Auteur: Math Akkermans, Hans Schmeets
De Heitjes en buurtcohesie, leefbaarheid en veiligheid in Heerlen

4. Veiligheidsbeleving en criminaliteit in buurt, en aanpak gemeente

Uit de statistieken is naar voren gekomen dat, in het verlengde van de buurtcohesie, het zowel met de leefbaarheid als met de (sociale) overlast in de buurten van Heerlen duidelijk slechter gesteld is dan in veel andere steden. En ook: dat dit vooral geldt voor het noordelijke gebied. Uit onderzoek van het SCP blijkt dat de mate van verloedering in een buurt medebepalend is voor de angstgevoelens (Oppelaar en Wittebrood, 2006). Te verwachten is derhalve dat de inwoners van Heerlen zich bovengemiddeld onveilig voelen. 

Hoe zit het met de veiligheid in Heerlen? Ruim een kwart van de Heerlenaren (26 procent) voelt zich weleens onveilig in de eigen buurt (zie tabel 4.1). Dit percentage is vergelijkbaar met dat in de G4 (25 procent) en hoger dan dat gemiddeld in de 52 grote gemeenten (19 procent). Hetzelfde patroon is zichtbaar als het gaat om het percentage dat zich er vaak onveilig voelt. Bij de onveiligheidsgevoelens ’s avonds op straat in de buurt en ’s avonds alleen thuis, zijn de percentages in Heerlen niet alleen hoger dan die in 52 grote gemeenten maar ook hoger dan die in de G4.  

4.1 Veiligheidsbeleving, criminaliteit en aanpak gemeente in Heerlen, zeventig-duizend-plus-gemeenten en G4, 2021
Voelt zich weleens onveilig in buurtSlachtoffers criminaliteitOordeel aanpak gemeente
%%% (zeer) tevreden
G424,528,241,8
70 000+-gemeenten18,521,542,7
Heerlen25,518,729,8
Alkmaar14,918,346,8
Almelo15,820,437,7
Almere17,718,736,1
Alphen aan den Rijn11,515,842,0
Amersfoort13,420,444,9
Amstelveen11,217,057,3
Amsterdam24,129,641,9
Apeldoorn13,014,647,2
Arnhem20,723,544,2
Breda14,318,447,5
Delft14,221,144,6
Deventer12,814,643,1
Dordrecht16,120,941,5
Ede11,416,846,3
Eindhoven19,620,642,9
Emmen14,513,041,1
Enschede21,523,839,4
Gouda21,017,437,8
s-Gravenhage 24,226,640,9
Groningen15,622,647,8
Haarlem15,421,441,4
Haarlemmermeer12,218,143,0
Helmond19,716,940,5
Hengelo 10,317,844,2
's-Hertogenbosch15,018,842,6
Hilversum14,318,746,8
Hoeksche Waard4,910,847,3
Hoorn16,716,439,1
Leeuwarden15,220,148,4
Leiden15,521,250,5
Leidschendam-Voorburg12,516,250,9
Lelystad15,717,038,7
Maastricht18,722,439,8
Meierijstad7,811,449,4
Nijmegen17,619,247,4
Nissewaard14,921,534,3
Oss13,715,742,5
Purmerend11,114,439,4
Roosendaal23,617,539,0
Rotterdam26,827,438,7
Schiedam25,425,532,4
Sittard-Geleen19,816,828,2
Súdwest-Fryslân7,19,845,9
Tilburg22,622,045,6
Utrecht 21,628,848,7
Venlo18,919,136,0
Vlaardingen25,122,630,1
Westland10,713,242,4
Zaanstad18,821,234,8
Zoetermeer15,517,547,5
Zwolle13,317,455,0
Bron: CBS

Tussen de 52 grote gemeenten zijn forse verschillen te zien in de mate waarin de inwoners zich onveilig voelen in hun buurt. In Hoeksche Waard blijft dit beperkt tot 5 procent, waarna dit oploopt tot 27 procent in Rotterdam. Na Rotterdam staat Heerlen met 26 procent op de tweede plek van de gemeenten met de meeste onveiligheidsgevoelens. Bovendien leert het overzicht dat de ervaren buurtonveiligheid in Heerlen groter is dan in de drie andere grote Limburgse gemeenten: Sittard-Geleen staat met 19 procent op plek 13, Venlo en Maastricht nemen met elk 17 procent de posities 16 en 18 op de ranglijst in. Indien rekening wordt gehouden met verschillen in de bevolkingssamenstelling tussen de steden, zoals de leeftijdsopbouw, het opleidings- en het inkomensniveau, dan schuift Heerlen slechts één positie in de ranglijst op: Heerlen behoort dan nog steeds tot de top-3 van de steden waar burgers zich in hun buurt weleens onveilig voelen. Ook bij de drie andere vormen van onveiligheid – zich vaak onveilig voelen in de buurt, in de avond op straat, en als men alleen thuis is – staat Heerlen op de hoogste treden van de onveiligheidsladders. Net als de ervaren buurtcohesie en de waardering voor de leefbaarheid van de buurt zijn ook gevoelens van onveiligheid in de buurt weinig veranderd: in 2013 voelde 29 procent zich er weleens onveilig, in 2021 26 procent. Ook het verschil tussen Heerlen, de G4 en de andere grote gemeenten is tussen 2013 en 2021 niet wezenlijk gewijzigd. In alle jaren was het rapportcijfer in Heerlen lager dan gemiddeld in de andere gemeenten.

