Inflatie blijft in mei 0 procent

Over dit onderwerp zijn nieuwere cijfers beschikbaar. Bekijk de laatste cijfers.
De inflatie volgens de consumentenprijsindex (CPI) bedroeg in mei 0,0 procent, maakt CBS bekend. Ook in april waren goederen en diensten gemiddeld even duur als een jaar eerder.

Prijsontwikkeling van pakketreizen drukt inflatie

Pakketreizen waren in mei ruim 8 procent goedkoper dan een jaar eerder. Vooral voor bestemmingen als Turkije, Griekenland en Egypte hoefden consumenten minder te betalen. Dit had een verlagend effect op de inflatie. De prijsontwikkeling van andere goederen en diensten had een opwaarts effect, waardoor de inflatie in mei per saldo hetzelfde was als in april.

Inflatie zonder energie, voeding, alcohol en tabak daalt licht

Omdat de prijsontwikkeling van energie en voeding sterk fluctueert en de prijzen van alcohol en tabak vaak stijgen door belastingmaatregelen, wordt ook gekeken naar de inflatie exclusief deze productgroepen. De inflatie volgens deze maatstaf is in mei gedaald naar 0,5 procent. In april was dit nog 0,6 procent en in maart 1,3 procent.

Inflatie (CPI) en prijsontwikkeling onderliggende clusters
 maart 2016april 2016mei 2016
Inflatie0,600
Inflatie, excl.1,30,60,5
Goederen-0,4-0,6-0,4
Energie-8,1-8-7,7
Voeding, alcohol, tabak1,41,21,6
Goederen excl.1,20,91,1
Diensten1,60,70,4

excl. = exclusief energie, voeding, alcohol en tabak

Inflatie in Nederland lager dan in de eurozone

Naast de consumentenprijsindex (CPI) stelt CBS ook de Europees geharmoniseerde prijsindex (HICP) samen.

De inflatie in Nederland volgens de HICP is in mei net als in april uitgekomen op -0,2 procent. De inflatie in de eurozone steeg van -0,2 procent in april naar -0,1 procent in mei. Daarmee komt de inflatie in Nederland voor het eerst sinds januari 2016 weer onder het niveau van de eurozone.

De HICP wordt volgens de Europees geharmoniseerde methode berekend zodat deze kan worden vergeleken met andere lidstaten van de Europese Unie. De prijsindexcijfers voor de eurozone en de Europese Unie als geheel worden berekend uit de HICP’s van de afzonderlijke lidstaten. De Europese Centrale Bank gebruikt deze cijfers voor het monetaire beleid.

De HICP houdt in tegenstelling tot de CPI geen rekening met de kosten van het wonen in de eigen woning. In de CPI worden deze kosten berekend aan de hand van de prijsontwikkeling van huurwoningen. Omdat de huurstijging hoger is dan de gemiddelde prijsstijging van andere goederen en diensten, komt de Nederlandse inflatie volgens de CPI op dit moment iets hoger uit dan volgens de HICP.