Ruim 1 procent meer koopkracht in 2019
De positieve doorsnee koopkrachtontwikkeling in 2019 was onder meer het gevolg van de grootste cao-loonstijging in 10 jaar (2,5 procent). Daarnaast hadden diverse fiscale maatregelen een gunstig effect op de koopkracht. Vooral door de verhoging van de algemene heffingskorting en de tariefverlagingen in de inkomstenbelasting hielden veel huishoudens meer inkomen over. Hoewel de koopkracht gedrukt werd door de grootste stijging van consumentenprijzen na 2002 (2,6 procent), nam bij 62 procent van de bevolking de koopkracht toe. In 2018 was dit nog bij 54 procent.
Onder alle bevolkingsgroepen nam de koopkracht in 2019 toe, bij werknemers het meest met 2,5 procent. Naast voordeel uit de afgesproken cao-loonstijging, kunnen werknemers ook zelf werk maken van meer koopkracht, door te streven naar meer uren werk of een baan met meer loon. Omgekeerd resulteerden onder meer (tijdelijk) baanverlies of een keuze voor minder uren werk in een koopkrachtdaling bij 35 procent van de werknemers.
Kenmerken | 2019* (% verandering t.o.v. jaar eerder) | 2018 (% verandering t.o.v. jaar eerder) |
---|---|---|
Totale bevolking | 1,3 | 0,6 |
Inkomen als werknemer | 2,5 | 1,9 |
Uitkering pensioen | 0,5 | -0,4 |
Uitkering bijstand | 0,6 | 0,0 |
Persoon in type huishouden | ||
Eenpersoons- huishouden | 0,7 | -0,1 |
Eenouder- gezin | 1,7 | 1,1 |
Paar zonder kinderen | 0,6 | -0,3 |
Paar met kinderen | 2,8 | 2,5 |
* Voorlopige cijfers |
Koopkracht gepensioneerden neemt weer toe na twee jaar daling
Voor gepensioneerden steeg de koopkracht in 2019 in doorsnee met 0,5 procent. In 2017 en in 2018 daalde hun koopkracht nog. In tegenstelling tot werknemers hebben gepensioneerden weinig tot geen mogelijkheden om hun koopkracht zelf te verbeteren en zijn ze veel meer afhankelijk van overheidsmaatregelen die de koopkracht beïnvloeden. Gepensioneerden hadden in 2019 relatief veel profijt van het verhogen van de algemene heffingskorting.
Koopkrachtontwikkeling zelfstandig ondernemers varieert
Zelfstandig ondernemers (met en zonder personeel) hadden in 2018 een grotere koopkrachtstijging dan werknemers, in doorsnee een groei van 2,9 procent tegenover 1,9 procent voor werknemers. Tegelijkertijd varieerde de koopkrachtontwikkeling binnen de groep zelfstandig ondernemers aanzienlijk meer dan bij werknemers. In 2018 nam bij 43 procent van de zelfstandig ondernemers de koopkracht af, tegenover 39 procent van de werknemers. Een vijfde van de zmp’ers en zzp’ers had koopkrachtminnen van minimaal 12,9 procent. Een even grote andere groep had juist koopkrachtplussen van minstens 22,3 procent. De koopkrachtontwikkeling van zelfstandig ondernemers hangt sterk samen met hun resultaat uit onderneming. Voor 2019 zijn veel van deze gegevens nog onbekend.
Ruim 450 euro meer koopkracht in doorsnee
Voor een doorsnee huishouden met een besteedbaar inkomen van 35 duizend euro in 2018, betekent een (doorsnee) koopkrachtstijging van 1,3 procent in 2019, dat het huishouden 455 euro meer te besteden heeft in 2019. Omgerekend komt dat neer op 38 euro per maand. Dat blijkt uit de berekening van de koopkrachtverandering.
Voor een doorsnee werknemershuishouden met een besteedbaar inkomen van 44,1 duizend euro in 2018, betekent een koopkrachtstijging van 2,5 procent in 2019, dat het huishouden 1 100 euro meer te besteden had in 2019. Een doorsnee AOW-huishouden (2018: 27,5 duizend euro besteedbaar inkomen), hield in 2019 135 euro meer koopkracht over.
Kenmerken | Verandering besteedbaar inkomen (euro) | Koopkrachtverandering1 (euro) |
---|---|---|
Totale bevolking | 1365 | 455 |
Inkomen als werknemer | 2250 | 1100 |
Uitkering pensioen | 850 | 135 |
Uitkering bijstand | 490 | 90 |
Persoon in type huishouden | ||
Eenpersoons- huishouden | 685 | 145 |
Eenouder- gezin | 1365 | 540 |
Paar zonder kinderen | 1330 | 250 |
Paar met kinderen | 3175 | 1645 |
1 Verandering besteedbaar inkomen na correctie prijsverandering * Voorlopige cijfers |
Het CBS beschrijft de dynamische koopkrachtontwikkeling die volledig gebaseerd is op feitelijke inkomenswaarnemingen. De feitelijke ontwikkelingen lopen in de tijd achter op de ramingen van de statische koopkrachtontwikkeling die het CPB regelmatig voor het actuele en het daaropvolgende jaar berekent. De meest recente CPB-raming van de doorsnee statische koopkrachtontwikkeling voor 2019 was 1,0 procent.
Bronnen
- StatLine - Koopkrachtontwikkeling personen naar persoonskenmerken
- StatLine - Koopkrachtontwikkeling personen naar huishoudenskenmerken
Relevante links
- Nieuwsbericht - In 2019 grootste cao-loonstijging in 10 jaar
- Nieuwsbericht - Grootste stijging consumentenprijzen na 2002
- Centraal Planbureau - Augustusraming 2020-2021