Lagere energierekening, effecten van lagere prijzen en energiebesparing

Toelichting

Het gebruik van gemiddelde prijzen

De StatLinetabel met consumentenprijzen voor gas en elektriciteit geeft de gemiddelde maandelijkse prijs van de verschillende componenten van de gas- en elektriciteitsrekening. Deze componenten zijn: belastingen, netwerk- en leveringskosten en kunnen een vaste component hebben en een variabele.

Per component wordt een gemiddelde berekend, gebaseerd op de informatie van energieleveranciers over de tarieven die zij hanteren voor de verschillende contracten en het aantal aansluitingen (huishoudens). De prijzen van contracten verschillen bijvoorbeeld per leverancier, per soort energie (groen of grijs), per dagdeel (dag- en nachtstroom of een enkele meter voor één tarief) en contractduur. Bij het berekenen van het gemiddelde voor de prijscomponenten is door weging rekening gehouden met het aantal aansluitingen voor de verschillende contracten. Bij het gebruik van deze prijzen voor het berekenen van de gemiddelde energierekening voor huishoudens op nationaal niveau levert dat een goede benadering. Voor een huishouden dat precies evenveel energie verbruikt als het gemiddelde kan de hoogte van de energierekening wel hoger of lager uitpakken, afhankelijk van het contract met de energieleverancier.

Belastingen op energie

Er zijn twee specifieke heffingen op energie: de energiebelasting en de opslag duurzame energie (ODE). De ODE is in 2013 ingevoerd en de opbrengsten van deze belasting gaan naar de subsidiëring van duurzame energie. Energiebedrijven innen de energiebelasting en ODE voor elke verbruikte kilowattuur stroom en kubieke meter gas en dragen dit vervolgens af aan de overheid. Omdat de overheid energie als een basisbehoefte ziet, krijgt elk huishouden een vast belastingbedrag terug. Dit is de heffingskorting. Deze heffingskorting wordt verrekend per elektriciteitsaansluiting en heeft daardoor in de berekeningswijzen in dit artikel soms alleen een zichtbaar effect op de prijs van elektriciteit. Ten slotte betaalt elk huishouden btw over de energierekening. De levering, het transport en de energiebelastingen vallen allemaal onder het hoge btw-tarief van 21 procent.

Berekening van een gemiddelde energierekening

Met de StatLinetabel consumentenprijzen voor gas en elektriciteit kan een gemiddelde gas- en elektriciteitsrekening uitgerekend worden. Hiervoor worden de variabele tarieven (de tarieven per verbruikseenheid) vermenigvuldigd met het verbruik en opgeteld bij de vaste tarieven.

Opbouw van een gemiddelde elektriciteits- en gasrekening (inclusief btw)
Tarief januari 2021VerbruikTotaal
Gas, transportkosten (vast)187,851187,85
Gas, leveringskosten (vast)70,19170,19
Gas, leveringskosten (variabel)0,2661192317,07
Gas, ODE0,102971192122,74
Gas, energiebelasting0,421761192502,74
Totaal jaarbedrag gas..1200,59
Elektriciteit, transportkosten (vast)257,361257,36
Elektriciteit, leveringskosten (vast)71,33171,33
Elektriciteit, leveringskosten (variabel)0,06972464171,74
Elektriciteit, ODE0,0363246489,44
Elektriciteit, energiebelasting0,114082464281,09
Totaal jaarbedrag elektriciteit. . 870,96
Heffingskorting-558,561-558,56
Totaal jaarbedrag energierekening..1512,99

Het berekenen van prijs- en verbruikseffecten

De prijs van energie en het verbruik bepalen de hoogte van de energierekening. De totale gemiddelde verandering van de energierekening kunnen we uitsplitsen in prijs en verbruikseffecten Hiervoor gebruiken we de zogenoemde methode voor Bennet-indicatoren.
Als we de energierekening van januari 2021 vergelijken met die van januari 2020 dan kunnen we de totale verandering van de energierekening als volgt splitsen in een prijseffect en een verbruikseffect:

  • Voor het prijseffect houden we het verbruik constant. Het gehanteerde verbruik is het gemiddelde van 2020 en 2021.
  • Voor het verbruikseffect houden we de prijs constant. De gehanteerde prijs is het gemiddelde van januari 2021 en januari 2020.

