6. Belemmeringen
Ieder kwartaal worden ondernemers gevraagd naar de belangrijkste belemmering die ze op dat moment ondervinden in de bedrijfsvoering. Van de zeven antwoordcategorieën kunnen ze er maximaal twee selecteren. De uitkomsten worden daarvoor niet genormaliseerd en geven dus het percentage ondernemers aan die de belemmering hebben gekozen.
6.1 Belemmeringen totale niet-financiële bedrijfsleven
Sinds het derde kwartaal van 2021 is het tekort aan arbeidskrachten onafgebroken de meest genoemde belemmering door ondernemers. Na de coronacrisis liep dat op tot een piek van iets meer dan 49 procent halverwege 2022. Daarna nam het langzaam af. In het derde kwartaal van 2025 is het echter weer gestegen en komt het uit op ruim 36 procent. Dit is iets hoger dan het aandeel ondernemers dat geen belemmeringen ervaart.
De belemmering onvoldoende vraag is iets toegenomen tot bijna 20 procent ten opzichte van ruim 10 procent halverwege 2022. Dit blijft echter ver onder de laatste piek van bijna 30 procent in het derde kwartaal van 2020. In mindere mate is ook de belemmering financiële beperkingen toegenomen de laatste periodes. In het tweede kwartaal van 2022 was financiële beperkingen voor ruim 4 procent van de ondernemers de belangrijkste belemmering. Inmiddels is dit geleidelijk toegenomen tot ruim 10 procent. Dit is iets meer dan vorig kwartaal. Het tekort aan productiemiddelen is sinds het tweede kwartaal van 2022 geleidelijk afgenomen. Waar toen bijna 24 procent van de ondernemers dit als belemmering aangaf, is het aandeel in het derde kwartaal van 2025 gedaald tot ruim 6 procent.
| periode_label,Tekort aan arbeidskrachten,Geen belemmeringen,Onvoldoende vraag,Financiële beperkingen,Tekort aan productiemiddelen januari 2021,12.2,37.7,23.0,5.7,4.9 april 2021,15.3,38.9,19.9,5.8,9.2 juli 2021,28.5,37.3,15.0,4.6,15.3 oktober 2021,37.8,34.1,12.3,5.1,17.0 januari 2022,35.0,32.3,11.9,4.5,17.1 april 2022,43.7,27.6,10.6,4.5,23.9 juli 2022,49.3,26.3,11.3,5.2,22.4 oktober 2022,48.2,23.7,14.1,6.9,20.4 januari 2023,44.4,27.1,15.0,8.4,16.1 april 2023,42.9,30.0,16.2,7.3,13.7 juli 2023,42.3,31.2,16.8,7.1,12.3 oktober 2023,41.7,30.3,19.6,8.8,9.5 januari 2024,37.5,32.1,20.8,8.5,7.6 april 2024,38.4,31.8,21.2,8.2,8.0 juli 2024,36.9,33.1,19.8,8.8,8.3 oktober 2024,39.9,31.9,20.4,8.7,7.5 januari 2025,35.8,35.3,19.0,10.3,7.1 april 2025,33.9,36.0,18.8,9.9,8.2 juli 2025,36.3,33.3,19.8,10.4,6.4 | Tekort aan arbeidskrachten (% bedrijven) | Geen belemmeringen (% bedrijven) | Onvoldoende vraag (% bedrijven) | Financiële beperkingen (% bedrijven) | Tekort aan productiemiddelen (% bedrijven) | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | Januari | 12,2 | 37,7 | 23,0 | 5,7 | 4,9 |
| 2021 | April | 15,3 | 38,9 | 19,9 | 5,8 | 9,2 |
| 2021 | Juli | 28,5 | 37,3 | 15,0 | 4,6 | 15,3 |
| 2021 | Oktober | 37,8 | 34,1 | 12,3 | 5,1 | 17,0 |
| 2022 | Januari | 35,0 | 32,3 | 11,9 | 4,5 | 17,1 |
| 2022 | April | 43,7 | 27,6 | 10,6 | 4,5 | 23,9 |
| 2022 | Juli | 49,3 | 26,3 | 11,3 | 5,2 | 22,4 |
| 2022 | Oktober | 48,2 | 23,7 | 14,1 | 6,9 | 20,4 |
| 2023 | Januari | 44,4 | 27,1 | 15,0 | 8,4 | 16,1 |
| 2023 | April | 42,9 | 30,0 | 16,2 | 7,3 | 13,7 |
| 2023 | Juli | 42,3 | 31,2 | 16,8 | 7,1 | 12,3 |
| 2023 | Oktober | 41,7 | 30,3 | 19,6 | 8,8 | 9,5 |
| 2024 | Januari | 37,5 | 32,1 | 20,8 | 8,5 | 7,6 |
| 2024 | April | 38,4 | 31,8 | 21,2 | 8,2 | 8,0 |
| 2024 | Juli | 36,9 | 33,1 | 19,8 | 8,8 | 8,3 |
| 2024 | Oktober | 39,9 | 31,9 | 20,4 | 8,7 | 7,5 |
| 2025 | Januari | 35,8 | 35,3 | 19,0 | 10,3 | 7,1 |
| 2025 | April | 33,9 | 36,0 | 18,8 | 9,9 | 8,2 |
| 2025 | Juli | 36,3 | 33,3 | 19,8 | 10,4 | 6,4 |
| Bron: CBS, EIB, KVK, MKB-Nederland, VNO-NCW | ||||||
6.2 Belemmeringen per bedrijfstak
De belemmeringen voor het totale niet-financiële bedrijfsleven geven een goed beeld op macro-economisch niveau. De uitkomsten voor de onderliggende bedrijfstakken geven een indicatie voor de verwachtingen op bedrijfstakniveau en zorgen daarmee voor gedetailleerdere informatie.
