Huishoudens blijven sparen

© CBS / Alrik Swagerman
In het derde kwartaal van 2022 bedroegen de besparingen van huishoudens 12,2 miljard euro. Dit is 160 miljoen euro minder dan in het derde kwartaal van 2021. Huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk) hebben vooral door hogere prijzen meer uitgegeven. Doordat het beschikbaar inkomen ook toenam, bleven de vrije besparingen op peil. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.

De besparingen zijn wat er van het beschikbaar inkomen overblijft na aftrek van de consumptie. Het beschikbaar inkomen was 11,2 miljard euro hoger dan in het derde kwartaal van 2021. De consumptieve bestedingen namen met 11,3 miljard euro toe. De besparingen waren nog steeds hoger dan voor de coronacrisis in 2019.

Bruto beschikbaar inkomen huishoudens, 3e kwartaal
 Consumptieve bestedingen (mld euro)Vrije/individuele besparingen (mld euro)
201073,53,5
201175,11,3
2012752,8
201376,12,8
201476,93,5
201579,24,1
201680,24,6
201783,83
2018874,7
201989,95,5
2020*86,314,1
2021*94,212,4
2022*105,512,2
* voorlopige cijfers

De toename van het beschikbaar inkomen komt met name door de relatief grote stijging van de lonen van werknemers met 5,4 miljard euro. Dit komt enerzijds door hogere lonen en anderzijds door een toename van het aantal werkenden. Verder waren de sociale uitkeringen ruim 1,8 miljard euro hoger dan in het derde kwartaal van 2021.

Vooral meer besteed aan diensten

De toename van de consumptieve bestedingen is in bijna alle categorieën zichtbaar. De grootste toename ten opzichte van een jaar eerder was te zien bij diensten: de horeca, financiële en zakelijke diensten, en recreatie en cultuur. Bij horeca-, recreatie- en cultuurdiensten stegen zowel de prijzen als het volume (de waarde gecorrigeerd voor prijsontwikkelingen). De toename van de bestedingen aan financiële en zakelijke diensten werd voornamelijk veroorzaakt door prijsstijgingen. De consumptie van duurzame goederen nam toe door de hogere prijzen, terwijl er in volume een daling was. Ook de toename van de bestedingen aan overige goederen kwam door prijsstijgingen. Hieronder valt onder meer de consumptie van energie. Doordat huishoudens in het derde kwartaal relatief weinig gas consumeerden, was het effect van de hogere energieprijzen op de uitgaven beperkt.

Verandering consumptieve bestedingen t.o.v. vorig jaar, 3e kwartaal 2022*
 Volume (mln euro)Prijs (mln euro)
Diensten37744338
Voedings- en genotmiddelen-2101355
Duurzame goederen-8061074
Overige goederen-30898
* voorlopige cijfers

Spaartegoed stijgt met 1,2 miljard euro

Huishoudens kunnen de besparingen gebruiken om bijvoorbeeld geld op de spaarrekening te zetten, effecten te kopen of schulden af te lossen om zo hun financieel vermogen te vergroten. In het derde kwartaal van 2022 hebben huishoudens 1,2 miljard euro op de bank gestort en per saldo meer aandelen verkocht dan gekocht. Huishoudens kunnen besparingen ook gebruiken om hun niet-financieel vermogen te vergroten door te investeren in bezit zoals grond en woningen. In het derde kwartaal van 2022 bedroegen de bruto investeringen in vaste activa 15,9 miljard euro.

Deposito's huishoudens
   Girale deposito's (mld euro)Spaartegoeden (mld euro)
20101e kwartaal53,1301,4
20102e kwartaal57,6307,7
20103e kwartaal54307
20104e kwartaal52,8305,8
20111e kwartaal53,7311,2
20112e kwartaal58,4317,5
20113e kwartaal54,7318,6
20114e kwartaal54,4320,6
20121e kwartaal52,8329,2
20122e kwartaal56,8335,5
20123e kwartaal53,4337,4
20124e kwartaal50,2340
20131e kwartaal45345,2
20132e kwartaal51,2348,4
20133e kwartaal46,4346,9
20134e kwartaal47,8343,7
20141e kwartaal47,8348,3
20142e kwartaal51,2354,1
20143e kwartaal48,6353
20144e kwartaal50,7342,4
20151e kwartaal49,8348,8
20152e kwartaal54,6354,5
20153e kwartaal52,5352,5
20154e kwartaal52,4346,4
20161e kwartaal53,5348,9
20162e kwartaal60,2355,9
20163e kwartaal57,8354,7
20164e kwartaal56,9351,7
20171e kwartaal58,8354,9
20172e kwartaal63,3362
20173e kwartaal62360,1
20174e kwartaal60,9354,7
20181e kwartaal60357,6
20182e kwartaal65,4366,1
20183e kwartaal64,7364,8
20184e kwartaal63,6361,9
2019*1e kwartaal66,8366,1
2019*2e kwartaal72,9375,4
2019*3e kwartaal72,5375,3
2019*4e kwartaal73,5373
2020*1e kwartaal78,9375,9
2020*2e kwartaal88,7392,5
2020*3e kwartaal89,7395,2
2020*4e kwartaal93,4395,5
2021*1e kwartaal97,5405,1
2021*2e kwartaal107,1412,1
2021*3e kwartaal108,3410,3
2021*4e kwartaal113,7408,9
2022*1e kwartaal117,7418,2
2022*2e kwartaal124,7427,1
2022*3e kwartaal124,9428,2
* voorlopige cijfers