CBS Jaarverslag 2021

28 maart 2022

Over deze publicatie

Jaarverslag CBS 2021

1. Inleiding

Dit schrijvend, heb ik net het Rusland-Oekraïne dossier op de website van het CBS bekeken. De ene ramp lijkt de andere naadloos op te volgen en dat brengt voor ons allemaal, en ook voor CBS’ers met familie of vrienden in de regio, veel ongerustheid en zorgen met zich mee. En roept vele vragen op.

In het CBS-jaarplan voor 2021 schreef ik dat om een land te besturen informatie nodig is die betrouwbaar en objectief is. In 2021 produceerde het CBS daarom, grotendeels vanuit onze eigen werkkamers, flexplekken en soms zelfs vanuit het buitenland, onverminderd veel statistiek.

Een prestatie van groot formaat: hulde aan al mijn collega’s die niet bij de pakken neer zijn gaan zitten. Integendeel. We zien een enorme veerkracht en uithoudingsvermogen bij het CBS in een tijd waarin wij hebben leren leven met de nieuwe werkelijkheid. Met als resultaat meer statistieken dan ooit. En zijn onze cijfers meer gebruikt dan ooit. In de media, in de klas, in het publieke debat. En onze statistieken bleven allemaal voor iedereen toegankelijk op onze website. Met als doel: Nederland helpen om goede, onderbouwde besluiten te nemen. Door met statistiek bij te dragen aan het publieke debat.

Toch bleef de subjectiviteit van feiten aandacht krijgen in de samenleving. Feiten werden ter discussie gesteld, de emoties liepen soms op. In plaats van een publiek debat aan de hand van feiten zagen we onbegrip, onenigheid over de feiten en overdrijving. Ik heb er met verwondering en verbazing naar gekeken. Nog meer dan gedacht, is er behoefte aan een helder kompas.

Het stelde het CBS in 2021 ook op de proef. Daarom hebben wij ons ingespannen om onze basis op orde te houden. Door in alle zorgvuldigheid alle statistieken te produceren die wij moeten produceren. En daarnaast zo goed mogelijk te luisteren naar de geluiden in de samenleving om zo snel en goed mogelijk aan te sluiten bij de nieuwe en veranderende opgaven in de maatschappij. Onze statistieken rondom COVID-19 springen daarbij natuurlijk in het oog, maar ook ons eerder vermelde recente Rusland-Oekraïne dossier waarin we sinds de start van de oorlog cijfers over bijvoorbeeld de import en export publiceren.

Wij hebben daarnaast fors geïnvesteerd in het verbeteren van de privacybescherming van onze data en in het omgaan met de toenemende dreigingen van cybercrime. Onze aandacht voor privacy van data was al hoog, maar is in 2021 geïntensiveerd. Net als de aandacht voor informatiebeveiliging. De recente kwetsbaarheid in december 2021 van Log4J maakte voor mij nog maar eens duidelijk dat de impact hiervan potentieel heel groot kan zijn.

Daarnaast hebben we ons in 2021 beziggehouden met de beschikbaarheid van nieuwe data, het verbeteren van onderzoeksmethodiek en het innoveren in de dataverzameling. U kunt zich voorstellen: als een deel van onze mogelijkheden om data te verzamelen wegvalt doordat wij mensen niet meer huis-aan-huis kunnen interviewen, moeten er alternatieven worden bedacht om alsnog betrouwbare statistieken te produceren. Dat gold voor 2021 en geldt zeker ook voor de toekomst. Want de antwoorden van de deelnemers aan onze enquêtes tellen echt mee.

Deze ontwikkelingen – de toenemende eisen op het gebied van privacybescherming & informatiebeveiliging, en de noodzaak voor continue innovatie in de statistiekproductie – zijn blijvend en vormen de agenda voor de komende jaren. Ik heb er alle vertrouwen in dat wij onze rol, dankzij de inzet van alle CBS’ers, ook in de toekomst op een goede manier zullen invullen.

Den Haag/Heerlen/Bonaire, 28 maart 2022

Directeur-Generaal van de Statistiek

Angelique Berg

2. Statistisch programma

2.1 Wettelijke taak

De wettelijke taak van het CBS is om statistieken samen te stellen en te publiceren waaraan behoefte is. De output van het CBS omvat een veelheid aan informatie over diverse onderwerpen, die samen een beeld geven van de Nederlandse maatschappij:

Arbeid en inkomen
  • Arbeid en sociale zekerheid
  • Inkomen en bestedingen
Economie
  • Bedrijven
  • Bouwen en wonen
  • Financiële en zakelijke diensten
  • Handel en horeca
  • Industrie en energie
  • Internationale handel
  • Landbouw
  • Macro-economie
  • Overheid en politiek
  • Prijzen
Maatschappij
  • Bevolking
  • Gezondheid en welzijn
  • Natuur en milieu
  • Onderwijs
  • Veiligheid en recht
  • Verkeer en vervoer
  • Vrije tijd en cultuur
Dossiers en overige thema-overstijgende output

Het grootste deel van dit programma betreft de productie van statistische informatie op grond van Europese wetgeving. In 2019 is het CBS gestart met een nieuw strategisch meerjarenprogramma voor de jaren 2019–2023. Voor de totstandkoming van het meerjarenprogramma heeft het CBS een omgevingsanalyse uitgevoerd onder meer dan zestig verschillende gebruikers en andere stakeholders. In dit meerjarenprogramma zijn ook wensen van gebruikers opgenomen die het CBS voornamelijk door het ontbreken van financiering niet kan honoreren.

Dagelijks verschijnen tabellen en nieuwsberichten met de meest recente informatie. Gedetailleerde cijfers zijn al vele jaren gratis te raadplegen via de databank StatLine. Ook stelt het CBS zijn volledige databank als open data beschikbaar.

Verbeteringen in het programma zijn onder andere het gevolg van modernere productieprocessen van bestaande statistieken. Hierdoor komen de resultaten sneller en flexibeler beschikbaar. Waar mogelijk realiseert het CBS rijkere resultaten, door kwalitatief betere broninformatie te gebruiken of door data uit meerdere bronnen te koppelen. Een van de bestuurlijke prioriteiten van het CBS is het fenomeengericht beschrijven van maatschappelijke opgaven. Statistische informatie heeft voor de gebruikers immers de meeste waarde, als zij in onderlinge samenhang wordt beschouwd.

Bij veel gebruikers is een grote behoefte aan statistische informatie en diensten. Voor zover deze niet (meer) zijn opgenomen in het basisprogramma, kan het CBS deze verzorgen. Dat gebeurt tegen vergoeding van de kosten, gehouden aan professionele standaarden, en begrensd door de wettelijke kaders, zoals de Beleidsregel taakuitoefening CBS en de Regel werkzaamheden derden CBS die op 1 juli 2020 in werking zijn getreden (zie paragraaf 4.1). Om te voldoen aan de behoefte bij overheidspartijen aan statistische informatie richt het CBS zich vooral op de strategische samenwerking en op grote maatschappelijke en/of regionale vraagstukken die aansluiten bij het basisprogramma van het CBS. Net als bij statistieken die onderdeel zijn van het basisprogramma worden de resultaten van deze aanvullende statistische diensten op geaggregeerd niveau voor iedereen tegelijkertijd openbaar gemaakt. Ook dit zijn statistieken van algemeen belang.

Hieronder staan diverse voorbeelden genoemd van werkzaamheden die het CBS in 2021 heeft uitgevoerd. Op de website is een overzicht te vinden van de statistieken die het CBS samenstelt.

2.2 Arbeid en inkomen

2.2.1 Arbeid en sociale zekerheid

Arbeid en lonen

In aanvulling op het samenstellen van de reguliere statistieken op het gebied van arbeid en lonen, startte het CBS in 2021 met de basisverlegging van de cao-lonen statistiek. De cao-lonenstatistiek is gebaseerd op indexcijfers, met als huidige basisjaar 2010 (index=100). Dit indexjaar wordt verlegd naar 2020. Daarnaast is in 2021 gestart met het vierjaarlijkse Arbeidskostenonderzoek (Labour Cost Survey), dat in 2022 wordt gepubliceerd.

Werkgelegenheid en lonen

Door het wegvallen van de informatie over werkzame personen per vestiging in het Handelsregister per 1 januari 2022, onderzocht het CBS de mogelijkheid van uitbreiding van de Enquête Regionale Werkgelegenheid. Dit om, naast over de verdeling van banen over vestigingen, ook over het kenmerk werkzame personen per (lokale) bedrijfseenheid te beschikken. Een aantal CBS-statistieken waar een Europese richtlijn aan ten grondslag ligt, zoals de Structural Business Survey en Regionale Rekeningen naar laag regionaal niveau, kan niet zonder deze parameter. Door zowel het uitbreiden van de vragenlijst als van het aantal bedrijven dat de enquête ontvangt, worden de eerste resultaten van deze uitbreiding in 2022 verwacht.

Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden en Zelfstandigen Enquête Arbeid

De Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) en de Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) geven een beeld van de ontwikkeling van de arbeidsomstandigheden van werknemers en zelfstandig ondernemers in Nederland. De NEA en de ZEA zijn producten van de langjarige samenwerking met de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO) op het terrein van arbeid. In het voorjaar van 2021 kwamen de nieuwste cijfers uit de NEA beschikbaar en medio 2021 zijn de nieuwste uitkomsten uit de ZEA gepubliceerd. De focus van publicaties van deze enquêtes lag in 2021 specifiek op coronagerelateerde onderwerpen, zoals psychische vermoeidheid en de afname van werk voor zelfstandige zonder personeel (zzp’ers) door de coronacrisis.

Barometer culturele diversiteit

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) maakt en evalueert beleid over culturele diversiteit. Ter ondersteuning ontwikkelde het CBS een statistiek met culturele diversiteit in bedrijfstakken en sectoren, inclusief barometers waarmee organisaties zich kunnen spiegelen aan hun sector of bedrijfstak en inzicht krijgen in de culturele diversiteit van hun personeelsbestand. Vanwege de overgang naar een nieuwe classificatie van migratieachtergrond zijn deze barometers in de loop van 2021 tijdelijk gestopt. In 2022 pakt het CBS dit weer op aan de hand van de nieuwe indeling.

Sociale zekerheid en bijstand

De statistieken van de sociale verzekeringen over arbeidsongeschiktheid, werkloosheidswet en algemene ouderdomswet, de pensioenaansprakenstatistiek en statistieken over personen met een uitkering zijn in 2021 voortgezet onder het gefinancierde werkprogramma van het CBS.

Ook het volledige palet aan statistieken van de bijstand (bijstandsuitkeringen, –debiteuren en fraude alsmede re-integratie door gemeenten) is in 2021 voortgezet als deel van het gefinancierde werkprogramma. Daarnaast voerde het CBS in 2021 wederom aanvullende statistische diensten uit over de thema’s bijstand en sociale verzekeringen, bekostigd door het ministerie SZW.

In 2020 hebben het CBS en het ministerie van SZW afspraken gemaakt over het uitvragen en in kaart brengen van gegevens over de, in verband met corona, ingevoerde Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Deze werkzaamheden zijn in 2021 voortgezet en uitgebreid om het gebruik van de Tozo volledig in beeld te krijgen.

Algemene Ouderdomswet (AOW)-aanspraken

In 2021 heeft het CBS verder gewerkt aan de herziening van de statistiek van de AOW-aanspraken. Het CBS publiceert de cijfers over de verslagjaren 2015 tot en met 2020 in het eerste kwartaal van 2022. Dit is iets later dan voorzien door enkele knelpunten in de automatisering. Hierdoor konden wel de cijfers over 2020 ook toegevoegd worden. In verband met de trendbreuk, veroorzaakt door een verbetering van de gebruikte bronnen, heeft het CBS een nieuwe tabel op StatLine gepubliceerd met als overlap het jaar 2015 zodat gebruikers kunnen zien hoe groot de verschillen zijn met de oude cijfers en waar de verschillen in de verbijzonderingen optreden.

2.2.2 Inkomen en bestedingen

Vermogen

In het voorjaar van 2021 heeft het CBS bij de cijfers over vermogen voor het eerst ook cijfers over aanmerkelijk belang1)  gepubliceerd. Dit geeft een completer beeld van de vermogenscijfers.

Armoede

In 2021 heeft het CBS een publicatie samengesteld over armoede in Nederland. Deze tweejaarlijkse publicatie is bekostigd door het ministerie van SZW. In deze editie is expliciet aandacht gegeven aan kinderarmoede.

2.3 Economie

2.3.1 Bedrijven

Herziening indeling van de economische statistieken 
Binnen Europa is een gebruikersconsultatie uitgevoerd naar de wensen voor de indeling van de sociaal-economische statistieken. Het betreft de standaard bedrijfsindeling volgens de NACE (Nomenclature statistique des Activités économiques dans la Communauté Européenne), de statistische naamgeving van de economische activiteiten in de Europese Unie. Er is een taskforce met twintig landen opgericht, waar Nederland aan deelneemt. Deze taskforce behandelt alle voorstellen en stelt een advies op hoe deze, waar wenselijk, te integreren in de NACE-revisie. De taskforce kijkt onder andere naar mogelijkheden om de activiteiten van de digitale economie beter in de bedrijvenclassificatie op te nemen en naar een meer evenwichtige positie van de dienstverlening. Het advies wordt afgestemd met de ISIC (International Industrial Classification of All Economic Activities) en leidt binnen enkele jaren tot een gereviseerde versie van de NACE. Naar verwachting stelt de Europese Commissie het tijdspad voor implementatie in de bedrijfseconomische en macro-economische statistieken van de lidstaten in 2022 vast. Het CBS start in 2022 met de voorbereidingen voor deze implementatie.

Staat van het midden- en kleinbedrijf
In 2021 is het onderzoek naar de informatievoorziening over het midden- en kleinbedrijf (mkb) voortgezet. De werkzaamheden zijn bekostigd door het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en hebben geresulteerd in het Jaarbericht ‘Ondernemers in beweging’. Naast de reguliere productie van kerncijfers en diverse dwarsdoorsneden van het mkb verrichtte het CBS onderzoek naar aanvullende informatie om het beeld van het mkb te verrijken. Daarbij is bijzondere aandacht uitgegaan naar de thema’s duurzame groei, internationalisering, digitalisering en de crisis die verband houdt met COVID-19.

Informatie- en communicatietechnologie (ICT)-gebruik bij bedrijven
Samen met andere Europese statistische bureaus verrichtte het CBS ook in 2021 onderzoek naar nieuwe ICT-ontwikkelingen bij bedrijven als onderdeel van het onderzoek ‘ICT- gebruik bedrijven’. Hierbij was er onder andere aandacht voor de rol van Artificial Intelligence (AI) en cybersecurity. Door de internationaal gecoördineerde dataverzameling zijn de resultaten per land goed vergelijkbaar. De uitkomsten van het onderzoek zijn in 2021 gepubliceerd in de webpublicatie ‘ICT, Kennis en Economie 2021’.

Beleidsaanvullende statistieken Bedrijfsleven en Innovatie
Bekostigd door het ministerie van EZK heeft het CBS beleidsaanvullende statistieken (BAS) gepubliceerd vanuit het zogenoemde BAS-programma. In dit kader is in 2021 aanvullend onderzoek uitgevoerd naar de platformeconomie, cybersecurity, internethandel, research & development (R&D), toerisme, familiebedrijven, bedrijvendemografie en regionaal-economische kengetallen.

Cybersecurity 
In 2021 publiceerde het CBS een nieuwe Cybersecuritymonitor. In deze publicatie zijn alle beschikbare resultaten over cybersecurity en cybercrime uit CBS-enquêtes gebundeld en waar mogelijk aangevuld met extra onderzoek. In het kader van het vergroten van de cyberweerbaarheid van bedrijven in Nederland heeft het CBS ook gepubliceerd over de cyberweerbaarheid van bedrijven die gebruikmaken van de diensten van het Digital Trust Center. Beide onderzoeken zijn bekostigd door het ministerie van EZK.

Platformeconomie 
Activiteiten van bedrijven die actief zijn als internetplatform hebben in potentie een grote impact, zowel economisch als sociaal. Begin 2021 heeft het CBS de uitkomsten gepubliceerd van een vervolgonderzoek naar de platformeconomie. Het onderzoek beoogt de invloed van platformen beter in beeld te brengen. Het onderzoek werd bekostigd door het ministerie van EZK.

2.3.2 Bouwen en wonen

Woningmarktstatistieken 
Het CBS heeft in 2021 diverse onderzoeken uitgevoerd in het kader van het convenant met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Dit resulteerde onder meer in publicaties over transformaties, eigendomtypes en woningproductie. Ook vond er een vervolgonderzoek plaats naar tijdelijke woningen. Verder heeft het CBS onderzoek uitgevoerd naar de haalbaarheid om prijzen van bouwkavels voor nieuwbouwwoningen te meten. In 2021 is het convenant met het ministerie van BZK vernieuwd.

Vastgoedprijzen
De informatie over vastgoedprijzen is in 2021 verder aangevuld en verbeterd. Het ging daarbij onder meer om spanningsindicatoren op de koopwoningmarkt en regionale huizenprijsindices. Verder is onderzocht of het ontsluiten van informatie uit teksten (textmining) gebruikt kan worden om binnen nieuwbouwkoopwoningen een onderverdeling te maken naar projectmatig gebouwde woningen en zelfbouwwoningen door akteteksten te classificeren. Verder is er een haalbaarheidsstudie verricht naar een huurprijsindex voor commercieel vastgoed. De werkzaamheden zijn bekostigd door het ministerie van BZK en Eurostat.

Statistiek op basis van de Waardering Onroerende Zaken (WOZ) 
Het CBS heeft met het ministerie van BZK afgesproken de verwerking van de databron Landelijke Voorziening Waardering Onroerende Zaken anders in te richten. De nieuwe werkwijze leidt tot eenduidige uitkomsten van de statistiek over de belastingcapaciteit van gemeenten en naar verwachting tot meer efficiëntie in het proces. Op verzoek van het ministerie van BZK is de implementatie van de nieuwe werkwijze verschoven naar 2024 zodat alle ketenpartners voldoende ruimte hebben om de noodzakelijke aanpassingen door te voeren. 

Standard Business Reporting (SBR) Wonen 
Het CBS heeft met Standard Business Reporting (SBR) Wonen en twee van de convenantpartners, Autoriteit Woningcorporaties en het ministerie van BZK, overleg gevoerd over deelname aan het convenant voor het leveren van corporatiedata. In 2022 zal de rol van het CBS duidelijk worden waarbij wordt ingezet op continuïteit van de datalevering en inspraak op kwaliteit en volledigheid van de data. Door van deze data gebruik te maken is enquêtering niet nodig en draagt het CBS bij aan de gewenste verlaging van de regeldruk voor de corporatiesector. 

Kwartaalstatistiek wijken en buurten 
De kwartaalstatistiek wijken en buurten is in 2021 uitgebreid met opleidingsniveaugegevens, meer informatie over inkomens van huishoudens binnen het sociale domein, en de vermogensmediaan van huishoudens. De beoogde uitbreiding met het bezit van rijbewijzen is niet gerealiseerd door gebrek aan financiering.

Woningbehoefte Onderzoek 
In 2020 is de dataverzameling voor het Woningbehoefte Onderzoek (WoON) gestart. Vanwege corona liep dit door tot het najaar van 2021. De publicatie van deze cijfers vindt in 2022 plaats. Het CBS voert dit door het ministerie van BZK bekostigde onderzoek éénmaal in de drie jaar uit. Voor gemeenten bestaat daarbij de mogelijkheid om in te schrijven voor regionale steekproefvergroting, de zogeheten oversampling.

Bestand bodemgebruik 
In 2021 publiceerde het CBS het ‘Bestand bodemgebruik 2017’, tezamen met een prototype voor een actueler en frequenter herontwerp van deze statistiek. Daarmee wordt de statistiek actueler en efficiënter samengesteld. Vanaf 2023 neemt het CBS deze in productie.

2.3.3 Financiële en zakelijke diensten

Net als in voorgaande jaren heeft het CBS in 2021 gepubliceerd over de bedrijfsopbrengsten en –lasten en de omzetontwikkeling van bedrijven in de financiële en zakelijke dienstverlening.

2.3.4 Handel en horeca

Het CBS heeft in 2021 de reguliere publicaties over de omzetontwikkelingen en de bedrijfsopbrengsten en –lasten in de branches handel en horeca uitgebracht.

2.3.5 Industrie en energie

Industrie
Het CBS heeft in 2021 de reguliere publicaties over de omzetontwikkelingen en bedrijfsopbrengsten en –lasten van de industrie uitgebracht.

Zonnestroom 
CBS gebruikt verschillende gegevensbronnen voor de zonnestroomstatistiek. Deze zijn continu in beweging. In 2020 hebben netbeheerders een nieuw systeem in gebruik genomen (Centrale Registratie van Systeemelementen, CERES) vanwege de nieuwste Europese eisen. Daarnaast kunnen de netbeheerders met dit systeem het gebruik van het net optimaliseren. Vanwege de sterke groei van zonnestroom is het doel om gegevens over de gemeten productie en de terugleveringen van alle installaties te krijgen. Om deze redenen is het CBS in 2021 begonnen met het bouwen van een nieuw productiesysteem. Hiermee kan het CBS op termijn gemeten data van zowel grote als kleinere zonne-installaties gebruiken. Op deze manier maakt het CBS een zo feitelijk mogelijke beschrijving van de zonnestroomproductie.

Verbetering van de Informatievoorziening voor de Energietransitie (VIVET) 
Het jaar 2021 was het derde en laatste jaar van de publieke samenwerking Verbetering van de Informatievoorziening voor de Energietransitie (VIVET) van Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), Kadaster, Rijkswaterstaat en het CBS. Het CBS leverde hierbij verkenningen om sneller laagregionaal energieverbruik en productie van zonnestroom te publiceren en meer info over energieverbruik van datacenters en de groothandel. Daarnaast heeft het CBS een pilot uitgevoerd om waargenomen warmteleveringen in de energiestatistieken te verwerken. Aan de hand van bijeenkomsten met gebruikers en door feedback met betrokken partijen, zoals Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Provincies en Regionale Energiestrategie regio’s (RES-regio’s), is een uitvoeringsprogramma opgesteld. Tevens hebbende partijen afspraken gemaakt over de samenwerking na 2021. VIVET gaat door met een iets andere aansturing, waarbij de datavraag van de gemeenten en provincies centraal blijft staan.

Energierekening 
In 2020 heeft het CBS bekostigd door van het ministerie van EZK voor het eerst een uitgebreidere publicatie over de energieprijzen, het energieverbruik van huishoudens en de hieruit resulterende energierekening gemaakt. Ook is er een vergelijking van tien groepen woningen met bewoners geïntroduceerd. In 2021 is een methodische verbetering doorgevoerd voor het bepalen van energieverbruik van huishoudens. Hiermee is een zeer gedetailleerde tabel gepubliceerd met het energieverbruik van woningen uitgesplitst naar type woning, bouwjaar, oppervlakte, bewoning en hoofdverwarmingsinstallatie. Hiermee zijn effecten van prijsontwikkelingen op de energierekening heel specifiek in kaart te brengen.

2.3.6 Internationale handel

Ontwikkelprogramma Globalisering
In 2021 zijn er in het kader van het ontwikkelprogramma Globalisering, bekostigd door het ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ), allerhande nieuwe inzichten over globalisering gepubliceerd. De kern van het ontwikkelprogramma is onderzoek naar de samenhang van internationale economische activiteiten van ondernemingen en hun impact op de nationale economie. Het CBS heeft in 2021 de onderzoeken uitgevoerd naar duurzaamheid, kosten van niet-tarifaire maatregelen, en de gevolgen van COVID-19 en de Brexit. Ook is onderzocht welke databronnen beschikbaar zijn om inzicht te krijgen in de intraconcernhandel van multinationals in Nederland. Dit onderzoek levert een bijzonder goede schatting van de intraconcernhandel op zowel micro- als macroniveau. De genoemde onderzoeken dienden als input voor de internationaliseringsmonitor in diverse kwartalen en hebben onder andere geleid tot een discussiepaper.

Internationaliseringsmonitor
Ook in 2021 is de Internationaliseringsmonitor op kwartaalbasis verschenen. Deze monitor wordt bekostigd door het ministerie van BZ. Speciale aandacht ging in 2021 onder andere uit naar de economische relatie met Afrika en het ecologische aspect van de Nederlandse handel. De monitors ondersteunen het publieke debat over de internationalisering met feiten en inzichten. 

Nederland Handelsland 
In 2021 heeft het CBS, bekostigd door het ministerie van BZ, voor de derde keer de publicatie Nederland Handelsland uitgebracht. Deze publicatie bevat actuele en relevante informatie over de staat van internationalisering in Nederland. Internationale handel in goederen en diensten, de verdiensten aan export en de werkgelegenheid die dit oplevert, het Nederlandse aandeel in de wereldwijde investeringen, de activiteiten van multinationals en het aandeel van Nederland in internationale waardeketens kwamen uitgebreid aan bod in deze publicatie.

Grüne Woche
Begin 2021 is, bekostigd door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), in samenwerking met Wageningen Economic Research de publicatie ‘Grüne Woche’ uitgebracht. Deze publicatie bevat de eerste landbouwexportcijfers van 2020 en verdiepende handelsthema’s zoals de coronacrisis en Brexit. De kern van het onderzoek betreft de gegevens van internationale handel in goederen die betrekking hebben op de in- en uitvoerwaarde van landbouwgoederen. 

2.3.7 Landbouw

Oogstraming akkerbouw
Om de regeldruk verder te verminderen is het CBS in 2020 gestart met het ontwikkelen van een applicatie om oogstgegevens van akkerbouwgewassen te verzamelen op basis van data die door landbouwmachines tijdens de oogst zijn verzameld. De ontwikkelwerkzaamheden zijn in 2021 voortgezet, gefinancierd door een EU-grant in het kader van modernisering van agrarische statistieken. 

Herontwerp Gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw 
De vierjaarlijkse statistiek Gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw is in 2021 door middel van een herontwerp uitgevoerd. De voorbereiding daarvoor vond in 2019 en 2020 plaats in overleg met diverse landbouworganisaties. Eind 2021 heeft het CBS gegevens over 2020 gepubliceerd, een versnelling van een half jaar ten opzichte van het onderzoek over 2016. 

2.3.8 Macro-economie

Revisie nationale rekeningen en overheidsfinanciën 
Conform het Europese geharmoniseerde revisiebeleid vindt er periodiek een revisie plaats van de nationale rekeningen en de statistieken met betrekking tot de overheidsfinanciën. Bij een revisie worden nieuwe bronnen, methoden en concepten doorgevoerd in de nationale rekeningen, zodat het beeld van de Nederlandse economie weer optimaal aansluit bij alle onderliggende statistieken, bronnen en de internationale richtlijnen voor het samenstellen van de nationale rekeningen. De vorige revisie is gepubliceerd in 2018 en ging over het verslagjaar 2015. De volgende revisie staat conform de Europese afspraak gepland voor 2024 en heeft betrekking op het verslagjaar 2021. De voorbereidingen voor deze revisie zijn in 2019 gestart en zijn ook in 2021 verder vormgegeven. 

Sub-sectoren niet-financiële vennootschappen in nationale rekeningen
Bij de (macro) economische statistieken worden instellingen en bedrijven onderverdeeld in sectoren. Eén van die sectoren is die van de niet-financiële vennootschappen. Dit zijn ondernemingen met als hoofdactiviteit het produceren van goederen en niet-financiële diensten. Deze sector kent een grote diversiteit in samenstelling. Naast multinationals en het midden- en kleinbedrijf vallen hier ook ziekenhuizen, woningcorporaties en overheidsbedrijven onder. Beleidsmakers en andere (inter)nationale gebruikers hebben behoefte aan een verdere uitsplitsing van deze sector. Het doel van het onderzoek was om meer inzicht te krijgen in hoe geldstromen door Nederland lopen en een beter inzicht te krijgen in het hoge overschot op de Nederlandse lopende rekening. Dat laatste is een belangrijke indicator voor macro-economische disbalans in Europa. Het CBS onderzoekt hoe grote multinationals in Nederlandse of buitenlandse handen, of juist het midden- en kleinbedrijf, hieraan bijdragen. In 2021 publiceerde het CBS een rapport met de eerste resultaten van de uitsplitsing over de jaren 2015, 2016 en 2017.

2.3.9 Overheid en politiek

In vrijwel alle landen hebben de nationale overheden omvangrijke steunmaatregelen getroffen om de economie en de samenleving te ondersteunen. De omvang en de maatregelen verschillen per lidstaat. In 2021 leverden alle lidstaten van de EU in aanvulling op de reguliere buitensporige tekortenprocedure (Excessive Deficit Procedure, EDP) extra gegevens aan Eurostat zodat hier inzicht in kon worden verkregen.

2.3.10 Prijzen

Per 1 januari 2020 is de belasting toegevoegde waarde (btw) op elektronische publicaties verlaagd van 21 naar 9 procent. Het CBS heeft een verzoek van het ministerie van Financiën gehonoreerd en onderzoek verricht naar de prijsontwikkeling van elektronische publicaties zoals e-books en digitale kranten. Om het effect van de belastingverlaging op de verkoopprijzen te kunnen evalueren, heeft het CBS in 2021 een aparte prijsindexreeks van elektronische publicaties gemaakt.

In 2020 heeft het CBS, bekostigd door het ministerie van BZK, aanvullende StatLinetabellen ontwikkeld met meer details over huurontwikkelingen. De nieuwe tabellen bevatten onder meer cijfers over reële huurverhogingen naar sociale en overige verhuurders, huurontwikkeling naar soort ontwikkeling en soort verhuurder en naar renovatie- en harmonisatie- effecten. Vanaf 2021 maken deze een vast onderdeel uit van de huurpublicaties en zijn deze tabellen verder uitgebreid met een tijdreeks met de jaargegevens van 2015 tot en met 2019.

2.4 Maatschappij

2.4.1 Bevolking

Demografische gegevens
In 2021 heeft het CBS vanwege de coronapandemie wekelijks cijfers over sterfte op StatLine gepubliceerd. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft CBS-data gebruikt voor hun sterftemonitor en de Europese monitor (Euromomo). Om meer uitleg bij de sterftecijfers te geven zijn extra achtergrondartikelen in de CBS-publicatie Statistische trends opgenomen. 
In het eerste kwartaal van 2021 is het Dashboard bevolking voor het eerst gepubliceerd. Deze visualisatie toont de actuele stand en ontwikkeling van de Nederlandse bevolking uitgesplitst naar leeftijd, geslacht, migratieachtergrond en huishouden. Daarnaast publiceerde het CBS maandelijks actuele demografische gegevens op StatLine zoals over geboorten, immigratie en emigratie.

