Werkloosheid in juni licht toegenomen

Over dit onderwerp zijn nieuwere cijfers beschikbaar. Bekijk de laatste cijfers.
Vrouw bekijkt vacatures in de etalage van een uitzendbureau
© Hollandse Hoogte / Gerard Til Photo
Het aantal 15- tot 75-jarigen met betaald werk is de afgelopen drie maanden met gemiddeld 12 duizend per maand toegenomen. In juni waren er 9,0 miljoen werkenden. Het aantal werklozen is vanaf maart met gemiddeld 2 duizend per maand gestegen naar 313 duizend in juni. Zij hadden geen betaald werk en gaven aan recent naar werk te hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar te zijn. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers. UWV registreerde eind juni 243 duizend lopende WW-uitkeringen.

4,1 miljoen mensen hadden om uiteenlopende redenen geen betaald werk. Naast de eerder genoemde werklozen ging het om 3,7 miljoen mensen die niet recent hebben gezocht en/of niet direct voor werk beschikbaar waren. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Hun aantal is in de laatste drie maanden met gemiddeld 5 duizend per maand afgenomen.

Werkloosheidsindicator

Om de conjuncturele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in verschillende landen te kunnen vergelijken, wordt vaak gebruikgemaakt van de werkloosheidsindicator van de International Labour Organization (ILO). Volgens deze indicator worden mensen van 15 tot 75 jaar zonder betaald werk die hier recent naar hebben gezocht en direct beschikbaar zijn met ‘werkloos’ aangeduid. In juni waren er 313 duizend werklozen. Hiermee was 3,4 procent van de beroepsbevolking werkloos. In mei was dit nog 3,3 procent.

Werkloosheid en WW-uitkeringen
   Werkloosheidsindicator (ILO)
(15 tot 75 jaar, seizoengecorrigeerd) (x 1 000)
WW-uitkeringen (15 jaar tot AOW-leeftijd) (x 1 000)
2011januari430284
2011februari425280
2011maart413270
2011april411261
2011mei414256
2011juni409252
2011juli425254
2011augustus427256
2011september442252
2011oktober458253
2011november474258
2011december473270
2012januari486292
2012februari482299
2012maart487296
2012april502292
2012mei501291
2012juni502291
2012juli518298
2012augustus517304
2012september530304
2012oktober539310
2012november554322
2012december572340
2013januari589369
2013februari601377
2013maart619380
2013april625380
2013mei632378
2013juni648382
2013juli666395
2013augustus670399
2013september675400
2013oktober680408
2013november677419
2013december687438
2014januari691460
2014februari699460
2014maart692454
2014april684443
2014mei672436
2014juni656431
2014juli648437
2014augustus637430
2014september630420
2014oktober632419
2014november635425
2014december643441
2015januari645458
2015februari633455
2015maart626443
2015april625427
2015mei617416
2015juni611410
2015juli603420
2015augustus604420
2015september609417
2015oktober616421
2015november596427
2015december588446
2016januari574465
2016februari581469
2016maart574470
2016april572461
2016mei560448
2016juni550438
2016juli541432
2016augustus521427
2016september510424
2016oktober502420
2016november499410
2016december482412
2017januari480419
2017februari473416
2017maart463415
2017april456401
2017mei456386
2017juni446372
2017juli436364
2017augustus426362
2017september422351
2017oktober404343
2017november397337
2017december395330
2018januari380335
2018februari367330
2018maart357327
2018april355314
2018mei352301
2018juni354288
2018juli348279
2018augustus353278
2018september343274
2018oktober337269
2018november326267
2018december329263
2019januari329279
2019februari312274
2019maart307268
2019april300257
2019mei302251
2019juni313243

UWV: Aantal WW-uitkeringen daalt nog steeds

Het aantal WW-uitkeringen daalt gestaag verder. Eind juni 2019 telde UWV 243 duizend lopende WW-uitkeringen. Dat is 3,2 procent minder dan vorige maand. In vergelijking met eind juni 2018 daalde het met 15,7 procent.

In alle beroepsklassen is het aantal lopende WW-uitkeringen gedaald. In vergelijking met een jaar eerder nam dit het meest af bij de pedagogische beroepen (-20,7 procent) en bij de dienstverlenende beroepen (-20,3 procent). Het aantal WW-uitkeringen daalde ook in alle sectoren.

