Euro, dollar en yen

In september is de waarde van de euro ten opzichte van de dollar ruim 30% lager dan begin 1999. Ten opzichte van de yen is hij zelfs 40% lager. Deze dalende tendens is al enige tijd aan de gang.

In 1999 komt de waarde van de totale productie, het bruto binnenlands product (BBP), voor de VS uit op ruim 9 200 miljard dollar, tegen 6 500 miljard dollar in het Eurogebied en 4 400 miljard dollar in Japan. De omvang van de economie in de Eurozone is dus ongeveer 2/3 deel van die in de VS en de Japanse economie op haar beurt is ongeveer 2/3 deel van die in het Eurogebied. De productie per hoofd van de bevolking is in de VS het hoogst en in de Eurozone het laagst.

Groei, inflatie en rente

De waarde van de euro ten opzichte van de dollar of yen wordt voor een belangrijk deel bepaald door het vertrouwen van de financiële wereld in de economieën van de Eurozone, de VS en Japan. Hiervoor wordt onder andere gekeken naar verschillen in economische groei, inflatie en renteniveaus.

De economische groei is vanaf de start van de EMU in de Eurozone lager dan in de VS. In het tweede kwartaal van dit jaar bedraagt de jaar-op-jaar volumestijging van het BBP in de VS 6,1%, tegen 3,7% voor de elf eurolanden. In de loop van de afgelopen twee jaar is het verschil in groei opgelopen van 0,7%-punt tot 2,4%-punt.

Binnen het Eurogebied blijft de economische groei in met name Italië, Frankrijk en Duitsland achter bij het gemiddelde. Het zijn vooral de bestedingen van de gezinnen in deze drie Europese landen die relatief minder snel toenemen.

Na een aantal kwartalen van krimp begint de economie in Japan het afgelopen jaar langzaam uit het dal te krabbelen. De groei van het BBP blijft in de eerste helft van dit jaar vooralsnog steken op bijna 1%. Het is al meer dan vier jaar geleden dat in Japan economische groeicijfers zijn gemeten die enigszins in de buurt komen van de huidige groeicijfers in de VS.

Economische groei
0643g1.gif (5591 bytes)

De inflatie is in het Eurogebied vanaf medio 1998 lager dan in de VS. Medio vorig jaar was het verschil opgelopen tot ruim 1%-punt. Hierna is dit verschil vrij constant gebleven. Sinds begin vorig jaar zijn de kosten van levensonderhoud in Japan steeds gedaald. In vergelijking met 1995 liggen de consumentenprijzen in Japan medio 2000 slechts één procent hoger.

Inflatie
0643g2.gif (5795 bytes)

Het rendement op staatsobligaties met een looptijd van tien jaar geeft een beeld van de rente op de langere termijn. In het Eurogebied ligt de lange rente vanaf 1998 onder die in de VS. Het renteverschil is het grootst in het tweede kwartaal van 1999 (1,3%-punt). Dit verschil is de laatste tijd snel afgenomen. In het derde kwartaal van dit jaar is het nog maar 0,4%-punt. In Japan is de lange rente bijzonder laag. Het rentepercentage komt daar vanaf 1998 niet boven de 2%.

Lange-termijnrente
0643g3.gif (5538 bytes)

Volgend jaar

Volgens een prognose van het Centraal Planbureau zal in de VS de economische groei terugvallen van 5¼% dit jaar naar 3¼% volgend jaar. Voor de Eurozone zal de stijging gelijk zijn aan die van dit jaar, ongeveer 3½%. In Japan neemt de groei van het BBP toe van 1¾% naar 2½%.

De inflatie in de VS zal naar verwachting terugvallen van 3¼% in 2000 naar 2½% volgend jaar. Voor het Eurogebied voorspelt het CPB een afname van het inflatiecijfer van 2% naar 1¾%. In Japan zullen volgens het CPB ook volgend jaar de consumentenprijzen niet stijgen. Het CPB voorziet niet dat de lange rente in de VS gaat aantrekken. Daarentegen zal in de Eurozone en Japan de rente naar verwachting een half procentpunt stijgen.

Frans van Ingen Schenau

Bron: CBS, Conjunctuurbericht oktober 2000