De som van dit prijs- en verbruikseffect komt overeen met het totale verschil in de energierekening tussen januari 2021 en januari 2020. Voor de berekening van de energierekening in januari 2021 worden dan de prijzen van januari 2021 en het geraamde gemiddelde verbruik van 2021 genomen en voor de berekening van 2020 worden de prijzen van januari 2020 en het verbruik van 2020 genomen.
Het geraamde gemiddelde verbruik voor 2021 is 2 464 kWh elektriciteit en 1 192 m3 gas. Voor 2020 is het geraamde verbruik 2 547 kWh elektriciteit en 1 217 m3 gas.
Het verbruik heeft logischerwijs alleen effect op de variabele kosten die de gebruiker per kubieke meter gas of per kilowattuur elektriciteit betaalt en niet op de vaste kosten. De vaste kosten veranderen alleen in prijs, niet in hoeveelheid.

Gemiddeld gas- en elektriciteitsverbruik

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) berekent het gemiddelde gas- en elektriciteitsverbruik door huishoudens. Woningen op stadswarmte zijn uitgesloten en het totale gasverbruik wordt gecorrigeerd voor verschillen in buitentemperatuur (zie toelichting Temperatuurcorrectie gasverbruik). Om te komen tot het gemiddelde gasverbruik per bewoonde woning wordt het totale temperatuur gecorrigeerde gasverbruik van alle huishoudens in Nederland gedeeld door het totaal aantal bewoonde woningen zonder stadswarmte.

Voor het gemiddelde elektriciteitsverbruik wordt de opwekking met eigen zonnepanelen gesaldeerd met de totale levering. Er kan sprake zijn van enige overcompensatie omdat niet bekend is welke leveringen reeds zijn gesaldeerd en welke niet (zie toelichting Saldering van elektriciteitsleveringen). De totale levering van elektriciteit aan huishoudens door energiemaatschappijen wordt daarnaast nog verminderd met leveringen aan gemeenschappelijke ruimten, zoals galerijen en liften. Om te komen tot het gemiddelde elektriciteitsverbruik per bewoonde woning wordt de gecorrigeerde totale leveringshoeveelheid van elektriciteit gedeeld door het totaal aantal bewoonde woningen in Nederland.

Saldering van elektriciteitsleveringen

We spreken in dit artikel voor het gemak over het energieverbruik van huishoudens, maar feitelijk betreft de informatie de energieleveringen aan huishoudens. Deze informatie is afkomstig van netbeheerders. Sommige netbeheerders leveren informatie over de gesaldeerde elektriciteitslevering, dus na correctie voor eventuele teruglevering bij zonnestroom. Andere berichtgevers leveren informatie over de niet-gesaldeerde leveringen. Bij oude, analoge meters is de levering altijd gesaldeerd omdat daarbij de meter terugloopt. Het is op dit moment niet bekend welke informatie gesaldeerd is en welke niet. In elk geval zullen woningen met zonnestroom minder elektriciteit afnemen dan identieke woningen zonder zonnestroom doordat een deel van de opgewekte stroom ook direct door het huishouden gebruikt wordt.

Temperatuurcorrectie gasverbruik

Het grootste deel van het gasverbruik wordt gebruikt voor ruimteverwarming. In een jaar met een zachte winter gebruiken huishoudens hierdoor gemiddeld minder gas dan in een jaar met een strenge winter. Bij het berekenen van prijseffecten en de mogelijkheden voor energiebesparing wordt daarom vaak gewerkt met temperatuur gecorrigeerde gasverbruiken. Hierbij wordt het daadwerkelijk gasverbruik omgerekend naar de hoeveelheid aardgas die verbruikt zou zijn als de temperatuur in een jaar gemiddeld geweest zou zijn. Er zijn diverse correctiemethoden ontwikkeld. De in dit artikel gebruikte gasverbruiken zijn gecorrigeerd voor temperatuur met dezelfde methode als gebruikt in de Klimaat- en Energieverkenning. Kenmerk van deze methode is dat voor elk jaar het verwachte aantal graaddagen wordt bepaald. Omdat het de laatste jaren warmer wordt, leidt dit tot een dalend gasverbruik voor ruimteverwarming.