Wie gaan meer of minder werken?

1. Inleiding

Op de arbeidsmarkt zijn sinds het 4e kwartaal van 2021 meer vacatures dan werklozen, wat resulteert in een personeelskrapte (CBS, 2025) . Deze tekorten komen voor in bijna alle sectoren en beroepsgroepen (UWV, 2022). Hoewel de krapte is afgenomen van 2023 naar 2024  (UWV, 2023; CBS, 2025), verwachten experts dat deze een langdurig probleem zal blijven (Kremer et al., 2023; CPB, 2024). Vooral voor sectoren zoals de zorg, onderwijs, ICT en techniek wordt verwacht dat dit structureel probleem blijft, doordat de krapte daar los staat van economische ontwikkelingen (UWV, 2022).

Een van de mogelijke oplossingen die hiervoor gesuggereerd worden, is om mensen aan te moedigen meer te gaan werken (van Gennip, 2022). In het tweede kwartaal van 2025 bestond het onbenut arbeidspotentieel uit 1,2 miljoen personen (CBS StatLine, 2025). De grootste groep binnen het onbenut arbeidspotentieel bestaat uit onderbenutte deeltijders: 544 duizend mensen (CBS, 2025). Dit zijn mensen met een deeltijdbaan die aangeven meer te willen werken en hiervoor direct beschikbaar zijn. Maar niet iedereen die meer wil gaan werken, geeft hier ook navolging aan (Kromhout & Souren, 2024). 

Dit onderzoek kijkt voor werknemers van Nederland in hoeverre hun arbeidsduur is veranderd tussen het vierde kwartaal van 2021 en van 2023.