Impactmonitor aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling 2021

2. Uitgangspunten van de impactmonitor

2.1 Opzet en inhoud

De opzet van de impactmonitor is gebaseerd op de ‘dummy’-impactmonitor die de onderzoeksadviescommissie van het programma ‘Geweld hoort nergens thuis’ in 2019 heeft ontwikkeld3). Op basis van gesprekken in focusgroepen met ervaringsdeskundigen, professionals, beleidsfunctionarissen en vertegenwoordigers van opleidingen heeft de onderzoeksadviescommissie bepaald wat de meest relevante indicatoren zijn en welke bronnen en publicaties het meest geschikt zijn om uit te putten. Vervolgens heeft de commissie in samenspraak met verschillende experts op het gebied van het inrichten van een monitor, onderzocht hoe de indicatoren meetbaar kunnen worden gemaakt. Belangrijke uitgangspunten hierbij waren het aansluiten op bestaande bronnen en publicaties, het voorkomen van aanvullende registraties en het bevorderen van een lerende verbeterbeweging.

Het gaat naast kwantitatieve ook om kwalitatieve indicatoren, lokaal en landelijk te verzamelen, met de nadruk op de thema’s: 

  • Toerusting door initiële opleiding van toekomstige professionals
  • Eerder signaleren en bespreken 
  • Inter- en multidisciplinaire samenwerking bij complexe casuïstiek 
  • Vergroting bereik Veilig Thuis 
  • Samenhangende en effectieve hulp met structurele aandacht voor veiligheid 
  • Verbinding zorg en veiligheid 
  • Verbetering outcome

Naast deze thema’s zal de monitor ook informatie bevatten over de omvang van huiselijk geweld en kindermishandeling, de aard van het geweld en kenmerken van daders en slachtoffers.

De impactmonitor is opgezet als groeimodel. In hoofdstuk 3 wordt gerapporteerd over de indicatoren die op dit moment beschikbaar zijn. Dit zijn indicatoren op het terrein van aard en omvang van huiselijk geweld en kindermishandeling, kenmerken van daders en slachtoffers en indicatoren binnen de thema’s Vergroting bereik Veilig Thuis, Verbinding zorg en veiligheid, Eerder Signaleren en Bespreken en Verbetering outcome. Veel van de uitkomsten die in deze rapportage gepresenteerd worden, zijn niet afkomstig van het CBS. Het CBS heeft geen controle uitgevoerd op de cijfers van andere partijen. Zie hoofdstuk 4 voor meer informatie over de gebruikte bronnen en rapportages. 

Onderstaande figuur geeft een schematisch overzicht van alle beoogde informatie in de impactmonitor, zoals de onderzoeksadviescommissie die in 2019 voor het eerst heeft vastgesteld en in 2020 heeft geactualiseerd4).  

Inhoud van de impactmonitor op hoofdlijnen

Ten opzichte van de vorige editie van de impactmonitor zijn de volgende nieuwe indicatoren toegevoegd:

  • Strafrechtelijke indicatoren over huiselijk geweldzaken bij Openbaar Ministerie (OM) en Zittende Magistratuur (ZM): uitstroom OM, eindvonnis rechter in 1e aanleg, opgelegde straffen en maatregelen;
  • Aantal slachtoffers van moord- en doodslag waarbij de (vermoedelijke) dader de (ex-) partner is.

Daarnaast zijn een groot aantal bestaande indicatoren geactualiseerd met recente informatie tot en met het 1e halfjaar van 2021; dit geldt met name bij de indicatoren die gebaseerd zijn op gegevens van Veilig Thuis, politie en de Raad voor de Kinderbescherming.  Ook zijn recentere uitkomsten opgenomen over recidive onder daders van huiselijk geweld. Indicatoren waarover ten opzichte van de vorige rapportage geen actuelere informatie beschikbaar is, zijn ook opgenomen in deze editie van de monitor om een compleet beeld te schetsen. 

In de komende jaren wordt de monitor stapsgewijs verder uitgebreid, onder meer met indicatoren over samenhangende en effectieve hulp, inter- en multidisciplinaire samenwerking, de rol van omstanders en toerusting van toekomstige professionals. De monitor laat ook ontwikkelingen in de tijd zien. Bij het samenstellen van de volgende edities van de monitor zal de vergelijkbaarheid in de tijd van gebruikte bronnen een belangrijk uitgangspunt zijn. Meer informatie over de stapsgewijze uitbreiding van de monitor is te vinden in de eerder genoemde dummy-monitor. 

De verschillende indicatoren in de impactmonitor gaan niet allemaal over dezelfde periode. Daarnaast kunnen de indicatoren niet allemaal met dezelfde frequentie geactualiseerd worden. Zo zijn er bijvoorbeeld elk half jaar actuele cijfers vanuit de Veilig Thuis-organisaties, maar zijn actuele cijfers over prevalentie slechts met tussenpozen van enkele jaren beschikbaar. Elk jaar zal een rapportage verschijnen op basis van de op dat moment beschikbare gegevens.

Naast deze rapportage is er het interactieve dashboard Impactmonitor Huiselijk geweld en kindermishandeling. Op dit dashboard worden, naast landelijke uitkomsten, ook regionale cijfers visueel in beeld gebracht en met elkaar vergeleken. Het dashboard ondersteunt daarmee de leerprocessen op lokaal en regionaal niveau. 
Het dashboard wordt twee keer per jaar geactualiseerd met de op dat moment nieuw beschikbare cijfers. 

Het dashboard Impactmonitor huiselijk geweld en kindermishandeling geeft zicht op het brede speelveld bij de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling. Daarnaast publiceert het CBS een separaat dashboard, het regionale dashboard Veilig Thuis dat in meer detail inzoomt op de meldingen, adviezen, diensten en overdrachten bij de Veilig Thuis organisaties. 

2.2 Definitie van kindermishandeling en huiselijk geweld

In de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en de Jeugdwet worden huiselijk geweld en kindermishandeling als volgt gedefinieerd:  

Huiselijk Geweld

Lichamelijk, geestelijk of seksueel geweld of bedreiging daarmee door iemand uit de huiselijke kring; familielid, een huisgenoot, de echtgenoot of voormalig echtgenoot of een mantelzorger (Wmo 2015). Vormen van geweld in huiselijke kring: kindermishandeling, (ex-)partnergeweld, huwelijksdwang en eergerelateerd geweld, ouderenmishandeling en vrouwelijke genitale verminking. 

Kindermishandeling

Elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel. Vormen: 

  • Lichamelijke mishandeling 
  • Lichamelijke verwaarlozing 
  • Psychische mishandeling 
  • Psychische verwaarlozing 
  • Seksueel misbruik 
  • Getuige zijn van geweld in het gezin 

Een deel van de bronnen die in deze impactmonitor zijn gebruikt, hanteert een afwijkende definitie. Bij een indicator die afwijkt van bovenstaande definities, zal de afwijking expliciet benoemd worden. Zie hiervoor ook hoofdstuk 4 Verantwoording van de impactmonitor.

3) Advies dummy monitor.
4) Sinds 2019 werkt de onderzoekscommissie aan het verder uitwerken van de indicatoren die nog moeten worden toegevoegd aan de monitor. Voor dit plaatje is uitgegaan van de versie uit december 2020. Voortschrijdend inzicht kan er daarbij toe leiden dat de uiteindelijk gekozen indicator qua naam en definitie iets afwijkt van dit in 2020 geactualiseerde overzicht.