Ook bij deze vier vormen van onveiligheid komt de tweedeling in Heerlen naar voren. In Heerlen-noord hebben de inwoners meer angstgevoelens over de buurtveiligheid dan in Heerlen-zuid. Zo voelt 30 procent van de inwoners van Heerlen-noord zich weleens en 5 procent vaak onveilig. Verder voelt zich 12 procent  ’s avonds vaak onveilig op straat, en 5 procent vaak ’s avonds onveilig als men alleen thuis is. Vooral groot is het verschil met Heerlen-zuid bij het zich onveilig voelen op straat en thuis, waar deze angst beperkt blijft tot respectievelijk 5 en 1 procent. Ook wanneer rekening worden gehouden met demografische en sociaaleconomische verschillen tussen beide stadsdelen blijft het beeld van de tweedeling in onveiligheidsgevoelens intact.

4.2 Onveiligheidsgevoelens in buurt in Heerlen, G4 en 70 000+-gemeenten, 2021
 OnderwerpWeleens onveilig in buurt (%)Vaak onveilig in buurt (%)Vaak s avonds op straat in buurt onveilig (%)Vaak s avonds alleen thuis onveilig (%)
HeerlenHeerlen totaal*25,54,89,53,9
HeerlenHeerlen-noord29,94,912,25,3
HeerlenHeerlen-zuid18,84,05,01,2
G424,54,07,02,7
70 000+-gemeenten18,52,75,02,1
* In het cijfer voor Heerlen totaal zijn ook personen meegeteld van wie niet bekend is of ze in Heerlen-noord of Heerlen-zuid wonen.

Dat de burger in Heerlen zich bovengemiddeld onveilig voelt, roept de vraag op bij welke bevolkingsgroepen dat vooral het geval is en bij welke dat minder speelt. Zijn het bijvoorbeeld vooral vrouwen, ouderen, lager opgeleiden die zich in hun buurt onveilig voelen? De onveiligheidsgevoelens in de buurt in Heerlen verschillen weinig tussen mannen en vrouwen: van de mannen voelt 26 procent zich weleens onveilig in hun buurt, van de vrouwen is dat 24 procent. Leeftijd is sterker onderscheidend. De 65-plussers voelen zich beduidend minder vaak weleens onveilig (21 procent) dan de jongere leeftijdsgroepen (rond de 28 procent). Tevens voelen met 30 procent vooral de middelbaar opgeleiden zich onveilig. Bij zowel de groep met een lage als met een hoge opleiding is dit in minder mate het geval. De sterkste relatie is te zien bij het inkomen. Van de mensen die het minst te besteden hebben voelt 37 procent zich weleens onveilig in hun buurt. Naarmate het inkomen van het huishouden hoger is, neemt dit af tot 13 procent bij de groep die het meest te besteden heeft. 

4.3 Onveiligheidsgevoelens in buurt in Heerlen naar kenmerken, 2021
   Weleens onveilig in buurt (% weleens onveilig in buurt)
Totaal25,5
GeslachtMannen25,8
GeslachtVrouwen25,2
Leeftijd15 tot 25 jaar27,5
Leeftijd25 tot 45 jaar27,4
Leeftijd45 tot 65 jaar26,9
Leeftijd65 jaar of ouder21
OnderwijsniveauLaag23,5
OnderwijsniveauMiddelbaar 30,5
OnderwijsniveauHoog22
HuishoudensinkomenEerste 20 procent (laag inkomen)36,6
HuishoudensinkomenTweede 20 procent25,9
HuishoudensinkomenDerde 20 procent28
HuishoudensinkomenVierde 20 procent20,8
HuishoudensinkomenVijfde 20 procent (hoog inkomen)12,5

