Areaal akkerbouw met 2 procent gegroeid
Areaal akkerbouwgewassen Jaartal Zaaiuien (2000=100) Tarwe (2000=100) Aardappelen (2000=100) Totaal akkerbouw (2000=100) Gerst (2000=100) 2000 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 2001 101,6 91,2 91,0 99,5 141,7 2002 106,6 99,4 91,7 99,1 121,0 2003 117,1 95,0 88,0 97,1 116,9 2004 142,2 101,0 91,0 96,7 101,9 2005 119,9 99,9 86,5 95,2 107,5 2006 132,2 103,3 86,9 91,4 94,9 2007 144,0 103,4 87,2 90,3 97,9 2008 145,1 114,5 84,3 88,8 106,9 2009 139,6 110,5 86,2 87,3 94,6 2010 158,8 112,7 87,8 85,4 71,1 2011 166,5 110,9 88,6 84,3 72,6 2012 150,0 111,0 83,2 82,1 63,5 2013 157,1 111,8 86,5 83,9 63,0 2014 159,8 104,1 86,7 81,5 58,7 2015 170,8 104,3 86,9 79,7 69,8 2016 179,3 93,7 87,6 79,4 74,0 2017 190,7 85,2 90,3 80,3 64,3 2018 181,3 82,0 91,6 81,3 76,9 2019 197,1 88,6 93,0 83,8 71,7 2020 194,9 80,2 91,9 83,0 82,3 2021 215,3 87,4 89,0 82,9 64,0 2022* 195,3 91,3 90,8 84,5 78,6 * voorlopige cijfers
Jaartal | Zaaiuien (2000=100) | Tarwe (2000=100) | Aardappelen (2000=100) | Totaal akkerbouw (2000=100) | Gerst (2000=100) |
---|---|---|---|---|---|
2000 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 |
2001 | 101,6 | 91,2 | 91,0 | 99,5 | 141,7 |
2002 | 106,6 | 99,4 | 91,7 | 99,1 | 121,0 |
2003 | 117,1 | 95,0 | 88,0 | 97,1 | 116,9 |
2004 | 142,2 | 101,0 | 91,0 | 96,7 | 101,9 |
2005 | 119,9 | 99,9 | 86,5 | 95,2 | 107,5 |
2006 | 132,2 | 103,3 | 86,9 | 91,4 | 94,9 |
2007 | 144,0 | 103,4 | 87,2 | 90,3 | 97,9 |
2008 | 145,1 | 114,5 | 84,3 | 88,8 | 106,9 |
2009 | 139,6 | 110,5 | 86,2 | 87,3 | 94,6 |
2010 | 158,8 | 112,7 | 87,8 | 85,4 | 71,1 |
2011 | 166,5 | 110,9 | 88,6 | 84,3 | 72,6 |
2012 | 150,0 | 111,0 | 83,2 | 82,1 | 63,5 |
2013 | 157,1 | 111,8 | 86,5 | 83,9 | 63,0 |
2014 | 159,8 | 104,1 | 86,7 | 81,5 | 58,7 |
2015 | 170,8 | 104,3 | 86,9 | 79,7 | 69,8 |
2016 | 179,3 | 93,7 | 87,6 | 79,4 | 74,0 |
2017 | 190,7 | 85,2 | 90,3 | 80,3 | 64,3 |
2018 | 181,3 | 82,0 | 91,6 | 81,3 | 76,9 |
2019 | 197,1 | 88,6 | 93,0 | 83,8 | 71,7 |
2020 | 194,9 | 80,2 | 91,9 | 83,0 | 82,3 |
2021 | 215,3 | 87,4 | 89,0 | 82,9 | 64,0 |
2022* | 195,3 | 91,3 | 90,8 | 84,5 | 78,6 |
* voorlopige cijfers |
Areaal zaaiuien geslonken
In 2022 besloeg het areaal zaaiuien 27,3 duizend hectare. Dat is 2,8 duizend hectare minder (-9,3 procent) dan een jaar eerder. Een jaar eerder nam de oppervlakte zaaiuien nog met 11,3 procent toe.
Op een langere termijn heeft het areaal zaaiuien wel een groei doorgemaakt. Ten opzichte van het jaar 2000 is sprake van bijna een verdubbeling van het areaal.
Jaartal | Beteelde oppervlakte (1 000 ha) |
---|---|
2000 | 13,99 |
2001 | 14,21 |
2002 | 14,92 |
2003 | 16,38 |
2004 | 19,89 |
2005 | 16,78 |
2006 | 18,49 |
2007 | 20,15 |
2008 | 20,30 |
2009 | 19,53 |
2010 | 22,22 |
2011 | 23,30 |
2012 | 20,99 |
2013 | 21,98 |
2014 | 22,35 |
2015 | 23,89 |
2016 | 25,08 |
2017 | 26,68 |
2018 | 25,36 |
2019 | 27,58 |
2020 | 27,27 |
2021 | 30,12 |
2022* | 27,32 |
* voorlopige cijfers |
Stijging oppervlakte consumptieaardappelen
De teeltoppervlakte consumptieaardappelen is in 2022 met 5,5 duizend hectare (7,7 procent) toegenomen tot 76,9 duizend hectare. In de twee voorafgaande jaren liet het areaal consumptieaardappelen nog een daling zien. De arealen pootaardappelen (-1 procent) en zetmeelaardappelen (-4 procent) zijn het laatste jaar iets afgenomen.
Bijna de helft (47 procent) van de oppervlakte aan aardappelen bestond in 2022 uit consumptieaardappelen. De arealen pootaardappelen en zetmeelaardappelen hadden beide een aandeel van 26,5 procent.
Oppervlakte zomertarwe met iets meer dan 27 procent toegenomen
Het areaal tarwe besloeg in 2022 bijna 125 duizend hectare, ongeveer 5,4 duizend hectare (4,5 procent) meer dan het jaar daarvoor. Het areaal zomertarwe nam het laatste jaar met 27,3 procent toe. Dit jaar wordt op 16 duizend hectare zomertarwe geteeld. Bijna 13 procent van de oppervlakte tarwe bestaat nu uit zomertarwe.
Het areaal zomertarwe fluctueert van jaar tot jaar. Het aandeel was het hoogst in 2011. Toen bestond ongeveer een kwart van het areaal tarwe hieruit. Van wintertarwe steeg het areaal in 2022 vergeleken met een jaar eerder met bijna 2 duizend hectare (1,9 procent) tot 109 duizend hectare.
Ook toename areaal zomergerst
Onder de granen nam ook bij de gerst het areaal zomergerst toe. Het areaal gerst was in 2022 bijna 37 duizend hectare, 6,9 duizend hectare (23 procent) meer dan het voorgaande jaar. Vooral het areaal zomergerst nam toe met een stijging van bijna 30 procent. Dit jaar wordt op 26,4 duizend hectare zomergerst geteeld.
Ook het areaal zomergerst fluctueert per jaar. 71 procent van de oppervlakte gerst bestaat in 2022 uit zomergerst. Van wintergerst steeg het areaal in 2022 ten opzichte van een jaar eerder met bijna 0,8 hectare (8,3 procent) tot 10,6 duizend hectare.
Gewas | % verandering t.o.v. een jaar eerder (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|
Gerst | 22,8 |
Consumptieaardappelen | 7,7 |
Tarwe | 4,5 |
Totaal | 2,0 |
Suikerbieten | 1,6 |
Pootaardappelen | -1,1 |
Zetmeelaardappelen | -3,9 |
Zaaiuien | -9,3 |
* voorlopige cijfers |