1. Inleiding
In verschillende bronnen is informatie beschikbaar over zelfstandigen, maar de cijfers uit deze bronnen lopen uiteen. In CBS (2024) is beschreven hoe de Enquête beroepsbevolking (EBB), het Integraal Inkomens- en Vermogensonderzoek (IIV) en het Zelfstandigenonderzoek Zorg en Welzijn (ZZW) zich tot elkaar verhouden en voor welke informatiebehoefte iedere bron het meest geschikt is. Uit dat onderzoek kwam naar voren dat de keuze voor een bron afhangt van het doel van het onderzoek. In grote lijnen geldt: de EBB is het meest geschikt voor actuele cijfers en globale kenmerken, het IIV voor detailanalyses (zoals regionale uitsplitsingen), en het ZZW voor informatie over motieven van zelfstandigen zonder personeel in zorg en welzijn.
De EBB is daarmee de primaire bron voor actuele aantallen zelfstandigen in zorg en welzijn. Door het steekproefkarakter hebben de uitkomsten van de EBB in de tijd echter meer fluctuaties dan het IIV. Vooral op (sub)brancheniveau binnen zorg en welzijn bestaat daarom behoefte aan actuelere en preciezere informatie. Daarnaast speelt de vraag hoeveel zelfstandigen een KvK-registratie hebben buiten zorg en welzijn, maar in de praktijk wel hun belangrijkste opdrachten binnen deze bedrijfstak uitvoeren, waardoor het aantal zelfstandigen in zorg en welzijn mogelijk wordt onderschat.
Op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft het CBS daarom onderzocht in hoeverre het Algemeen Bedrijvenregister (ABR) kan worden gebruikt om een actueel beeld te geven van zelfstandigen in zorg en welzijn. Daarnaast is, met aanvullende vragen uit de Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA), geanalyseerd in welke bedrijfstak zelfstandig ondernemers hun belangrijkste opdrachten uitvoeren, en in hoeverre dit overeenkomt met de bedrijfstak waarin zij staan geregistreerd.
Hoofdstuk 2 beschrijft op basis van de EBB hoeveel personen als zelfstandige werken binnen zorg en welzijn en hoe deze aantallen zich ontwikkelen. Hoofdstuk 3 richt zich op de ondernemingen in het ABR en onderzoekt of een benadering vanuit ondernemingen meer actuele details biedt over zelfstandigen in zorg en welzijn. Hoofdstuk 4 gaat in op de klanten van zelfstandig ondernemers. Met aanvullende informatie uit de ZEA wordt zichtbaar in welke bedrijfstak hun belangrijkste opdrachten plaatsvinden en in hoeverre dit aansluit bij de geregistreerde bedrijfstak van hun eigen bedrijf.