Huishoudensprognose
In de driejaarlijkse cyclus bevolkingsprognose, huishoudensprognose en regionale bevolkings- en huishoudensprognose heeft het CBS in december 2021 de Kernprognose 2021–2070 en Huishoudensprognose 2021–2070 openbaar gemaakt. Ter onderbouwing van deze prognoses zijn analyses van de bevolkings- en huishoudensontwikkelingen naar leeftijd, geslacht en migratieachtergrond uitgevoerd. Het resultaat van deze analyses is, per type prognose, verschenen in de CBS-publicatie Statistische trends. 

Migratie en integratie 
In 2021 zijn, bekostigd door en in samenwerking met het ministerie van SZW, de kernindicatoren met betrekking tot de integratie van personen met een migratieachtergrond gepubliceerd.
In 2021 publiceerde het CBS de door het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) bekostigde statistiek Migratiemotieven. Deze statistiek geeft informatie over de reden waarom immigranten met een niet-Nederlandse nationaliteit zich in Nederland vestigen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt naar onder andere asiel-, arbeids-, gezins- en studiemigranten.

Het nieuwe inburgeringsstelsel is op 1 januari 2022 in werking getreden, een half jaar later dan oorspronkelijk was gepland. Binnen dit stelsel is een belangrijke rol weggelegd voor monitoring en evaluatie. Het gaat hierbij om het verkrijgen van inzicht in de doeltreffendheid, het doelbereik, en de werking van het nieuwe beleid. Het CBS onderzocht in 2021 welke eenduidige data in dit kader gewenst zijn, welke bronnen daarvoor nodig zijn (gemeenten, Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA), Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND)) en hoe deze data op de meest efficiënte wijze en conform de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) verzameld kunnen worden. In 2022 gaat de volgende fase van het traject in, namelijk het verzamelen en verwerken van actuele data, met een eerste publicatie in 2023. 

Er kunnen inhoudelijke en/of methodologische bezwaren zijn om een onderzoek uit te voeren waarin naar migratieachtergrond wordt uitgesplitst. Hiervoor heeft het CBS in 2021 een afwegingskader migratie- en integratiestatistieken opgesteld. Een interne expertgroep beoordeelt het gebruik van migratiekenmerken in de statistiek aan de hand van de uitgangspunten uit dit afwegingskader.
In 2021 heeft het CBS een nieuwe indeling vastgesteld voor migratieachtergrond. Aanleiding hiervoor was dat de eerdere indeling van westers/niet-westers niet meer actueel was, denk bijvoorbeeld aan Japan en Indonesië die werden ingedeeld als ‘westers’. Daarnaast ervaart een deel van de samenleving de eerdere indeling als stigmatiserend. Voor het opstellen van de nieuwe indeling is in de vorm van rondetafelgesprekken gesproken met een breed scala aan betrokken organisaties. De implementatie gaat in 2022 van start.

Bevolkingsontwikkeling 
Eind 2018 waren er in de Tweede Kamer vragen over de bevolkingsontwikkeling in Nederland op de middellange termijn en de gevolgen daarvan voor de Nederlandse samenleving. Dit heeft geleid tot een brede verkenning naar dit thema. Medio 2020 heeft het CBS in samenwerking met het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) het rapport Verkenning Bevolking 2050 gepubliceerd, waarin diverse bevolkingsvarianten zijn doorgerekend en beschreven. In vervolg op dit rapport is aan het NIDI en het CBS gevraagd de gevolgen van de veranderingen in de bevolking in 2050 voor vier beleidsterreinen (arbeid, onderwijs, zorg en wonen) te onderzoeken aan de hand van een aantal scenario’s. Het CBS leverde de cijfers en NIDI maakte scenario’s en interpreteerde deze. Deze resultaten zijn in 2021 gepubliceerd.

Bekostigd door het ministerie van SZW publiceerde het CBS in november 2021 de resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd. Op basis van deze gegevens bepaalt het ministerie van SZW zijn beleid ten aanzien van de AOW. Er lopen eerste besprekingen om deze verkenning nogmaals uit te voeren, maar dan gericht op scenario’s die minder ver in de toekomst liggen, bijvoorbeeld 2030, zodat vanuit beleid zicht is op de mogelijke meer kortere termijn gevolgen van bijvoorbeeld meer of minder arbeidsmigratie naar Nederland.

Cohortstudie asielzoekers en statushouders 
Sinds 2016 voert het CBS een cohortstudie uit onder asielzoekers en statushouders, bekostigd door de ministeries van SZW, JenV, Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). De studie brengt in beeld hoe statushouders zich bewegen in Nederland. In april 2021 is de publicatie ‘Asiel en integratie 2021’ openbaar gemaakt. In diezelfde maand is de Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)-publicatie ‘Met beleid van start’ verschenen over Syrische statushouders, in opdracht van dezelfde ministeries. Naast het SCP hebben aan deze publicatie ook het CBS, RIVM en het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) bijdragen geleverd.

2.4.2 Gezondheid en welzijn

Doodsoorzakenstatistieken 
Sinds 1901 publiceert het CBS gegevens over de doodsoorzaken van alle overleden inwoners van Nederland. Hierbij wordt voortdurend aandacht besteed aan internationale vergelijkbaarheid, onder andere door afstemming met de World Health Organization (WHO), reproduceerbaarheid, en het op peil houden en vergroten van kennis over deze statistiek bij de artsen en artsen in opleiding. In het kader van de pandemiebestrijding is er in 2021, net als in 2020, in het bijzonder aandacht besteed aan sterfte ten gevolge van corona. De cijfers zijn steeds zo snel mogelijk gepubliceerd. 
In de loop van 2021 werd bekend dat vanaf 1 januari 2022 de aangepaste Wet op de Lijkbezorging van kracht gaat. Die aanpassing in de wet geeft artsen de mogelijkheid om gegevens ook digitaal aan te leveren aan het CBS. In 2021 is het CBS gestart om administratieve systemen van artsen gereed te maken voor deze transitie.

Niet-financiële zorgstatistieken 
In 2021 heeft het CBS onder andere cijfers over het gebruik van medisch specialistische zorg, geestelijke gezondheidszorg, medicijngebruik en huisartsenzorg gepubliceerd. Deze cijfers zijn uitgesplitst naar diagnose en verschillende persoons- en zorgkenmerken. In verband met corona is de informatie over ziekenhuiszorggebruik uitgebreid met een extra diagnosegroep voor corona. 

Gezondheidsenquête 
In 2021 vond de uitvoering van de Gezondheidsenquête plaats. Dit onderzoek heeft als doel om een zo volledig mogelijk overzicht te geven van (ontwikkelingen in) de gezondheid, de medische contacten, de leefstijl en het preventief gedrag van de bevolking in Nederland. 

Medio 2020 heeft het CBS een aantal vragen met betrekking tot corona toegevoegd aan de Gezondheidsenquête. Deze vragen worden sinds augustus 2020 in de enquête gesteld. Het CBS heeft de resultaten hiervan medio 2021 gepubliceerd. Vanwege corona is er in overleg met het ministerie van VWS en het SCP in 2021 een aantal indicatoren op kwartaalbasis gepubliceerd. 
 
Arbeidsmarkt zorg en welzijn (AZW)
Het Rijksbrede onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt zorg en welzijn (AZW) draagt bij aan een optimaal functionerende arbeidsmarkt in de sectoren zorg, welzijn en maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang. Het CBS beheert hiervoor een datawarehouse (AZW-StatLine) en een dashboard met kernindicatoren over AZW, zowel landelijk als regionaal.

In 2021 werkte het CBS naast deze basis data-infrastructuur binnen het onderzoeksprogramma verder aan innovatieve projecten, zowel in onderwerp als gebruikte technieken. Hierbij zijn actuele vraagstukken in de sector Zorg en welzijn behandeld. Ook heeft het CBS informatie gepubliceerd die via panels van werkgevers en werknemers verzameld zijn. Het onderzoek wordt bekostigd door het ministerie van VWS.

Monitor langdurige zorg (MLZ)
Sinds 2013 geeft het CBS in de Monitor Langdurige Zorg (MLZ) inzicht in de indicatie, het gebruik en de kosten van de langdurige zorg. De actuele kerncijfers, metadata en maatwerktabellen van de monitor worden gepubliceerd op www.monitorlangdurigezorg.nl. Meer uitsplitsingen van deze cijfers zijn beschikbaar in de bijbehorende MLZ-StatLine omgeving. Het samenstellen en het beheer van de MLZ wordt bekostigd door het ministerie van VWS.

Per 1 januari 2021 kunnen personen met psychische aandoeningen toegang krijgen tot de Wet langdurige zorg (Wlz). In 2021 zijn op verschillende momenten metingen verricht om de instroom van deze personen in de Wlz cijfermatig te beschrijven. 

Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
Om de stapeling van de kosten van zorg en ondersteuning voor zorggebruikers te beperken, is in 2019 voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) een abonnementstarief voor de eigen bijdrage ingevoerd. Het CBS levert een kwantitatieve bijdrage aan de monitoring van de effecten van deze maatregel. Bekostigd door het ministerie van VWS heeft het CBS in 2021 informatie samengesteld over het Wmo-gebruik, de samenhangende kosten en opbrengsten en de instroom van zorggebruik in de Wlz. De informatie wordt tijdens de duur van de monitor (2019–2022) jaarlijks geactualiseerd.

Hospital standardized mortality ratio (HSMR) 
Het CBS levert jaarlijks een berekeningsmodel voor het bepalen van gestandaardiseerde sterfte ratio’s in ziekenhuizen, de zogenaamde Hospital standardized mortality ratio (HSMR).
In overleg met Dutch Hospital Data (DHD), de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft het CBS in 2021 onderzocht op welke wijze de berekening van de HSMR over 2020 aangepast moet worden in verband met de ziekenhuisopnamen van coronapatiënten. Op basis van dit berekeningsmodel zijn gestandaardiseerde sterfteratio’s berekend. Het onderzoek wordt bekostigd door DHD.

Interlandelijke adoptie 
Het CBS heeft een verzoek gehonoreerd van de door de minister van rechtsbescherming ingestelde commissie ‘Onderzoek Interlandelijke Adoptie in het verleden’ om onderzoek te doen naar het welzijn en zoekgedrag van interlandelijk geadopteerden in Nederland. Hiertoe heeft het CBS in 2020 een onderzoek uitgevoerd onder een steekproef van uit het buitenland geadopteerde kinderen geboren tussen 1970 en 1998 en onder een controlegroep van niet-geadopteerden. Het CBS heeft de bevindingen uit dit onderzoek in de eerste helft van 2021 gepubliceerd.

Onderzoek GGD-testdata en vaccinatiedata 
In 2021 heeft het CBS een verzoek van het ministerie van VWS gehonoreerd en is het in samenwerking met RIVM, Gemeentelijke Gezondheidsdiensten (GGD’en) en de overkoepelende brancheorganisatie van de vijfentwintig Gemeentelijke Gezondheidsdiensten en Geneeskundige Hulpverleningsorganisaties in de Regio (GHOR) (GGD GHOR) gestart met het uitvoeren van statistisch onderzoek op GGD-testdata. Het doel van dit statistisch onderzoek is om beleid en onderzoek te voorzien van relevante informatie die bijdraagt aan de bestrijding van corona. De onderzoeken hebben onder meer geleid tot diverse publicaties waarin sociaal-economische en demografische analyses werden beschreven. Initieel lag de focus van het onderzoek op GGD-testdata, maar in 2021 zijn ook voorbereidingen getroffen om onder strikte voorwaarden onderzoek uit te voeren op vaccinatiedata. Het CBS en RIVM werken sinds eind 2021 samen om factoren van vaccinatiebereidheid te onderzoeken.

Het CBS, GGD GHOR en het RIVM hebben in 2021 gezamenlijk aanvragen voor onderzoeken waarbij gebruik wordt gemaakt van GGD-testdata beoordeeld. Data kunnen via remote access beschikbaar worden gesteld voor wetenschappelijk en statistische onderzoek door andere onderzoeksinstellingen. Zo heeft het RIVM in 2021 onderzoek gedaan om een beter inzicht te krijgen in het aandeel besmettingen via werk, school of thuis. GGD-regio Zuid-Holland Zuid heeft een mogelijke relatie van testgedrag en afstand tot de GGD-testlocatie onderzocht, dat ondersteunt bij een betere geografische spreiding van testlocaties. Een onderzoek van het RIVM heeft geleid tot een dashboard met testdata en achtergrondkenmerken van de totale bevolking. Eind 2021 is de datalevering door GGD GHOR tijdelijk stopgezet. De verwachting is dat deze leveringen in 2022 weer worden hervat.

2.4.3 Natuur en milieu

Natuurstatistieken: netwerk ecologische monitoring (NEM) 
De natuurstatistieken vonden in 2021 hun basis in het kader van het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM). De natuurstatistieken werden bekostigd door het ministerie van LNV. Daarnaast zijn opnieuw op beperkte schaal werkzaamheden uitgevoerd voor de provincies (via BIJ12, de uitvoeringsorganisatie voor de twaalf provincies die ondersteunt op het gebied van faunazaken, natuur, stikstof, water en beheerapplicaties), waaronder flora-monitoring, evenals voor Rijkswaterstaat en het Informatiehuis Marien: monitoring van Noordzee, Waddenzee en Delta.

Het CBS leverde met de natuurstatistiek in 2021 een bijdrage aan het herzien en herijken van alle meetdoelen van het NEM en aan eventueel daaruit voortvloeiende nieuwe monitoring. Aanleiding daarvoor is de samenwerkingsovereenkomst NEM, tussen de voor natuurbeheer en -monitoring verantwoordelijke overheden (ministerie van LNV, Rijkswaterstaat en provincies) en de actuele informatiebehoefte als gevolg van onder andere de stikstofproblematiek, insectensterfte en klimaatverandering/energietransitie.

Bij natuurstatistieken heeft het CBS in 2021 samengewerkt met de unit Wettelijke Onderzoekstaken (WOT) Natuur & Milieu van Wageningen University & Research (WUR) aan de ontwikkeling van de methode voor beoordeling van de kwaliteit van habitattypen. Dit zijn onderscheiden ecosystemen met karakteristieke geografische, abiotische en biotische kenmerken. Monitoring van habitattypen is voor Nederland vereist in het kader van de Europese Habitatrichtlijn.

Meststatistieken en mineralenbalansen
In 2021 heeft het CBS de meststatistieken en mineralenbalansen samengesteld. Deze statistieken zijn bekostigd door het ministerie van LNV en zijn tevens bron voor de Emissieregistratie. Op deze manier wordt op nationaal niveau voldaan aan een groot aantal nationale en internationale verplichtingen en richtlijnen. De meststatistieken geven informatie over mestproductie naar diertype en bedrijfstype, de mineralenbalansen bevatten gegevens over overschotten van de mineralen stikstof, fosfor en kalium op landbouwgrond.

Waterstatistieken 
Het CBS heeft in 2021 waterstatistieken samengesteld, bekostigd door de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en EZK. Deze waterstatistieken vormen tevens een bron voor de Emissieregistratie. De statistieken betreffen onder meer zuivering afvalwater (bijvoorbeeld naar regio, installatie of zuiveringsinstallatie) en emissies naar water (bijvoorbeeld lozingen van milieuverontreinigende stoffen naar oppervlaktewater en riool). Ook leveren zij een bijdragen ten behoeve van de duurzame ontwikkelingsdoelen (Sustainable Development Goals, SDG’s) van de Verenigde Naties.

In 2021 heeft het CBS verder invulling gegeven aan een aantal onderwerpen op het snijvlak van milieu en economie. Voornamelijk via aanvullende statistische diensten werd bijgedragen aan het ontwikkelen en verbeteren van informatie over (het monitoren van) circulaire economie, de kosten van de energietransitie en actuele cijfers over de uitstoot van broeikasgassen.

Circulaire economie
In 2021 heeft het PBL in samenwerking met verschillende kennisinstellingen zoals het CBS de nieuwe Integrale Circulaire Economie Rapportage gepubliceerd. Het CBS heeft hier vanuit verschillende invalshoeken aan bijgedragen. Zo zijn uit de Materiaalmonitor indicatoren afgeleid over primaire en secundaire grondstofstromen van, naar en binnen de economie. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen direct gebruik van grondstoffen en het gebruik in de keten (voetafdrukken). Ook is gekeken naar het economische belang van de circulaire economie door de werkgelegenheid en toegevoegde waarde van de circulaire economie te bepalen. Daarnaast heeft het CBS in 2021 onderzoeken uitgevoerd naar de biobased economy, waarin biologische grondstoffen fossiele grondstoffen vervangen, en naar de rol van circulaire economie binnen de Sustainable Development Goals (SDG’s) oftewel duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Het CBS is ook in nauwe samenwerking met PBL begonnen aan het ontwikkelen van samenhangende statistieken over diverse typen voetafdrukken.

Het CBS gaf in 2021 verder invulling aan een aantal andere onderwerpen op het raakvlak van milieu en economie. Voornamelijk via aanvullende statistische diensten droeg het CBS bij aan het ontwikkelen en verbeteren van informatie over de kosten van de energietransitie, actuele cijfers over broeikasgassen volgens Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC)-definities en over de waterproblematiek. 

2.4.4 Onderwijs

Niet-bekostigd onderwijs en onderwijspersoneel 
Het CBS verrichtte in 2021 onderzoek naar het genereren van informatie over niet-bekostigd onderwijs op basis van nieuwe databronnen. Het CBS heeft ook gewerkt, op basis van een nieuwe dataset over onderwijspersoneel, aan nieuwe informatie over leerkrachten in het regulier onderwijs. Het gaat hierbij om het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. Dit project voerde het CBS in samenwerking met Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) uit.

Bedrijfsopleidingen 
Het onderzoek Bedrijfsopleidingen is in 2021 uitgevoerd. Dit onderzoek vindt één keer in de vijf jaar plaats en verschaft inzicht in de opleidingsactiviteiten van bedrijven. De belangrijkste onderwerpen in het onderzoek waren de participatie aan, de intensiteit van en uitgaven aan cursussen. Daarnaast bevroeg het onderzoek de bedrijven naar het opleidingsbeleid en de kwaliteitsborging van gegeven cursussen. De resultaten worden in 2022 gepubliceerd.

Onderwijsachterstanden 
Het CBS berekende ook in 2021, bekostigd door het ministerie van OCW, achterstandsscores die informatie geven over de verwachte onderwijsachterstand op scholen en in gemeenten. De eerste evaluatie van dit onderzoek vond in 2021 plaats. Door de berekening regelmatig te evalueren blijven de achterstandsscores actueel. Het CBS zocht in 2021 samen met het ministerie van OCW naar de beste manier om scholen van aanvullende informatie over de achterstandsscores te voorzien.

2.4.5 Veiligheid en recht

Politiestatistiek 
Het CBS publiceerde in 2021 tabellen over de geregistreerde criminaliteit en geregistreerde verdachten vanuit de Basisvoorziening Handhaving van de Politie. Er is gestart met de verkenning om de aanlevering van data voor de politiestatistiek te laten verlopen via de Data Alliantie Strafrechtketen, een samenwerkingsverband binnen de strafrechtketen. Ook is gestart met de verkenning van het aanpassen van achtergrondkenmerken in StatLinetabellen. Beide krijgen in 2022 verder gestalte. De data vormen een basis voor publicaties als het Jaarrapport Integratie, de Jeugdmonitor en het coronadossier.

Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen 
Het CBS publiceerde tot en met 2020 jaarlijks over uitspraken in de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP). Als gevolg van een nieuwe bron is er vanaf 2021 een nieuw microdatabestand samengesteld met personen vanaf 1998 met een uitgesproken of al beëindigde wettelijke schuldsanering. Ook zijn er zes nieuwe StatLinetabellen ontwikkeld met daarin het aantal uitgesproken of beëindigde schuldsaneringen of een stand per 31 december naar persoons- en regiokenmerken. De WSNP wordt in veel fenomeengerichte publicaties gebruikt.

Veiligheidsmonitor 
In 2021 heeft het CBS de dataverzameling voor de Veiligheidsmonitor uitgevoerd. Hierbij is gebruik gemaakt van een herziene vragenlijst en design van het onderzoek om zo beter aan te sluiten bij de veranderde informatiebehoefte van de gebruikers. De resultaten worden in het voorjaar van 2022 gepubliceerd.

2.4.6 Verkeer en vervoer

Goederen- en personenvervoer over zee 
In 2021 heeft het CBS een grote stap gezet in het herontwerp van de statistieken over het goederen- en personenvervoer over zee dat in 2022 afgerond zal worden. De doorlooptijd van het herontwerp is verlengd omdat er een aantal applicaties is gemaakt dat generiek kan worden ingezet voor andere transportstatistieken. Daarnaast is een extra databron toegevoegd. De douane-informatie vormt de basis voor deze statistieken, aangevuld met informatie van de havenbedrijven en veerdiensten. Met het herontwerp kan het CBS blijven voldoen aan de kwaliteitseisen van Eurostat. Daarnaast draagt het herontwerp bij aan het versnellen van de statistiek en het scheppen van de voorwaarden voor het samenstellen van output over de vervoersmodaliteiten heen.

Goederenvervoer per binnenschip 
Ter verbetering van de kwaliteit van de statistiek over het goederenvervoer per binnenschip is in 2020 een traject gestart waarbij onderzocht is hoe door additioneel gebruik te maken van informatie uit het Automatic Information System (AIS) de statistiek over de binnenvaart verbeterd kan worden. AIS is een signaal dat schepen uitzenden en dat informatie geeft over de locatie en de reis van het schip. In 2021 is de scope van dit traject uitgebreid, doordat ook andere nieuwe bronnen, namelijk data van overslagterminals, worden toegevoegd. 

Reizigersinformatie over het openbaar vervoer 
In 2021 heeft het CBS gewerkt aan het verzamelen en ontsluiten van de informatie over het aantal reizigers en reizigerskilometers in het openbaar vervoer (OV) op basis van OV-data. Aan de vervoerders is gevraagd om met name informatie te verschaffen over het personenvervoer per spoor, vanwege de Europese verplichting die geldt voor deze gegevens. Dit traject loopt door in 2022 en leidt tot het verkrijgen van datatoegang tot de OV-gegevens. 

Onderweg in Nederland 
Het CBS voerde in 2021 het door het ministerie van IenW bekostigde onderzoek ‘Onderweg in Nederland’ uit. Dit is een continu onderzoek naar de mobiliteit van de Nederlandse bevolking, waarbij er dagelijks gegevens worden verzameld over verplaatsingen van personen. Ten behoeve van regionale basisinformatievoorziening kan, bekostigd door een publiekrechtelijke instelling zoals een gemeente, de steekproefomvang van het basisonderzoek in een regio worden uitgebreid. Bij zulk aanvullend onderzoek worden extra personen benaderd in de betreffende regio. De resultaten worden medio 2022 gepubliceerd.

Multimodaal vervoersnetwerk 
Naast het al jaren bestaande wegennetwerk en het recent beschikbaar gekomen fietsnetwerk heeft het CBS in 2021 ook een OV-netwerk opgezet. Dit wordt gekoppeld aan reismogelijkheden met fiets of auto. Hiertoe wordt onder andere de kwaliteit van OpenStreetMap, een wereldwijd project met als doel om vrij beschikbare en vrij bewerkbare landkaarten te maken, vergeleken met het Nationaal Wegenbestand, op zoek naar één universeel multimodaal netwerk. Deze netwerken bieden de mogelijkheid om de lengte van wegen breder te beschrijven en om nabijheid niet alleen over de weg (auto’s) maar ook voor fietsroutes en OV-bereikbaarheid te bepalen.

Ketendata containervervoer 
In 2020 heeft het CBS, in samenwerking met Rijkswaterstaat, een tiental bedrijven (grote terminals en vervoerders) en diverse andere externe aan logistiek gerelateerde partijen, een pilot uitgevoerd. Doel was om het goederenvervoer van containers in de keten in beeld te brengen: van herkomst via verschillende vervoersmiddelen naar de eindbestemming. Hierbij zijn ook extra data verzameld onder de bedrijven. In 2021 is dit opgeschaald om tot representatieve statistieken van het containervervoer voor heel Nederland te komen. Naast de kwaliteit van de statistieken zijn ook aspecten met betrekking tot de waarborging van privacy van bedrijfsdata en het beperkt houden van de regeldruk nadrukkelijk meegenomen in het vervolgonderzoek. Resultaten zijn gebruikt om investeringen in de infrastructuur beter af te kunnen wegen en voor diverse andere (beleids)doelstellingen rondom logistieke efficiency en duurzaamheid. Op basis van de succesvolle resultaten is, bekostigd door het ministerie van IenW, een project gestart met als doel het periodiek opleveren van informatie over containervervoer vanaf medio 2022.

2.4.7 Vrije tijd en cultuur

Vakantieonderzoek 
In 2021 is het CBS begonnen met de dataverzameling voor het Vakantieonderzoek. Provincies is de mogelijkheid geboden voor extra enquêtering en bekostigd door alle twaalf provincies zijn in 2021 aanvullende enquêtes uitgevoerd. In 2022 worden de resultaten gepubliceerd. Naast de landelijke resultaten wordt er ook een aantal resultaten opgeleverd uitgesplitst naar provinciaal niveau. 

Logiesaccommodaties 
Het CBS heeft in 2021 onderzoek gedaan naar mogelijkheden om gegevens over logiesaccommodaties te ontlenen aan gemeentelijke nachtregisters. Het CBS wil daarmee bijdragen aan regeldrukverlichting binnen het bedrijfsleven en maximaal samenwerken met gemeenten, logiesaccommodaties en private innovatieve partijen om toerismestromen goed en snel(ler) in kaart te brengen. Vanaf 1 januari 2021 zijn data verkregen via gemeentelijke nachtregisters opgenomen in het onderzoek en succesvol verwerkt.

Vrijetijdsbestedingen 
De ministeries van OCW en VWS hebben de Vrijetijdsomnibus (VTO) overgenomen van het SCP. Met bekostiging door deze ministeries heeft het CBS dit onderzoek in 2021 uitgevoerd. In de VTO worden de vrijetijdbestedingen van Nederlanders aan met name cultuur en sport onderzocht en beschreven.

Maatschappelijke diensttijd 
Bekostigd door het ministerie van VWS is het CBS in 2021 gestart met een onderzoek naar maatschappelijke diensttijd. Er zijn vragen toegevoegd aan de vragenlijst van het bestaande onderzoek naar Sociale Samenhang voor het onderzoeksjaar 2021. Ook is de vragenlijst nog apart via internetenquêtering afgenomen bij jongeren die maatschappelijke diensttijd hebben vervuld. Gedurende de eerste maanden van het onderzoek bleek de omvang van de groep jongeren die maatschappelijke diensttijd uitvoert te beperkt. Het onderzoek is on-hold gezet. Er worden in 2022 afspraken gemaakt over de doorstart van dit onderzoek. 

Cultuurrekeningen 
In 2021 zijn de resultaten gepubliceerd van onderzoek naar de impact van cultuur op de Nederlandse economie. Het onderzoek, gestart in 2020, werd bekostigd door het ministerie van OCW.

Bibliotheekleden 
Eind 2021 zijn voor het eerst resultaten gepubliceerd over achtergrondkenmerken van bibliotheekleden in een groot aantal gemeenten. Binnen het project heeft het CBS samengewerkt met openbare bibliotheken. Het project was mogelijk dankzij een financiële bijdrage van de Koninklijke Bibliotheek.

Sportstatistieken 
Het CBS verricht elke drie jaar onderzoek bij sportorganisaties, sportverenigingen en sportaccommodaties zoals fitnesscentra. In verband met corona is het onderzoek dat oorspronkelijk voorzien was in 2022 vervroegd. Het onderzoek is in 2021 uitgevoerd. Hiermee is de impact van corona op de sportverenigingen en sportaccommodaties inzichtelijk gemaakt. De uitkomsten zijn begin 2022 beschikbaar.

Sportrekeningen 
Eind 2021 heeft het CBS de uitkomsten gepubliceerd van een door VWS bekostigd onderzoek naar de impact van sport op de Nederlandse economie. 

2.5 Dossiers en thema-overstijgende publicaties

2.5.1 Monitor Brede Welvaart 

In 2021 is de vierde editie van de Monitor Brede Welvaart verschenen. Deze monitor werd bekostigd door het ministerie van EZK en bevat ook cijfers over de voortgang en de Europese positie van Nederland met betrekking tot de Sustainable Development Goals, oftewel duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties. De monitor is besproken tijdens het Verantwoordingsdebat in de Tweede Kamer. Het CBS heeft in 2021 ook de invloed van COVID-19 op de brede welvaart in kaart gebracht en nieuwe indicatoren gepresenteerd die de schokbestendigheid van de samenleving beschrijven. Ook zijn in 2021 voor het eerst uitkomsten van de Natuurlijk Kapitaalrekeningen opgenomen.
 
In 2021 heeft het CBS verkennende studies verricht over hoe de Monitor Brede Welvaart breder in de begrotings- en beleidscyclus kan worden geïntegreerd. Zo heeft het CBS factsheets gepubliceerd die een selectie van de indicatoren uit de Monitor Brede Welvaart bevatten, passend bij begrotingshoofdstukken van de ministeries van SZW, JenV, OCW en LNV. 

Vanaf het eerste begin in 2018 hebben politici, gemeenten en provincies uitgesproken dat regionalisering van de Monitor Brede Welvaart zeer wenselijk is. Er is een groeiende behoefte aan informatie over de brede welvaart waarmee beleidsontwikkeling en besluitvorming op gemeentelijk en provinciaal niveau – dichtbij de leefomgeving van burgers – kan worden ondersteund. Bekostigd door het ministerie van LNV heeft het CBS in 2021 voor de tweede maal een gemeentelijke monitor ter ondersteuning van de Regio Envelop gepubliceerd, in de vorm van een dashboard. Met het budget uit de Regio Envelop uit het Regeerakkoord van het kabinet Rutte III geven gemeenten in regio’s een extra impuls aan regionale opgaven. Brede welvaart vormt het toetsingskader voor de toekenning van middelen. Met financiering van de gemeente Eindhoven heeft het CBS een monitor ontwikkeld om brede welvaart te meten op wijk- en buurtniveau. Het CBS werkte in 2021 samen met de gemeente Waadhoeke en de provincie Fryslân aan manieren om brede welvaart een plaats te geven in de ontwikkeling van beleid.

2.5.2 Milieurekeningen

De milieurekeningen kwantificeren de relatie tussen economie en milieu. Om tot een consistente statistische beschrijving te komen van deze relatie, sluiten de milieurekeningen aan op de classificaties en definities van de nationale rekeningen. Voor bijvoorbeeld afval-, water-, energie- en luchtemissies worden er op deze wijze rekeningen opgesteld. 