Bij veiligheidsbeleving zijn niet alleen de gevoelens van onveiligheid van belang, maar ook de inschatting van het gevaar en het gedrag dat uit de gevoelens en de inschatting volgt. In de literatuur (De Vries, 2005) wordt dit aangeduid met het onderscheid tussen affectief (gevoel), cognitief (inschatting), en conatief (gedrag). Bij de cognitie gaat het om de waarneming van onveilige situaties en om inschattingen van het risico op slachtofferschap. De gevoelens van onveiligheid staan niet los van de kennis die men heeft van de onveilige situaties en de inschatting om slachtoffer te worden. Beide resulteren in een bepaald gedrag, waarvan het vermijdingsgedrag het belangrijkste onderdeel is, zoals het vermijden van bepaalde plekken en bepaald handelen.

Op het cognitieve aspect, de verstandelijke component van veiligheidsbeleving, zijn de cijfers van Heerlen vergelijkbaar met die van de G4 maar ongunstiger dan die op basis van het gemiddelde van de 52 grote gemeenten. Zo beoordeelt de Heerlenaar de veiligheid in de buurt met een 6,9 als rapportcijfer. Dat is gelijk aan dat van de G4 en lager dan dat van de andere grote gemeenten (7,2). En 18 procent denkt dat er in hun buurt veel criminaliteit plaatsvindt, vergelijkbaar met dat van de G4 (20 procent), maar een stuk hoger dan het gemiddelde van de 52 grote steden (13 procent). Ook op het conatieve aspect, de gedragscomponent, scoort Heerlen relatief ongunstig. Zo zegt 15 procent dat ze ’s avonds vaak niet opendoen omdat ze het niet veilig vinden is. In de G4 blijft dit beperkt tot 11 procent en in de 52 steden tot 9 procent. In Heerlen geeft 6 procent aan dat ze in de eigen buurt vaak omlopen of omrijden om onveilige plekken te vermijden. Dat verschilt niet ten opzichte van de G4, maar is wel hoger dan de 4 procent van de 52 grote gemeenten.  

De percentages Heerlenaren die zich weleens onveilig voelen in de buurt, die denken dat er veel criminaliteit plaatsvindt in de buurt, en die het ’s avonds niet opendoen uit veiligheidsoverwegingen liggen boven het gemiddelde van de 52 grote gemeenten, en zijn vergelijkbaar met dat van de G4. Ook bij deze vier vormen van onveiligheid komt de tweedeling in Heerlen naar voren. Zowel bij de onveiligheidsgevoelens in de buurt, de inschatting van criminaliteit in de buurt als het ’s avonds niet opendoen scoort Heerlen-noord duidelijk ongunstiger dan Heerlen-zuid.  

4.4 Veiligheidsbeleving in buurt in Heerlen, G4 en 70 000+-gemeenten, 2021
 Heerlen* (%)Heerlen-noord (%)Heerlen-zuid (%)G4 (%)70 000+-gemeenten (%)
Voelt zich weleens onveilig in buurt 25,529,918,824,518,5
Denkt dat er veel criminaliteit is in buurt18,221,413,120,413,1
Doet 's avonds vaak niet open14,719,37,511,29,4
* In het cijfer van Heerlen zijn ook personen meegeteld van wie niet bekend is of ze in Heerlen-noord of Heerlen-zuid wonen.

Criminaliteit en veiligheidsbeleving

De onveiligheidsgevoelens van slachtoffers van criminaliteit zijn beduidend groter dan die van personen die geen slachtoffer hiervan zijn (Akkermans en Kloosterman, 2020). Van de Nederlanders die in 2020 aangaven in de 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek slachtoffer te zijn geweest van een of meerdere vormen van veelvoorkomende criminaliteit zoals geweld, diefstal en inbraak, en vernielingen voelde 28 procent zich onveilig in de buurt, tegen 12 procent van de personen die geen slachtoffer waren geweest. Bij geweldsdelicten bedroegen de percentages onveiligheidsgevoelens in de buurt voor slachtoffers en niet-slachtoffers 37 en 14 procent en bij diefstal en inbraak 32 en 14 procent. Tevens scoren slachtoffers van criminaliteit ongunstiger dan niet-slachtoffers op zowel de cognitieve component, zoals het rapportcijfer voor de veiligheid in de buurt, als op de conatieve component, in de vorm van mijdgedrag. 

