2001

In 2004 (Volkstelling 2001) zijn volkstellingtabellen gepubliceerd. Bureauwerk was het volkstellen inmiddels geworden, dankzij het gebruik van registers (bijv. Gemeentelijke Basisadministratie). Er ging geen teller meer de straat op, er hoefde geen burger meer te worden lastiggevallen en geen postzegel meer te worden geplakt. Personen waren onherkenbaar, de non-respons nul en de cijfers – als altijd – onverdacht.

Het CBS had toegang gekregen tot die registers dankzij de nieuwe Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Centrale Commissie voor de Statistiek (1996). Het kreeg, onder strenge voorwaarden, toegang tot die registers. Het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden (SSB) dat hier het resultaat van is, is de bron geworden voor alle volkstellingen die vanaf 2001 zijn gepubliceerd.

Alle registers open

De virtuele volkstelling van 2001 is gemaakt met deze registerdata en met steekproefgegevens. De bulk van de data kwam uit de Gemeentelijke Basisadministratie van 1 januari 2001. Daaraan toegevoegd zijn gegevens uit het SSB (werknemers en zelfstandigen, woon-werkverkeer), de Enquête Beroepsbevolking (beroep en opleidingsniveau), het Woningregister en het Woningbehoefte-onderzoek (woningstatistiek) en de Enquête Werkgelegenheid en Lonen en het banenbestand.
40 tabellen zijn klaar gezet, 28 met landelijke gegevens, 12 met regionale gegevens (COROP-niveau, gemeenten). Daarvan zijn 30 tabellen met bevolkings-, opleidings- en beroeps- en bedrijfsgegevens, acht tabellen over de huisvesting en twee tabellen over woon-werkverkeer.

Zelfs daklozen

Het CBS heeft nagenoeg alle groepen in de samenleving in beeld gekregen. Zelfs de dak- en thuislozen, het klassieke voorbeeld van vergeten groepen. Ook die zijn tegenwoordig in registers te volgen, zoals de lijsten van personen die verblijven in dag- en nachtopvang-voorzieningen (bron: Federatie Opvang), de dakloze verslaafden uit het Landelijk Alcohol en Drugs Informatie Systeem, en degenen zonder vaste verblijfsplaats volgens het Besluit Adreslozen van de Wet Werk en Bijstand. Uiteraard met inachtneming van de privacyregels.

Informatieverlies

Een echte, traditionele volkstelling kan de virtuele volkstelling niet vervangen. De traditionele telling gaf mogelijkheden om kruisverbanden op micro- en macroniveau te construeren en te analyseren, bijvoorbeeld over het inkomen en het opleidingsniveau van de leden van een huishouden. Dat kan met de virtuele volkstelling niet.
Sinds er steeds strengere regels zijn omtrent de privacy van personen, worden bij het maken van statistieken hoge eisen gesteld aan de statistische beveiliging. Cellen in een tabel, bijvoorbeeld, die over een (te) klein aantal mensen gaan worden onderdrukt, of de cijfers worden afgerond. Ook dat leidt tot informatieverlies. Het brengt met zich mee dat de uitkomsten van de recente volkstellinguitkomsten niet meer zo gedetailleerd zijn als de traditionele tellingen.

Relevante links