Het CBS draagt met zijn expertise bij aan de verdere ontwikkeling van (inter)nationale standaarden op dit terrein zoals het System of Environmental-Economic Accounting: Ecosystem Accounting (SEEA EA) van de Verenigde Naties (zie ook paragraaf 6.5).

2.5.3 Jeugd 

In 2021 is het CBS gestart met het structurele beheer van de Landelijke Jeugdmonitor. Dit zal het CBS tot en met 2025 uitvoeren. Hierbij gaat het om het verzamelen van data uit bestaande databronnen en het publiceren over deze data. Om de situatie van de jeugd in Caribisch Nederland goed in beeld te brengen, wordt er aanvullend een scholierenonderzoek uitgevoerd. Dit alles wordt bekostigd door het ministerie van VWS.

Ook in 2021 publiceerde het CBS elk halfjaar actuele informatie over het aantal personen met Jeugdzorg en met Wmo-zorg. Deze informatie is laagregionaal beschikbaar (gemeente/wijk) gemaakt in een aantal StatLinetabellen en, voor Jeugdzorg, ook in een aantal interactieve regionale dashboards. Ook zijn er elk halfjaar, op StatLine en in een interactief dashboard, cijfers gepubliceerd over kindermishandeling en huiselijk geweld, bezien vanuit de regierol die de Veilig Thuis-organisaties daarin uitvoeren. Het onderzoek is bekostigd door het ministerie van VWS.

2.5.4 Basis Survey Data Infrastructuur (BSDI) 

In 2021 startte de dataverzameling voor de Basis Survey Data Infrastructuur (BSDI) die wordt bekostigd door het SCP. Deze survey vervangt diverse onderzoeken die tot dusver voor het SCP werden uitgevoerd, zoals het onderzoek Culturele Veranderingen / SCP Leefsituatie Index. De survey bestaat uit twee delen: een subjectief deel over normen, waarden, opvattingen, en ervaringen van burgers en een objectief deel over de leefsituatie en het gedrag van burgers. De dataverzameling is eind 2021 gestart en loopt vier jaar door. 

2.5.5 Bevorderen datagedreven werken 

Het CBS was in 2021 betrokken bij diverse projecten die gericht zijn op het bevorderen van datagedreven werken binnen overheidsorganisaties. Het doel hiervan is om het toepassen en het gebruik van data voor beleidsonderzoek en -vorming laagdrempeliger te maken. Een voorbeeld is de Data Alliantie Strafrechtketen waarin ook in 2021 de ketenpartners binnen de strafrechtketen samenwerkten om tot geharmoniseerde cijfers te komen. Het CBS en de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen werkten samen om het combineren van verschillende databronnen op een veilige manier mogelijk te maken met als doel betere cijfers op het beleidsterrein van de Nationaal Rapporteur te maken. Ook werd in 2021 gewerkt aan het project Langer Thuis, dat wordt bekostigd door het ministerie van VWS. Dit project is gericht op het onderzoeken van de kwaliteit van leven van langer thuiswonende ouderen. 

De afgelopen jaren heeft het CBS, met de opening van veertien Urban Data Centers (UDC’s) en Provinciale Data Centers (PDC’s) ingespeeld op de groeiende behoefte van decentrale overheden aan kwalitatief hoogwaardige, betrouwbare statistische gegevens en aan de data-expertise van het CBS. Ook in 2021 hebben decentrale overheden het CBS benaderd om te komen tot effectiever beleid vanuit datagedreven werken. Samenwerking met partners als bedrijven of universiteiten is daarbij steeds vaker van belang.

2.5.6 Caribisch Nederland

Ook voor Caribisch Nederland heeft het CBS aandacht besteed aan de impact van corona op een aantal gebieden. In de toerismecijfers was duidelijk dat het toerisme na de start van corona in 2020 tot volledige stilstand kwam. Voor Bonaire zag het CBS in het derde kwartaal 2021 herstel. Als aanvullende statistiek is gepresenteerd hoeveel bedrijven in 2020 gebruik hebben gemaakt van steunpakketten aan bedrijven. Ook is de invloed van subsidiemaatregelen op prijzen zichtbaar gemaakt. 

Eind 2021 werd de tiende editie van de jaarlijkse publicatie Trends in the Caribbean Netherlands gepresenteerd in een persconferentie. De publicatie werd (digitaal) overhandigd aan de demissionair staatssecretaris van BZK en aan de gezaghebbers op de eilanden.

Door de specifieke situatie en het specifiek beleid op de Caribische eilanden is de informatiebehoefte over Caribisch Nederland relatief groot. In 2021 zijn naast bovengenoemde statistieken aanvullende statistische diensten uitgevoerd over het bruto binnenlands product (bbp), over banen en lonen, en over de inkomenspositie van personen en huishoudens op de eilanden. Onder dat laatste onderwerp valt ook informatie over de koopkracht op Caribisch Nederland en over het aantal huishoudens rond het ijkpunt voor het sociaal minimum, zoals vastgesteld door het ministerie van SZW. In 2021 is tevens een update gepubliceerd van de bevolkingsprognose over Caribisch Nederland en van de prijsindex bestaande koopwoningen die bekostigd door de belastingdienst Caribisch Nederland werd uitgevoerd. Gefinancierd door het ministerie van SZW publiceerde het CBS cijfers over de levensverwachting op Caribisch Nederland. In samenwerking met het Openbaar Lichaam Bonaire (OLB) heeft het CBS informatie samengesteld over verschillende onderwerpen, waaronder een kwartaalpublicatie over het inkomend toerisme, en demografische en inkomensgegevens naar buurt. Bekostigd door het ministerie van EZK is het CBS op Sint-Eustatius in november gestart met een Pilot Exit Survey. In deze exit survey worden toeristen bevraagd over hun gedrag en uitgaven gedurende en ter voorbereiding op hun bezoek aan het eiland. Als laatste publiceerde het CBS de resultaten van het scholierenonderzoek, met onderwerpen als welzijn, gezondheid, leefstijl, vrije tijd, schoolbeleving en toekomstplannen.

2.6 Nieuwe Europese verplichtingen

Europese bedrijfsstatistieken
Op 1 januari 2021 is de nieuwe verordening European Business Statistics (EBS)2) in werking getreden, eerder FRIBS genoemd (Framework regulation integrating business statistics). De nieuwe verordening vormt een juridisch raamwerk waarmee de systematische collectie van data, het samenstellen van statistisch cijfermateriaal, de datatransmissie en de disseminatie van statistieken die gerelateerd zijn aan structuur, economische activiteit, concurrentie, globalisering en performance van de bedrijvensector zijn geïntegreerd. Hiermee wordt beoogd de statistische processen te stroomlijnen en het mogelijk te maken om kwalitatief betere en meer relevante cijfers te produceren over de dienstensector, globalisering en ondernemerschap. De nieuwe verplichting omvat wijzigingen die gericht zijn op vrijwel alle bedrijvenstatistieken. Het merendeel van de uitbreidingen valt echter in domeinen korte termijn statistieken, jaarlijkse bedrijfsstatistieken en de statistieken over internationale activiteiten. Zo is van de statistieken over de dienstensector de frequentie verhoogd van kwartaal naar maand. Ook is er sprake van een uitbreiding van het waarnemingsgebied van de dienstensector met de sectoren onderwijs, gezondheidszorg, cultuur, sport en recreatie. Via nieuwe methoden streeft het CBS naar de gevolgen van deze wijzigingen voor de regeldruk en de interne productiekosten zo beperkt mogelijk te houden.

In 2021 heeft het CBS ontwikkelwerkzaamheden verricht die nodig zijn om te voldoen aan de EBS-vereisten en zijn de eerste statistieken volgens de nieuwe vereisten gepubliceerd. In de jaren tot aan 2024 zullen uiteindelijk alle statisteken voldoen aan de nieuwe richtlijnen. In aansluiting op de nieuwe EBS-verordening heeft het CBS bekostigd door een Eurostat-subsidie voorbereidingen getroffen om de statistieken over zorg- en welzijnsaanbieders voor het verslagjaar 2020 te produceren. Dit leidt in 2022 tot een eerste publicatie.

Volkstelling
In 2021 is in Nederland weer een virtuele volkstelling gehouden. De volkstelling van 2021 is verplicht, op basis van de verordening betreffende de volks- en woningtellingen. Het CBS brengt hiermee de samenstelling van de bevolking in Nederland op 1 januari 2021 in kaart. De benodigde gegevens zijn volledig afkomstig uit registers en de enquête beroepsbevolking. In de telling wordt een aantal innovatieve methoden gebruikt, zoals bij het schatten van ontbrekende gegevens over opleidingsniveau.

In de periode 2019–2021 heeft het CBS vier projecten uitgevoerd ter voorbereiding op de Volkstelling 2021. Daarin zijn de bronnen in kaart gebracht, is de schattingsmethode ontwikkeld, is gekeken hoe de data statistisch moeten worden beveiligd en is getest hoe de uitgebreide tabellenset kan worden gepubliceerd conform INSPIRE-richtlijnen via een server (de Census Hub). Het doel van de INSPIRE-richtlijnen is dat geo-informatie van goede kwaliteit beschikbaar, vindbaar en bruikbaar is en dat de inhoud ervan, binnen de Europese lidstaten, op elkaar is afgestemd. Bovendien is in 2021 een groot deel van het proces proefgedraaid.

Enquête beroepsbevolking
Per 1 januari 2021 ging de nieuwe Europese verordening voor de Enquête Beroepsbevolking in. Hiervoor is de vragenlijst aangepast en wordt er gebruik gemaakt van een personensteekproef in plaats van een adressensteekproef. Vanwege het feit dat er in 2021 geruime tijd geen interviews aan huis mogelijk waren vanwege coronamaatregelen, is besloten om langer op basis van het oude design te blijven publiceren. Oorspronkelijk zou het CBS in juni 2021 voor het eerst de maandcijfers over de werkloze en werkzame beroepsbevolking publiceren die met deze vernieuwde Enquête Beroepsbevolking zijn verzameld. Door dit besluit is deze eerste publicatie uitgesteld tot januari 2022. 

Statistieken over migratie en internationale bescherming
In 2021 zijn op basis van de gewijzigde Europese verordening met betrekking tot statistieken over migratie en internationale bescherming  nieuwe en uitgebreidere maand-, kwartaal- en jaarstatistieken samengesteld. Het betreft statistieken over de onderwerpen internationale bescherming3), preventie van illegale binnenkomst en illegaal verblijf, verblijfsvergunningen en verblijf van onderdanen van derde landen, en terugkeer. Voor de nieuwe maand- en kwartaalstatistieken geldt de verplichting vanaf 2021, voor de nieuwe jaarstatistieken vanaf 2022. Deze vernieuwing betreft naast de inhoud ook de vorm van de leveringen aan Eurostat.

In 2021 zijn twee nieuwe kwartaaltabellen opgesteld. Dit betreft irreguliere derdelanders met opgelegd vertrek en daadwerkelijk vertrek. In 2022 worden deze onderwerpen als StatLinetabellen gepubliceerd. Voor twee kwartaaltabellen heeft Nederland een uitzondering (derogatie) gekregen: het betreft de irreguliere derdelanders met opgelegd vertrek naar land van bestemming (derogatie tot 2023) en irreguliere alleenstaande minderjarigen met daadwerkelijk vertrek (derogatie tot 2024). Deze zullen op die momenten als StatLinetabel gepubliceerd worden. Om te kunnen voldoen aan de Europese verplichtingen zijn nieuwe leveringsafspraken gemaakt met de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) over uitgebreidere levering aan het CBS van jaartabellen verblijfsvergunningen en maandtabellen asiel; met het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) over levering aan het CBS van jaarcijfers omtrent notificaties derdelanders die binnen hun bedrijf vanuit een tweede EU-land naar Nederland gedetacheerd worden; en met het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) omtrent levering aan het CBS van jaarlijkse data over asielzoekers die adequate leefcondities ontvangen. Het CBS publiceert de vernieuwde maandtabellen en de extra en vernieuwde jaartabellen in 2022 op StatLine. Er zijn in 2021 voorbereidingen getroffen voor herontwerp en uitbreiding van de StatLine tabellen in 2022 op basis van deze nieuwe data. In 2021 is een geautomatiseerd databasesysteem opgezet om de data zo efficiënt mogelijk te verwerken, dit wordt in 2022 afgerond. 

Statistieken overheidsfinanciën en buitensporige tekorten procedure (BTP) 
De lidstaten zijn verplicht om statistieken betreffende de overheidsfinanciën samen te stellen in overeenstemming met het Europees systeem van rekeningen, aangevuld met het Manual on Government Deficit and Debt (MGDD). Deze statistieken vormen de basis voor Europese monitoring, in het bijzonder de statistieken met betrekking tot de procedure bij buitensporige tekorten. In 2021 zijn diverse werkzaamheden uitgevoerd, zoals de conceptuele voorbereiding, onderzoek op welke manier de gegevens ter beschikking moeten komen, de ontwikkeling van de verzamelprocessen, en het invullen van door Eurostat opgestelde additionele vragenlijsten. Ook zijn diverse tabellen over overheidsfinanciën opgesteld.

Niet-financiële zorgstatistieken
In 2021 is het CBS gestart met voorbereidend onderzoek naar de mogelijkheden om in een aantal statistieken te voorzien in additionele informatie over het gebruik van de medisch specialistische zorg. Op deze manier wordt een completer beeld weergegeven. Dit alles gebeurt in het kader van de aankomende Europese uitvoeringsverordening over niet-financiële zorgstatistieken die per 2022 inwerking treedt. Vanaf 2024 zijn de eerste cijfers over 2022 beschikbaar.

 

1) Het vermogen van aanmerkelijkbelanghouders. Aanmerkelijkbelanghouders hebben een bezit van ten minste 5 procent in het geplaatste aandelenkapitaal van een vennootschap.

2) Verordening (EU) 2019/2152 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende Europese bedrijfsstatistieken en tot intrekking van tien rechtshandelingen op het gebied van bedrijfsstatistieken

3) Verordening (EU) 2020/851 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2020 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 862/2007 betreffende communautaire statistieken over migratie en internationale bescherming

 

3. Communicatie en disseminatie

3.1 Communicatiestrategie

Voor het optimaal verspreiden van statistieken onder doelgroepen en het algemene publiek maakt het CBS gebruik van een intensieve samenwerking met Nederlandse nieuwsmedia. Hierdoor kwamen ook in 2021 veel statistieken onder de aandacht van de media en werden ze breed bekend bij het publiek. Het volume van de media-aandacht lag in 2021 iets onder dat van 2020, maar wel op het niveau van de jaren vóór 2020. In 2020 werd de piek grotendeels veroorzaakt door enorme aandacht in de media voor corona-gerelateerde statistieken zoals sterftecijfers en economische indicatoren. 
In 2021 lag de nadruk op de innovatie van de online communicatiekanalen. Daarmee komt het CBS tegemoet aan de doelstellingen van het meerjarenprogramma 2019–2023: het vergroten van de toegankelijkheid tot open data en sneller de juiste antwoorden geven. De innovatie verloopt via twee lijnen: de Information Dialogue en interactie met eindgebruikers. 

Het Information Dialogue-programma heeft tot doel vragen van gebruikers naar feiten en statistiek zo snel en optimaal mogelijk te beantwoorden via geautomatiseerde online-systemen. In 2021 werd een nieuwe zoekmachine ontwikkeld die in alle online content en open data statistieken gericht zoekt. Hierdoor is er nog sneller en beter antwoord te geven op een vraag van een gebruiker. De zoekmachine is sinds begin 2022 zowel in het Nederlands als Engels uitgebracht en beschikbaar voor de online kanalen van het CBS. 

In 2021 is grote vooruitgang geboekt met de vernieuwing van de applicaties waarmee de CBS-statistieken als open data online beschikbaar worden gesteld. Er is een compleet nieuw onderdeel ontwikkeld waarmee de open data worden opgeslagen en toegankelijk gemaakt, de zogenaamde CBS CijferBank. Deze is volgens het nieuwe Open Data4 (Odata4)-format gebouwd, dat veel meer mogelijkheden biedt voor externe gebruikers. De bedoeling is dat de CBS CijferBank de bestaande StatLine databank gaat vervangen. De cijferbank bevat nu vrijwel alle meest gebruikte datasets en is als bèta-versie beschikbaar. In 2021 zijn de betrokken ontwikkelteams begonnen met onderzoek naar en testen van nieuwe interfaces voor gebruikers die deze open data willen doorzoeken en gebruiken. Die interfaces gaan op termijn de bestaande StatLine- en Dataportaal-tools vervangen.

Sinds 2021 betrekt het CBS eindgebruikers van statische content in diverse doelgroepen nauw bij de ontwikkeling van bijvoorbeeld nieuwe tools voor gebruikers of statistische producten. Dit gebeurt via structurele interactie van de ontwikkelteams met groepen eindgebruikers. Op deze manier kunnen de ontwikkelteams hun innovaties beter afstemmen op de behoefte van de gebruiker. In 2021 hebben deze onderzoeken geresulteerd in aanpassingen in het ontwerp en de inrichting van de CBS-website en verbeteringen in de zoekmachine. De gebruikersinteractie leidde ook tot de ontwikkeling van toegankelijke interactieve dashboards die snel helder inzicht geven in grotere thema’s, zoals het bevolkingsdashboard.

3.2 Toegang tot CBS-gegevens voor onderzoek

Het CBS biedt gemachtigde instellingen, zoals Nederlandse universiteiten, wetenschappelijke organisaties, planbureaus, statistische instanties in een EU-land, onder strikte voorwaarden de mogelijkheid om op een veilige manier statistische analyses en wetenschappelijk onderzoek te doen met microdata, koppelbare data op persoons-, bedrijfs- en adresniveau. Daarvoor heeft het CBS de remote access voorziening ontwikkeld. De maatschappelijke vraag naar deze voorziening neemt toe. Tegelijkertijd stelt het CBS hoge eisen op het gebied van privacy en informatieveiligheid. 
In 2020 heeft een onderzoekscommissie onder leiding van prof dr. Bibi van den Berg over 'Remote Access to Microdata' in opdracht van het CBS privacy – en security risico’s onderzocht rondom het aanbieden van toegang tot microdata door het CBS. Deze commissie heeft geconcludeerd dat de remote access-faciliteit van het CBS een hoge maatschappelijke en economische relevantie heeft. Mede naar aanleiding van het advies van de Commissie heeft het CBS het beleid voor het faciliteren van statistisch en wetenschappelijk onderzoek tegen het licht gehouden. In 2021 heeft het CBS het toegangsbeleid herijkt. Dit is vastgelegd in de Beleidsregel toegang instellingen tot microdata CBS, die op 1 augustus 2021 in werking is getreden. Daarnaast heeft het CBS de controle van de onderzoeksresultaten op herleidbaarheid verbeterd. Dat geldt ook voor dataminimalisatie, waarbij alleen persoonsgegevens worden verwerkt die nodig zijn voor het beoogde doel in de statistiek. 
 

4. Kaders voor een adequate statistische voorziening

4.1 Naleving regelingen Werkzaamheden derden en Taakuitoefening CBS

Achtergrond
Op 1 juli 2020 zijn de Regeling werkzaamheden derden CBS (hierna: Regeling) en de Beleidsregel Taakuitoefening CBS (hierna: Beleidsregel) van kracht geworden. De Regeling regelt kort gezegd wat het CBS mag doen voor derden. De Beleidsregel legt vast binnen welke procedurele randvoorwaarden de in de CBS-wet omschreven taak uitgevoerd moet worden. Met de regelgeving is beoogd duidelijkheid te verschaffen over de taakverdeling tussen het CBS en marktpartijen met betrekking tot aanvullende statistische dienstverlening (ASD). Specifiek gaat het daarbij om de aanvullende statistische dienstverlening, die niet bekostigd wordt uit de algemene bijdrage van het ministerie van EZK en die het CBS uitvoert naast het basisprogramma. Voor deze dienstverlening rekent het CBS de integrale kostprijs. De specifiek hiervoor aangestelde competitive neutrality officer (CNO) ziet toe op de naleving van de Regeling en Beleidsregel en heeft hierover in juli 2021 gerapporteerd aan de directeur-generaal en de minister van EZK. Deze voortgangsrapportage is door de minister aan de Tweede Kamer aangeboden. Afgesproken is daarbij dat de rapportage voortaan een plaats krijgt in het jaarverslag van het CBS.

Verzoeken tot aanvullende statistische diensten
Deze paragraaf biedt cijfermatig inzicht in de verzoeken tot aanvullende statistische dienstverlening die het CBS in de periode 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 heeft ontvangen en beoordeeld.

In 2021 heeft het CBS de reeds ingezette praktijk om verzoeken tot aanvullende statistische dienstverlening te toetsen in het casuïstiekoverleg voortgezet. Dit overleg vindt tweemaal per week plaats. Ten opzichte van 2020 is daarbij de controle aangescherpt, waardoor alle verzoeken die vallen onder de Regeling (verzoeken van derden) van een oordeel worden voorzien en tevens is het streven, hoewel niet verplicht, om alle verzoeken van overheidspartijen vanaf €33.000 te beoordelen. 

Tabel 4.1 toont de door het CBS ontvangen verzoeken voor aanvullende statistische diensten die zijn afgerond in de periode 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021. De tabel geeft een uitsplitsing van verzoeken die zijn overeengekomen en niet overeengekomen. Een verzoek kan door de indiener worden teruggetrokken, bijvoorbeeld in verband met de kosten of de looptijd van het onderzoek, of door het CBS worden afgewezen vanwege ethische, methodologische of juridische bezwaren. De verzoeken zijn per uitsplitsing geregistreerd in het centrale registratiesysteem. De bedragen die gemoeid zijn met deze verzoeken betreffen een inschatting van de verwachte kosten voor het hele project, dat dus ook de jaargrens kan overschrijden. In de jaarrekening zijn de daadwerkelijke realisatiekosten opgenomen.

Tabel 4.1 ASD-verzoeken in 2021
ASD verzoeken tussen 1-1-2021 en 31-12-2021AantallenBedrag
Totaal afgeronde verzoeken611€ 26 360 074
Overeengekomen519€ 24 717 948
Niet overeengekomen92€ 1 642 126
Derden161€ 1 284 506
Overeengekomen106€ 814 256
Niet overeengekomen55€ 470 250
Overheid434€ 23 057 821
Overeengekomen398€ 22 325 085
Niet overeengekomen36€ 732 736
Eurostat, Europese Commissie en overige EU instellingen16€ 2.017.747
Overeengekomen15€ 1 578 607
Niet overeengekomen1€ 439 140
Bron: Bedrijfsadministratiesysteem Casper.

In het casuïstiekoverleg worden verzoeken tot aanvullende statistische diensten beoordeeld. Tabel 4.2 geeft hier een overzicht van. In 2021 zijn in totaal 307 verzoeken behandeld, waarvan 257 verzoeken van derden. Dit zijn er meer dan in tabel 4.1 staan. De verschillen hebben betrekking op zaken die voor 2021 overeengekomen maar alsnog beoordeeld zijn en zaken die op 31 december 2021 al door de competitive neutrality officer beoordeeld maar nog niet afgerond waren. De beoordeling door het Team-CNO vindt vroeg in het proces plaats, op basis van een inschatting van de verwachte kosten van het project. Een verzoek kan op enig moment daarna worden teruggetrokken door de indiener (bijvoorbeeld in verband met de kosten of de looptijd van het onderzoek) of door het CBS worden afgewezen vanwege ethische, methodologische of juridische bezwaren.

Tabel 4.2 Beoordeelde verzoeken casuïstiekoverleg in 2021
Beoordeelde verzoeken casuïstiekoverlegAantallenWaarde-inschattingAantallen in %Waarde in %
Regeling werkzaamheden derden2571 725 034
Akkoord 2341 475 83991%86%
Niet akkoord23249 1959%14%
Beleidsregel506 967 050
Akkoord 496 945 05098%99%
Niet akkoord122 0002%1%
Bron: Overzichten casuïstiekoverleg.

Naast de eerder genoemde aangescherpte controleprocedure heeft het CBS in 2021 voortdurend ingezet op het verder vergroten van de bewustwording en kennis in de organisatie en het operationaliseren van de genoemde acties in de voortgangsrapportage van de competitive neutrality officer van juli 2021. Tevens is eind 2021 een eerste rapportage over Blaise opgesteld. Blaise is een software-platform ten behoeve van het bouwen en afnemen van vragenlijsten voor computer-ondersteund interviewen. Blaise is ontwikkeld door het CBS ten behoeve van zijn eigen wettelijke taak. Blaise wordt sinds decennia ook gebruikt door enkele tientallen nationale en regionale statistiekbureaus, universiteiten en onderzoeksorganisaties wereldwijd. Voor het gebruik van Blaise betalen de afnemers een licentievergoeding aan het CBS. Het betreft hier werkzaamheden ex artikel 5 lid 1 van de Wet op het CBS.

Klachten
Het CBS heeft per 1 juli 2020 een klachtenregeling geïntroduceerd waarop partijen een beroep kunnen doen indien zij menen dat het CBS zich niet houdt aan de regels. Klachten zijn in de verslagperiode behandeld door een externe commissie onder voorzitterschap van de heer M. van Straalen. Vanaf 1 januari 2022 is het voorzitterschap overgenomen door de heer mr. J.P. van der Putten. In de verslagperiode is één klacht ingediend bij de klachtencommissie. De klacht had betrekking op het niet honoreren van een verzoek van een private partij om een statistische dienst te leveren. De commissie heeft geadviseerd de klacht ongegrond te verklaren. De directeur-generaal van het CBS heeft de klacht conform het advies afgehandeld.

De competitive neutrality officer heeft daarnaast een klacht ontvangen over een gedraging door het CBS die als marktverstorend werd ervaren, namelijk het opnieuw in eigen beheer exploiteren van face-to-face interviewers en het als gevolg daarvan aantrekken van interviewers door het CBS. Op basis van deze klacht heeft een gesprek plaatsgevonden tussen de klager en de verantwoordelijke hoofddirecteur in aanwezigheid van de competitive neutrality officer. Daarbij heeft het CBS toelichting gegeven op zijn werkwijze en is ook gesproken over de samenwerking met de markt. Partijen hebben vervolgafspraken gemaakt voor een gesprek over de kwalitatief hoogstaande inbesteding van diensten.

De competitive neutrality officer noch de klachtencommissie heeft in 2021 klachten ontvangen over het door het CBS uitvoeren van aanvullende statistische diensten in strijd met de Regeling of Beleidsregel. Wel heeft het CBS diverse signalen ontvangen van derden van wie het verzoek tot het leveren van een statistische dienst door het CBS was afgewezen. Zij waren over het algemeen ontevreden dat hun verzoek niet werd gehonoreerd.

4.2 Privacy en informatiebeveiliging

Voorzieningen
Het CBS beschikt over een grote hoeveelheid vertrouwelijke gegevens. De beveiliging van die gegevens is van groot belang. Mensen, bedrijven en instellingen die hun gegevens aan het CBS ter beschikking stellen, moeten erop kunnen rekenen dat die informatie vertrouwelijk blijft. In de Wet op het CBS staat dat de gegevens die het CBS verzamelt uitsluitend gebruikt mogen worden voor statistische doeleinden. 

Het CBS wil niet alleen voldoen aan de wettelijke eisen omtrent privacy en informatieveiligheid, maar daarin ook excelleren. Daarom heeft het CBS in 2021 geïnvesteerd in initiatieven op het gebied van verdere dataminimalisatie. Dit principe dat CBS’ers alleen toegang hebben tot data die relevant zijn voor hun onderzoek wordt al sinds jaar en dag gebezigd bij het CBS. In 2021 is er een verbeterd controlesysteem in gang gezet dat, met name bij interne verschuivingen van personeel, nog sneller moet zorgen voor de juiste toegangsrechten voor de juiste personen. 

Ook heeft het CBS zich verder ontwikkeld op het gebied van privacy enhancing technologies, zoals privacy preserving technologies. Dit zijn technieken die de privacy van data borgen en tegelijkertijd het maken van statistieken mogelijk maken, bijvoorbeeld door de data bij de bron te laten staan. Tenslotte heeft het CBS in 2021 een nieuwe privacy governance ingericht en is aan de hand van een concernbreed managementsessie de aftrap gegeven tot een awareness campagne omtrent privacy. 

Nieuwe privacy governance
Het CBS heeft technische en organisatorische voorzieningen om de gegevens te beveiligen. In 2021 heeft het CBS naar analogie van de governance van het ministerie van EZK een privacy governance gecreëerd die duidelijkheid biedt over de verschillende verantwoordelijkheden. Een chief privacy officer en privacy-coördinatoren zijn toegevoegd aan deze governance.

Het interne toezicht op de bescherming van persoons- en bedrijfsgegevens wordt in de eerste plaats uitgeoefend door het lijnmanagement. De hoofddirecteuren worden bijgestaan door privacy-coördinatoren om deze verantwoordelijkheid in te vullen. Daarnaast kent het CBS een functionaris voor de gegevensbescherming (FG) en een chief information security officer (CISO) en sinds 2021 ook een chief privacy officer (CPO).

De chief information security officer is verantwoordelijk voor het ontwikkelen en coördineren van het informatiebeveiligingsbeleid en het ondersteunen van implementatie en naleving daarvan. 

De chief privacy officer is verantwoordelijk voor het opstellen van en adviseren over het concernbrede privacybeleid, het inrichten van een concernbreed kwaliteitsmechanisme voor privacybescherming en het rapporteren daarover.

De toezichthoudende taken van de functionaris voor de gegevensbescherming vloeien onder meer voort uit de Europese verordening op het gebied van gegevensbescherming (AVG) en de Wet op het CBS. De functionaris voor de gegevensbescherming bewaakt de naleving van de AVG. Nieuwe verwerkingen van persoonsgegevens worden gemeld aan de functionaris voor de gegevensbescherming.

Certificering
Op het gebied van privacybescherming en informatiebeveiliging wil het CBS in control zijn om (externe) bedreigingen snel en adequaat het hoofd te bieden. Het CBS toetst zijn capaciteit om dat te kunnen door audits te laten uitvoeren door externe bureaus. Door blijvend aantoonbaar te voldoen aan ISO 27001 laat het CBS zien op het terrein van informatiebeveiliging in control te zijn. Het CBS is ook in 2021 weer ge-audit met betrekking tot de ISO 27001. Als opvolging van die audit gaat het CBS in 2022 aan de slag met het verbeteren van het Information Security Management System (ISMS) en de plan-do-check-act (PDCA)-cyclus.