Gelet op deze samenhang tussen het slachtofferschap van criminaliteit en veiligheidsbeleving zou verwacht kunnen worden dat de relatief ongunstige positie van Heerlen in de veiligheidsbeleving ook tot uitdrukking komt in het slachtofferschap van criminaliteit. Dit blijkt echter niet zo te zijn. In een periode van een jaar is 18 procent van de Heerlenaren slachtoffer geweest van criminaliteit, in de 52 grote gemeenten is dat gemiddeld 22 procent, en 28 procent in de G4. Bij geweldsdelicten, zoals mishandeling en bedreiging, en bij vernielingen, bijvoorbeeld aan voertuigen, huis of tuin, zijn er weinig verschillen tussen Heerlen, de G4 en 52 grote steden. En bij vermogensdelicten, zoals diefstal en inbraak, scoort Heerlen beduidend lager dan zowel de G4 als de 52 grote gemeenten. Binnen Heerlen komt ook bij het slachtofferschap van criminaliteit de tweedeling tussen de stadsdelen naar voren. In Heerlen-noord is 22 procent – evenveel als het gemiddelde van de grote gemeenten – slachtoffer geweest van criminaliteit tegenover 13 procent in Heerlen-zuid. Het grootst is het verschil tussen de noordelijke en zuidelijke stadshelft bij geweld (9 tegen 4 procent). Bij vermogensdelicten zoals diefstal en inbraak bestaat geen verschil. 

4.5 Slachtoffers criminaliteit in Heerlen, G4 en 70 000+-gemeenten, 2021
OnderwerpHeerlen* (% )Heerlen-noord (% )Heerlen-zuid (% )G4 (% )70 000+-gemeenten (% )
Totaal18,722,313,028,221,5
Geweldsdelicten7,19,03,87,56,3
Vermogensdelicten6,66,56,117,111,8
Vernielingen9,711,17,89,87,8
* In het cijfer van Heerlen zijn ook personen meegeteld van wie niet bekend is of ze in Heerlen-noord of Heerlen-zuid wonen.

Functioneren gemeente inzake aanpak leefbaarheid en veiligheid

Van de Heerlenaren is 30 procent tevreden of zeer tevreden over het functioneren van de gemeente als het gaat om de aanpak van leefbaarheid en veiligheid, 22 procent is ontevreden of zeer ontevreden. De rest (48 procent) is tevreden noch ontevreden, of zegt dit niet te kunnen beoordelen. De inwoners van Heerlen zijn beduidend minder (zeer) tevreden met hoe hun gemeente opereert in de aanpak van leefbaarheid en veiligheid dan zowel in de G4 (42 procent) als in de 52 grote steden (43 procent) (zie tabel 4.1). In de 52 grote gemeenten loopt het percentage inwoners dat (zeer) tevreden is uiteen van 28 procent in Sittard-Geleen tot 57 procent in Amstelveen. Na Sittard-Geleen scoort Heerlen met een tevredenheidspercentage van 30 het laagst. In Venlo is er met 36 procent (plek 7) en in Maastricht met 40 procent (plek 17) meer tevredenheid over de aanpak van de gemeente. In Heerlen wordt de aanpak om de leefbaarheid en de veiligheid te verbeteren ook veel negatiever beoordeeld dan in de vier grootste steden (41 procent). Dat is opmerkelijk: hoewel de G4, net als Heerlen, ongunstig scoort op leefbaarheid, buurtoverlast en veiligheidsbeleving, is de tevredenheid over de aanpak van de gemeente op deze terreinen groter dan in Heerlen. Ook het verschil tussen Heerlen, de G4 en de andere grote gemeenten is tussen 2013 en 2021 niet wezenlijk gewijzigd. In alle jaren was de tevredenheid over het functioneren van de gemeente als het gaat om de aanpak van leefbaarheid en veiligheid lager dan in de G4 en lager dan gemiddeld in de andere gemeenten.

In tegenstelling tot de andere onderzochte thema’s is het verschil tussen Heerlen-noord (27 procent zeer tevreden) en Heerlen-zuid (34 procent) op dit punt relatief klein. Ook in het zuidelijke stadsgebied blijft de tevredenheid over de gemeentelijke aanpak van leefbaar en veiligheid achter ten opzichte van het gemiddelde van zowel de 52 grote steden als dat van de G4.  

4.6 Tevredenheid over functioneren gemeente inzake aanpak leefbaarheid en veiligheid in Heerlen, G4 en 70 000+-gemeenten, 2021
 Onderwerp(Zeer) tevreden (% (zeer) tevreden)
HeerlenHeerlen totaal*29,8
HeerlenHeerlen-noord27,0
HeerlenHeerlen-zuid34,0
G441,8
70 000+-gemeenten42,7
* In het cijfer van Heerlen totaal zijn ook personen meegeteld van wie niet bekend is of ze in Heerlen-noord of Heerlen-zuid wonen.