Weinig werktijd verloren door stakingen

In 2006 waren er in Nederland 31 stakingen. Het verlies aan arbeidsdagen was met 16 duizend klein. De helft van de stakingen ging over de cao, privatisering of sluiting van een vestiging.

Stijging aantal geschillen

In 2006 waren er 31 arbeidsgeschillen die tot een staking leidden. Sinds 1989 is dit niet meer zo hoog geweest. Toch was er geen sprake van grote arbeidsonrust. In totaal waren bij deze acties 11 duizend werknemers betrokken. In 2005 ging het om 29 duizend werknemers en in 2004 om 104 duizend betrokken werknemers.

Verloren arbeidsdagen, betrokken werknemers en geschillen

Verloren arbeidsdagen, betrokken werknemers en geschillen

Daling aantal verloren arbeidsdagen

Het aantal verloren arbeidsdagen was in 2006 met 16 duizend een stuk lager dan in voorgaande jaren. Het aantal verloren arbeidsdagen wisselt sterk: van 9 duizend in 2000 tot maar liefst 245 duizend in 2002. Het overgrote deel van de verloren arbeidsdagen in 2002 kwam voor rekening van de staking in de bouw.

Merendeel stakingen korter dan één werkdag

Bij 13 geschillen was de stakingsduur korter dan één dag en bij 7 geschillen was de stakingsduur 5 werkdagen of langer. Er waren enkele zeer langdurende stakingen waarbij echter weinig personen betrokken waren. Daardoor bleef het aantal verloren arbeidsdagen beperkt.

Geschillen naar stakingsduur

Geschillen naar stakingsduur

Geschillen over uiteenlopende punten

De meeste arbeidsdagen gingen verloren door geschillen over verzelfstandiging of overname en over de cao-onderhandelingen. Beide kostten ongeveer 4,5 duizend arbeidsdagen. Stakingen wegens sluiting van een vestiging kostten 4 duizend dagen.

Verloren arbeidsdagen naar reden geschil

Verloren arbeidsdagen naar reden geschil

Meeste werktijd verloren in vervoer en communicatie

Meer dan de helft van de verloren arbeidsdagen kwamen op het conto van de bedrijfstak vervoer en communicatie (8,3 duizend). Het ging vooral om geschillen bij bus- en trammaatschappijen, onder meer over werktijd, agressie tegen personeel, privatisering en onvrede over functioneren van het management. Op de tweede plaats kwam de industrie met 6,3 duizend verloren arbeidsdagen. Daar ging het veelal over een reorganisatie of banenverlies door sluiting of verplaatsing van productie.

Jo van Cruchten en Rob Kuijpers

Bron: StatLine, werkstakingen