Ook wil het CBS blijvend aantoonbaar geheel privacy proof zijn. Daarmee waarborgt het CBS dat het blijft voldoen aan de hoogste eisen op het gebied van privacybescherming. De normen op dit terrein zijn ook in 2021 door een externe partij positief getoetst in de jaarlijkse privacy-audits. 

Met de combinatie van certificering op ISO 27001, de Privacy AuditProof- certificaten en de bijbehorende ontwikkeltrajecten, conformeert het CBS zich ook aan de eisen van de Baseline informatiebeveiliging Overheid (BIO). Daarnaast is het CBS gecertificeerd voor het Europese ESS IT security framework.

4.3 Vermindering regeldruk

Een van de prestatie-indicatoren van het CBS betreft de vermindering van de regeldrukkosten. De bestaande registraties waar het CBS de basisgegevens voor de statistieken zoveel mogelijk uit haalt, zijn niet altijd toereikend. Daardoor blijft een aanvullende uitvraag bij personen of bedrijven noodzakelijk. 

Om het aanleveren van gegevens voor de bedrijven zo makkelijk mogelijk te maken, heeft het CBS zich voor de periode 2021 tot en met 2023 ambities gesteld om de regeldruk te verlagen. De kern is dat het CBS de berichtgever centraal stelt. Het gaat hierbij zowel om ambities ter vermindering van invultijd van vragenlijsten en dergelijke (de regeldrukkosten) als het wegnemen van barrières en hindernissen die gemakkelijk gegevens aanleveren in de weg staan (de beleefde regeldruk). In het kader van deze ambities heeft het CBS in 2021 gewerkt aan: 

  • Merkbare verbeteringen voor bedrijven met een relatief hoge CBS-regeldruk. 
  • Bevordering van het gebruik van digitale gegevens uit financiële administraties van bedrijven. 
  • Voorbereidend onderzoek voor het realiseren van een portal voor bedrijven.
  • Voorbereidingen op grootschalige implementatie van een nieuw handhavingsbeleid om voldoende respons binnen te krijgen, zodat de uitvraag bij bedrijven verder verminderd wordt. 
  • Het zoveel mogelijk innoveren bij het implementeren van gewijzigde Europese regelgeving, waardoor de regeldruk-stijging geminimaliseerd wordt.
  • Het verstevigen van de samenwerking met branches en bedrijven, zodat het CBS zo accuraat mogelijk inzicht heeft in de wijze waarop het CBS het bedrijfsleven kan helpen.
  • Het ontwikkelen van een herijkte visie op het verzamelen van data, met als doel de uitvraag zoveel mogelijk aan te laten sluiten op de werkwijze van de bedrijven. 

Een voorbeeld van het verlagen van de regeldruk betreft de bevordering van het gebruik van digitale gegevens uit financiële administraties van bedrijven. Samen met andere overheden en organisaties uit de markt heeft het CBS het Referentie Grootboek Schema (RGS) ontwikkeld. Vanuit het CBS wordt het landelijke samenwerkingsverband geleid om RGS te onderhouden en het gebruik hiervan te bevorderen. RGS zorgt voor standaardisatie en maakt het onder andere mogelijk om financiële administraties te koppelen aan de vragenlijsten van het CBS. Zo hebben ondernemers en intermediairs minder werk aan het invullen van CBS-vragenlijsten en wordt de administratieve lastendruk verlaagd. In 2019 wezen twee pilots uit dat deze nieuwe aanpak op basis van RGS kansrijk is voor het invullen van CBS-vragenlijsten. In 2020 is deze aanpak verder uitgewerkt en zijn er technische voorzieningen gerealiseerd, bekostigd door het ministerie van BZK. In 2021 is het CBS begonnen met het aanbieden van een gedeeltelijk automatisch ingevulde vragenlijst. Hierbij richt het CBS zich met name op bedrijven en intermediairs die het RGS al in de administratie geïmplementeerd hebben. In 2022 wordt deze aanpak voortgezet en uitgebreid.

4.4 Handhaving

Bedrijven zijn wettelijk verplicht bepaalde gegevens aan te leveren bij het CBS. Deze gegevens zijn nodig om onder andere de economische groei, prijsontwikkelingen, investeringen, omzetten en de werkgelegenheid in beeld te brengen. Die informatie is van belang voor de overheid om beleid te kunnen maken. Ook voor bedrijven zelf leveren deze gegevens een schat aan informatie op. Het geeft bijvoorbeeld inzicht in de economische ontwikkeling in een bepaalde branche. 

Als bedrijven de gevraagde gegevens niet, niet goed en/of niet op tijd aanleveren, is het CBS bevoegd om handhavend op te treden. Het CBS kan bedrijven dan een last onder dwangsom, en bij herhaalde overtreding een boete opleggen. Deze bevoegdheid is vastgelegd in de Wet op het CBS.

Tot op heden was het CBS terughoudend met het inzetten van het handhavingsinstrumentarium. Dat komt omdat het CBS handhaving als een uiterste middel beschouwt. Handhaving wordt pas ingezet nadat er inspanningen zijn verricht om bedrijven ertoe te bewegen aan hun verplichtingen te voldoen. Het CBS tracht handhaving te voorkomen door goed te communiceren over het belang en de verplichting om gegevens aan te leveren en door het aanleveren van gegevens voor bedrijven zo makkelijk mogelijk te maken. Op deze vlakken heeft het CBS de afgelopen jaren vorderingen geboekt. Hoewel handhaving een uiterste middel blijft, acht het CBS gezien het belang van een zo hoog mogelijke respons een minder terughoudende en tegelijkertijd een rechtvaardiger inzet van het handhavingsinstrumentarium richting de toekomst op zijn plaats. 

In 2019 is besloten om de handhaving te intensiveren zodat bedrijven die in overtreding zijn een grotere kans lopen om gehandhaafd te worden. De intensivering van de handhaving heeft een meerledig doel, namelijk verhoging van de respons waardoor de kwaliteit van de statistieken verbetert en, zoals voorgaand beschreven, vermindering van de regeldruk. Intensivering van de handhaving is bovendien rechtvaardig richting de bedrijven die zich wel inspannen om hun gegevens op tijd aan te leveren. Aanvankelijk was de intensivering van handhaving voorzien vanaf 2020, maar vanwege de coronacrisis is dit uitgesteld. In 2021 is de intensivering van handhaving verder voorbereid en vanaf 2022 zullen de regels worden gehandhaafd jegens meer bedrijven die hun gegevens niet of niet op tijd aanleveren.
 
Het grootste deel van de bezwaren die het CBS ontving, had betrekking op de uitoefening van de wettelijke handhavingsbevoegdheden van het CBS. In 2021 werden zestien bezwaren ongegrond verklaard en tien bezwaren gegrond verklaard. Zes bezwaren hiervan waren in 2020 ingediend en twintig in 2021. Er werd geen beroep ingesteld naar aanleiding van de in 2021 genomen besluiten op bezwaar. Negen bezwaren zijn ingetrokken en zes bezwaren worden in 2022 afgehandeld. Het aantal nieuw ingediende bezwaren in 2021 is uitzonderlijk laag, omdat het CBS een groot deel van het jaar wegens COVID-19 heeft afgezien van het gebruik van zijn handhavingsbevoegdheid.

4.5 Ethiek en integriteit

Ethiek en integriteit in de praktijk
Om de integriteit te bewaken maakt het CBS gebruik van verschillende codes. 

Het CBS onderschrijft de Praktijkcode voor Europese statistieken (European Statistics Code of Practice) en brengt deze in praktijk. De Praktijkcode heeft tot doel het publiek vertrouwen in de statistische autoriteiten en de Europese statistieken te waarborgen. De Praktijkcode beschrijft hoe Europese statistieken in overeenstemming met de beginselen van professionele onafhankelijkheid, onpartijdigheid, objectiviteit, betrouwbaarheid, statistische geheimhouding, kosteneffectiviteit en de statistische praktijk moeten worden ontwikkeld, geproduceerd en verspreid. In 2017 heeft de Europese praktijkcode een revisie ondergaan, waarbij toegang tot nieuwe databronnen, moderne productiemethoden en innovatie nadrukkelijk zijn meegenomen. In 2021 is een nieuwe ronde gestart van intensieve monitoring van de principes van deze Europese praktijkcode, de zogenoemde peer review. Alle nationale statistische autoriteiten van de EU en Europese vrijhandelsassociatie (EFTA) en Eurostat zelf zullen eerst een uitgebreid self assessment doen, waarna een internationaal team van peer reviewers de statistische bureaus bezoekt. Het peer review team bezoekt het CBS in 2022 en toetst of de principes van de Praktijkcode goed worden nageleefd. De peer review resulteert in een openbaar rapport met aanbevelingen.

In de CBS-gedragscode is uitgewerkt hoe de beginselen onpartijdigheid, betrouwbaarheid, relevantie, efficiency, statistische geheimhouding en transparantie van belang zijn voor de maatschappij als geheel, voor de gebruikers van statistieken, voor de partijen die informatie aan het CBS verstrekken die de basis van de statistieken vormt en voor de CBS-medewerkers zelf.

Bij de verzoeken die het CBS krijgt voor aanvullende statistische dienstverlening spelen soms ethische vraagstukken die niet in eenvoudige vuistregels te vatten zijn. Het gaat vaak om kwesties waarbij de vraagstelling in combinatie met de datasets onthullend of stigmatiserend kan zijn of op andere wijze ethische vragen kan oproepen. Daartoe kent het CBS een ethische commissie die op verzoek van het lijnmanagement om advies gevraagd wordt. 

Integriteit is ook een centraal thema in het werkgeverschap van het CBS. Het CBS heeft conform het bestuursreglement het beleid inzake integriteit vastgelegd in een gedragscode. Daartoe heeft het CBS de Gedragscode Rijk die met ingang van 1 januari 2020 als gevolg van de Wet normalisering arbeidsvoorwoorden rijksambtenaren is herijkt, integraal overgenomen. De Gedragscode Integriteit biedt de kaders voor het integer gedrag van werkgever en werknemer zoals nevenwerkzaamheden, omgang met koersgevoelige informatie, het aannemen van geschenken en het publicatiebeleid. De Gedragscode bevat daarnaast de handvatten om melding te doen van ongewenste omgangsvormen en/of schending van gedragscodes. Het CBS moedigt medewerkers aan te rapporteren over vermeende onregelmatigheid of schending van gedragscodes en wet- en regelgeving en wil daarvoor een veilige omgeving bieden. Daartoe kent het CBS vertrouwenspersonen, ombudsfunctionarissen en bedrijfsmaatschappelijk werkers. Ook beschikt het CBS over een interne klachtenregeling voor ongewenste omgangsvormen. In 2021 heeft het CBS besloten de eigen integriteitsinfrastructuur te evalueren en waar nodig te actualiseren dan wel aan te vullen. De actualisatie wordt in 2022 gerealiseerd.

Integriteit is ook een thema in de omgang met de buitenwereld. Het CBS vraagt veel bedrijven en ook burgers om gegevens bij het CBS aan te leveren. In het geval dat deze bedrijven en/of burgers daarbij menen onheus bejegend te zijn, kent het CBS een externe klachtenregeling.

Gebruik van verschillende regelingen in cijfers
In 2021 werd als volgt gebruik gemaakt van de verschillende regelingen.

In 2021 ontving het CBS 101 externe klachten. Deze klachten werden, veelal informeel, allemaal naar tevredenheid van de klager opgelost en geen van deze klachten leidde tot een vervolgklacht bij de Nationale Ombudsman.

Het CBS ontving twee interne klachten in 2021. Deze klachten zijn informeel en naar tevredenheid opgelost. Een klacht uit 2020 is in 2021 door een externe klachtencommissie behandeld. Deze laatste klacht heeft tot een vervolgklacht bij de Nationale Ombudsman geleid. De Nationale Ombudsman heeft de klacht niet-ontvankelijk verklaard.

Als gevolg van de invoering van de Wet normalisering arbeidsvoorwoorden rijksambtenaren heeft het CBS in 2021 geen bezwaren van personeelsleden afgehandeld. Eén in 2019 ingediend bezwaar heeft geleid tot een hoger beroepsprocedure bij de Centrale Raad van Beroep. Deze beroepsprocedure loopt door in 2022 en is gevoegd met twee andere nog lopende hoger beroepsprocedures.

In 2021 heeft het CBS één ontbindingsprocedure bij de kantonrechter gevoerd. De arbeidsovereenkomst is conform verzoek door de kantonrechter ontbonden. 

Het CBS heeft in 2021 acht WOB-verzoeken ontvangen en behandeld. Bij één verzoek heeft men bezwaar aangetekend tegen het WOB-besluit. Het bezwaarschrift is in 2022 gegrond verklaard.

In 2021 werd geen bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB) of tegen een inzageverzoek op grond van de AVG.

Het onder strikte voorwaarden verlenen van toegang is een bevoegdheid van de directeur-generaal van het CBS. In 2021 heeft het CBS een bezwaar afgehandeld in het kader van het verlenen van toegang tot microdata. 

In 2017 heeft het CBS als aanvulling op het publicatiebeleid een procedure opgesteld voor het indienen van klachten over het CBS-publicatiebeleid. In 2021 werd er geen gebruik gemaakt van deze klachtenprocedure.

In 2020 heeft het CBS een klachtenregeling geïntroduceerd die marktpartijen de mogelijkheid geeft om bezwaar te maken indien zij menen dat het handelen van het CBS niet in lijn is met de Beleidsregel en Ministeriële Regeling. Er is in 2021 twee keer gebruik gemaakt van deze klachtenregeling. De ene klacht is ongegrond verklaard en de andere klacht is door klager ingetrokken.

4.6 Kwaliteitszorg 

Continue verbetering
Het CBS-managementsysteem is gericht op continue verbetering op basis van risicoanalyse en de zogeheten plan-do-check-act-cyclus. Het doel is om continu te leren van dingen die goed gaan en te voorkomen dat fouten nogmaals worden gemaakt. Gebruikerservaringen nemen bij de check-fase een belangrijke plaats in. Het CBS kijkt hierbij niet alleen naar de eigen processen en de eigen procesketen. De keten binnen het CBS maakt immers veelal deel uit van een langere keten die zich buiten het CBS uitstrekt. Het CBS besteedt daarom aandacht aan integratie en afstemming met de externe ketenpartners, leveranciers en gebruikers. 

Om de kwaliteit van de cijfers op het juiste niveau te houden, maakt het CBS gebruik van internationaal goed aangeschreven methodologie en nieuwe technische mogelijkheden. Dit is gericht op het verkleinen van (meet)fouten, bijstellingen en revisies. Om de kans op fouten te minimaliseren automatiseert het CBS handmatige bewerkingen van data zo veel mogelijk. Door de managementprincipes van Lean Six Sigma en Lean Operational Management toe te passen combineert het CBS aandacht voor kwaliteit en efficiency. 

In 2021 is het CBS opnieuw door een externe partij ISO 9001 gecertificeerd, om de kwaliteit van alle processen te borgen. Als onderdeel van de bij ISO horende plan-do-check-act-cyclus worden daarnaast interne en externe audits uitgevoerd. 

Interne auditdienst
De interne auditdienst is onafhankelijk gepositioneerd direct onder de directeur-generaal en voert (integrale) audits uit op het terrein van ISO 9001, ISO 27001 en privacy. 

Externe validatie
Voor een aantal statistiekprocessen vindt externe validatie plaats. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het bepalen van het overheidstekort en –schuld als percentage van het bruto binnenlands product. Dit is een continu proces, waarin iedere twee jaar ook een zogeheten dialogue visit plaatsvindt en waarmee de Europese Commissie methoden, proces, revisiebeleid et cetera beoordeelt. Dit bezoek is onderdeel van de afspraken binnen de EU in het kader van het stabiliteits- en groeipact om de stabiliteit van de Europese Monetaire Unie te handhaven. De Europese Commissie heeft de resultaten van het meest recente bezoek aan Nederland dat plaatsvond in 2020 in 2021 op haar website gepubliceerd. Daarnaast controleert de Europese Commissie bijvoorbeeld op soortgelijke wijze ook de samenstelling van het bruto nationaal inkomen (BNI) in het kader van het administratieve gebruik van deze indicator door de Europese Commissie voor de BNI-afdracht van lidstaten. 

Eurostat vraagt jaarlijks om verschillende kwaliteitsrapportages over Europees verplichte statistieken. Deze kwaliteitsrapportages bevatten voor een groot aantal variabelen informatie over compleetheid (relevantie), nauwkeurigheid, betrouwbaarheid, tijdigheid, toegankelijkheid, duidelijkheid, samenhang en vergelijkbaarheid. Ook bevatten de kwaliteitsrapporten informatie over revisiebeleid, metadata, publicatie van methoden en bronnen, en de lengte en samenstelling van de tijdreeksen. Het CBS streeft ernaar voor alle statistieken inzicht te geven in de nauwkeurigheid van cijfers.

 

5. Innoveren & verbeteren

5.1 Inleiding

Het CBS ontwikkelt doorlopend nieuwe methoden en technieken om op basis van nieuwe en bestaande databronnen statistieken te verbeteren, efficiënter te produceren of maatschappelijke fenomenen op nieuwe manieren inzichtelijk te maken. 

Dit kan zowel door grootschalige innovatie-trajecten als incrementele verbeteringen van bestaande statistische processen. Bovendien vinden verbeteringen en innovatie plaats door het hele statistische proces heen, zowel bij de dataverzameling, de statistiekproductie als de output.

De innovaties en verbeteringen zijn er op gericht om nu en in de toekomst kwalitatief hoogwaardige statistische informatie te blijven leveren binnen het beschikbare budget, met oog voor de regeldruk
Binnen het CBS is het innovatieproces in 2021 geoptimaliseerd, waarbij innovatieve en experimentele producten gestructureerder naar het reguliere statistiekproces worden toegeleid. De volgende paragrafen gaan in op enkele innovaties en verbeteringen in 2021.

5.2 Innovaties

Gebruik van apps en sensoren 
De app-ontwikkeling voor de verzameling van sensordata is zodanig gevorderd dat het CBS kan onderzoeken of en hoe structurele inbedding in de organisatie haalbaar is. Er ligt een plan van aanpak om te komen tot een lange termijn business case. Dataverzameling via apptoepassingen zal de regeldruk gaan reduceren. Het zal vooral een uitkomst bieden voor personen die voor deelname aan het budgetonderzoek nog een dagboek invullen. Het gebruik van apps kan het invullen van de gevraagde gegevens prettiger en gemakkelijker maken voor de burger. In 2021 zijn experimenten en veldtests met apps voor de onderzoeken Household Budget Survey (HBS) en Onderweg in Nederland (ODIN) afgerond met de verwachting dat deze in 2022 kunnen worden ingezet. Voor het experiment voor beweegmeters vindt in 2022 nog een tweede veldtest plaats. Dit betreft sensortools, zoals ActivPAL en Hexoskin, die een bepaald soort bewegingen vastleggen zoals smart watches dat ook doen en die zonder dat mensen dat zelf bij moeten houden informatie opleveren die in statistieken gebruikt kunnen worden.

Privacy preserving techniques
Het CBS doet al een aantal jaren onderzoek naar Privacy Preserving Techniques (PPTs). Deze Privacy Preserving Techniques spelen een belangrijke rol bij het geautomatiseerd waarborgen van de privacy bij de analyse van zeer gevoelige data. Daarmee kan de juiste informatie boven tafel komen, waarbij het verplaatsen van de data wordt beperkt tot alleen die gevallen waar dat voor de analyse essentieel is. Dergelijke nieuwe technologie draagt bij aan innovatie op het gebied van veilig data uitwisselen. Dat biedt externe onderzoekers nieuwe kansen om onderzoek te kunnen doen op gegevens van het CBS, aanvullend op de bestaande microdatadienstverlening (remote access) die het CBS reeds aanbiedt. Dit onderzoek gebeurt in samenwerking met onder meer TNO, Brightlands Smart Services Campus, de Universiteit Maastricht en de Rijksuniversiteit Groningen. Het CBS zet de opgedane kennis en kunde in om een data-infrastructuur te helpen realiseren die bestaat uit een stelsel van afspraken en technische voorzieningen. In 2021 zijn verschillende pilots gerealiseerd die de uitvoerbaarheid van een dergelijke infrastructuur aantonen.

5.3 Verbeteringen

5.3.1 Verbeteren van processen

Verwerking van registers 
In 2019 is het CBS met een programma gestart om tot een efficiëntere verwerking van registers te komen en het sneller beschikbaar krijgen van informatie uit registers voor het samenstellen van statistische output. Dit wordt gerealiseerd door processen te standaardiseren en meer IT-componenten te hergebruiken. In 2021 zijn stappen gezet om het proces van het pseudonimiseren van bestanden met persoonsgegevens geautomatiseerd te laten plaatsvinden. Daarnaast is bij diverse processen, zoals bij de verwerking van de WOZ-gegevens en bij de statistiek over de Algemene nabestaandenwet, gestart met het aanpassen van de processen en applicaties. 

Phoenix +
In de afgelopen vijf jaar zijn het applicatielandschap en bijbehorende processen van data verzamelen vanuit het omvangrijke Phoenix-programma herontworpen. Het bouwtraject is in het eerste kwartaal van 2021 afgerond. Daarna zijn in de loop van 2021 nog aanvullende verbeteringen doorgevoerd in de processen van telefonisch uitvragen en persoonlijk interviewen. 

Met de transitie van alle onderzoeken naar de nieuwe systemen en het actualiseren van de bedrijfsprocessen is het Phoenix-programma in 2021 succesvol afgesloten. Daardoor beschikt het CBS over een sneller, effectiever en efficiënter dataverzamelproces, waarmee flexibeler wordt ingespeeld op externe en interne ontwikkelingen. De bedrijfscontinuïteit van dataverzameling is daarmee gegarandeerd. Ook de flexibiliteit en gebruikersvriendelijkheid voor deelnemers aan enquêtes verbetert hiermee. Het verder reduceren van de belasting voor bedrijven blijft een aandachtspunt. 
Meer stabiliteit binnen de nieuwe dataverzamelprocessen betekent dat er meer ruimte ontstaat voor verdere innovatie van de voorzieningen voor het verzamelen van data in de toekomst (zie paragraaf 5.1). Dit omvat onder andere dataverzameling via internet of via mobiele telefoons. De innovatieve bewegingen zijn in 2021 door de grote impact van COVID-19 op het verzamelen van data maar beperkt van de grond gekomen. Vanaf 2022 worden meer vernieuwingen verwacht vanuit het waarneeminnovatieprogramma. Hiermee wordt beter aangesloten bij de technische mogelijkheden en kan de belasting van deelnemers aan enquêtes verder worden verminderd.

Dataverzameling en COVID-19
De impact van COVID-19 op de verschillende vormen van dataverzameling was ook in 2021 aanzienlijk. Enquêtering aan huis, het zogeheten veldwerk (computer assisted personal interviewing (CAPI), kon in 2021 in bepaalde periodes niet of maar beperkt plaatsvinden. Dat vergde extra aandacht bij het managen van het interviewcorps op inzetbaarheid en speciale voorzieningen. Net als in 2020 vertaalde het CBS aanvullende maatregelen van het kabinet binnen vierentwintig uur en in samenwerking met gebruikers in protocollen en voorwaarden waarbinnen de interviews toch konden plaatsvinden. Zo zijn procedures voor ‘buiten interviewen’ en ‘telefonisch interviewen van de CAPI vragenlijst’ ook in 2021 gebruikt, gericht op het blijven behalen van responsnormen. Daarnaast ging ook veel aandacht naar de continue afstemming met gebruikers over consequenties en eventuele mogelijkheden om onderzoeken door te schuiven en in te halen. Designs van onderzoeken en de benaderstrategieën zijn waar nodig (als respons te ver terugliep) in afstemming met gebruikers aangepast door meer gebruik te maken van andere manieren van enquêtering. Het CBS heeft daarbij ook methodologisch onderzocht hoe het wegvallen van CAPI-respons kan worden opgevangen. Bovengenoemde inspanningen naar aanleiding van COVID-19 betekenden wel minder voortgang in kennisontwikkeling, experimenten en innovatieve vernieuwingen binnen het domein van dataverzameling.

Efficiëntiewinst binnen het interviewcorps
Vanaf 2022 zijn de interviewers voorzien van een nieuwe faciliteit voor het nagenoeg geautomatiseerd registeren en verwerken van uren en reiskostendeclaraties. Hiermee wordt veel administratietijd uitgespaard die ten goede komt aan de interviewtijd.

Toegang tot nieuwe databronnen
Traditionele databronnen zijn niet altijd volledig en actueel. Daardoor zijn ze niet toereikend voor de kwaliteit van statistieken in een wereld gedomineerd door de interneteconomie, digitale gegevensstromen en de behoefte aan datagedreven werken. Nieuwe Europese verplichtingen en de vraag naar een vollediger en actueler beeld van maatschappelijke ontwikkelingen vragen om aanvullende informatie, waaraan andere (big) databronnen, vaak in handen van private partijen, een belangrijke bijdrage kunnen leveren. 

Zo werkt het CBS samen met Tekstkernel, een bedrijf op het gebied van op AI-gebaseerde technologie om mensen en vacatures beter en efficiënter aan elkaar te verbinden. Daarnaast is voor informatie over het personenvervoer per spoor en de consumenten- en dienstenprijzenindex toegang tot de OV-data nodig. Met deze data kan het CBS een bijdrage leveren aan het monitoren van ontwikkelingen op het gebied van auto- en OV-gebruik in relatie tot veranderende omstandigheden, zoals gedurende de coronacrisis. Sinds 2020 gebruik het CBS geaggregeerde gegevens over betalingstransacties. Het slim combineren van dergelijke data met andere data die het CBS ter beschikking heeft, leidt tot nieuwe informatie of tilt bestaande statistieken naar een hoger kwalitatief niveau. De meerwaarde van gegevens voor zowel nationale als regionale overheden neemt hiermee toe. Het onderzoek Onderweg in Nederland, bekostigd door Rijkswaterstaat, is hier een voorbeeld van. Op basis van GGD-testdata biedt het CBS cijfermatig inzicht in de gevolgen van de pandemie voor de samenleving. E-commerce invoeraangiften vanuit het zogeheten DECO-system van de Douane dragen vanaf 2021 bij aan de raming van het omzetniveau van internetverkopen van buitenlandse bedrijven aan Nederlandse consumenten.

Omdat private partijen hier niet wettelijk toe verplicht zijn, kan het CBS niet standaard beschikken over nieuwe bronnen en is het CBS afhankelijk van vrijwillige medewerking. De continuïteit van deze datavoorziening wordt gegarandeerd door de toegang tot deze databronnen wettelijk te regelen. Het gaat dan alleen over die data die noodzakelijk zijn voor het maken van statistieken, binnen het zogenaamde proportionaliteitsbeginsel. En mits dat gebeurt conform de bepalingen van de Wet op het CBS: dus uitsluitend voor statistische doelen (doelbinding), zonder individuele gegevens aan andere (overheids)organisaties te verstrekken en zonder dat gegevens zijn terug te herleiden tot individuele personen, bedrijven of organisaties. Dat betekent ook dat het CBS strikte beveiligingsmaatregelen neemt, ook bij het delen van informatie. Elders in dit hoofdstuk zijn meer ontwikkelingen op dat gebied toegelicht.
In 2021 is de verkenning naar de (wettelijke) toegang tot nieuwe databronnen voortgezet. 

Voor de verwerking van bronnen door een datagedreven instelling als het CBS zijn het automatiseren van gegevensstromen en directe communicatie tussen systemen, opslag en verwerking in de cloud van groot belang. Het nieuwe Apache Nifi platform voorziet inmiddels in een toekomstbestendige voorziening voor het uitwisselen van brongegevens binnen de strenge kaders van privacy en informatiebeveiliging.

De algemene bronnencatalogus biedt een CBS-breed actueel en compleet overzicht van alle in gebruik zijnde en nog gewenste externe brondata, en is in 2021 verder uitgebreid met nieuwe bronnen die vanuit datascouting trajecten beschikbaar komen. Deze aanpak bevordert het delen van data en een maximaal hergebruik. Deze aanpak geeft ook invulling aan AVG-kaders, waarbij inzicht wordt gegeven in welke gegevens het CBS beschikbaar heeft.

De toegang tot meer secundaire bronnen vraagt ook om meer faciliteiten voor het delen en hergebruik van data. Ontwikkelingen in degelijke faciliteiten, zoals remote access zijn elders toegelicht. 

Innovatieprogramma dataverzameling (voorheen Advanced Data Collection)
Het CBS heeft een meerjarenplan voor innovatie van dataverzameling voor personenstatistieken. Hierin wordt met nieuwe technieken en slimme vormen van dataverzameling gebouwd aan het dataverzamelen van de toekomst. Voor bedrijven is dit in ontwikkeling. 

Interviewen, zowel persoonlijk als telefonisch, blijft essentieel bij moeilijk benaderbare doelgroepen en voor thema’s waarover beperkt gegevens beschikbaar zijn in beschikbare databronnen of registraties. Door verschillende modes flexibel in te zetten binnen de opzet van onderzoeken kan het CBS tijdig inspelen op de wijzigende vraag en het gewijzigde aanbod van data. Dat gebeurt op basis van een methodologisch verantwoorde benaderstrategie. Innovatiecapaciteit wordt in proeftuinen gericht ingezet, bijvoorbeeld voor het combineren van meerdere privacygevoelige databronnen met waarborg van de privacy, of om bestaande statistieken opnieuw vorm te geven door gebruik te maken van alle nieuwe inzichten en technieken, de inzet van nieuwe bronnen en nieuwe vormen van dataverzameling. Binnen het schoolverlatersonderzoek heeft het CBS bijvoorbeeld onderzocht of het gebruik van aanschrijfkaartjes in plaats van brieven bij jongeren respons verhogend werkt. De toename van digitale vaardigheden biedt nieuwe mogelijkheden, ook bij de specifieke doelgroepen. Een lagere drempel om vragenlijsten via smartphones in te vullen, betekent dat het CBS geïnvesteerd heeft in het voor smartphone geschikter maken van vragenlijsten. Daarbij kijkt het CBS naar wat het oplevert in de doelgroepen en wat de bijbehorende kosten zijn. 

Onderzoek naar de mogelijkheden van andere vormen van enquêtering van personen en huishoudens, zoals beeldbellen of de inzet van panels waarin personen gedurende een langere periode meerdere malen aan eenzelfde onderzoek deelnemen, is door COVID-19 afgeremd en wordt vanaf 2022 weer geïntensiveerd.

