Belang dienstensector sinds 1969 sterk toegenomen

© Flip Franssen/Hollandse Hoogte
De toegevoegde waarde van de dienstensector is sinds 1969 sterker gegroeid dan die van de goederenproductie. Het aandeel van de dienstenproducenten in de Nederlandse economie steeg in de periode 1969-2016 van 56 procent naar ruim 78 procent. Dit meldt het CBS in de periodieke publicatie de Nederlandse economie, op basis van nieuwe tijdreeksen. Deze zijn op verzoek van DNB en CPB samengesteld.

Sinds 1969 is de Nederlandse economie met gemiddeld 2,3 procent per jaar gegroeid. De toegevoegde waarde van de commerciële dienstverlening nam met een gemiddelde jaarlijkse groei van 3,3 procent sterker toe dan die van de andere sectoren. De volumegroei van de goederenproducenten bedroeg over de periode 1969-2016 gemiddeld 1,5 procent per jaar. Bij de meeste bedrijfstakken was er vanaf 2000 sprake van een groeivertraging.

Aandeel in totale toegevoegde waarde
  Niet-commerciële diensten Commerciële diensten Goederenproducenten
196919,83644,2
197020,236,643,2
197121,136,442,5
197221,936,142,1
197322,236,541,3
19742336,640,5
197524,636,438,9
197624,636,439
197725,237,437,4
197825,638,436
197925,938,236
198025,63836,4
198125,437,737
198225,738,435,8
198325,439,535,1
19842439,736,2
198523,640,236,2
198623,542,234,2
198724,143,232,7
198823,343,733
198922,544,333,1
199022,444,633
199122,245,432,4
199222,546,231,3
199322,846,830,4
199422,247,630,1
199521,847,930,4
199621,24929,8
199720,950,228,9
199820,651,428
199920,552,527
200020,252,627,2
200120,851,927,3
20022251,826,2
200322,751,525,8
200422,751,725,6
200522,551,626
20062251,726,2
200721,752,326
200822,15226
200924,251,424,5
201024,451,624
201124,351,724,1
201224,651,523,9
201324,751,923,3
201424,65322,3
20152453,922,1
20162454,121,8

Vooral economische groei door toename arbeidsproductiviteit

De ontwikkeling van de toegevoegde waarde is op te delen in de ontwikkeling van het aantal gewerkte uren en de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit (de toegevoegde waarde per gewerkt uur). De economische groei is sinds 1969 voor bijna 80 procent toe te schrijven aan een toename van de arbeidsproductiviteit. De resterende 20 procent komt voor rekening van een toename in gewerkte uren. De sterke toename van de arbeidsparticipatie van vrouwen in de jaren ’90 droeg hieraan bij.

De toegevoegde waarde van de goederenproducenten nam sinds 1969 alleen toe door een stijging van de arbeidsproductiviteit, het aantal gewerkte uren kromp namelijk. Met andere woorden: minder mensen realiseerden een hogere productie. Bij de commerciële dienstverlening groeide zowel de arbeidsproductiviteit als het aantal gewerkte uren.

Opbouw gemiddelde jaarlijkse groei toegevoegde waarde 1969-2016
 Groeibijdrage arbeidsproductiviteitGroeibijdrage gewerkte uren
Totale economie1,830,52
waaronder:
Goederen-
producenten
2,48-1,02
Commerciële
dienstverlening
2,041,22

Ontwikkeling arbeidsproductiviteit dienstverlening loopt sterk uiteen

Sinds 1969 is de toegevoegde waarde van bijna alle commerciële dienstverleners sterk toegenomen, maar bij dienstverleners die vergaand konden automatiseren groeide deze sneller door een toename van de arbeidsproductiviteit. Dit is bijvoorbeeld zichtbaar in de financiële dienstverlening en de handel en vervoer.

De informatie en communicatie groeide sterk door een gecombineerde stijging van de arbeidsproductiviteit en het aantal gewerkte uren. De groei van de arbeidsproductiviteit vond vooral plaats binnen de telecommunicatie. Dit kon door de stormachtige ontwikkeling van de telecom-netwerken. De groei van de IT- en informatiedienstverlening werd daarentegen vooral gerealiseerd door een toename van het aantal gewerkte uren.

Sommige typen dienstverlening zijn erg arbeidsintensief en kunnen daardoor minder makkelijk schaalvergroting of automatisering toepassen om de arbeidsproductiviteit te verhogen. De specialistische zakelijke dienstverlening met juridisch en boekhoudkundig maatwerk is hier een typisch voorbeeld van.

Commerciële dienstverlening; gemiddelde jaarlijkse groei, 1969-2016
 Toegevoegde waardeArbeidsproductiviteitGewerkte uren
Totaal3,321,2
Zakelijke
dienstverlening
3,60,72,9
Financiële
dienstverlening
3,62,70,8
Informatie en
communicatie
4,72,42,3
Handel, vervoer
en horeca
2,82,50,4

Goederenproductie groeit door hogere arbeidsproductiviteit

De toegevoegde waarde van de goederensector groeide ondanks een forse afname van de werkgelegenheid door een hogere arbeidsproductiviteit. De landbouw springt er bovenuit: de werkgelegenheid kromp er tussen 1969 en 2016 met 38 procent, terwijl de productie verzesvoudigde. De groei van de goederenproducerende bedrijfstakken werd enigszins geremd door de bouwnijverheid. Dit was de enige bedrijfstak waar zowel de toegevoegde waarde, als de werkgelegenheid en de arbeidsproductiviteit in 2016 onder het niveau van 1969 lagen.

Goederenproducerende; gemiddelde jaarlijkse groei, 1969-2016
 Toegevoegde waardeArbeidsproductiviteitGewerkte uren
Totaal1,52,5-1
Bouwnijverheid-0,60-0,6
Waterbedrijven en
afvalbeheer
2,21,30,9
Energiebedrijven2,22,8-0,5
Industrie23,4-1,3
Delfstoffenwinning-0,12,6-2,6
Landbouw, bosbouw
en visserij
45-1