Tekort aan arbeidskrachten blijft de belangrijkste belemmering
Met ruim 36 procent blijft het tekort aan arbeidskrachten de belangrijkste belemmering voor bedrijven. Ten opzichte van een jaar geleden is dit percentage nagenoeg gelijk gebleven. Bij de meeste bedrijfstakken ligt het percentage iets lager dan een jaar geleden.
In de informatie en communicatie en de cultuur, sport en recreatie is het tekort aan arbeidskrachten als belangrijkste belemmering het sterkst gedaald. In de detailhandel is dit het sterkst gestegen, op grote afstand gevolgd door de bouwnijverheid. Ook in de autohandel- en reparatie ervaren meer ondernemers dit en nam het percentage toe naar 57 procent. Daarmee wordt het tekort aan arbeidskrachten in deze bedrijfstak het vaakst genoemd als belemmering. In de verhuur en handel van onroerend goed en de bouwnijverheid wordt het tekort aan arbeidskrachten het minst vaak genoemd.
| ,juli 2025,juli 2024 Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven),36.3,36.9 ,, Autohandel en -reparatie,57.1,56.4 Vervoer en opslag,47.9,51.8 Zakelijke dienstverlening,45.8,50.7 Horeca,40.6,42.4 Detailhandel (niet in auto's),39.2,23.6 Groothandel en handelsbemiddeling,30.8,30.0 Industrie,30.7,31.2 "Cultuur, sport en recreatie",29.8,37.7 Informatie en communicatie,29.3,41.5 "Landbouw, bosbouw en visserij",27.1,28.9 Bouwnijverheid,23.7,18.6 Verhuur en handel van onroerend goed,23.3,29.0 | juli 2025 (% bedrijven) | juli 2024 (% bedrijven) |
|---|---|---|
| Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) | 36,3 | 36,9 |
| nan | nan | |
| Autohandel en -reparatie | 57,1 | 56,4 |
| Vervoer en opslag | 47,9 | 51,8 |
| Zakelijke dienstverlening | 45,8 | 50,7 |
| Horeca | 40,6 | 42,4 |
| Detailhandel (niet in auto's) | 39,2 | 23,6 |
| Groothandel en handelsbemiddeling | 30,8 | 30,0 |
| Industrie | 30,7 | 31,2 |
| Cultuur, sport en recreatie | 29,8 | 37,7 |
| Informatie en communicatie | 29,3 | 41,5 |
| Landbouw, bosbouw en visserij | 27,1 | 28,9 |
| Bouwnijverheid | 23,7 | 18,6 |
| Verhuur en handel van onroerend goed | 23,3 | 29,0 |
| Bron: CBS, EIB, KVK, MKB-Nederland, VNO-NCW | ||
Het aandeel bedrijven dat financiële beperkingen als belangrijkste belemmering ervaart, ligt met ruim 10 procent iets hoger dan een jaar geleden. Binnen de bedrijfstakken zijn grotere verschillen zichtbaar. Zo is het percentage bij de informatie en communicatie vergeleken met een jaar geleden van 7 procent naar bijna 12 procent gestegen. Ook bij de cultuur, sport en recreatie, de groothandel en de landbouw, bosbouw en visserij is het relatief sterk gestegen. Binnen de vervoer en opslag worden financiële beperkingen minder vaak als belangrijkste belemmering genoemd. Met 28,5 procent wordt deze belemmering verreweg het vaakst genoemd in de vastgoedsector. In de bouwnijverheid zijn er geen ondernemers die dit als belangrijkste belemmering ervaren.
| ,juli 2025,juli 2024 Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven),10.4,8.8 ,, Verhuur en handel van onroerend goed,28.5,25.7 "Cultuur, sport en recreatie",21.7,17.8 Horeca,13.8,13.9 Vervoer en opslag,13.3,14.9 "Landbouw, bosbouw en visserij",12.9,9.9 Informatie en communicatie,11.7,7.1 Detailhandel (niet in auto's),10.7,8.6 Industrie,10.4,8.8 Groothandel en handelsbemiddeling,10.1,6.7 Zakelijke dienstverlening,8.5,7.1 Autohandel en -reparatie,8.2,8.6 Bouwnijverheid,0.0,0.2 | juli 2025 (% bedrijven) | juli 2024 (% bedrijven) |
|---|---|---|
| Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) | 10,4 | 8,8 |
| nan | nan | |
| Verhuur en handel van onroerend goed | 28,5 | 25,7 |
| Cultuur, sport en recreatie | 21,7 | 17,8 |
| Horeca | 13,8 | 13,9 |
| Vervoer en opslag | 13,3 | 14,9 |
| Landbouw, bosbouw en visserij | 12,9 | 9,9 |
| Informatie en communicatie | 11,7 | 7,1 |
| Detailhandel (niet in auto's) | 10,7 | 8,6 |
| Industrie | 10,4 | 8,8 |
| Groothandel en handelsbemiddeling | 10,1 | 6,7 |
| Zakelijke dienstverlening | 8,5 | 7,1 |
| Autohandel en -reparatie | 8,2 | 8,6 |
| Bouwnijverheid | 0,0 | 0,2 |
| Bron: CBS, EIB, KVK, MKB-Nederland, VNO-NCW | ||