Textmining, machine learning en webscraping
Textmining is een machine learning methode om gegevens uit tekstbestanden te kunnen verwerken, waar het CBS doorlopend onderzoek naar doet met verschillende databronnen en toepassingen. In 2021 zijn twee projecten afgerond. Gefinancierd door het ministerie van EZK is een pilot onderzoek uitgevoerd om op basis van websites informatie vast te stellen of een bedrijf AI-diensten of –producten ontwikkelt. Onder meer gegevens van marktpartij Dataprovider worden gebruikt om vast te stellen welke website bij welk bedrijf hoort. Het tweede project dat is afgerond betreft een onderzoek met Europese subsidie in samenwerking met UWV naar het herkennen van vaardigheden in online vacatureteksten. Dit project krijgt in 2022 en verder een vervolg met financiering vanuit het groeifonds. 

Er is in 2021 geïnvesteerd in het ontwikkelen van een webscrapeproces  om textmining van website-informatie structureel en consistent mogelijk te maken voor officiële statistieken. Er is een prototype opgeleverd, gebruikmakend van NiFi en Greenplum, technologieën die binnen het CBS reeds gebruikt worden. 

Een andere toepassing van machine learning is het schatten van populatiekenmerken op basis van registerdata. In 2021 is hiervoor een project uitgevoerd bekostigd door het ministerie van BZK om op basis van geregistreerde levenslopen en met behulp van machine learning de risicofactoren te identificeren voor de transities in en uit armoede. Met het model kan vrij goed geschat worden welke kenmerken samenhangen met de kans om in, dan wel uit, armoede te geraken. Armoede is in het project afgebakend als een inkomen onder de lage-inkomensgrens en weinig liquide vermogen. Hierdoor zijn de modellen uit het project geschikt om in kaart te brengen hoe potentiële risicofactoren de armoedekans beïnvloeden.

Ook in webscraping blijft het CBS investeren, om (aanvullende) gegevens te verkrijgen die bestaande statistieken versterken of om nieuwe statistieken mogelijk te maken zonder daarbij extra regeldruk voor het bedrijfsleven te veroorzaken. Sinds geruime tijd gebruikt het CBS voor de consumentenprijsindex (CPI) prijsinformatie van websites van internetwinkels. Deze internetdata worden ook gebruikt om onderzoek te doen, bijvoorbeeld naar de mate waarin consumenten duurzame producten kopen. 

Nieuwe interessante inzichten met betrekking tot de banenmarkt ontstaan door gegevens over beroepen vanuit de dataverzameling voor statistieken over vacatures en ziekteverzuim te combineren met webscraping data van Textkernel, een bedrijf gespecialiseerd in AI en webscrapingtechnieken in de banenmarkt. Of dit wordt verwerkt in het maken van arbeidsmarktstatistieken hangt af van verder onderzoek in 2022 naar de betrouwbaarheid van de resultaten.

In 2021 onderzocht het CBS bekostigd door een EU-subsidie (grant) mogelijkheden voor het inzetten van webscraping voor het samenstellen van de producentenprijsindex (PPI). Daarbij is bekeken is welke (typen) PPI-prijsposten beschikbaar zijn op het internet. Gebleken is dat de webscrapingtechnieken die worden toegepast bij de CPI ook inzetbaar zijn voor de PPI. 

Verder onderzocht het CBS welke mogelijkheden er zijn om (prijs)databases van bedrijven direct te benaderen met behulp van webservices. Een webservice zorgt er dan voor dat data op de juiste manier uit de databases van bedrijven wordt opgehaald. 

De infrastructuur voor het succesvol scrapen van websites van bedrijven is in 2021 verder vormgegeven. Verder onderzocht het CBS of data van webscrapingbedrijven bruikbaar zijn voor toepassing in de statistiek. 

Daarnaast werkt het CBS ook aan het gebruik van webscrapedata voor het identificeren van bepaalde bedrijfsgroepen (zoals internetplatforms en innovatie bedrijven) en voor het bepalen of controleren van achtergrondkenmerken van bedrijven (zoals de hoofdactiviteit). Deels gaat het hierbij nog om onderzoek, deels ook al om toepassing in de praktijk. Samen met DataProvider en de universitaire wereld onderzocht het CBS het vaststellen van klantleverancierrelaties met behulp van webscraping ten behoeve van het afleiden van het Nederlandse bedrijvennetwerk.

Artificiële intelligentie
Het gebruik van algoritmes of fundamenteel onderzoek naar deep learning moet gebeuren binnen de grondrechten en privacyregels. Een verantwoorde toepassing van Artificiële Intelligentie (AI) in nieuwe dienstverlening en producten vereist onderzoek en kennisopbouw op verschillende gebieden. De ontwikkeling en toepassing van uitlegbare, transparante en eerlijke algoritmen heeft in voorbije jaren geresulteerd in kennis en ervaring binnen het CBS op dit gebied. 

In 2021 publiceerde het CBS de ‘starterskit voor eerlijke algoritmen’ op de CBS-website, in samenwerking met Code for NL, Universiteit van Amsterdam (UvA), Utrecht Data School (Universiteit Utrecht), TU Delft, de VNG en de gemeente Amsterdam. Verder onderzoek is nodig, vooral in samenwerking met andere partijen. Binnen de Nederlandse AI-coalitie gebeurt dit onder andere in projecten in de ELSA-labs (Ethical Legal Societal Aspects Labs), waarbij rekening wordt gehouden met de ethische, juridische en maatschappelijke componenten van de toepassing van AI, en de verbetering daarvan. Het CBS is onder andere betrokken bij het ELSA Lab van AI-hub Brightlands Heerlen bij de bestrijding van armoede en schulden met behulp van AI. Het nationale investeringsfonds financiert ontwikkelingen binnen de Nederlandse AI-coalitie. In samenwerking met onder andere universiteiten en TNO is het CBS gestart met de ontwikkeling van de AI-Monitor. Die geeft informatie over de staat van toepassing en ontwikkeling van AI binnen de Nederlandse samenleving.

Om inzicht te krijgen in hoeverre de Omgevingswet, die nog in werking moet treden, leidt tot veranderingen in het aantal escalaties naar de rechter en in de complexiteit van de onderlinge conflicten, was het CBS eerder door het ministerie van BZK en de ICT Uitvoeringsorganisatie (ICTU) gevraagd te onderzoeken of het mogelijk is gestructureerde statistische informatie te herleiden uit teksten van rechterlijke uitspraken. In de eerste helft van 2020 is gestart met de uitvoering van een nulmeting voor een herhaaldelijk uit te voeren onderzoek, op basis van door de Raad voor de rechtspraak en de Raad van State beschikbaar gestelde gedigitaliseerde teksten van rechterlijke uitspraken in het omgevingsrecht in de periode 2007-2019. Eind 2020 heeft de minister van BZK aan de Kamer gemeld dat een kwantitatief onderzoek niet nodig is voor een goede analyse van de rechtsontwikkeling op dit punt. Hierdoor heeft de beoogde tweede fase van het onderzoek in 2021 niet plaatsgevonden.

Woningbehoefteonderzoek (WoOn) 
Het project innovatie WoON is een aantal jaren geleden gestart en in 2021 is een eerste versie van een WoON-register opgeleverd, met registerdata in plaats van enquêtedata. Het CBS heeft de eerste output op basis van dit register in 2021 samengesteld. Dit register wordt in de komende jaren uitgebreid en regelmatig bijgewerkt. Dit zal leiden tot een aanpassing van de vragenlijst voor het woningbehoefteonderzoek. De informatie die uit het register te halen is, wordt dan niet meer uitgevraagd via enquêtes. 

Mobiliteitsonderzoek 
In het innovatieproject Onderweg in Nederland is in 2021 verder samengewerkt met het ministerie van IenW. In 2021 onderzocht het CBS of het bestaande onderzoek Onderweg in Nederland verder verbeterd kan worden. Er is onderzoek gedaan naar de kansen en mogelijkheden van het verzamelen van gegevens met een verplaatsingsapp, verbeteringen in de respondentbenadering en vragenlijst en naar het ontwikkelen van methoden ten behoeve van lange tijdreeksen. De tijdreeksen van 1999 tot en met 2020 zijn op StatLine gepubliceerd. 

Herontwerp proces inkomensstatistiek
Om de continuïteit van het Integrale inkomens en vermogens statistiek (IIVS)-proces op lange termijn efficiënter te maken en te kunnen borgen, is in 2019 een herontwerp van dit proces gestart. Daarnaast is in 2020 duidelijk geworden dat de gebruikte software binnen dit proces niet leverbaar blijft met de huidige functionaliteiten. Aan het inhoudelijke herontwerp is ook een proces voor toolkeuze toegevoegd. In 2021 is het CBS een proof of concept gestart met een leverancier voor nieuwe tooling. Deze proof of concept zal begin 2022 nog doorlopen, waarbij vooral gekeken wordt naar de performance issues. 

Agile transitie
Agile werken en continu verbeteren gaan hand in hand. Het CBS heeft enkele jaren geleden werkenderwijs Agile werken geïntroduceerd bij IT en softwareontwikkeling. Dit houdt in dat gewerkt wordt met vaste teams, waarin medewerkers van de statistische afdeling (‘business’) en IT nauw samenwerken. Deze teams doen zowel het beheer als de ontwikkeling van maatwerksoftware. De teams werken in sprints van enkele weken om ervoor te zorgen dat resultaten eerder zichtbaar zijn voor de gebruiker en ingezet kunnen worden in de praktijk. Teams pakken de zaken met de grootste meerwaarde voor de organisatie op. Dit alles gebeurt op basis van gezamenlijke doelen en met een mentaliteit die draait om experimenteren en leren. Door deze werkwijze kunnen medewerkers beter omgaan met hoge werkdruk en is er openheid over waar de teams mee bezig zijn. Het in teams werken op een agile manier heeft zich met name in coronatijd bewezen. Het werk is niet toebedeeld aan medewerkers, maar aan een team. Hierdoor is het eigenaarschap beter georganiseerd en heeft de bedrijfsvoering van CBS weinig hinder ondervonden van de thuiswerksituatie. 

Datastrategie
In 2021 heeft het CBS op verschillende manieren bijgedragen aan overheidsbrede datastrategieën. 
De Interbestuurlijke Datastrategie is een initiatief van de rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen. Deze strategie is in november 2021 aangeboden aan de Tweede Kamer. De Interbestuurlijke Datastrategie heeft de ambitie om door verantwoord datagebruik bij te dragen aan maatschappelijke opgaven. Alhoewel de datastrategie de focus heeft op het delen van data voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken raakt dit ook aan het statistisch domein en de rol die het CBS daarin speelt. In 2021 heeft het CBS een bijdrage geleverd aan het uitvoeringsplan van deze datastrategie.

De datastrategie biedt een context voor het CBS om de dienstverlening als geheel verder te optimaliseren door statistische processen nog veiliger, transparanter, wendbaarder en beter beheersbaar in te richten. Het CBS beschikt over een data service center, dat de opslag en vindbaarheid van CBS-data verzorgt en tevens de beschikbaarstelling van data aan interne statistische gebruikers. Soortgelijke diensten worden ook geleverd voor externe gebruikers, zoals studenten en onderzoekers. Deze dienst past binnen de datastrategie en het datamanagement in Nederland.

Samen met het Kennis- en Exploitatiecentrum Officiële Overheidspublicaties (KOOP) heeft het CBS een voorstel uitgewerkt om een ‘Beschermde Data Catalogus’ (BDC) in te richten die een centrale vindplaats vormt voor de beschermde data van Nederlandse overheidsorganisaties. Beschermde data zijn de data die de overheid zelf gebruikt en die afkomstig zijn van de overheid zelf, uit haar operationele processen, of van private partijen. De beschermde data spelen een centrale rol in het Europese wetvoorstel voor de Data Governance Act en de Interbestuurlijke Datastrategie om datagedreven werken te organiseren. 

De BDC heeft als doel om overheidsorganisaties te ondersteunen om hun beschermde data vindbaar te maken en om te profiteren van beschikbare data in de eigen organisatie en in andere overheidsorganisaties. De BDC bevat zelf geen data, maar beschrijft de data en verwijst naar de broneigenaar waar de feitelijke data kan worden opgevraagd. Hierdoor draagt de BDC bij aan het ‘FAIR (findable, accessible, interoperable, reusable) data’ principe door beschikbare data van organisaties goed vindbaar te maken.

Eenvoudig data delen 
Het CBS is voortdurend bezig om veilig en eenvoudiger data te delen binnen de eigen organisatie. Dit komt het maken van statistiek ten goede. In 2021 is een begin gemaakt met het doorvoeren van een aantal verbeteringen hiervoor, zoals extra rekenkracht en een systeem voor codelijsten en classificaties. 

Innovatieproces
Binnen het CBS is in 2021 een innovatieproces ingericht, waarbij op verschillende momenten wordt bekeken of het zinvol is om de innovatie door te zetten. De chief methodology officer borgt de methodologische onafhankelijkheid en ziet actief toe dat kwaliteitsstandaarden gehandhaafd blijven. Het product innovatie portfolio bevat innovatieve projecten waarbij onderscheid wordt gemaakt in een verkenning -, ontwikkeling- en implementatiefase. Dit borgt een uniforme(re) werkwijze met heldere verwachtingen over het product per fase. Er is specifieke aandacht voor de overdracht van ontwikkeling naar de statistiekproductie.

5.3.2 Verbeteren van statistieken

Programma Adequaat Meten van de Economie
Globalisering, verdienstelijking en digitalisering maken dat het adequaat blijven meten van de economie niet voor zich spreekt. Daarom is het CBS in 2017 gestart met het programma 'Adequaat meten van de economie'. Hierin onderzoekt het CBS de manier waarop nieuwe economische fenomenen beschreven kunnen worden. Binnen dit programma heeft het CBS in 2021 onderzoek afgerond naar onder andere het effect van online retail op de arbeidsmarkt, omvang van de digitale economie, de impact van digitalisering op de consumentenprijsindex, de waarde van data, en de stagnerende groei van de productiviteit, de zogeheten productiviteitpuzzel. De gegevens en rapporten die het CBS hiervoor heeft, worden actief beschikbaar gesteld aan de samenleving voor het maatschappelijk debat, onderzoek, beleidsontwikkeling en besluitvorming. 

Het programma heeft in 2021 bepaald dat in de toekomst vooral aandacht geschonken wordt aan de thema’s globalisering en waardeketens, digitalisering, kennis en economie, en klimaatverandering en duurzaamheid. Een expertgroep met deelnemers van ministeries, onderzoekbureaus en universiteiten geeft advies en denkt mee over de invulling. In dit kader is ook een perspectief op het meten van de economie vormgegeven: wat is belangrijk om te blijven en gaan meten, en hoe kan daar concreet invulling aan gegeven worden. Het CBS werkt op het gebied van adequaat meten van de economie ook samen met andere statistiekbureaus en internationale organisaties. Voor de ontwikkeling van digitale aanbod- en gebruiktabellen werd bijvoorbeeld intensief kennis uitgewisseld met andere landen tijdens bijeenkomsten van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO).

Fenomeengerichte thema-overstijgende analyses
Ook in 2021 richtte het CBS zich op innovatieve, nieuwe verdiepende fenomeengerichte- thema-overstijgende analyses. Deze innovaties en analyses, vaak met sterk wetenschappelijke insteek, worden in (nieuwe) samenwerkingsverbanden met universiteiten en andere (wetenschappelijke) instellingen zoals NIDI opgepakt door, al dan niet in een consortium, in te schrijven voor onderzoeksprojecten (calls). Zo is in 2021 een project voor het opzetten van een nieuwe historische data-infrastructuur (HISDAT) gestart. Er is een koppeling gemaakt tussen de (klein)kinderen van de onderzoekspersonen uit de Historische Steekproef Nederland (HSN) (0,5% steekproef uit de bevolkingsregisters van alle kinderen geboren 1850–1922) en vanaf 2022 komen deze gegevens beschikbaar voor externe onderzoekers via de remote access-faciliteit van het CBS. Inhoudelijke experts vanuit het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (IISG/KNAW) werken mee aan het project. Eind 2021 is gebleken dat het overgrote deel van de (klein)kinderen van onderzoekpersonen van de HSN konden worden gelinkt.

Zorg 
Bekostigd door het ministerie van VWS heeft het CBS in 2021 uitkomsten over keuzegedrag met betrekking tot de zorgverzekering, de samenvattende gezondheidsmaat en zingeving gepubliceerd. Ook heeft het CBS de gevolgen van doelgroepgerichte dataverzameling bepaald, waarbij huis-aan-huis-enquêtering enkel wordt ingezet voor moeilijk bereikbare groepen. Dit heeft geresulteerd in een nota waarin de methode wordt uitgelegd die in 2022 op de CBS-website gepubliceerd wordt.

Beloningsverschillen Mannen en Vrouwen 
Voor de monitor Beloningsverschillen Mannen en Vrouwen is in 2021 een ontwikkelproject uitgevoerd. In dit ontwikkelproject is de robuustheid van de monitor verbeterd door de nieuwste methodologische inzichten toe te passen. Daarnaast is gekeken hoe de resultaten van de monitor meer actueel gemaakt kunnen worden. Verder is onderzocht of er nieuwe (aanvullende) databronnen ingezet kunnen worden. Beide leiden tot een kwaliteitsverhoging van de monitor. Dit ontwikkelproject is bekostigd door het ministerie van SZW.

Vacatures 
In 2017 is het CBS gestart met een onderzoek naar de mogelijkheden om CBS-cijfers over vacatures uit te splitsen naar meer achtergrondkenmerken op basis van big data. In 2020 is op de innovatiepagina van de website van het CBS een nieuwe experimentele tabel over vacatures naar beroepsniveau gepubliceerd. Vanaf 2022 zal het CBS gaan publiceren over het kenmerk beroep op StatLine. 

In 2021 is verder onderzoek gedaan naar publicatiemogelijkheden van andere achtergrondvariabelen zoals regio en vaardigheden. Daarnaast is in het innovatiedeel van het Arbeidsmarkt, Zorg en Welzijn project (AZW-project, zie 2.4.2) gewerkt aan het onderzoek naar nieuwe databronnen voor vacatures.

Data security 
Binnen het thema data security heeft het CBS nieuwe informatie gepubliceerd over het regionaal op kaarten zichtbaar maken van statistische informatie. Dat houdt in dat statistische gegevens in Nederland op regionaal niveau worden gepubliceerd waarbij met kleuren wordt aangegeven hoe iets over Nederland verdeeld is. Door diep in te zoomen op een kaart zou gevoelige bedrijfsinformatie van een enkel bedrijf op een bedrijventerrein onthuld kunnen worden. Om dat te voorkomen heeft het CBS technieken ontwikkeld om privacy te borgen. 

Complexiteit 
Binnen het thema complexiteit wordt het sociale netwerk van heel Nederland benut om vanuit de invalshoek van netwerken te kijken naar een fenomeen als mantelzorg bij ouderen. Het CBS onderzocht in hoeverre mogelijk kwetsbare ouderen een kring van potentiële mantelzorgers hebben en of die mantelzorgers dan ook voldoende dichtbij wonen om die mantelzorg te kunnen geven. 

Netwerken van bedrijven 
Netwerken van bedrijven zijn van belang voor waardeketens in de economie. Welke andere bedrijven worden geraakt als een bedrijf plotseling ophoudt te bestaan of als het bepaalde goederen of diensten niet meer kan leveren? Wanneer een bepaald bedrijf een belangrijke innovatie doorvoert, hoe snel hebben andere bedrijven daar dan ook profijt of juist sterkere concurrentie van? Hoe werken de energietransitie en de duurzaamheidsdoelen (SDG’s) door de hele economie als bepaalde bedrijven een voortrekkersrol nemen? Met de op dit moment beschikbare data is een groot deel van dat netwerk onbekend en moet dus bijgeschat worden. Deze informatie wordt bijvoorbeeld gebruikt door het ministerie van EZK en het Centraal Planbureau (CPB). Het CBS heeft ook gewerkt aan verbetering van de beveiliging van netwerkdata, zodat deze gegevens binnen een beveiligde remote access omgeving kunnen worden aangeboden voor wetenschappelijke doeleinden.

 

6. Strategische samenwerking

6.1 Algemeen

Samenwerking met overheden en wetenschap is cruciaal voor het CBS om zijn wettelijke taken zo adequaat mogelijk uit te kunnen voeren. Het CBS werkt echter niet alleen samen met veel partners om een zo hoog mogelijke kwaliteit van de bestaande statistische dienstverlening te creëren maar ook om kennis en kunde met kennispartners uit te wisselen en op een hoger niveau te brengen of om te werken aan innovatieve methoden van dataverzameling en –verwerking. Daarbij dient deze samenwerking altijd het doel om stappen te zetten op het gebied van toekomstbestendige, relevante en onafhankelijke statistiek. Samenwerking is voor het CBS dus geen doel maar een middel. Grofweg onderscheidt het CBS samenwerking met leveranciers van data, zoals beheerders van overheidsregisters of bedrijven, samenwerking met academische en kennisinstituten, thematische samenwerking rond innovatieve methoden en internationale samenwerking. Bij de samenwerking wordt de Beleidsregel taakuitoefening CBS vanzelfsprekend eerbiedigd.

In dit hoofdstuk worden enkele voorbeelden genoemd van samenwerkingsverbanden in 2021. Meer concrete samenwerkingsprojecten zijn elders in dit jaarverslag te vinden, bijvoorbeeld in hoofdstuk 2.

6.2 Diverse samenwerkingsrelaties

Kennisinstituten 
In 2021 werd de samenwerking tussen het CBS en het SCP, het Centraal Planbureau (CPB), TNO, WODC, PBL en het RIVM voortgezet en geïntensiveerd. De samenwerking met deze partijen vond onder meer plaats bij (methodologisch) onderzoek, analyse en publicaties, steekproeftrekking en bij enquêtering. Dit leidde in 2021 tot een aantal nieuwe en herhaalde onderzoeken. Hiermee bewerkstelligden de samenwerkingspartners een doelmatige inzet van publieke middelen. De onderzoeksterreinen van het CBS, SCP, PBL, CPB, RIVM, WODC en TNO overlappen deels. Daarnaast bestaan er gaten in de informatievoorziening die met de samenwerking kunnen worden voorkomen. Verder kan de samenwerking de eenduidigheid van cijfers bevorderen.

De samenwerking met het SCP ging over het sociaal en cultureel terrein. Het SCP en het CBS streven door middel van deze samenwerking naar innovatie en verbetering van de informatieverzameling en –voorziening op de wederzijdse werkterreinen. In de hoofdstukken 2 en 5 staat een aantal concrete samenwerkingsprojecten van het CBS en het SCP beschreven. Met het CPB werd samengewerkt op diverse thema’s, waaronder macro-economie, globalisering, inkomens en werkgelegenheid. Eind 2021 is er voor de thema’s macro-economie en globalisering een bijeenkomst geweest waarin de werkprogramma’s en onderzoekslijnen van het CPB en het CBS op deze thema’s voor de komende jaren en de mogelijkheden voor samenwerking zijn besproken. Met het WODC is in 2021 samengewerkt bij onderzoek op het terrein van Justitie en Veiligheid, zoals de voorbereiding voor de Prevalentiemonitor Huiselijk en Seksueel Geweld waarvoor de dataverzameling in 2022 plaatsvindt.

Het CBS en TNO werkten onder meer intensief samen rondom arbeid(smarkt)-gerelateerde thema’s, waaronder de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) en de Zelfstandigen enquête (ZEA), zoals beschreven in hoofdstuk 2. Verder is ingezet op samenwerking op andere thema’s zoals gezondheid, mobiliteit, duurzaamheid en veiligheid. Daarnaast is verder samengewerkt op het gebied van Artificial Intelligence (AI), waarvoor het CBS en TNO in 2019 gezamenlijk het CBS-TNO partnership Trusted AI hebben opgezet.

Met het RIVM keek het CBS naar onder andere gezondheid en leefstijlonderzoek. Er is een akkoord bereikt over het uitvoeren van een pilot in 2022, waarin onderzocht wordt of transactiedata van supermarkten benut kunnen worden voor onderzoek naar gezondheid en voeding, bijvoorbeeld door na te gaan of er meer producten worden verkocht met een lager zoutgehalte. In 2020 is in samenwerking met het RIVM een versnelling van de publicatie van de doodsoorzakenstatistiek gerealiseerd, inclusief cijfers over vastgestelde en vermoedelijke sterfte aan corona. De samenwerking met het RIVM is in 2021 verder verbreed en verdiept, met name op het gebied van corona. Wat betreft dit laatste is in 2021 gestart met een nauwe samenwerking, waarbij de focus initieel vooral op onderzoek van GGD-testdata lag. Samen is ook gewerkt aan voorbereidingen om statistisch en wetenschappelijk onderzoek op vaccinatiedata te kunnen uitvoeren. Doel is om door de koppeling van databronnen aanvullende inzichten te verkrijgen die bijdragen aan de pandemiebestrijding. Om de vele samenwerkingen tussen het CBS en het RIVM efficiënter te laten verlopen, is eind 2021 een raamovereenkomst opgesteld. Deze treedt in januari 2022 in werking.

De samenwerking met het PBL op het brede domein leefomgeving betrof diverse thema’s, zoals natuur, energie, klimaatadaptatie, circulaire economie en emissies. Daarnaast is door het CBS bij het thema bevolking intensief samengewerkt met het PBL en het NIDI, vooral op het gebied van (regionale) bevolkingsprognoses. In april 2021 tekenden PBL en het CBS een vernieuwde samenwerkingsovereenkomst om de samenwerking te intensiveren bij onderzoek, innovatie en publicatie.

Kadaster 
Het CBS en het Kadaster hebben hun samenwerking in een alliantie vormgegeven. Binnen de alliantie wordt gezamenlijk onderzoek verricht en worden nieuwe producten ontwikkeld. In 2021 is onder andere gewerkt aan de ontwikkeling van een kavelprijsindex en informatie over het aantal zelfbouwwoningen. Voor het monitoren van de energietransitie is voor statistieken over zonnestroom gewerkt aan het gebruik van nieuwe bronnen en methoden. In september is de monitor nieuwbouwwoningen gepubliceerd. Regulier publiceren het CBS en het Kadaster gezamenlijk over de prijsontwikkeling van koopwoningen en de spanningen op de woningmarkt.

De Nederlandsche Bank
Sinds 2017 is de samenwerking tussen het CBS en De Nederlandsche Bank (DNB) geïntensiveerd. Het CBS en DNB produceren nu gezamenlijk de cijfers van de Sectorrekeningen en de Betalingsbalans. Hierdoor sluiten de macro-economische statistieken over de relatie van Nederland met het buitenland volledig op elkaar aan. In 2020 is de stap gezet naar de definitieve verdeling van werkzaamheden tussen het CBS en DNB. Daarbij gaat het om afspraken over de verzameling van data ten behoeve van elkaars statistieken, de onderlinge uitwisseling van data en de eenduidige bewerking daarvan. Als onderdeel van de samenwerking is een gezamenlijk bedrijvenregister voor het coördineren van de benadering van bedrijven en productie van statistieken op basis van het Algemeen Bedrijven Register (ABR) van het CBS opgezet. In 2021 lag de nadruk op kwaliteitsverbetering en borging van deze nieuwe processen. Ook lag de nadruk op de opbouw van nieuwe statistische inzichten en producten op basis van nieuwe bronnen. Deze nieuwe bronnen geven dieper inzicht in hypotheken van huishoudens en leningen van bedrijven. De vernieuwing van de internationale richtlijnen, die door de Europese toezichthouders (European Supervisory Authorities (ESA)) worden opgesteld, hebben in 2021 de nodige aandacht gekregen.

Politie 
Sinds 2019 participeert het CBS in het Informatie-analyseteam (IAT) van de Politie en het Directoraat Generaal Politie en Veiligheidsregio’s van het ministerie van JenV. Het CBS draagt bij aan de door het IAT opgezette Generieke Monitor, de uitvoering van validaties en de uitvoering van thema-analyses. Ten behoeve van de Generieke Monitor (onder de nieuwe titel ‘Galileo’) stelde het CBS in 2021 maandelijks een datalevering samen met daarin kenmerken van slachtoffers en verdachten van misdrijven. Bovendien is in 2021 gewerkt aan het opzetten van cijfers over de kenmerken van politiepersoneel. Deze cijfers zullen in 2022 halfjaarlijks worden gepubliceerd door het CBS. Voor de validaties lag de focus in 2021 op het uitbouwen van de bestaande processen en het verder verbeteren van de kwaliteit van de analyses. In 2021 zijn twee thema-analyses afgerond: één naar het gebruik van geweld door politieambtenaren en één naar de ontwikkelingen rondom cybercrime. Bovendien is gestart met een thema-analyse naar vuurwapencriminaliteit die in 2022 wordt afgerond.

6.3 Samenwerking binnen thema’s

Toerisme-onderzoek 
Er is in Nederland behoefte aan data op het gebied van toerisme om daarmee datagedreven beleidsbeslissingen te ondersteunen en de concurrentiekracht van toerismeondernemers te vergroten. Hiertoe is een Landelijke Data Alliantie (LDA) opgericht waarin het ministerie van EZK, Centre of Expertise voor leisure, toerisme & hospitality (Celth), het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC), Kennisnetwerk Destinatie Nederland (KNDNL), Destinatie Marketing Organisaties (DMO’s), provincies en het CBS participeren. De partijen trekken gezamenlijk op om tot aanvullende, actuele en volledige data te komen over toerisme. De ambitie van de LDA is om toe te werken naar een meerjarig werkprogramma. Hieraan is ook in 2021 gewerkt.
Het CBS heeft naast de LDA ook samen met NBTC en Celth binnen het Data en Development Lab (DDL) gewerkt aan nieuw dataonderzoek op het terrein van toerisme. Via de LDA vinden de kennis en inzichten die uit de DDL voortkomen hun weg naar alle relevante stakeholders.

Verkeersveiligheid 
Het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030 (SPV 2030) heeft als ambitie nul verkeersdoden in 2050, middels een risico-gestuurde aanpak op landelijk, provinciaal en lokaal niveau. De door het ministerie van IenW opgezette Taskforce Verkeersveiligheidsdata geeft vorm aan dit strategisch plan. In deze Taskforce is ook in 2021 door het ministerie nauw samengewerkt met het CBS, Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek (CROW), Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV), provincies, gemeentes en diverse andere organisaties. Tot aan de vernieuwing van de inrichting van dit landelijke traject medio 2021 was het CBS voorzitter van het onderdeel Dataverzameling- en ontsluiting (werkagenda 2). In 2020 is voor de Safety Performance Indicatoren veilige snelheid, veilige wegen en veilige fietsinfrastructuur de databehoefte in beeld gebracht. In 2021 stond het inwinnen van nog ontbrekende data op de agenda, evenals de inzet voor het verbeteren van de (versnipperde) verkeersongevallen- en verkeersdodenregistratie.

