Auteur: Carin Reep
Financiële schade van criminaliteit tegen burgers

1. Inleiding

Door criminaliteit ontstaat schade. Het gaat dan om emotionele (en soms lichamelijke) schade, maar vaak ook om financiële schade. Dit artikel gaat over de financiële, materiële schade die ontstaat bij vermogensdelicten of vernieling.

Die schade ontstaat op de eerste plaats natuurlijk bij de slachtoffers. Zij verliezen geld of goed, en voor een deel van hen leidt dit zelfs tot financiële problemen (Akkermans et al. 2022). Maar de financiële schade reikt verder dan de slachtoffers alleen. Financiële dienstverleners die schade vergoeden zoals verzekeraars, banken, creditcardmaatschappijen of online betaaldiensten worden er ook mee geconfronteerd, en via het premieomslagstelsel en het doorrekenen van kosten in het verlengde daarvan ook een groot deel van de bevolking.

De financiële dienstverleners beschikken uiteraard over de schadebedragen die zij uitkeren, maar een totaalbeeld hiervan ontbreekt. En de totale schade-omvang is al helemaal onbekend, onder andere omdat een deel van de schade niet vergoed wordt of omdat de slachtoffers überhaupt geen melding of aangifte hebben gedaan van wat hen overkomen is.

Om een beeld van de totale financiële schade van criminaliteit te krijgen hebben het CBS en het ministerie van Justitie en Veiligheid in 2021 voor het eerst in de Veiligheidsmonitor vragen opgenomen waarmee deze schade wordt gemeten (zie kader hieronder). De Veiligheidsmonitor is een enquête over veiligheid en slachtofferschap van criminaliteit, waaraan in 2021 ruim 173 duizend personen van 15 jaar en ouder hebben deelgenomen. De data uit de Veiligheidsmonitor hebben betrekking op de financiële schade van (veelvoorkomende) criminaliteit tegen burgers, dat wil zeggen schade die mensen als privépersoon lijden. Financiële schade van criminaliteit tegen bedrijven en instellingen, schade van criminaliteit tegen de overheid, en maatschappelijke schade als gevolg van ondermijnende of georganiseerde criminaliteit blijven buiten beschouwing.

Eerst wordt in paragraaf 2 beschreven wat de totale financiële schade is, dat wil zeggen de door de respondenten in de Veiligheidsmonitor gerapporteerde waarde van gestolen geld en spullen, of schade door vernieling. Dit gebeurt eerst voor de afzonderlijke delicten en daarna voor het totaal hiervan. In paragraaf 3 komt de vergoeding van de schade aan de orde; weergegeven wordt welk deel van de schade is vergoed en welk deel voor rekening van het slachtoffer is. Vervolgens wordt in paragraaf 4 beschreven van hoeveel delicten aangifte wordt gedaan en over welke bedragen dit dan gaat. Paragraaf 5 laat zien welk deel van de slachtoffers financiële problemen heeft overgehouden aan wat hen overkomen is. Paragraaf 6 geeft een beknopt overzicht van cijfers over de financiële schade van criminaliteit afkomstig uit andere bronnen. Afgesloten wordt met een conclusie die een korte samenvatting en een aantal kanttekeningen bij het onderzoek bevat. De bijlage bevat een technische toelichting waarin de belangrijkste methodologische keuzes en analysemethoden worden beschreven.

Alle in dit artikel gepubliceerde cijfers met de bijbehorende betrouwbaarheidsintervallen zijn terug te vinden in de tabellenset bij dit artikel. Cijfers over afzonderlijke delicten worden alleen gegeven indien er minstens 100 waarnemingen hebben plaatsgevonden. 

1) Ransomware of dreigen met het verspreiden van kopieën van gegevens of bestanden.
2) Bij de delicttypen die vrijwel altijd een ‘serie’ betreffen - een reeks van incidenten gepleegd in dezelfde omstandigheden door dezelfde dader(s) - is deze vraag niet gesteld. Ook bij zeer zeldzaam voorkomende delicten is ze niet gesteld.