Auteur: Hanneke Posthumus, Sabrina de Regt, Brenda Bos, Marit Breuk, Hieke Bruinsma, Toine Dam
Profiel en sociale omgeving van (potentiële) ZVH-cliënten

Bijlage G: Zicht op Ondermijning en lessen voor datalevering

In dit onderzoek is verkend of de aanpak die is gehanteerd voor ZoO eveneens kan worden gebruikt voor onderzoek met betrekking tot ZVH’en. Deze bijlage beschrijft deze aanpak in meer detail en hoe die kan helpen bij de levering van persoonsgegevens aan het CBS. 

De kracht van ZoO

De ambitie van ZoO is een versterking en verbetering van de preventieve aanpak van ondermijnende criminaliteit door gebruik te maken van nieuwe methoden van Data Analytics. Noviteit in deze samenwerking is het koppelen van veiligheidsexperts en data-analisten van de verschillende overheden aan dataspecialisten van het CBS. Overheden werken hierin samen, door kennis en informatie breed te delen en elkaar bij gebruik van deze nieuwe methoden te ondersteunen. Met als resultaat het verkrijgen van beter inzicht in de onderliggende patronen en fenomenen van ondermijnende criminaliteit en in de maatschappelijke weerbaarheid.

De kracht van ZoO en de werkwijze is dat gemeentelijke professionals (projectleiders) op het gebied van ondermijning een (verwonder)vraag (of vragen over maatschappelijke vraagstukken) stellen. Bijvoorbeeld een aanname of hypothese van waaruit wordt gewerkt of datascience onderzoek dat leidt tot inzichten waarna hypothesen ontstaan. Vervolgens wordt door een groep experts de vraag omgezet in een onderzoeksvraag en vinden meerdere interacties (vraagarticulaties) plaats tussen de dataspecialisten, de projectleiders en domeinexperts om de data te interpreteren en komt er een vervolgactie uit. 

ZoO aanpak biedt kansen voor ZVH’en

Het biedt kansen deze methodiek eveneens toe te passen voor ZVH’en. Uit verschillende verkennende gesprekken met ZVH’en bleek dat zij vaak inderdaad vragen hebben die zij aan de hand van analyses verder willen verkennen. Voor het ZVHRU bleek het eveneens mogelijk informatie over cliënten aan het CBS te leveren, waardoor voor dat ZVH de meerwaarde van de ZoO aanpak in de praktijk verder kon worden verkend. 

Grondslag voor de levering van microdata

De levering van de gegevens vond plaats op grond van het convenant City Deal Zicht op Ondermijning. De wettelijke grondslag voor de levering is gelegen in artikel 8 Wbp onder en artikel 6 AVG (het doen van wetenschappelijk onderzoek). De door de gemeente Utrecht geleverde gegevens betroffen het BSN, de datum van instroom en datum van uitstroom bij ZVHRU. Het feit dat de gemeente Utrecht mede grondlegger was van ZoO maakte dat de levering van de gegevens vanuit ZVHRU beperkt werd tot de personen die ingeschreven stonden in de Basis Registratie Personen van de gemeente Utrecht.

Dit zijn zeer privacygevoelige gegevens. Ook binnen ZoO is veel ervaring opgedaan met de levering van dit type gegevens. Aanlevering van persoonsgegevens kan alleen plaatsvinden via een beveiligd uploadkanaal van het CBS. Het CBS verlangt verder van de leverancier van de data dat de gegevens rechtmatig verkregen zijn en dat de verstrekking van de gegevens aan het CBS voldoet aan de eisen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Meteen na binnenkomst bij het CBS worden de data gepseudonimiseerd door een speciaal daarvoor aangewezen functionaris en voorzien van een uniek en in de buitenwereld betekenisloos identificatienummer. Onderzoekers kunnen de data pas daarna analyseren waardoor zij op geen enkel moment toegang hebben tot onversleutelde BSN’s, adressen, namen, et cetera. 

Privacy blijft gewaarborgd

Aan het gebruik van deze microdata zijn vervolgens strenge eisen verbonden, die tezamen garanderen dat wetenschappelijk en statistisch onderzoek mogelijk is, maar de privacy ten allen tijde gewaarborgd blijft. De analyses voor het ZVH zijn deels door het CBS zelf en deels via de beveiligde Remote Access omgeving van het CBS uitgevoerd door datascientists uit het kernteam van het project Zicht op ondermijning (ICTU). De toegang tot de Remote Access omgeving is exclusief voorbehouden aan medewerkers die werkzaam zijn bij een door het CBS goedgekeurde onderzoeksorganisatie. Die analisten mogen bovendien geen achtergrond hebben op het gebied van opsporing. Verder is het borgen van privacy en het voorkomen van onthulling van personen altijd een absolute voorwaarde voor het gebruik van microdata.

Dit is eveneens vastgelegd in de CBS-wet waaraan het CBS gebonden is. Deze schrijft namelijk onder andere voor dat passende maatregelen worden genomen om herkenning van afzonderlijke personen, huishoudens, ondernemingen of instellingen te voorkomen. Het voorkomen van onthulling valt binnen dit onderzoek onder de gedeelde verantwoordelijkheid van het CBS en de leden van het kernteam die met de microdata werken. Alle geaggregeerde statistische output die door de analisten wordt samengesteld, wordt door controleurs van het CBS gecontroleerd op onthullingsrisico’s voordat deze uit de beveiligde omgeving wordt vrijgegeven. 

Toekomstige leveringen zijn mogelijk 

Al met al, leert deze pilot en ZoO dus dat het voor ZVH’en mogelijk is persoonsgegevens aan het CBS te verstrekken. Deze bijlage schetst de grondslag, waarborgen en voorwaarden die dit mogelijk maken. In de toekomst kunnen ZVH’en deze dan ook gebruiken als naslagwerk indien zij microdata willen aanleveren.