6.4 Academische samenwerking 

Academische samenwerking bevordert innovatie en de totstandkoming van nieuwe (maatschappelijke) inzichten. Het is bovendien van belang voor personeelsontwikkeling en recruitment. Samenwerking vond in 2021 plaats met een groot aantal universiteiten en hogescholen en binnen diverse onderzoeksprojecten – groot en klein. Voor een deel vond de samenwerking plaats in de vorm van personele uitwisseling, zoals bij bijzondere leerstoelen aan universiteiten (zie bijlage D voor een compleet overzicht van de CBS-lector en -hoogleraren). Vanwege de diversiteit en complexiteit van deze samenwerkingsverbanden, die verspreid door het CBS plaatsvinden, is in 2021 het relatiebeheer met hogescholen en universiteiten verstevigd, evenals de interne coördinatie van en advisering rondom academische samenwerkingen. Het Expertisecentrum CBS en Hoger Onderwijsinstellingen (ECHO) dat hiervoor binnen het CBS verantwoordelijk is, bestaat nu naast een centrale coördinator uit decentrale coördinatoren vanuit elke hoofddirectie. Een aantal voorbeelden van academische samenwerkingen en de bijbehorende (tussen)resultaten in 2021 wordt in deze paragraaf beschreven, waarbij opgemerkt moet worden dat dit zeker geen uitputtend overzicht betreft.

De samenwerking met de Universiteit Maastricht is gecontinueerd, onder meer in het kader van de CBS-leerstoel ‘Sociale statistiek, in het bijzonder de empirische benadering van de sociale samenhang’ van prof. dr. Hans Schmeets. Binnen deze samenwerking wordt onderzoek gedaan naar sociaal kapitaal, integratie, migratie, naturalisatie, (beoordelen van) verkiezingen, vertrouwen, welzijn, risicogedrag, taal, duurzaamheid, gender ongelijkheid op werkplekken, en sociale cohesie. In het kader van deze leerstoel zijn diverse artikelen gepubliceerd. Voorts zijn zeven promotieonderzoeken begeleid. Daarvan zijn er in 2021 twee succesvol afgerond. 

Samen met studenten werden verschillende onderzoeken uitgevoerd als onderdeel van stages of duale trajecten. Zo zijn er in het kader van de CBS-leerstoel ‘Labour market flexibility: the employer’s perspective’ aan de Universiteit Maastricht, van prof. dr. Wendy Smits, verdiepende artikelen geschreven over loopbanen, lonen en inkomens van flexibele werknemers en over de motieven voor de inzet van flexwerkers door bedrijven. Dit is in samenwerking gedaan met de Universiteit Maastricht, Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en Universiteit Hasselt.

Binnen de samenwerking met de Universiteit Maastricht is ook de CBS leerstoel ‘Survey Methodology’ van prof. dr. J.A. (Jan) van den Brakel gecontinueerd. Een promotieonderzoek in het kader van deze leerstoel naar ‘Multivariate State Space Methods for Official Statistics and Climate Modelling’ is in 2021 succesvol afgerond. Voor dit proefschrift zijn methoden ontwikkeld om effectiever gebruik te maken van bronnen van ‘big data’ in de productie van officiële statistieken. Een toepassing betrof het met behulp van satellietdata de stikstofconcentratie in de atmosfeer te modelleren. In een tweede promotieonderzoek is gewerkt aan algoritmes om met behulp van wegsensoren statistische informatie over mobiliteit te maken. Verder zijn in 2021 vijf papers in wetenschappelijke tijdschriften gepubliceerd. Deze papers hadden betrekking op het nowcasten5) van maandcijfers over de werkloosheid met behulp van Google trends, het nowcasten van lokale arbeidsparticipatie op kwartaalbasis, het schatten van trends in mobiliteitscijfers met correctie voor systematische effecten ten gevolge van veranderingen in het survey proces, en het maken van betrouwbare schattingen voor regionale maand- en kwartaalcijfers over de werkloze beroepsbevolking. Verder zijn er schattingsmethodieken ontwikkeld en geïmplementeerd om te corrigeren voor het wegvallen van enquêtering aan huis bij verschillende statistieken tijdens de lockdown. Tenslotte is er een master student begeleid op het gebied van Active Learning in Automated Damage Assesment in samenwerking met het Rode Kruis. Hierbij gaat het om het ontwikkelen van algoritmen om op basis van satellietfoto’s te bepalen waar na het optreden van natuurrampen schade is ontstaan en behoefte is aan hulp. 

De samenwerking met de Universiteit van Amsterdam (UvA) en in het bijzonder het Institute for Advanced Study (IAS) van de UvA is per 1 januari 2021 verstevigd door het instellen van de CBS-leerstoel ’Complexiteit voor Officiële Statistiek’ van prof. dr. Frank Pijpers. Het doel van deze leerstoel is om de kennis en technieken van complexiteitswetenschap in te zetten voor het in kaart brengen van de systeemeigenschappen van de Nederlandse samenleving en economie. Er is op dit gebied een nauwe samenwerking met POPnet: een door NWO gefinancierd consortium, geleid door UvA en de Universiteit Leiden dat tot doel heeft om data van het sociale netwerk van alle inwoners van Nederland veilig voor onderzoek te ontsluiten en analytische methoden (software) te ontwikkelen en beschikbaar te stellen voor onderzoek op deze data. Er is nog lopend onderzoek naar verdere verbeteringen in het beveiligen van dergelijke privacygevoelige data, zodat deze voor wetenschappelijke doeleinden in samenwerking met de UvA en andere universiteiten gebruikt kunnen worden. Ook op het gebied van de handelsnetwerken van bedrijven zijn en worden longitudinaal netwerken geconstrueerd met als doel om zowel economische kwetsbaarheid als potentieel voor structurele verduurzaming beter in beeld te krijgen. 

De CBS-leerstoel ‘Registeranalyses van Levensloopdynamiek’ van prof. dr. Ruben van Gaalen is gecontinueerd. Onderdeel van deze leerstoel aan de UvA is het ontginnen van nieuwe databronnen. Zo is in 2021 historische registerinformatie gekoppeld aan CBS-registers op microniveau, gefinancierd vanuit ODISSEI (Open Data Infrastructure for Social Science and Economic Innovations, een duurzame wetenschappelijke infrastructuur voor de sociale wetenschappen in Nederland). De focus van het onderzoek ligt op longitudinaal onderzoek naar gezinnen, generaties en de demografische levensloop. Dit heeft geleid tot een gezamenlijke publicatie in het tijdschrift Social Forces. Voor deze studie werden door het CBS vanuit de EU gefinancierde survey data verzameld en aan longitudinale CBS data gekoppeld. Ook is begin 2021 een promotieonderzoek succesvol afgerond en werden meerdere studenten van de UvA op dit domein bij het CBS als stagiair begeleid.

Met het Leiden-Delft-Erasmus Centre for BOLD Cities en de Erasmus Universiteit loopt sinds 2017 een samenwerking in het kader van de CBS-leerstoel ‘Stedelijke statistieken’ van prof. dr. Marjolijn Das aan de Erasmus School of Social and Behavioural Sciences. De werkzaamheden voor dit hoogleraarschap en de CBS-onderzoeken werden in 2021 voortgezet. Er is onderzoek gepubliceerd over onder andere sociale netwerken en familienetwerken in relatie tot verstedelijking en sociale mobiliteit in Rotterdamse wijken. Verhuispatronen van kinderen van migranten zijn onderzocht in samenwerking met het NIDI. In samenwerking met ODISSEI is een paper geschreven over het integrale persoonsnetwerk van alle inwoners van Nederland waarin segregatie wordt gemeten via een netwerkanalysetechniek6). In nauwe samenwerking met prof. dr. Frank Pijpers en andere (CBS-)onderzoekers is en wordt er gewerkt aan longitudinale versies van dit persoonsnetwerk.

De samenwerking met Universiteit Utrecht is in 2021 voorgezet met onder meer de CBS-leerstoel ‘Mixed-mode survey technieken’ van prof. dr. Barry Schouten. Samen met de Universiteit Utrecht is in 2021 gewerkt aan meerdere promotieonderzoeken. Er heeft een promotie plaatsgevonden op meetfoutprofielen die inzicht geven of en wanneer in surveys verhoogde risico’s worden gelopen op mode effecten, oftewel op verschillen in antwoorden ten gevolge van de wijze waarop personen worden bevraagd (telefonisch, via het internet, aan huis door een interviewer, etcetera). Twee andere promovendi, die in 2022 promoveren, hebben progressie geboekt op hun onderzoek naar respectievelijk correctie voor ontbrekende locatiedata in verplaatsingenapps en naar doelgroepenbenadering. Tot slot is in 2021 samen met het Amsterdam UMC en de Universiteit Utrecht een nieuwe promovendus gestart op onderzoek naar populatiemonitoring van beweeg- en zitgedrag via sensoren.

Samen met de universiteiten van Utrecht en Leiden verzorgt het CBS de Europese masteropleiding European Master of Official Statistics (EMOS) (zie ook 6.5). In 2021 startte de vijfde editie. Studenten van deze opleiding hebben in 2021 succesvol stage gelopen en hun masterscriptie geschreven bij het CBS. Samen met de Universiteit Utrecht is bovendien een summer school georganiseerd over survey design en survey analysis.

Met de VU is de samenwerking gecontinueerd en geïntensiveerd door een strategisch onderzoeksprogramma en de leerstoel ‘Methodologie van administratieve en nieuwe databronnen’ van prof. dr. Bart Bakker. Er is gezamenlijk gewerkt aan het verklaren van de verschillen in de prevalentie van de contractvorm in de Polisadministratie (een register waarin de meeste Nederlandse inkomstengegevens worden opgeslagen, beheerd door het UWV) en de Enquête beroepsbevolking van het CBS. Hieruit zijn diverse publicaties voortgekomen. Ook is de samenwerking bij het onderzoek naar geefgedrag geïntensiveerd. Daarbij verzorgt het CBS een deel van de enquête Geven in Nederland.
 
Stagiairs van de vakgroep Computational Lexicography van de VU hebben bij het CBS gewerkt aan het anonimiseren van processen-verbaal van de politie door het toepassen van zogenaamde Named Entity Recognition and Classification. Daarbij worden met behulp van machine learning identificerende kenmerken zoals namen van personen en bedrijven vervangen door #persoon en #bedrijf. Hierin is voortgang geboekt, maar het blijkt nog lastig dit op dusdanig niveau te brengen dat het breed toegepast kan worden. Samen met een stagiair van de opleiding Sociologie is onderzoek verricht naar de invloed van bijbanen tijdens de studie op de arbeidsmarktpositie direct na afstuderen. Bovendien heeft een stagiaire van de Universiteit Utrecht, onder begeleiding van de VU, indelingen gemaakt voor beroepsstatus op basis van de nieuwe International Classification of Occupations. Deze indelingen zijn beschikbaar gekomen voor onderzoekers van binnen en buiten het CBS.

In nauwe samenwerking met Tilburg University is in het kader van de CBS-leerstoel ‘Data-integratie’ van prof. dr. Ton de Waal onder andere onderzoek gedaan naar het corrigeren voor selectiviteit in databestanden. Daarnaast is, grotendeels in samenwerking met de VU, onderzoek gedaan naar het meten van kwaliteit van schattingen gebaseerd op selectieve data. Ook is gewerkt aan het implementeren van resultaten van eerder promotieonderzoek aan de Tilburg University met betrekking tot correctie voor meetfouten in databestanden in productieprocessen van het CBS. De voornaamste doelen van de werkzaamheden in het kader van de leerstoel zijn het beter kunnen ontsluiten van administratieve en big data, en het verhogen van de kwaliteit van CBS-publicaties (deels) gebaseerd op dergelijke data.

In het kader van de leerstoel ‘Big data in Official Statistics’ van prof. dr. Piet Daas aan de Technische Universiteit Eindhoven heeft het CBS een tekst-gebaseerde classificatiemethode voor de detectie van websites van platformeconomie bedrijven in productie genomen. Daarnaast is begonnen met het naar productie overzetten van de Sociale spanningen-indicator, een indicator die gebruik maakt van het sentiment in publieke sociale media berichten. Op het terrein van de methodologische verantwoording van het gebruik van Machine Learning methoden binnen de officiële statistiek is een aantal papers gepubliceerd en een aantal webinars gegeven. 

Binnen de samenwerking met de Technische Universiteit Eindhoven is in 2021 ook de CBS leerstoel ‘Quantification of Sustainability’ van prof. dr. Jan-Pieter Smits gecontinueerd. Voor het project ‘Deep Transitions’, dat samen met de Wageningen Universiteit (WUR) en Universiteit Utrecht7) wordt uitgevoerd en waar een belangrijk deel van het onderzoek binnen deze leerstoel zich op richt, hebben de samenwerkende universiteiten in 2021 financiering toegezegd. Industrialisatie en globalisering (de eerste ‘diepe transitie’) hebben de westerse wereld veel welvaart en welzijn gebracht, maar de negatieve effecten ervan zijn ook onmiskenbaar. Dit project laat zien hoe de huidige niet-duurzame systemen zich hebben ontwikkeld en welke mechanismen eraan ten grondslag liggen. 
Met het CBS-lectoraat ‘Statistiek en Data Science’ van bijzonder lector dr. ir. Kees van Berkel is de samenwerking met Zuyd Hogeschool in 2021 voorgezet. In het kader van dit lectoraat wordt onderzoek gedaan naar het samenstellen van relevante statistische informatie door surveys en andere databronnen te combineren. Zo is gewerkt aan de Binnenvaartstatistiek. Gegevens uit het Informatie- en Volgsysteem voor de Scheepvaart (IVS Next) zijn vergeleken met gegevens uit het Automatic Identification System (AIS). Tevens zijn met deze data visualisaties gemaakt van scheepsreizen over de binnenlandse vaarwegen. Hiermee worden verschillen tussen IVS Next en AIS zichtbaar.

De samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen in onderzoek naar Privacy Preserving Techniques zoals virtueel datakoppeling en het toepassen van synthetische databestanden is in 2021 voortgezet. Het CBS en de Rijksuniversiteit Groningen werken daarnaast samen in onderzoek naar nieuwe vormen van onderzoeksmethoden (AI, machine learning). In 2021 heeft het CBS tevens met een promovendus van de Rijksuniversiteit Groningen gewerkt aan onderzoek naar motieven van mensen om wel of niet mee te werken aan gegevensverzamelingen. Ten slotte werken het CBS en de Rijksuniversiteit Groningen samen in onderzoek op specifieke meer inhoudelijke onderwerpen, zoals globalisering en gezondheid.

6.5 Internationale samenwerking

Internationaal overleg en COVID-19
In 2021 heeft het CBS ook internationaal op diverse terreinen samengewerkt. Door de COVID-19-gerelateerde beperkingen vonden de internationale vergaderingen online plaats, op een enkele uitzondering na. In alle internationale statistische gremia was er veel behoefte aan intercollegiaal overleg over hoe om te gaan met de problemen met dataverzameling en de behoefte aan snelle en goede statistische informatie om de gevolgen van de crisis te meten. Toegang tot nieuwe databronnen en innovatie was daarbij cruciaal. Naar voorbeeld van het CBS-dashboard Welvaart in coronatijd is een European Statistical Recovery Dashboard ontwikkeld.

Europees Statistisch Systeem
Het CBS participeert actief in expertgroepen en task forces van het Europees Statistisch Systeem (ESS), dat bestaat uit Eurostat, de EU-lidstaten en de landen van de European Free Trade Association (EFTA). In 2021 is een Task Force Innovatie opgericht om voorstellen te doen om modernisatie en innovatie stevig te verankeren in het ESS. Samen met Eurostat gaat het CBS deze Task Force leiden. Deze taak vloeit voort uit de ESS Visie 2020 waarvan in 2020 het eindrapport is gepubliceerd. Het moderniseringsportfolio omvatte bijvoorbeeld ontwikkelprojecten op het gebied van Big Data, communicatie, een veilige uitwisseling van internationale handelsgegevens tussen landen en een geharmoniseerd Europees bedrijvenregister. De resultaten van de ESS-Visie 2020 dragen bij aan betere kwaliteit en een lagere regeldruk. De komende jaren zal verder geïnvesteerd worden in ESS brede invoering van de projectresultaten. Tegelijkertijd wordt voor de komende zeven jaar een nieuw ontwikkelportfolio opgezet.

Digitale transitie
Samen met Eurostat en andere ESS-partners is het CBS actief betrokken bij de digitale transitie, die door de Europese Commissie voor de komende jaren tot topprioriteit is bestempeld. Inspanningen zijn met name gericht op het krijgen van een stevige wettelijke basis voor toegang tot private databronnen op Europees niveau, een sterkere rol van de officiële statistiek in Europese besluitvormingsprocessen, en het beter ontsluiten van statistische informatie.

Daarnaast werkt het CBS aan transparante en uitlegbare AI binnen het Europese onderzoeksconsortium TAILOR. In september 2021 heeft het CBS met onder meer Deutsches Forschungszentrum für Künstliche Intelligenz (DFKI) en TNO een tweedaagse online workshop georganiseerd rond AI in de publieke dienstverlening. Het doel van de workshop was om bij te dragen aan een komende Europese roadmap over kunstmatige intelligentie. Experts vanuit de overheid, het bedrijfsleven en de academische wereld namen deel.

Globale samenwerking
Buiten Europa was het CBS onder meer actief door de deelname in diverse multilaterale kaders, zoals de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), en de Verenigde Naties (VN) en zijn regionale en functionele commissies. 

Het CBS is voorzitter van de VN-groep die zich richt op het ontwikkelen van een systeem voor milieu-economische rekeningen (System of Environmental Economic Accounts, SEEA). Deze milieu-economische rekeningen worden gebruikt voor een goede statistische beschrijving bij thema’s als klimaatverandering, biodiversiteit en de circulaire economie. Bovendien is het opstellen van deze rekeningen op zichzelf al een expliciete deelindicator in het stelsel van Sustainable Development Goals. Een resultaat van het werk van deze VN-groep is het in 2021 gereedgekomen handboek ‘SEEA Ecosystem Accounting’. Dit handboek beoogt een VN-standaard te geven voor het systematisch monitoren van de omvang en conditie van ecosystemen, en de ecosysteemdiensten die zij leveren en waarmee zij een bijdrage leveren aan de economie en de samenleving. 

Het CBS neemt tevens actief deel aan de VN-groep die zich bezighoudt met het gebruik van big data en data science voor de productie van officiële statistiek en treedt op als voorzitter van een van de task teams. 
Ook werkt het CBS samen met andere landen in de High Level Group on Modernisation of Official Statistics van de Verenigde Naties.

Klimaatdoelen
Het CBS denkt vanuit zijn expertise ook mee hoe de voortgang op de klimaatdoelen op nationaal en internationaal niveau gemeten kan worden en voor het publiek inzichtelijk kan worden gepresenteerd. Daarom heeft het CBS in EU-verband met Eurostat, Spanje, Ierland, Zweden, Letland en Litouwen meegedaan aan een pilot review klimaat gerelateerde statistieken, waarbinnen het CBS een nationale consulatie heeft gehouden met enkele datagebruikers. Naast Eurostat hebben ook de OESO en de VN klimaat in hun prioriteitenlijst staan. Het CBS ondersteunt hun internationale klimaat(data)ambities, bijvoorbeeld door zitting te nemen in hun task forces op dit terrein.

Kennisuitwisseling
Evenals in voorafgaande jaren heeft het CBS zijn kennis en ervaring ingezet door een bijdrage te leveren aan doelgerichte kennisuitwisseling. Zo investeert het CBS in bilaterale en multilaterale samenwerkingsverbanden, zoals de samenwerking met Korea op het gebied van innovatie en big data, en met de Scandinavische landen die vergelijkbaar zijn met Nederland qua toegang tot registers en ontwikkelingsniveau. 

Het CBS verleent aan een beperkt aantal landen technische assistentie. In 2021 is vooral steun verleend aan Kroatië, Azerbaijan en de (potentieel) kandidaat-lidstaten van de EU. 
In 2021 is voor het vijfde jaar op rij de Europese masteropleiding European Master of Official Statistics (EMOS) gestart (zie ook 6.4). De opleiding leidt op voor functies bij officiële statistiekbureaus en overheden.

Het CBS levert een actieve bijdrage aan de vormgeving en uitvoering van het Europees trainings- en opleidingsprogramma (ESTP) voor de jaren 2021–2024. Het ESTP-programma is een vierjarig door de Eurostat gefinancierd programma voor statistici uit de ESS en uit de (potentieel) kandidaatlidstaten. Jaarlijks worden ongeveer zestig workshops, seminars en enkele dagen durende trainingen gegeven over een veelvoud aan statistische onderwerpen. In 2021 was het CBS cursusleider van trainingen op verschillende terreinen van methodologie tot communicatie. Door de COVID-19-pandemie werden trainingen afgelast of vonden zij online plaats in de vorm van een webinar, zoals de cursus Big Data.

Dutch Caribbean Statistical System (DCSS)
Het CBS werkt sinds 2017 samen met de statistische bureaus van Aruba, Sint-Maarten en Curaçao in het Dutch Caribbean Statistical System (DCSS). In dit kader wordt bekeken op welke manier de statistische bureaus van de landen van het Koninkrijk der Nederlanden elkaar verder kunnen ondersteunen. Zo is er in 2021 gekeken naar mogelijkheden van een verdere harmonisatie van de demografische statistieken op basis van de bevolkingsadministraties (Persoonsinformatievoorziening Nederlandse Antillen en Aruba, PIVA’s) op de eilanden. Het CBS ondersteunt STAT Sint-Maarten sinds 2018 op het gebied van de consumentenprijsindex. Gefinancierd door het ministerie van BZK is het CBS een Peer Review traject op het Statistical System van Sint-Maarten gestart, analoog aan de peer reviews die in Europa worden uitgevoerd. Dit traject loop door tot medio 2022. Bekostigd door CBS Aruba is door het CBS een evaluatie uitgevoerd op het bevolkingsprognosemodel. De tweede fase eindigt in juni 2022. 
 

5) Nowcastingtechnieken worden gebruikt voor het aanvullen van hiaten in actuele gegevens.

6) Dit is gedaan met de zogeheten Random Walk procedure. Een techniek die optimaal gebruik maakt van het feit dat mensen direct of indirect aan elkaar gelinkd kunnen zijn, soms via een aantal stappen, en van de aanname dat hoe minder stappen er zitten tussen twee mensen, hoe groter de kans dat zij invloed op elkaar uitoefenen.

7) Andere projectpartners zijn Urgenda, Rathenau Instituut, ASML, het ministerie van EZK en TNO.

7. Bedrijfsvoering

7.1 Personeel

7.1.1 Het personeel in cijfers

Bezetting
Eind 2021 waren 1 964 medewerkers in dienst van het CBS. De gemiddelde operationele bezetting in 2021 is 1 803 fte (ten opzichte van 1 780 fte in 2020). De bezetting per hoofddirectie staat in tabel 7.1.

Tabel 7.1: Bezetting (in medewerkers) eind 2021 per hoofddirectie
Hoofddirectiefte
EBN Economie, bedrijven en nationale rekeningen523
SER Sociale en ruimtelijke statistieken485
DRI Dataservices, research en innovatie453
BIM Bedrijfsvoering, IT en Methodologie367
CCN CBS Communicatie en Nieuws80
Overig56

Leeftijd
Eind 2021 was de gemiddelde leeftijd van de CBS’er 48,3 jaar, een lichte daling ten opzichte van 2020. Eind 2021 was 51 procent van de medewerkers 50 jaar of ouder (zie figuur 7.1). In het verslagjaar 2020 lag dit aandeel op 53 procent.

Figuur 7.1 CBS-bezetting 2021 naar leeftijdscategorie
LeeftijdColumn1
20-30 jaar9
30-40 jaar17
40-50 jaar23
50-60 jaar26
60 jaar en ouder25

AOW-gerechtigde leeftijd
Eind 2021 is de prognose dat 366,3 fte in de jaren 2022–2027 het CBS zal verlaten omdat zij de AOW-gerechtigde leeftijd bereiken (zie figuur 7.2). Dit is inclusief 20,3 fte die de AOW-gerechtigde leeftijd al bereikt hebben, maar die op dit moment langer doorwerken. Naar schatting zullen deze 20,3 fte uitstromen in 2022 of 2023.

Figuur 7.2 Verwachte uitstroom aantal CBS-medewerkers door pensionering excl. 20,3 die momenteel doorwerkt na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd
Jaarfte (Fte)
202251,7
202336,7
202460,6
202560,9
202670,8
202765,1

Een groot deel van de uitstroom wordt vervangen. Het CBS speelt hierop in door tijdig en herkenbaar op de arbeidsmarkt aanwezig te zijn (zie 7.1.2).

Ziekteverzuim 
In 2021 is het ziekteverzuim licht gestegen. Eind 2021 bedroeg het ziekteverzuim 4,2 procent. Dit is iets hoger dan eind 2020, toen het verzuim 3,9 procent was. De impact van bijna twee jaar coronacrisis op dit verzuimcijfer is moeilijk te duiden. Het thuiswerken heeft een positief effect op het individuele regelvermogen en daarmee ook op verzuim. Daarnaast kan het thuiswerken ook een negatief effect hebben door bijvoorbeeld een moeilijker beheersbare werk-privébalans. Long-COVID beïnvloedt het ziekteverzuim eveneens negatief.

Personele ontwikkeling
De toename van het aandeel hoger opgeleid personeel zet door als gevolg van de toename van de complexiteit en automatisering van de statistische processen. Eind 2021 was 86 procent van de medewerkers werkzaam in functieschaal 9 of hoger (hbo+). In 1995 lag dit percentage nog op 50 procent (zie figuur 7.3).

Figuur 7.3 CBS-medewerkers naar functieniveau
JaarSchaal <=8 (%)Schaal 9-10 (%)Schaal >=11 (%)
1995502214
2015262322
2021235462

7.1.2 Personeelsontwikkeling

Investeren in medewerkers draagt bij aan de groei en innovatie van het CBS. Ontwikkelingen op het gebied van data, IT en techniek, de arbeidsmarkt en samenwerkingen met de omgeving gaan zo snel dat vernieuwing noodzakelijk is. Dat vraagt om medewerkers die innovatie omarmen, graag met elkaar samenwerken en doorzettingsvermogen hebben als het een keer tegenzit. Medewerkers die er met elkaar voor zorgen dat het CBS het innovatieve kennisinstituut blijft dat het is.

In 2020 is een strategisch HR-plan 2020–2025 opgesteld. In dit plan zijn strategische thema’s opgenomen die de komende jaren aandacht krijgen en tot vernieuwingen leiden: 

  1. Vooruitstrevend recruitment
    Het CBS wil topkandidaten binnenhalen om een toporganisatie te blijven. Dat vraagt om een goede positionering van het CBS op de arbeidsmarkt, een aantrekkelijke werving met een uitdagend selectieproces en een goede introductie. In 2020 is het recruitmentproces verbeterd. In 2021 heeft het CBS de selectieprocedure verder verfijnd en is een nieuwe arbeidsmarktcampagne gepresenteerd. Daarbij is het gelukt om in een steeds krappere arbeidsmarkt alle vacatures in 2021 ook daadwerkelijk kwalitatief goed in te vullen.
  2. Continu leren als standaard
    Continue ontwikkeling van medewerkers is belangrijk voor de ontwikkeling en wendbaarheid van het CBS. Formeel en informeel leren moet vanzelfsprekend zijn. Het vaststellen van een norm voor het aantal uren dat medewerkers jaarlijks aan ontwikkeling besteden, draagt daaraan bij. De CBS Academy heeft in 2021 medewerkers en leidinggevenden bij hun verdere ontwikkeling ondersteund met onder andere een toolkit voor loopbaangesprekken en een passend curriculum voor management development, persoonlijke ontwikkeling en vakontwikkeling.
  3. CBS-brede managementontwikkeling en opvolging
    Goed functionerend en goed opgeleid management is cruciaal voor het functioneren van het CBS. Managementontwikkeling stelt het CBS in staat om bijvoorbeeld een prettige en uitdagende werkomgeving te organiseren – ook in een nieuwe hybride situatie, waarin personeel zowel thuis als op kantoor (samen)werkt. In 2021 lag de focus op het CBS-breed sturen op ontwikkeling en benoemingen in de (potentiële) managementgroep en op opvolgingsplanning. Voor alle niveaus van managers heeft het CBS een (modulair) ontwikkelprogramma vastgesteld.
  4. Fit voor de toekomst door mobiliteit
    Goede medewerkers aantrekken is belangrijk, goede mensen behouden en met plezier aan het werk hebben is nog belangrijker. Het CBS heeft een ambitie voor mobiliteit van medewerkers in de organisatie. Een belangrijke randvoorwaarde voor mobiliteit is transparantie op taken, verantwoordelijkheden en competenties in de vorm van een actueel functiehuis. In 2021 heeft het CBS dit nader onderzocht. Dit onderzoek heeft geresulteerd in het besluit om aan te sluiten bij het Functiegebouw Rijk. In 2021 is de voorbereiding voor deze aansluiting gestart.
  5. Vitaliteit
    De fysieke en geestelijke gezondheid van de medewerkers bepalen het ziekteverzuim. De komende jaren wil het CBS structureel meer aandacht geven aan de werkomstandigheden van zijn medewerkers – zeker nu een meer hybride manier van thuis en op kantoor werken zich lijkt af te tekenen. Belangrijk daarbij is het ondersteunen en ontwikkelen van de eigen verantwoordelijkheid van de medewerker voor zijn of haar gezondheid. In 2021 heeft het CBS zich gericht op het vergroten van eigen regie bij managers en medewerkers. Dit heeft in de verzuimaanpak ook geleid tot een verschuiving van controle en curatie naar preventie.

7.2 Werkomgeving

Het CBS zat anno 2021 midden in de beoogde huurperiode van de gebouwen in Den Haag en Heerlen en zijn een aantal fysieke onderdelen aan vervanging toe, zoals de vloerbedekking. Daarnaast heeft ruim tien jaar gebruik geleerd dat de huidige inrichting in bepaalde opzichten niet optimaal is, met name de verdeling van drukte en concentratie. Verder hebben de ervaringen tijdens de coronacrisis geleid tot het inzicht dat naar alle waarschijnlijk meer thuisgewerkt gaat worden en dat kantoor relatief meer voor overleg gebruikt zal worden. Dat vraagt een andere inzet van IT-middelen. Ook voor IT-middelen bevindt het CBS zich in een vervangingsperiode. Dit heeft in 2020 geleid tot het starten van het programma ‘Nieuwe werkomgeving’ om zowel de fysieke als de IT-werkomgeving aan te passen. De nieuwe CBS-werkomgeving wordt in fasen, op een agile wijze, in de periode tot en met 2025 geïmplementeerd. In 2021 heeft de aanbesteding van het verbouwen van –  in beide vestigingen – één verdieping plaatsgevonden. 