UWV: Daling instroom komt tot stilstand

In de eerste helft van 2019 ontstonden er 172 duizend nieuwe uitkeringen. Dat is iets meer dan in de eerste helft van 2018 (+0,4 procent). In de twee voorgaande jaren daalde de instroom nog flink. Aan die daling lijkt nu een einde te zijn gekomen.

In de eerste helft van 2019 zijn er 192 duizend uitkeringen beëindigd. Omdat dit aantal nog steeds hoger ligt dan de instroom, is het aantal lopende uitkeringen gedaald.

Meer baanverliezers

De werkloosheid is de afgelopen drie maanden licht gestegen, met gemiddeld 2 duizend per maand. Het is voor het eerst na oktober 2015 dat de werkloosheid gemiddeld over drie maanden toeneemt. Het werkloosheidscijfer is een saldo van verschillende stromen op de arbeidsmarkt. De toename van de werkloosheid is vooral toe te schrijven aan de grotere stroom werkenden die hun baan verliezen. Dit aantal is vanaf december gegroeid. In november waren er nog 57 duizend werklozen die drie maanden daarvoor nog werk hadden, in juni waren dat er 73 duizend. De tegenovergestelde stroom, werklozen die (weer) aan de slag gaan, is daarentegen vrijwel onveranderd gebleven.

Werklozen die drie maanden eerder nog werk hadden, seizoengecorrigeerd
JaarMaandVan werkend naar werkloos (x 1 000)
2015januari 108
2015februari107
2015maart106
2015april110
2015mei103
2015juni103
2015juli99
2015augustus105
2015september106
2015oktober110
2015november103
2015december100
2016januari97
2016februari103
2016maart95
2016april94
2016mei91
2016juni89
2016juli89
2016augustus86
2016september87
2016oktober82
2016november84
2016december82
2017januari83
2017februari85
2017maart82
2017april77
2017mei79
2017juni81
2017juli80
2017augustus78
2017september77
2017oktober74
2017november72
2017december66
2018januari66
2018februari62
2018maart57
2018april62
2018mei61
2018juni64
2018juli62
2018augustus61
2018september59
2018oktober60
2018november57
2018december62
2019januari64
2019februari64
2019maart65
2019april67
2019mei70
2019juni73

Onbenut arbeidspotentieel

Het CBS publiceert maandelijks over de omvang van de werkzame beroepsbevolking en de niet-werkzame bevolking, waarbij de laatste groep wordt uitgesplitst naar de werkloze beroepsbevolking en de niet-beroepsbevolking (allemaal volgens ILO-definitie).

Met de werkloze beroepsbevolking wordt echter niet het totale onbenut arbeidspotentieel beschreven. Behalve werklozen behoren hiertoe nog andere groepen. Het gaat ook om mensen die óf recent gezocht hebben naar werk óf direct beschikbaar zijn voor werk. Deze mensen worden gerekend tot het onbenut arbeidspotentieel, maar vallen buiten de werkloosheidsdefinitie. Ook deeltijders die meer uren willen werken en hiervoor direct beschikbaar zijn, behoren tot het onbenut arbeidspotentieel.

De grootte en samenstelling van deze groepen worden alleen per kwartaal gepubliceerd. Het totaalbeeld dat de onderstaande figuur weergeeft is gebaseerd op de meest recente kwartaalcijfers (eerste kwartaal 2019). Het totale onbenut arbeidspotentieel bestond in het eerste kwartaal van 2019 uit 1,1 miljoen mensen. Een jaar eerder waren dit er nog 1,2 miljoen. De ontwikkeling van het totale onbenut arbeidspotentieel hangt sterk samen met de ontwikkeling van de werkloosheid.

Beroepsbevolking van 15 tot 75 jaar Niet-beroepsbevolking Niet gezocht en niet beschikbaar Wil en/of kan niet werken Wil wel werken Gezocht en niet beschikbaar Beschikbaar en niet gezocht Vanwege weinig resultaat Vanwege andere reden Beroepsbevolking Werkloos (ILO-definitie) Werkzaam Deeltijd Wil meer uren werken, beschikbaar Voltijd

Het CBS publiceert maandelijks volgens de internationale richtlijnen over de beroepsbevolking. De bijbehorende indicatoren, de werkzame en werkloze beroepsbevolking, worden wereldwijd gebruikt om de conjuncturele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt te beschrijven. Daarbij zijn maandcijfers essentieel. Daarnaast publiceert het UWV maandelijks over het aantal WW-uitkeringen. Deze UWV-cijfers over uitkeringen zijn niet één-op-één vergelijkbaar met de indicatoren over de beroepsbevolking.