2. Data en methode
2.1 Data
Deze publicatie is merendeels gebaseerd op data uit de Veiligheidsmonitor (VM) 2023. Dit enquêteonderzoek, dat tweejaarlijks wordt uitgevoerd in opdracht van het CBS en het Ministerie van Justitie en Veiligheid, heeft als doel om de ervaren veiligheid en het slachtofferschap van criminaliteit in Nederland in beeld te brengen en te monitoren. Ruim 180 duizend inwoners van Nederland van 15 jaar of ouder hebben deelgenomen van 9 augustus tot en met 31 oktober 2023. De vragen gingen vooral over leefbaarheid en overlast in de woonbuurt, veiligheidsbeleving, slachtofferschap van (traditionele en online) criminaliteit, oordeel van de burger over de politie, en preventie van criminaliteit. Over de onderzoeksuitkomsten is eerder gepubliceerd (Akkermans et al., 2024). In de 2021-editie van de Veiligheidsmonitor zijn voor het eerst vragen opgenomen over discriminatie. Deze vragen zijn in 2023 aangevuld. De belangrijkste bevindingen over discriminatie worden in deze publicatie gepresenteerd.
Verder bevat deze publicatie resultaten van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) 2023, een jaarlijks enquêteonderzoek dat wordt uitgevoerd door het CBS en TNO. Het doel van de NEA is het in kaart brengen van informatie op het gebied van arbeidsomstandigheden, arbeidsongevallen, arbeidsinhoud, arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden van werknemers in Nederland. In het onderzoek is een vraag over discriminatie opgenomen. In 2023 is deze vraag aan ruim 31 duizend werknemers van 15 tot 75 jaar gesteld. Het onderzoek liep van 19 september tot en met 24 december 2023. De belangrijkste onderzoeksuitkomsten met betrekking tot dit thema zijn in deze publicatie beschreven.
2.2 Vraagstellingen
De precieze vraagteksten van de vragen naar discriminatie zoals gesteld in de Veiligheidsmonitor en in de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden zijn te vinden in de Technische toelichting.
2.3 Betrouwbaarheidsmarges
De Veiligheidsmonitor en Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden zijn steekproefonderzoeken. Dit betekent dat de gepresenteerde percentages schattingen zijn, waarvan de werkelijke uitkomsten binnen betrouwbaarheidsmarges (aangegeven met een boven- en ondergrens) liggen. In dit onderzoek is een betrouwbaarheidsniveau van 95 procent gekozen. Dit betekent dat de werkelijke waarde in 95 van de 100 steekproeven zal liggen tussen de boven- en ondergrens die hoort bij de schatting.
2.4 Bivariate en logistische regressieanalyse
Met behulp van bivariate analyses is de relatie tussen enerzijds de doelvariabelen over discriminatie en anderzijds de achtergrondkenmerken bekeken. Met behulp van significantietoetsing is onderzocht of het verband tussen twee variabelen in de populatie statistisch significant is op basis van het steekproefresultaat. Indien de betrouwbaarheidsintervallen van twee percentages elkaar niet overlappen dan is er sprake van een statistisch significant verschil. Indien de intervallen overlappen, dan is er statistisch geen verschil. De in deze publicatie beschreven verschillen zijn statistisch significant, tenzij anders aangegeven.
In sommige gevallen bestaat er een samenhang tussen achtergrondkenmerken. Zo is er een verband tussen ervaren discriminatie en leeftijd (jongeren ervaren vaker discriminatie dan ouderen) en een verband tussen discriminatie en herkomst (mensen met een herkomst buiten Nederland ervaren vaker discriminatie dan mensen met een Nederlandse herkomst). Met behulp van multivariate logistische regressieanalyses is gekeken of de verschillen naar achtergrondkenmerken in stand blijven wanneer gecorrigeerd wordt voor samenhangen tussen de kenmerken. De in deze publicatie beschreven verschillen blijven na correctie voor deze samenhangen bestaan, tenzij anders aangegeven.