Ten aanzien van de IT-middelen is gekozen om de vaste IT-werkplekken in de beide vestigingen af te bouwen en alle medewerkers te voorzien van een volledig door het CBS beheerde en volgens het ‘Nieuwe ICT-werkplek’ platform ingerichte laptop. Ultimo 2021 is bijna de helft van alle CBS-medewerkers voorzien van deze nieuwe laptop en begin 2022 zullen de aansluitfaciliteiten op de bureaus gerealiseerd worden. Het CBS ondervond, en ondervindt nog steeds, in dit project last van het wereldwijde chiptekort waardoor er regelmatig gewacht moest worden op nieuwe zendingen van de leveranciers.

7.3 Medezeggenschap

Het CBS hecht grote waarde aan constructief overleg met de ondernemingsraad. In 2021 is zowel in formeel als informeel overleg met zowel de ondernemingsraad als met de vakbonden in het Georganiseerd Overleg over diverse zaken gesproken.

In 2021 heeft de ondernemingsraadverkiezing plaatsgevonden en is de samenstelling van de ondernemingsraad gewijzigd. 

In 2021 is er een nieuwe CAO Rijk afgesloten. Daarin zijn ook zaken opgenomen met betrekking tot de thuiswerkvergoeding en de vergoeding voor inrichting van de thuiswerkplek. Deze onderwerpen zijn, en worden ook in 2022, met de ondernemingsraad besproken.

De reorganisatie bij de hoofddirectie Dataservices, Research en Innovatie (DRI) is tijdens de overleggen aan bod geweest. De implementatie van die reorganisatie heeft na instemming van de ondernemingsraad met ingang van 1 januari 2022 plaatsgevonden. Ook het inrichten van een tijdelijke werkorganisatie bij de hoofddirectie CBS Communicatie en Nieuws (CCN) is besproken. 
Een onderwerp waar zowel de ondernemingsraad als bestuurder grote waarde aan hecht, is bewust belonen. Dat onderwerp is dan ook meerdere keren ter tafel gekomen en zal ook in 2022 onderwerp van gesprek zijn. 

In 2021 heeft het CBS na instemming door ondernemingsraad ervoor gekozen om voor de medewerkersonderzoeken gebruik te maken van het programma InternetSpiegel van het ministerie van BZK. 

De startsalarissen bij de indiensttreding van startende HBO’ers en academici zijn besproken en dat gesprek zal ook in 2022 worden voortgezet. 

Zowel de ondernemingsraad als de bestuurder vindt arbo en vitaliteit een belangrijk onderwerp. Het is van belang dat de verschillende disciplines binnen het CBS die arbo-gerelateerde zaken oppakken goed samenwerken en dat dit binnen de CBS-structuur goed vorm wordt gegeven. Daarom is in 2021 in kaart gebracht welke verschillende rollen/functies zich binnen het CBS bezighouden met arbo-zaken. Het betreft dan met name de taken van de arbo-coördinator en de preventiemedewerkers. Het bepalen van de juiste vorm en verdeling van taken krijgt in 2022 vorm. 

Ook bij de overstap naar het Functiegebouw Rijk is de medezeggenschap betrokken. De implementatie van het Functiegebouw Rijk is voorzien voor 1 juli 2022 en zal dus ook in 2022 nog vaker ter tafel komen.

7.4 Maatschappelijk verantwoorde bedrijfsvoering

In 2020 heeft het CBS stappen gezet om te komen tot een Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO)-raamwerk, waarbinnen de lopende initiatieven worden ondergebracht. Met dit kader wil het CBS beter laten zien waar de organisatie naar streeft en waarover het CBS verslag legt. Hiervoor inventariseert het CBS uitgebreid en systematisch wat de organisatie al doet op het gebied van MVO en welke verbeterpunten er zijn. Het CBS heeft op die manier in 2021 een beleid vastgesteld dat niet alleen gebaseerd is op de ambitie en het belang van het CBS, maar vooral ook op wat de maatschappij van het CBS als publieke organisatie verwacht. Naast het opzetten van een integraal MVO-kader heeft het CBS bestaande initiatieven op dit gebied verder uitgebreid. Deze zijn in drie pijlers onder te verdelen.

Werknemer
In de toekomst, ook na het coronatijdperk, is een combinatie van thuis en op kantoor werken de norm. In 2020 is een taskforce, bestaande uit een groep medewerkers van verschillende disciplines, gestart met een onderzoek naar de voorwaarden om voor langere tijd grotendeels vanuit huis te kunnen werken. De taskforce kijkt naar aanvullende maatregelen die daarvoor nodig zijn en let daarbij nadrukkelijk op sociaalpsychologische en groepsdynamische aspecten. Als een combinatie van thuis en op kantoor werken de norm is, zijn motivatie en sociale cohesie nog meer van groot belang. In 2021 is het CBS gestart met het hieraan invulling te geven door het ontwikkelen en uitvoeren van verschillende initiatieven om de afstand tot elkaar en tot de organisatie te verminderen. Zo zijn er verschillende trainingen zoals op het gebied van IT en thuiswerkvaardigheden en workshops, zoals thuiswerken in balans en verbinding binnen je team georganiseerd. Ook zijn er diverse activiteiten uitgevoerd die vooral bedoeld waren om mensen op een laagdrempelige manier meer in contact met elkaar te laten komen, zoals een buddy systeem, een activiteitenpot, een virtuele CBS-koffiecorner en digitale lunches. Daarnaast zijn er diverse middelen geleverd om de thuiswerkplek beter te laten functioneren en zijn managers in staat gesteld om ervaringen met elkaar te delen en kennis op te doen over hybride werken door verschillende managementbijeenkomsten. 

In navolging op het Nationaal Preventieakkoord van de Rijksoverheid ontmoedigt het CBS roken. Voor de inpandige rookruimte in de vestiging in Den Haag is een zeer summiere buitenfaciliteit in de plaats gekomen Tevens blijft het CBS zoeken naar andere mogelijkheden om het stoppen met roken aan te moedigen. 

Milieu
In 2020 is de nieuwe audit voor de Energy Efficiency Directive (EED)8) gehouden. De daaruit volgende adviezen met een terugverdientijd van minder dan 5 jaar worden uitgevoerd. Zo is in 2021 gestart met het aanbrengen van schakelklokken op de decentrale boilers. Omdat de meeste technische installaties eigendom zijn van de eigenaren van de kantoorpanden zoekt het CBS ook met hen naar eventueel verdere verduurzaming van de installaties. De periodieke Energy Performance of Building Directive (EPBD)9) audit heeft in 2021 niet plaatsgevonden. Deze audit richt zich vooral op de energietechnische prestaties van klimaatinstallaties. Door een wijziging in de regelgeving10) valt de CBS installatie in Den Haag buiten de verplichting. In de vestiging Heerlen is dit nog wel van toepassing en wordt de audit in 2022 uitgevoerd in opdracht van de eigenaar. 

De in 2019 geplaatste bijenvolken in beide vestigingen hebben voor honing gezorgd. In 2021 is dit initiatief voortgezet en communiceert het CBS intensiever over de biodiversiteit en zijn er inheemse (lokale) veldbloemen rondom de gebouwen geplant. 

Vanaf 2021 gebruikt het CBS een duurzamere envelop voor uitgaande post. Deze envelop is door het gebruik van minder milieubelastend papier, lijm en inkt een verbetering. De geplande proef met een aangepast font die zorgt voor een besparing van inkt en beperking van milieubelasting, is door COVID-19 pas laat in 2021 gestart. De resultaten van de proef worden in 2022 verwacht. 
In de reguliere bedrijfsvoering krijgt het toepassen van hergebruik van grondstoffen en producten steeds meer aandacht. In dit kader is in 2021 een plan geformuleerd om niet per se nieuwe bureaustoelen aan te schaffen maar bestaande te revitaliseren. Indien toch nieuwe bureaustoelen nodig zijn (wat mogelijk nodig is om thuiswerkplekken te faciliteren) zal gezocht worden naar circulaire bureaustoelen. Daarnaast heeft een proef plaatsgevonden om bestaande bekers bij de drankenautomaten in een aparte afvoerstroom om te laten zetten naar toiletpapier. 

Om de CO₂-uitstoot van dienstreizen per vliegtuig te compenseren, heeft het CBS een contract met de Climate Neutral Group afgesloten. De uitkomsten uit het onderhandelingsakkoord met de vakbonden geven ook meer mogelijkheden op het gebied van het verduurzamen van woon-werkverkeer. In 2021 heeft het CBS onderzocht hoe de organisatie het fietsen van en naar kantoor kan aanmoedigen en het gebruik van de auto kan ontmoedigen. Er is voor beide vestigingen een convenant afgesloten met Bereikbaar Haaglanden en Bereikbaar Zuid-Limburg om een analyse te maken van het woon-werkverkeer en te komen tot een plan van aanpak om deze te gaan verduurzamen door meer in te zetten op OV en/of de fiets. Door COVID-19 is de uiteindelijke uitvoering opgeschort naar 2022.

Maatschappij
Om bij te dragen aan een meer inclusieve maatschappij heeft het CBS de taskforce participatie in 2021 voortgezet. Vanuit het idee van de Participatiewet creëert de taskforce functies voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Decentraal gereserveerde budgetten worden centraal georganiseerd. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om extern advies te verkrijgen en dat te gebruiken om functies te creëren. 

In 2021 had het CBS de ambitie om tien interne reguliere functies en vier functies bij externe onderhoudspartijen in te vullen door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bij de externe onderhoudspartijen zijn ultimo 2021 drie personen die tot de doelgroep behoren aan het werk. De firma die verantwoordelijk is voor de glasbewassing heeft beleid waarbij ze een gedeelte van de totale ureninzet door medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt laten vervullen. In 2021 was dat 19 procent. Bij het CBS zelf zijn eind 2021 in totaal tien mensen aan het werk vanuit de doelgroep. Van deze tien mensen zijn er vijf gestart in 2021. Er zijn meerdere redenen aan te wijzen voor het niet halen van de doelstelling. Door de COVID-19 maatregelen was het bijvoorbeeld lastig om mensen persoonlijk te begeleiden. Verder bleek het makkelijker om tijdelijke plekken voor mensen uit de doelgroep te vinden dan om structurele opvulling van vacatures met doelgroepkandidaten te bereiken.

7.5 IT-ontwikkeling

Platformstrategie
Het CBS is voor het maken van statistieken afhankelijk van informatietechnologie. Daarom moet de kwaliteit en continuïteit van de IT-dienstverlening gegarandeerd blijven. De platformstrategie vormt een kader voor de technische invulling en richting van de IT-dienstverlening. Het eerste element van deze platformstrategie is de realisatie geweest van het nieuwe rekencentrum in 2020.
De volgende drie platforms van de IT-dienstverlening, die samen de basis vormen voor robuuste, wendbare en schaalbare CBS-diensten, zijn:

  • ICT Werkplek
    In het eerste kwartaal van 2021 heeft het CBS het project Nieuwe werkplek afgerond. In dit project is een moderne, goed beveiligde en toekomstvaste ICT-werkplek ontwikkeld. Deze werkplek zorgt ervoor dat CBS-medewerkers op een efficiënte manier kunnen werken, nu en in de toekomst. Dit project omvatte ook de vernieuwing van de remote access-omgeving, waar onderzoekers van buiten het CBS, onder strikte voorwaarden, toegang krijgen tot CBS-data.
  • Applicatieontwikkeling en werkwijze
    Het CBS gebruikt kant-en-klare softwareproducten, maar het ontwikkelt ook zelf maatwerksoftware. Bij het uitrollen van deze maatwerkapplicaties is CloudFoundry gekozen als het nieuwe standaard platform. In 2021 is een start gemaakt met het trainen van IT-medewerkers om de overgang van applicaties naar dit platform te kunnen realiseren. Van de achttien ontwikkelteams zijn nu vier teams van het CBS volledig opgeleid.
  • Data & Artificial Intelligence
    Onderdeel van het platform Data & Artificial Intelligence is het ontwikkelen van High Performance Computing (HPC)11) -faciliteiten en bijbehorende diensten. Na onderzoek en experimenten in 2020 is gebleken dat twee van dit soort HPC-omgevingen geschikt zijn voor het CBS. Nadat de platformen in productie genomen zijn, is in 2021 gestart met opleidingen zodat CBS’ers effectief van deze platformen gebruik kunnen maken. 

In 2021 is ook een plan gemaakt voor een volgende stap, het verder standaardiseren van de analyseomgeving en specifiek het dashboardonderdeel. Met dashboarding wordt het onder andere mogelijk om meer handmatige handelingen te automatiseren en de hulpmiddelen voor presentaties te standaardiseren. Daarnaast is het mogelijk om datagebruikers te laten samenwerken in een beheerde en veilige omgeving. Op dit moment zijn er meerdere tools binnen het CBS voor het maken van dashboards. Het CBS wil een keuze maken welke tools voor dashboards gebruikt gaan worden, en hier ook de ondersteuning voor inrichten. Daarbij wordt ook onderzocht of er aanvullende behoeften zijn voor dashboards zodat de keuzes ook toekomstbestendig zijn. 

IT-Security
In 2021 heeft het CBS veel aandacht besteed aan IT-security. Hiervoor heeft het CBS samenwerking gezocht binnen en buiten de Rijksoverheid. Aandacht voor security was deels nodig vanwege concrete dreigingen van buitenaf, denk onder andere aan de recente Log4j kwetsbaarheid, maar ook om de IT-infrastructuur veilig te houden. De leveranciers en fabrikanten van hard- en software komen namelijk steeds frequenter met security-patches voor hun producten en het CBS moet deze in zijn omgeving testen en vervolgens installeren. 

Daarnaast heeft het CBS ook de technische monitoring van zijn infrastructuur verder uitgebreid. Dit om in een zo vroeg mogelijk stadium te kunnen constateren of er een inbreukpoging wordt gedaan zodat daar adequaat op gereageerd kan worden. Het CBS voorziet dat de aandacht en capaciteit voor IT-security de komende jaren alleen nog maar verder zal toenemen.

7.6 Prestatie-indicatoren

De prestatie-indicatoren van het CBS hebben een functie als (extern) verantwoordingsinstrument en als (intern) sturingshulpmiddel. Alle indicatoren samen geven een beeld van de prestaties van het CBS, zowel op het gebied van de kerntaken als van de bedrijfsvoering. In 2017 startte het CBS een project om de externe prestatie-indicatoren te herzien. De aanleiding daarvoor was tweeledig. Ten eerste was de bestaande set al vele jaren in gebruik. Ten tweede werd in de vijfjaarlijkse evaluatie van het CBS opgemerkt dat de prestatie-indicatoren geen volledig beeld meer gaven van de prestaties van het CBS en dat de streefwaarden ambitieuzer mochten zijn. Met ingang van het nieuwe meerjarenprogramma 2019–2023 is in 2019 de nieuwe set van prestatie-indicatoren in gebruik genomen, met ambitieuze streefwaarden.

In bijlage A van dit jaarplan staat de geactualiseerde set prestatie-indicatoren voor de externe verantwoording. Bijzonderheden met betrekking tot de realisatie van de streefwaarden worden hieronder toegelicht.

  • Tevredenheid van onderzoekers over microdataservices (prestatie-indicator 1.2)
    De streefwaarde van het gemiddelde van rapportcijfers die onderzoekers geven over microdataservices (remote access) is groter dan of gelijk aan 7,8. In 2021 was het gemiddelde 7,6. In 2019 en in 2020 was dat 7,7. 
    Aspecten die een negatieve invloed uitoefenen op de score betreffen de IT performance en een hoge werkdruk door de toegenomen vraag bij microdata. Eind 2021 is de capaciteit uitgebreid en in 2022 is budget beschikbaar voor de verbetring van IT-faciliteiten, met name van de performance. 
    Het beleid voor de toegang tot microdata is in 2021 herijkt naar aanleiding van een externe risico-analyse (zie ook 3.2). Het kernpunt van het aangescherpte beleid is dat statistisch en wetenschappelijk onderzoek centraal staat en dat instellingen daarom moeten voldoen aan wetenschappelijke normen, waarvan openbaarmaking van de onderzoeksresultaten één van de belangrijkste is. Bij het aangescherpte beleid ligt de nadruk meer op veiligheid en dit heeft zijn weerslag op gebruikersgemak. 
  • Gebruik Open Data (prestatie-indicator 2.1) en StatLine (prestatie-indicator 2.2)
    De streefwaarde voor het gebruik van Open Data is 400 duizend gebruikers per kwartaal. In 2021 lag het aantal op 2,35 miljoen gebruikers per kwartaal. 
    De streefwaarde voor het maandbezoek van StatLine is 250 duizend. In 2021 waren er 226 duizend unieke bezoekers per maand.
    Bij deze prestatie-indicatoren is de verwachting dat het aantal StatLine-gebruikers in de tijd afneemt ten gunste van het aantal gebruikers van Open Data. Hoewel het gebruik van StatLine nog steeds stijgt, is de streefwaarde niet gehaald en stijgt het minder snel dan het gebruik van Open Data via het dataportaal en API, dat een grote vlucht genomen heeft.
  • Gebruik van website (prestatie-indicator 2.3)
    De streefwaarde voor het aantal unieke bezoekers van de CBS-website van 400 duizend per maand is in 2021 ruimschoots overschreden. In 2021 waren er 649 duizend unieke websitebezoekers per maand. 
    Steeds meer gebruikers die op zoek zijn naar antwoorden op specifieke feitelijke vragen weten de CBS-website te vinden. Dat wordt ook weerspiegeld in de gebruikscijfers van de CBS Infoservice per telefoon en email, die dalen. 
  • Gebruik in de media (prestatie-indicator 2.4)
    De streefwaarde voor het aantal berichten in de media waarin het CBS wordt genoemd is 72 duizend per jaar. In 2021 is het CBS in 63 duizend berichten vermeld. 
    Daarmee zijn de vermeldingen niet alleen lager dan het topjaar 2020, maar ook enigszins lager ten opzichte 2019. Er zijn in 2021 minder nieuwsproducties door het CBS uitgebracht en er is een teruggang geweest in het aantal regionale nieuwssites, die gewoonlijk veel nieuwsproducties overnemen.
  • Juistheid van de berichten (prestatie-indicator 5.1)
    De streefwaarde was dat minder dan 0,5 procent van de berichten is vervangen door een gecorrigeerd bericht. In 2021 was dat percentage 1,1 procent.
    Het aantal correcties is gestegen van 0,8 procent in 2020 naar 1,1 procent in 2021. Het betreft 19 vervangingen van de 1 651 uitgebrachte berichten. Het ging daarbij overwegend om getalsmatige correcties en een enkele keer een tekstuele of grafische correctie.
  • Juistheid van de cijfers (prestatie-indicator 5.2)
    De streefwaarde was dat minder dan 1,5 procent van het aantal StatLineleveringen gecorrigeerd was. In 2021 was dat percentage 2,1 procent. 
    De streefwaarde is ambitieus en er is continue aandacht om het aantal correcties te beperken. Ten opzichte van 2020 is er een lichte stijging, veroorzaakt doordat er meer tabellen zijn gecorrigeerd waarvan ook vertaalde versies beschikbaar zijn. 
  • Tevredenheid van medewerkers (prestatie-indicator 7.1)
    In verband met de coronacrisis is dit onderzoek in 2021 niet gehouden. Wel heeft er een Belevingsonderzoek Thuiswerken / COVID-19 pulse plaatsgevonden.
  • Beschikbaarheid IT-infrastructuur (prestatie-indicator 9.1)
    De streefwaarde was dat de beschikbaarheid van de IT-infrastructuur groter was dan 99,9 procent. In 2021 was dat 98,1 procent. 
    In het tweede kwartaal was het aantal verstoringen groter dan de perioden daarvoor. Dat betrof met name een grote uitval van de storage en een performance vermindering van Microsoft Outlook. In overleg met de leverancier van de storage is één van de vier storage units geheel vervangen door een nieuwe. De andere drie worden softwarematig geüpdatet. Op dit moment draait de storage zonder storingen.
    Over de trage performance van Outlook op het CBS-netwerk is overleg met Microsoft Nederland. Inmiddels zijn drie fixes van Microsoft ontvangen en geïnstalleerd en zijn daarna processoren (cpu’s) bijgezet. Ten slotte is de upgrade naar een recentere versie van Outlook doorgevoerd. In de tweede helft van 2021 zijn er geen grote verstoringen meer opgetreden.
  • Innovatieve producten (prestatie-indicator 10.1)
    De streefwaarde was 18 of meer innovatieve producten op het gebied van big data op het innovatieportaal van de CBS-website in 2021. De realisatie voor 2021 bedroeg 6 innovatieve producten.
    In 2021 waren innovatie-inspanningen nadrukkelijker gericht op het tot productie brengen van eerder ontwikkelde methoden en technieken. Hierdoor lag de focus niet op het aantal nieuw te starten zogeheten proof-of-concepts, haalbaarheidsonderzoeken, en dat leidde tot minder publicaties op het innovatieportaal.
  • Aantal bij de Autoriteit Persoonsgegevens gemelde datalekken (prestatie-indicator 11.2)
    De streefwaarde voor het aantal gemelde datalekken was 0. In 2021 is 1 datalek gemeld bij de Autoriteit Persoonsgegevens. 
    Het datalek betrof een configuratiefout in software voor personeelszaken waardoor vragen van medewerkers konden worden ingezien door andere medewerkers van het CBS. Deze vragen kunnen bijzondere persoonsgegevens bevatten. Zowel de Autoriteit Persoonsgegevens als betrokkenen zijn geïnformeerd en de leverancier van de software is op de hoogte gesteld. De configuratiefout is verholpen.

 

 

 
8) Energy Efficiency Directive, Europese richtlijn om te komen tot een doelstelling van 20% minder energieverbruik in 2020.

9) Energy Performance of Building Directive, Europese richtlijn die voorschrijft dat gebruikers eens in de 5 jaar de klimaatsystemen (koeling en warmtepompen) moeten laten keuren met als doel energie te besparen in de bebouwde omgeving.

10) Voor de klimtaatinstallatie in Den Haag is geen auditplicht van toepassing sinds de EPBD IIIin 2021 is ingevoerd. Onder de oude regeling moesten alle systemen bij elkaar worden opgeteld op gebouwniveau en was auditplicht van toepassing als de totale som van alle systemen boven de 70kw zou uitkomen. Sinds de invoering van de EPBD III is dit aangepast naar systeemniveau en omdat er in Den Haag geen systeem is dat boven de 70Kw uitkomt is daarvoor uiteindelijk geen auditplicht. In Heerlen is dit wel het geval door de grotendeels gas gestookte verwarmingsinstallaties.

11)  High performance computing is geaggregeerde computerkracht waarbij het geheel veel meer is dan de som van een aantal pc's.

8. Governance

8.1 Taken raad van advies

Met ingang van 1 januari 2017 is de raad van advies van het CBS bij wet ingesteld. In het bestuursreglement CBS is een en ander met betrekking tot de raad van advies geregeld.

De raad van advies heeft onder andere tot taak de directeur-generaal desgevraagd of uit eigen beweging te adviseren over de uitvoering van de taken en bevoegdheden van de directeur-generaal. De raad van advies adviseert de directeur-generaal in ieder geval over:

  • Het meerjarenprogramma en het werkprogramma van het CBS.
  • De wijze waarop de nauwkeurigheid en de volledigheid van de van overheidswege openbaar te maken statistieken kunnen worden bevorderd zodat deze voorzien in de behoeften van praktijk, beleid en wetenschap.
  • De bedrijfsvoering van het CBS en een efficiënte besteding van middelen.

Wanneer de positie van directeur-generaal vacant komt, stelt de raad van advies een profielschets op, selecteert de raad van advies kandidaten op basis van een procedure die transparant is en uitsluitend gebaseerd op professionele criteria, en doet de raad van advies aan de minister een aanbeveling. 

De raad van advies kan met het oog op het voorbereiden van een advies uit zijn midden commissies vormen, waarvan ook anderen dan leden van de raad van advies deel uit kunnen maken. Adviezen worden door de raad van advies vastgesteld. De adviescommissies worden voorgezeten door een lid van de raad van advies. De raad van advies heeft de volgende adviescommissies ingesteld:

  • een audit comité dat de adviezen aan de directeur-generaal voorbereidt over de bedrijfsvoering, inclusief de financiële verslaglegging en het risicomanagementbeleid;
  • een commissie ICT die de adviezen aan de directeur-generaal voorbereidt over de strategie, het beleid en de implementatie daarvan op het gebied van informatiebescherming en ICT.

8.2 Samenstelling raad van advies

Leden van de raad van advies worden conform de CBS-wet benoemd door de minister. Leden van de subcommissies worden benoemd door de DG. Conform het bestuursreglement is de schadeloosstelling voor de leden door de DG vastgesteld.

Op de CBS-website12) zijn de andere functies van de leden van de raad van advies en zijn subcommissies vermeld. Ook is een overzicht opgenomen van de benoemingstermijnen van de leden13).

De samenstelling van de raad van advies/programmaraad is eind 2021:
Dr. G. (Gerrit) Zalm (voorzitter raad van advies)
Dr. F.J.H. (Henk) Don
J. (Johan) van Hall RA RE (plaatsvervangend voorzitter raad van advies, voorzitter commissie ICT)
A.M.A.E. (Anne-Marie) Rakhorst 
Mr. C.M. (Charlotte) Insinger MBA (voorzitter auditcomité)
Prof. dr. E.A. (Liesbet) van Zoonen

Leden van het auditcomité zijn eind 2021:
Mr. C.M. (Charlotte) Insinger MBA (voorzitter)
Drs. P.J.C.M. (Peter) van den Berg 
Dr. E.M.A. (Ellen) van Schoten RA

De commissie ICT wordt eind 2021 gevormd door:
J. (Johan) van Hall RA RE (voorzitter)
Prof. dr. B. (Bibi) van den Berg
Dr. M. (Martijn) Dekker
Prof. Dr. D. (Diego) Kuonen
Ir. F.K. (Karel) van Lambalgen 
Prof. dr. B. (Barbara) Ubaldi

Per 1 januari 2022 eindigde de eerste benoemingstermijn van Gerrit Zalm. De minister van EZK heeft hem benoemd voor een tweede termijn van vier jaar. Per 1 januari 2022 is de wettelijke zittingstermijn van Johan van Hall geëindigd. Charlotte Insinger heeft de functie van plaatsvervangend voorzitter van de raad van advies van hem overgenomen. De minister van EZK heeft dr. M. (Martijn) Dekker per 1 januari 2022 benoemd tot lid van de raad van advies. Martijn Dekker is vanaf dat moment tevens voorzitter van de commissie ICT. Per 1 januari 2022 heeft de directeur-generaal de heer J.J.W. (Jaap) Haenen benoemd tot lid van de commissie ICT.

8.3 Raad van advies in 2021

In 2021 heeft de raad van advies een aanbeveling gedaan aan de minister van EZK voor herbenoeming van de voorzitter van de raad van advies en voor benoeming van een nieuw lid met kennis op het gebied van IT en informatiebeveiliging. De minister heeft deze aanbevelingen gevolgd en Gerrit Zalm herbenoemd en Martijn Dekker benoemd tot lid. 

In 2020 heeft de raad van advies viermaal vergaderd. Het audit comité heeft vijf keer vergaderd en de commissie ICT driemaal. De vergaderingen vonden in verband met de coronamaatregelen plaats per zoom, met uitzondering van de vergadering van de raad van advies in september 2021.

In de vergaderingen van de raad van advies stonden de jaarstukken op de agenda. Ook is gesproken over de gevolgen van de coronacrisis op de organisatie van het CBS, zijn werkzaamheden en statistieken. Daarnaast is onder meer gesproken over het gewijzigde beleid voor het verstrekken van toegang tot microdata, uitsplitsing van statistieken naar migratieachtergrond, de privacy agenda, en kunstmatige intelligentie. 

In iedere vergadering heeft de raad de naleving van de Regeling Werkzaamheden derden en de Beleidsregel Taakuitoefening CBS besproken aan de hand van een voortgangsrapportage van de competitive neutrality officer. De competitive neutrality officer heeft de raad om advies gevraagd over de interpretatie van de Regeling werkzaamheden derden CBS. Het gaat over de vraag of het CBS de drempelwaarde genoemd in artikel 2 lid 1 sub a van de Regeling te strikt toepast. Daarmee ontstaat de situatie dat verzoeken van derden worden afgewezen waar dat gelet op de Regeling op zichzelf niet nodig zou zijn. Dat blijkt uit signalen van onder andere brancheorganisaties. Daarnaast is de raad gevraagd naar de samenhang tussen artikel 3 en artikel 2 lid 2 sub b van de Regeling over het betrekken van private aanbieders van statistische diensten. De interpretatie die het CBS tot nog toe hanteerde, leidt ertoe dat de gronden c en d overbodig lijken te worden. Voor beide kwesties heeft de competitive neutrality officer een alternatieve interpretatie aan de raad voorgelegd die gebaseerd is op een meer letterlijke lezing van de Regeling. De raad van advies adviseert positief over deze alternatieve interpretatie en adviseert het CBS om deze punten in te brengen bij de evaluatie van de Regeling in 2022, zodat de Regeling op deze onderdelen verduidelijkt kan worden.

In het audit comité is uitgebreid gediscussieerd over de jaarstukken, ook in aanwezigheid van de openbare accountant, de financiële stand van zaken, en de kwartaalrapportages. Ook is onder andere gesproken over risicomanagement, de voortgang van de audits, het controleplan, inkoop, tarieven, en de verzekeringsportefeuille. 

De commissie ICT heeft onder andere gesproken over privacy preserving techniques, toegang tot microdata, kunstmatige intelligentie, de visie en strategie voor informatievoorziening, StatLine, en de platformstrategie.

De raad van advies heeft in 2021 positief geadviseerd over het jaarverslag en de jaarrekening 2020, en over het jaarplan en de begroting 2022. Deze adviezen van de raad van advies zijn voorbereid door het audit comité en de commissie ICT.

8.4 Advies jaarverslag en jaarrekening

Conform zijn wettelijke taken adviseert de raad van advies over het jaarverslag en de jaarrekening.

 

Mededeling raad van advies CBS

De raad van advies heeft kennis genomen van het jaarverslag en de jaarrekening van CBS over 2021. Op grond van zijn bevoegdheid neergelegd in de Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek adviseert de raad van advies de directeur-generaal van de statistiek het jaarverslag 2021 en de jaarrekening 2021 vast te stellen.

