Conjunctuurbeeld iets slechter

Het conjunctuurbeeld was eind februari iets slechter dan eind januari. In de conjunctuurklok waren er meer verslechteringen dan verbeteringen. Het zwaartepunt van de indicatoren ligt diep in de fase van laagconjunctuur. Op een na  presteren alle indicatoren in de Conjunctuurklok onder hun langjarig gemiddelde.

De Nederlandse economie kromp in het vierde kwartaal met 0,9 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Vergeleken met het derde kwartaal kromp de economie met 0,2 procent. Bij de kwartaal-op-kwartaalgroei is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten.

Het consumentenvertrouwen daalde in februari naar een historisch dieptepunt. De stemming van de ondernemers in de industrie verbeterde daarentegen.

De kapitaalmarktrente liep in januari iets op en kwam uit op 1,7 procent. De inflatie bedroeg 3,0 procent. Verkochte bestaande koopwoningen waren in januari 9,6 procent goedkoper dan in januari 2012. Fabrikanten in de industrie rekenden in december 2,8 procent meer voor hun producten dan een jaar eerder.

De voor seizoeneffecten gecorrigeerde werkloosheid liep in januari op naar 592 duizend. Het aantal banen daalde in het vierde kwartaal verder, net als het aantal vacatures. Er werden ook minder uren gewerkt voor uitzendbureaus.

Bruto binnenlands product (bbp)

Bruto binnenlands product (bbp)

Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.

Voor meer conjunctuurinformatie zie: conjunctuurbericht.