Auteur: Karin Oosterlaken
Kwaliteitsrapport Statistiek Personen met een uitkering, juli 2021

3. Statistisch proces

3.1. Primaire waarneming

Niet van toepassing.

3.2. Secundaire waarneming

Maandelijks leveren gemeenten (of door gemeenten gemandateerde bericht-gevers, waaronder loketten voor zelfstandigen, gemeentelijke samenwerkings-verbanden), UWV en SVB gegevensbestanden aan over de uitkeringen en uitkeringsontvangers zoals die aan het eind van die desbetreffende maand in de uitkeringsadministratie staan geadministreerd. Zie hoofdstuk 2.1 Algemeen’ voor meer informatie.

3.3. Steekproeftrekken

Niet van toepassing. Alle gemeenten, het UWV en de SVB leveren een volledige (integrale) registratie aan. 

3.4. Respons

Meer informatie over respons zie de kwaliteitsdocumenten van de basisstatistieken voor bijstand, arbeidsongeschiktheid en WW en AOW (zie 2.1). 

3.5. Gaafmaken

Voor meer informatie over het proces van gaafmaken van de uitkeringen zie de kwaliteitsdocumenten van de basisstatistieken voor bijstand, arbeidsongeschiktheid en WW en AOW (zie 2.1).

3.6. Imputeren

Aangaande de bijstandsuitkeringscijfers kan het in uitzonderlijke gevallen voorkomen dat voor b.v. het samenstellen van de voorlopige cijfers een gemeente niet tijdig kan aanleveren. In dat geval wordt in overleg met de gemeente zo goed mogelijk een vervangende dataset samengesteld, gebaseerd op o.a. vorige leveringen. Dit is een handmatige en geen geautomatiseerde handeling.

Uitbijterdetectie- en afhandeling

Als een record slecht is gevuld, wordt het record in overleg met de bericht¬gever verwijderd. Als dit (relatief) vaak voorkomt, wordt de berichtgever gevraagd om herlevering van het gehele bestand.

3.7. Wegen en ophogen

Weging en ophoging vinden niet plaats, omdat er sprake is van integrale waarneming. 

3.8. Transformeren

Er is geen noodzaak om de betekenis van velden aan te passen. 

3.9. Koppelen

De personenbestanden van de diverse statistieken (bijstand, AO, WW en AOW) worden binnen het CBS gekoppeld met de BRP. Uit de BRP worden gegevens overgenomen zoals geslacht, geboortedatum en migratieachtergrond. Deze gegevens zijn in bestandsvorm beschikbaar in het Stelsel van Sociaal Statistische Bestanden (SSB). Ook worden de bestanden verrijkt met regio-informatie uit de BAG.

3.10. Corrigeren

De cijfers van de PMU zijn niet gecorrigeerd voor seizoeneffecten of werkdagen. Wel wordt er gecorrigeerd voor onvolkomenheden in de registratiecijfers, zoals administratieve vertraging en uitkeringen die niet hebben geleid tot een betaling. Dit geheel van correcties worden genoemd transactiebetalingscorrecties (kortweg transactiecorrecties). 

De wijze van maken van transactiecorrecties is in de loop der tijd aangepast. Tot 2013 is sprake van een transactieconcept waarbij “vertraagde informatie”1) uit de opeenvolgende twee maanden (t+1 en t+2) in de verslagmaand wordt opgenomen. Ook voorafgaande informatie2) uit de twee voorafgaande maanden (t-1 en t-2) wordt aan de verslagmaand t toegevoegd. Deze informatie wordt ook alsnog meegeteld in de verslagmaand. 
Vanaf het statistiekjaar 2013 is dit veranderd. Het aantal personen met een (AO, WW, AOW en bijstand-)uitkering wordt bepaald aan de hand van een transactieconcept waarbij enkel nog vertraagde informatie uit de drie opeenvolgende maanden (t+1, t+2 en t+3) wordt teruggelegd. 

De “vertraagde informatie” afkomstig uit de uitkeringsadministraties van de drie maanden volgend op de verslagmaand wordt verwerkt in de statistieken. De vertraagde informatie is vooral van belang voor een juiste bepaling van aanvang en beëindiging van een uitkering. Ook de betalingen die zijn gedaan in het kader van die uitkering zijn belangrijk. Een uitkering die meer dan drie opeenvolgende maanden niet daadwerkelijk tot uitbetaling is gekomen, zal als beëindigd worden beschouwd. De uitkering wordt dan als zogenaamde ‘nul-uitkering’ gezien. De persoon wordt dan niet meegeteld. Wanneer in één van de opvolgende maanden wel een betaling heeft plaatsgevonden, dan wordt de uitkering en daarmee de persoon met een uitkering wel geteld. 

In de onderstaande tabel is voor de WW een overzicht gegeven van de verschillen tussen het aantal personen met een WW-uitkering volgens het oude transactieconcept (vóór statistiekjaar 2013) en het nieuwe transactieconcept (ná statistiekjaar 2013), zodat gevoel kan worden verkregen over de ontstane reeksbreuk. 

3.10.1 Verschil berekening volgens oude en nieuwe transactieconcept van de werkloosheidswet
WerkloosheidswetOude transactie-methodiekNieuwe transactie-methodiekVerschil
Aantal personen met een WW-uitkering'Aantal personen met een WW-uitkering
2012 november315 970--
2012 december351 230--
2013 januari370 570378 7808 210
2013 februari377 660384 0006 340
2013 maart379 120384 9305 810
2013 april380 820386 8706 050
2013 mei381 590386 0904 500
2013 juni370 920380 8509 930
2013 juli388 450396 5908 140
2013 augustus394 970400 6305 660

 

1) Onder vertraagde informatie wordt een record verstaan die in een maand na de verslagmaand wordt geleverd, maar waarbij de geldigheid ligt in de verslagmaand.
2) Onder voorafgaande informatie wordt een record verstaan die in een maand vóór de verslagmaand wordt geleverd, maar waarbij de geldigheid ligt in de verslagmaand.