Den Haag, 28 maart 2022
Gerrit Zalm, voorzitter

 

12) Functies leden raad van advies en subcommissies

13) Raad van advies

9. Financiën

9.1 Financieel toekomstbeeld

Als gevolg van de bezuinigingen bedroeg het eigen vermogen ultimo 2018 nog 4 miljoen euro negatief. Door de positieve resultaten over de jaren 2019, 2020 en 2021 is het eigen vermogen ultimo 2021 weer licht positief. Vanwege investeringen in noodzakelijk aanpassingen van het ICT-landschap, stijgende ICT-kosten en oplopende verplichtingen aan niet opgenomen verlofuren, blijven het resultaat en het eigen vermogen de komende jaren nog wel onder druk staan. 

In het Regeerakkoord Rutte IV is geen taakstelling aan het CBS opgelegd. Een eventuele vermindering in het budgettaire kader kan slechts worden opgevangen wanneer aanpassingen worden gedaan in het meerjarenprogramma of wanneer voor een deel van de statistieken alternatieve financiering wordt gevonden. Ook onvolledige compensatie van cao-loonstijgingen, pensioenkosten of prijsstijgingen kunnen niet zonder gevolgen voor het statistiekprogramma worden opgevangen. Wanneer dit risico zich voordoet, zal het CBS in overleg treden met het ministerie van EZK om te komen tot passende oplossingen. 
In figuur 9.1 worden de verwachte ontwikkelingen qua eigen vermogen, resultaat en stand liquide middelen weergegeven.

Figuur 9.1 Verwachte ontwikkelingen CBS resultaat, eigen vermogen, liquide middelen
JaartalEigenvermogen 31/12 (x 1 miljoen euro)Liquide middelen 31/12 (x 1 miljoen euro)Resultaat (x 1 miljoen euro)
2018-419-4
2019-3112
2020-2151
20213214
20222190
20232160
 

9.2 Extern verantwoordingsmodel (kosten statistieken) 

In het CBS-verantwoordingsmodel zijn de totale integrale kosten over 2021 toegerekend aan de statistische activiteiten binnen het CBS. Deze kosten bedragen in totaal 205,3 miljoen euro (exclusief de dotatie minus de vrijval aan de reorganisatievoorzieningen). In tabel 9.1 is het overzicht van integrale kosten over 2021 weergegeven. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de kosten voor het vaste programma (betaald uit het basisbudget EZK) en de kosten voor aanvullende statistische diensten. De kosten voor aanvullende statistische diensten zijn gebaseerd op de integrale kostprijs die het CBS hiervoor in rekening brengt.

Tabel 9.1: Kosten van het Vaste programma CBS en kosten Aanvullende statistische diensten
Kosten statistiekgroep x 1000 euroVast programma 2021 betaald uit basisbudget EZKAanvullende statistische diensten en overige baten 2021Totale kosten 2021Vast programma 2020 betaald uit basisbudget EZKAanvullende statistische diensten en overige baten 2020Totale kosten 2020
Arbeid Inkomen en Leefsituatie8,34,012,39,63,813,4
Bedrijfsstatistieken32,33,135,432,63,235,8
Dataverzameling34,58,242,733,36,940,2
Demografische en sociaal-economische statistieken8,14,812,97,54,812,3
Beleidstatistiek en dataservices0,09,79,70,08,88,8
Leefomgeving9,14,113,29,24,013,2
Nationale rekeningen14,11,916,013,72,316,0
Overheidsfinanciën en Consumptieprijzen13,11,014,113,50,914,4
Quartaire Sector7,15,512,66,45,311,7
Register Bedrijven7,90,18,08,10,18,2
Verkeer en Vervoer5,00,55,54,60,55,1
Overige statistiekgroepen7,23,911,15,03,48,4
Blaise03,83,803,63,6
Presentatie CBS-cijfers8,008,07,807,8
Totalen154,750,6205,3151,347,8199,1

Uit tabel 9.1 kan worden afgeleid dat de kosten voor het vaste programma (betaald uit het basisbudget van EZK) in 2021 154,7 miljoen euro (2020:  151,3 miljoen euro) bedroegen. De stijging wordt met name veroorzaakt door de CAO-loonstijging. De kosten voor aanvullende statistische diensten en overige baten bedroegen 50,6 miljoen euro in 2021 (2020:  47,8 miljoen).
In tabel 9.2 zijn de financiële kengetallen van het CBS periode 2009 t/m 2021 beschreven.

Tabel 9.2: Financiële kengetallen van het CBS
Jaar2009201020112012201320142015201620172018 201920202021
(x 1 miljoen euro)
Lonen en salarissen113,0112,9110,0106,8104,4 101,7103,7111,0111,3114,1114,7122,6124,8
Pensioenlasten en sociale lasten25,126,026,227,728,5 28,126,428,429,731,033,034,336,5
Ingeleend personeel16,015,611,811,011,7 8,512,19,67,97,89,38,37,3
Overige bedrijfslasten41,039,039,339,139,4 36,939,236,735,534,135,030,732,6
Afschrijvingen9,412,59,19,39,3 7,46,45,95,84,72,63,24,1
Totale kosten204,5206,0196,4193,9193,3182,6187,8191,6190,2191,7194,6199,1205,3
Aanvullende statistische diensten en overige opbrengsten-17,9-21,4-22,0-25,0-22,3 -22,9-27,3-29,5-39,2-41,4-45,6-48 1-50,6
Kosten vast programma (betaald uit basisbudget EZK)186,6184,6174,4168,9171,0159,7160,5162,1151,0150,3149,0151,0154,7
Kosten vast programma exclusief mutaties 2009-2021184,9182,2170,1164,6163,9156,5156,2157,5153,3152,3 149,9150,9151,0
Extra EU-verplichtingen vanaf 20091,72,44,34,37,1 7,28,38,68,79,010,111,114,7
Reductie niet verplichte statistieken0,00,00,00,00,0 -4,0-4,0-4,0-11,0-11,0-11,0-11,0-11,0
Kosten vast programma inclusief mutaties 2009-2021186,6184,6174,4168,9171,0159,7160,5162,1151,0150,3149,0151,0154,7
Prijsstijging tov voorgaand jaar 3,80%0,30%0,60%2,00%0,60%1,60%4,00%2,00%2,00%3,50%3,00%2,00%
Kosten vast programma exclusief mutaties 2009-2021 gecorrigeerd voor prijsstijgingen184,9175,5163,4157,2153,4145,6143,1138,7132,3128,9122,6119,8117,5
Gemiddeld aantal vte2 1402 0591 9641 8751 8331 7771 7801 8641 8161 7761 7841 7801 803
Loonkosten per vte x € 1 00064,567,569,371,772,573,073,174,877,681,782,888,189,5

Per saldo zijn de kosten van het vaste programma (betaald uit het basisbudget EZK) in de periode 2009–2021 gedaald van 184,9 miljoen euro in 2009 naar 151,0 miljoen euro in 2020. Gecorrigeerd voor loon-en prijsstijgingen (totaal circa 25 procent over de periode 2009–2021) zijn de totale kosten gedaald naar 117,5 miljoen euro in 2021. De verhouding output versus kosten wordt weergegeven in figuur 9.2.

Figuur 9.2 Ontwikkeling doelmatigheidsratio
JaartalKostenindex (x 1 miljoen euro)Outputindex (x 1 miljoen euro)Doelmatigheidsratio (x 1 miljoen euro)
201095,3101,2106,2
201189,8102,2113,8
201286,5102,2118,2
201385,9103,6120,6
201479,8101,6127,4
201579,1102,1129,1
201677102,2132,7
201770,498,9140,5
201868,999,1143,8
201966,399,6150,2
202065,6100152,6
202166,1101,8154

9.3 In control verklaring

Het besturingssysteem van het CBS is een wezenlijk onderdeel van de bedrijfsvoering. Het ondersteunt het management om de gestelde doelen te realiseren. De opzet en werking van het besturingssysteem wordt periodiek geëvalueerd. Naast de Code Goed Bestuur Publieke Dienstverleners ziet het CBS het Gemeenschappelijk normenkader voor financieel beheer, verantwoording en intern toezicht als belangrijke uitgangspunten voor het in control zijn van het CBS. Belangrijkste elementen hierbij zijn: 

  • Strategische planningsproces
  • Risicomanagement
  • Interne beheersingsmaatregelen en een adequaat planning- en controlsysteem
  • Governancesysteem
  • In control statement. 

In deze paragraaf worden deze onderwerpen toegelicht en ook hoe hiermee voldaan wordt aan het Gemeenschappelijk normenkader voor financieel beheer, verantwoording en intern toezicht.

a. Strategisch planningsproces 

Het strategisch planningsproces is een essentieel onderdeel van het besturingssysteem. De strategie wordt uitgewerkt in een meerjarenprogramma conform artikel 14 van de Wet op het CBS. In het meerjarenprogramma wordt op hoofdlijnen vastgelegd welke werkzaamheden het CBS zal uitvoeren in de komende jaren. Het meerjarenprogramma bevat een beschrijving van de op middellange termijn en lange termijn te realiseren doelstellingen, de hoofdlijnen van het daarop te richten beleid en de financiële en organisatorische voorwaarden die daartoe vervuld zullen worden. In 2018 heeft de minister van EZK het meerjarenprogramma 2019–2023 goedgekeurd. 

Het CBS vertaalt het meerjarenprogramma in jaarlijkse werkprogramma’s waarin is vastgelegd welke werkzaamheden het CBS in een bepaald jaar zal uitvoeren binnen de vastgestelde jaarbegroting. In de interne directiejaarplannen wordt vervolgens beschreven hoe de verschillende CBS-directies bijdragen aan het realiseren van het CBS-werkprogramma. 

b. Risicomanagement 

Om de doelstellingen te bereiken, wil het CBS zicht hebben op de risico’s die de realisatie van deze doelen kunnen belemmeren. Risicomanagement heeft als doel het beheersen dan wel reduceren van risico’s die de doelstellingen van het CBS bedreigen. Daarom heeft het CBS een internal control framework opgesteld waarbij aansluiting is gezocht met COSO als management control framework. Op basis van dit internal control framework worden risico’s periodiek tegen het licht gehouden en herijkt. De door de risico-eigenaren geactualiseerde risico’s worden gescoord in een risicomatrix op basis van de risicokans en risico-impact en besproken in het directieberaad van het CBS. Hierbij wordt in het bijzonder gekeken naar risico’s in relatie tot het meerjarenprogramma. 

De risico’s van het CBS zijn ondergebracht in vijf categorieën:

  • strategische risico’s
  • financiële risico’s
  • compliance risico’s
  • operationele risico’s
  • frauderisico’s.

Financiële risico’s zijn uiteengezet in relatie tot impact op de resultaten. Strategische, compliance, operationele en frauderisico’s zijn niet gelinkt aan resultaten of financiële positie vanwege de beperkte mogelijkheid ze te kwantificeren.

Op basis van de risicoanalyse neemt het CBS passende maatregelen. Ook heeft het CBS bepaald wat de risicoacceptatie is en wanneer risico’s niet meer acceptabel gevonden worden. 

De uitkomsten van de risicoscores door de risico-eigenaren gelden als uitgangspunt voor het ‘in control statement’ dat de directeur-generaal in het jaarverslag afgeeft. Hieronder worden de belangrijkste restrisico’s genoemd.
 
Strategische risico’s 
Beperkt budget voor IT
Het basisbudget biedt in beperkte mate ruimte voor belangrijke aanpassingen van het IT-landschap om continuïteits- en kwaliteitsrisico’s te voorkomen. Dit vergt een scherpe afweging van kosten en baten bij IT- en procesherontwerpprojecten. Noodzakelijkerwijs worden belangrijke investeringen op dit gebied vooruitgeschoven. Voorbeelden hiervan zijn dat bepaalde vervangingsprojecten niet gestart worden en van andere projecten wordt de scope verkleind of de start vertraagd. Dit heeft als effect dat systemen verder verouderen. Veel daarvan zijn gedurende een reeks van jaren keer op keer aangepast om te kunnen blijven voldoen aan de steeds veranderende omstandigheden. Dit brengt risico’s met zich mee ten aanzien van de continuïteit van de statistiekproductie en de kosten van beheer van deze systemen. Deze risico’s kunnen zoveel mogelijk worden gemitigeerd door zorg te dragen voor een goede monitoring van de performance van systemen. Het CBS stelt op centraal niveau zorgvuldig vast welke projecten voorrang krijgen die noodzakelijk zijn voor de bedrijfszekerheid van de statistische processen en beheersing van de risico’s dan wel een belangrijke bijdrage leveren aan de te realiseren efficiency. De afgelopen jaren is voorrang gegeven aan het aanpassen van het proces van dataverzameling in het programma Phoenix+. Ook werkt het CBS met Scrum en Agile-technieken bij het uitvoeren van IT-vernieuwing. Dit zijn flexibele methoden om met een multidisciplinair team werkende producten op te leveren in korte sprints met een vaste lengte van één tot vier weken. Deze technieken werpen binnen het CBS zijn vruchten af om een zo hoog mogelijk rendement te verkrijgen uit de ingezette capaciteit. In 2020 is het project van de vervanging van het rekencentrum afgerond. Dit was nodig om de bedrijfscontinuïteit te blijven garanderen en om te zorgen dat het CBS ook voor wat de IT–infrastructuur betreft op de toekomst is voorbereid. Voor 2022 heeft het CBS ook weer extra middelen moeten vrijmaken in de begroting voor noodzakelijk versterkingen in de IT. Ook is er een beroep gedaan op aanvullende financiële middelen bij het ministerie van EZK. Deze aanvullende financiële middelen zijn nodig om de continuïteit van de IT-infrastructuur te kunnen borgen. 

Financiële risico’s 
Financiële stabiliteit
In de periode vanaf 2012 heeft het CBS te maken met een sterk krimpende bijdrage van het ministerie van EZK voor het uitvoeren van het basisprogramma. Als gevolg van taakstellingen is het basisbudget in die periode met ruim 50 miljoen euro teruggelopen. Het CBS heeft deze taakstellingen gerealiseerd met efficiencymaatregelen en met het beëindigen van een deel van de statistieken. Het CBS heeft van het ministerie van EZK schriftelijk toestemming gekregen om een licht negatief eigen vermogen te begroten, tot maximaal circa 5 miljoen euro. Sinds 2019 realiseert het CBS weer positieve resultaten waardoor het eigen vermogen eind 2021 weer licht positief is. Het resultaat en het eigen vermogen zullen echter de komende jaren nog onder druk blijven staan door stijgende ICT-kosten en oplopende verplichtingen aan niet opgenomen verlofuren. In de Rijkscao 2021 is de fiscale mogelijkheid om verlof te sparen verruimd van 50 weken verlof naar maximaal 100 weken verlof. Rekening houdend met de cao en de benodigde capaciteit stimuleren managers medewerkers om verlof op te nemen. 

Een eventuele vermindering in het budgettaire kader in de periode van het lopende meerjarenprogramma 2019–2023 kan slechts worden opgevangen wanneer aanpassingen worden gedaan in het meerjarenprogramma of wanneer voor een deel van de statistieken alternatieve financiering wordt gevonden. Ook onvolledige compensatie van cao-loonstijgingen, pensioenkosten of prijsstijgingen kunnen niet zonder gevolgen voor het statistiekprogramma worden opgevangen. Wanneer dit risico zich voordoet, zal het CBS in overleg treden met het ministerie van EZK om te komen tot passende oplossingen. In de werkafspraken tussen CBS en het ministerie van EZK is ten aanzien van het risico van aanvullende statistische diensten afgesproken dat bij een substantiële vermindering van aanvullende statistische diensten het ministerie medeverantwoordelijk is voor het opvangen van de verliezen. Hierbij geldt dat er sprake moet zijn van een substantieel probleem dat veroorzaakt wordt door exogene omstandigheden en niet door beleidsbeslissingen die het CBS geïnitieerd heeft. Bovendien moet het CBS de gevolgen redelijkerwijs niet zelf kunnen dragen.

Compliance risico’s 
Informatiebeveiliging en privacybescherming
Het CBS heeft technische en organisatorische voorzieningen om de gegevens te beveiligen. In 2021 heeft het CBS naar analogie van de governance van het ministerie van EZK een privacy governance gecreëerd die duidelijkheid biedt over de verschillende verantwoordelijkheden. Een chief privacy officer en privacy-coördinatoren zijn toegevoegd aan deze governance.
Het interne toezicht op de bescherming van persoons- en bedrijfsgegevens wordt in de eerste plaats uitgeoefend door het lijnmanagement. De hoofddirecteuren worden bijgestaan door privacy-coördinatoren om deze verantwoordelijkheid in te vullen. Daarnaast kent het CBS een functionaris voor de gegevensbescherming (FG), een chief information security officer (CISO) en sinds 2021 ook een chief privacy officer (CPO).

De chief information security officer is verantwoordelijk voor het ontwikkelen en coördineren van het informatiebeveiligingsbeleid en het ondersteunen van implementatie en naleving daarvan. 
De chief privacy officer is verantwoordelijk voor het opstellen van en adviseren over het concernbrede privacybeleid, het inrichten van een concernbreed kwaliteitsmechanisme voor privacybescherming en het rapporteren daarover.

Op het gebied van privacybescherming en informatiebeveiliging wil het CBS in control zijn om (externe) bedreigingen snel en adequaat het hoofd te bieden. Het CBS toetst zijn capaciteit om dat te kunnen door audits te laten uitvoeren door externe bureaus. Door blijvend aantoonbaar te voldoen aan ISO27001 laat het CBS zien op het terrein van informatiebeveiliging in control te zijn. Het managementinformatiesysteem voor informatiebeveiliging wordt jaarlijks getoetst door een externe auditor ten aanzien van de opzet, het bestaan en de effectieve werking ervan en moet voldoen aan de ISO27001-normering. Het CBS is ook in 2021 weer geaudit met betrekking tot ISO27001. Als opvolging van die audit gaat het CBS in 2022 aan de slag met verbeteren van het Information Security Management System (ISMS) en de plan-do-check-act (PDCA)-cyclus.

Ook wil het CBS blijvend aantoonbaar geheel privacy proof zijn. Daarmee waarborgt het CBS dat het blijft voldoen aan de hoogste eisen op het gebied van privacybescherming. Op basis van een Privacy Control Framework en bijbehorend normenkader heeft het CBS interne beheersingsdoelstellingen en bijbehorende beheersingsmaatregelen opgesteld. Dit wordt jaarlijks getoetst door een externe auditor in de vorm van een Privacy Assurance rapportage op basis van de NOREA Richtlijn 3000A. De externe audit heeft ook in 2021 geconcludeerd dat dat de interne beheersingsmaatregelen op afdoende wijze zijn opgezet en ook effectief gewerkt hebben. 

Met de combinatie van certificering op ISO27001, de certificaten van de Privacy Audit en de bijbehorende ontwikkeltrajecten conformeert het CBS zich ook aan de eisen van de Baseline informatiebeveiliging Overheid (BIO). Daarnaast is het CBS gecertificeerd voor het Europese ESS IT security framework.

Regeling werkzaamheden derden CBS en Beleidsregel taakuitoefening CBS
Met de inwerkingtreding per 1 juli 2020 van de Regeling werkzaamheden derden CBS en Beleidsregel taakuitoefening CBS rondom werkzaamheden voor aanvullende statistische diensten zijn de interne procedures aangescherpt zodat bij ieder verzoek aan het CBS voor aanvullende statistische diensten zorgvuldig bekeken wordt of het CBS daarvoor de aangewezen partij is. De specifiek hiervoor aangestelde competitive neutrality officer ziet toe op de naleving van de Regeling en Beleidsregel en rapporteert over 2021 in dit jaarverslag. Hij heeft in juli 2021 een voortgangsrapportage met actiepunten aan de directeur-generaal en de minister van EZK gepresenteerd. Deze rapportage is door de minister aan de Tweede Kamer aangeboden. 

Operationele risico’s 
Kwaliteitszorg 
Het CBS introduceerde kwaliteitsmanagement op basis van de ISO-norm 9001 om zijn producten, processen en diensten te verbeteren en nog beter in de behoeften en verwachtingen van belanghebbenden te voorzien. Als onderdeel van de bij ISO horende plan-do-check-act-cyclus worden daarnaast interne en externe audits uitgevoerd. De interne auditdienst is onafhankelijk gepositioneerd direct onder de directeur-generaal en voert (integrale) audits uit op het terrein van ISO9001, ISO27001 en privacy. In 2021 is het CBS opnieuw door een externe partij ISO9001 gecertificeerd.

Frauderisico’s
De leiding van het CBS is primair verantwoordelijk voor het voorkomen van fraude en dient zowel preventieve als repressieve beheersingsmaatregelen te nemen om de kans op fraude zo veel mogelijk te beperken. De voornaamste elementen die een rol spelen bij fraude zijn te vatten in de zogenaamde fraudedriehoek, waarbij drie elementen de hoofdrol spelen:

  1. Druk: voorbeelden hiervan zijn financiële tegenslagen of druk van stakeholders om goed te presteren.
  2. Gelegenheden: de kans of mogelijkheid om frauduleus te handelen, zoals het gebrek aan adequate interne beheersingsmaatregelen.
  3. Rechtvaardiging: argumenten die de fraudeur bedenkt om zijn daad te rechtvaardigen, zoals het gevoel dat hij/zij te weinig waardering krijgt.

Ten aanzien van mogelijke frauderisico’s kan gedacht worden aan risico’s binnen de bedrijfsvoeringprocessen. Voor het CBS zijn daarbinnen te onderscheiden risico op verslagleggingsfraude in de jaarrekening en risico van oneigenlijke onttrekkingen van geld en/of activa aan het CBS. Deze risicofactoren zijn door het CBS uitgewerkt aan de hand van de fraudedriehoek.

De frauderisico’s worden zoveel als mogelijk gemitigeerd door controle technische functiescheidingen binnen de processen. Het bedrijfsinformatiesysteem ondersteunt hierin doordat functiescheidingen adequaat in het systeem qua opzet zijn ingericht. Bestaan en werking van deze functiescheiding wordt periodiek intern beoordeeld. Het CBS heeft verder de volgende specifieke maatregelen genomen om fraude te voorkomen:

  • Alle bedrijfsvoeringprocessen zijn in procedures beschreven.
  • De controlfunctie is onafhankelijk binnen het CBS belegd. De onafhankelijke rol van de concerncontroller is vastgelegd in het Bestuursreglement CBS en in een controllersstatuut.
  • Leden van het directieberaad verklaren jaarlijks dat zij geen transacties zijn aangegaan met verbonden partijen.
  • Bij het aangaan van grotere verplichtingen worden altijd meerdere offertes aangevraagd bij verschillende leveranciers.
  • Binnen het CBS is een mandateringsregeling van toepassing die regelt welke functionarissen bevoegd zijn tot het aangaan van betalingen.
  • Alle inkoopfacturen worden gecontroleerd door de financiële administratie door middel van driewegmatching (factuur moet conform order en conform geleverde prestaties zijn).
  • Betaalopdrachten via internetbankieren dienen altijd door twee verschillende bevoegde functionarissen te worden gefiatteerd.
  • Alle activa worden geregistreerd in een beheersadministratie. Bij uitleen wordt dit vastgelegd middels bruikleenverklaringen. Periodiek vinden er inventarisaties plaats waarbij de controller aanwezig is
  • Declaraties van medewerkers worden zowel door leidinggevende als door de financiële administratie beoordeeld of deze passen binnen de geldende declaratieregeling. Declaraties van leden van het directieberaad worden door concerncontroller beoordeeld. 

c. Interne beheersingsmaatregelen en een adequaat planning- en controlsysteem 

De bevoegdheden van de diverse managementlagen zijn vastgelegd in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Centraal Bureau voor de Statistiek. In deze mandaatregeling is onder andere opgenomen voor welke bedragen de verschillende directeuren overeenkomsten mogen afsluiten en wat de bevoegdheden zijn met betrekking tot personele aangelegenheden. 

Het bedrijfsinformatiesysteem ondersteunt het CBS om te voldoen aan de rechtmatigheidseisen. De betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevensverwerking is daarbij van belang. Daarnaast zijn de functiescheiding en de interne beheersingsmaatregelen ingericht in het systeem en sluit het systeem aan op de organisatiestructuur en toegekende bevoegdheden. De directeur-generaal sluit jaarlijks met alle hoofddirecteuren afzonderlijk een managementcontract af. Dit managementcontract bevat een overzicht van de verantwoordelijkheden van de hoofddirecteur, waaronder het uitvoeren van de taken binnen het toegekende budget en rapporteren over knelpunten, afwijkingen en de realisatie van de afgesproken output. Het tussentijds verantwoording afleggen over de voortgang en risico’s en achteraf over de daadwerkelijk geleverde prestaties en resterende risico’s, gebeurt door middel van kwartaalrapportages waar prestatie-indicatoren onderdeel van uitmaken. Ten behoeve van de kwartaalrapportages zijn procedures van kwartaalafsluitingen ingebed binnen de organisatie. Naast de kwartaalrapportages wordt zowel op CBS-niveau, als op hoofddirectieniveau en sectorniveau een financiële maandrapportage opgesteld. In deze interne maandrapportages wordt de realisatie van de begroting gerapporteerd en wordt een prognose opgesteld. 

d. Governancesysteem (cultuur, adequaat HRM en structuur)

Het fundament van interne sturing en beheersing zijn heldere taken en verantwoordelijkheden en aandacht voor cultuur en integriteit. Het CBS hecht grote waarde aan goede omgangsvormen en integriteit. Daarom hanteert het CBS de Gedragscode integriteit. Het CBS wil integriteit expliciet onder de aandacht brengen bij iedereen die bij het CBS werkzaam is. Dit begint bij het introductieprogramma voor nieuwe medewerkers. 

Het CBS moedigt medewerkers aan te rapporteren over vermeende onregelmatigheid of schending van gedragscodes en wet- en regelgeving en wil daarvoor een veilige omgeving bieden. Daartoe kent het CBS vertrouwenspersonen, ombudsfunctionarissen en bedrijfsmaatschappelijk werkers. Ook beschikt het CBS over een interne klachtenregeling voor ongewenste omgangsvormen. In 2021 heeft het CBS besloten de eigen integriteitsinfrastructuur te evalueren en waar nodig te actualiseren dan wel aan te vullen. De actualisatie wordt in 2022 gerealiseerd.

Het CBS hanteert een Gedragscode waarin staat hoe de principes onpartijdigheid, betrouwbaarheid, relevantie, efficiëntie, statistische geheimhouding en transparantie van belang zijn voor de maatschappij als geheel, voor de gebruikers van statistieken, voor de partijen die informatie aan het CBS verstrekken die de basis voor statistieken vormt en voor de CBS-medewerkers zelf.
Investeren in medewerkers draagt bij aan de groei en innovatie van het CBS. Ontwikkelingen op het gebied van data, IT en techniek, de arbeidsmarkt en samenwerkingen met de omgeving gaan zo snel dat vernieuwing noodzakelijk is. Dat vraagt om medewerkers die innovatie omarmen, graag met elkaar samenwerken en doorzettingsvermogen hebben als het een keer tegenzit. Medewerkers die er met elkaar voor zorgen dat het CBS het innovatieve kennisinstituut blijft dat het is. In een strategisch HR-plan 2020-2025 zijn strategische thema’s opgenomen die de komende jaren aandacht krijgen en tot vernieuwingen leiden. Dit zijn vooruitstrevend recruitment, continu leren, CBS-brede managementontwikkeling en opvolging, fit voor de toekomst door mobiliteit, en vitaliteit.

De hoofdstructuur van CBS bestaat uit de directeur-generaal, de plaatsvervangend directeur-generaal, hoofddirecteuren voor statistiek, voor bedrijfsvoering, voor dataservices, research en innovatie, en voor communicatie, en de directeur strategie en bestuursadvisering. De concerncontroller kan ongeacht zijn plaats in de CBS-organisatie rechtstreeks aan de directeur-generaal rapporteren. Ter uitvoering van haar wettelijke taken en bevoegdheden en de aansturing van de dagelijkse bedrijfsvoering, voert de directeur-generaal wekelijks overleg in het directieberaad. In het directieberaad worden thema’s behandeld die de individuele directies overstijgen. Deze onderwerpen betreffen onder ander beleid(ontwikkeling), strategie, communicatie, kwaliteit en het statistisch programma. 

Checks & balances op het functioneren van de directeur-generaal vinden voornamelijk plaats op grond van de Wet op het CBS, de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen en het Bestuursreglement CBS. Het toezicht door het ministerie van EZK vindt plaats op basis van een protocol werkafspraken tussen het CBS en het ministerie van EZK. De raad van advies adviseert de directeur-generaal in ieder geval over het meerjarenprogramma en het werkprogramma van het CBS, de wijze waarop de nauwkeurigheid en de volledigheid van de van overheidswege openbaar te maken statistieken kunnen worden bevorderd zodat deze voorzien in de behoeften van praktijk, beleid en wetenschap en de bedrijfsvoering van het CBS en een efficiënte besteding van middelen. Naast de checks & balances die wettelijk zijn vastgelegd, is een aantal aanvullende controlemechanismen van kracht, zoals de jaarlijkse accountantscontrole (waarbij de openbare accountant bij zijn werkzaamheden onder andere gebruik maakt van de interne risicobeheersings- en controlesystemen), het toezicht van de Autoriteit Persoonsgegevens op de gegevensbescherming, internationale audits op de kwaliteit van statistieken, en de periodieke peer review van Eurostat. 

e. In control statement 

De directeur-generaal is verantwoordelijk voor de op CBS toegesneden interne risicobeheersings- en controlesystemen. Deze systemen zijn ingericht om de belangrijke risico’s te beheersen en om de realisatie van strategische, compliance, financiële, operationele en frauderisico’s te waarborgen. De directeur-generaal is van mening dat de risicobeheersings- en controlesystemen toereikend zijn geïmplementeerd conform de elementen uit het Gemeenschappelijk normenkader voor financieel beheer, verantwoording en intern toezicht en een voldoende mate van zekerheid geven dat de kwaliteit van de bedrijfsvoering adequaat is en de financiële verslaggeving aan de daaraan te stellen eisen voldoet.

Jaarrekening

De jaarrekening van het CBS over 2021 laat een resultaat zien van 4,3 miljoen euro positief.
De jaarrekening en de toelichting daarop zijn verderop in dit jaarverslag opgenomen. De jaarrekening is gecontroleerd door Ernst & Young Accountants LLP en voorzien van een goedkeurende controleverklaring, die na de jaarrekening in dit jaarverslag is opgenomen. 

Downloads

Bijlagen

Downloads