Auteur: Hans Schmeets
De inzet van vrijwilligers in Heerlen en het Heitje

2. Vrijwilligerswerk voor en tijdens Covid-19

Uit landelijke overzichten van de periode 2012 tot 2022 blijkt dat de meeste vrijwilligers zich inzetten voor sportverenigingen, verzorging, scholen, jeugdwerk en levensbeschouwelijke organisaties (Arends en Tummers, 2022). De ontwikkelingen laten zien dat het vrijwilligerswerk redelijk stabiel is: bijna de helft van de 15-plussers is minstens een keer per jaar actief als vrijwilliger. De afgelopen jaren is er echter een afname te zien die vooral is toe te schrijven aan de Covid-19 pandemie. Dit betreft niet alleen het vrijwilligerswerk, maar ook breder voor de deelname van de burger aan de samenleving. In essay 9 is dit besproken aan de hand van een samenvattende participatie-index. Deze index is gebaseerd op de sociale contacten, het geven van hulp aan anderen, de deelname aan het verenigingsleven, de inzet als vrijwilliger, betaald werk, de deelname aan verkiezingen en het meedoen met politieke acties. Kwartaalcijfers van 2020, waarbij het eerste kwartaal grotendeels voorafging aan de Covid-19 pandemie, laten een daling van de participatie zien vanaf het tweede kwartaal in 2020 (Schmeets, 2022). Dit zien we ook bij de inzet als vrijwilliger. Tussen 2012 en 2020 gaf gemiddeld 48,6 procent van de bevolking van 15 jaar of ouder aan zich minstens één keer per jaar als vrijwilliger ingezet te hebben voor een organisatie of vereniging. In 2020 was dit geslonken naar 44 procent, en in 2021 naar 39 procent. Nog sterker is de afname te zien bij de groep die in een periode van vier weken actief was als vrijwilliger. Voor de Covid-19 pandemie was dit gemiddeld zo’n 30 procent, in 2020 en 2021 nam dit af tot respectievelijk 22 en 21 procent. In 2021 waren er vooral minder vrijwilligers voor scholen, jeugdwerk en culturele organisaties. Dergelijke verschuivingen zijn van belang voor de interpretatie van de bevindingen die voortkomen uit het Heitjes-project en betrekking hebben op de bevolking in Heerlen. Immers, de verwachting is dat ook bij deze groep, die zowel in 2020 als in 2022 heeft deelgenomen aan het onderzoek, het vrijwilligerswerk is afgenomen.

De trend kan, net als bij de genoemde participatie-index, specifieker in beeld worden gebracht door middel van de kwartaalcijfers in 2020 (zie figuur 2.1). Vlak voor de crisis, het eerste kwartaal, gaf nog 48,2 procent aan in een periode van 12 maanden zich als vrijwilliger te hebben ingezet. Vervolgens daalde dit naar 44,2 en 40,5 procent, waarna het weer steeg naar 42,4 procent.

2.1 Vrijwilligerswerk naar kwartaal, 2020
Periode Vrijwilligerswerk (%)
Kwartaal 148,2
Kwartaal 244,2
Kwartaal 340,5
Kwartaal 442,4