingsniveau is gebruik gemaakt van de versie van september 2013. Helaas zijn deze data niet compleet: voor sommige mensen is niet bekend welke opleiding ze hebben bereikt (40 procent). Dit is vooral het gevolg van het feit dat slechts recent (2002) de registratie van alle soorten onderwijs beschikbaar kwam (Linder, Van Roon en Bakker, 2012). Voor die tijd werd alleen het hoger onderwijs geregistreerd.Het simpelweg negeren van de gevallen met ontbrekende waarden zou daarom leiden tot een onevenredig groot aantal hoogopgeleide paren in de resterende groep. Daarom is gebruik gemaakt van de kennis dat het hoger onderwijs systematisch is geregistreerd voorde onderzoekspopulatie: als iemands opleiding onbekend is, staat vast dat deze persoon geen hoger onderwijs heeft voltooid. Op deze wijze kon iedereen aan de tweedeling hoger onderwijs of niet (dus laag- of middelbaar opgeleid) worden toebedeeld. Tot het hoger onderwijs behoren het hoger beroepsonderwijs (hbo) en het wetenschappelijk of universitair onderwijs (wo). Vervolgens konden de koppels in drie (tijdsconstante) groepen worden onderverdeeld: (1) beide laag-/middelbaar opgeleid, (2) één laag-/middelbaar opgeleid, één hoogopgeleid en (3) beiden hoogopgeleid.

Deze categorisering kan effecten van homogamie introduceren: partners met dezelfde opleidingsniveaus hebben mogelijk stabielere relaties. Afzonderlijke modellen op basis van enkel het opleidingsniveau van de vrouwelijke partner en modellen met enkel de opleiding van de mannelijke partner gaven vergelijkbare resultaten.

In de technische toelichting achter in dit artikel wordt nader ingegaan op de selectie vanparen, de methode en de overige onafhankelijke (controle)variabelen.