Niet-beroepsbevolking
Drie op de tien 15- tot 75-jarigen behoren niet tot beroepsbevolking
De totale bevolking van 15 tot 75 jaar, 12,8 miljoen mensen, kan worden onderverdeeld in de beroepsbevolking en de niet-beroepsbevolking. Het leeuwendeel, 70 procent, behoort tot de beroepsbevolking. In het derde kwartaal van 2016 ging het om bijna 9,0 miljoen personen. Het overige deel, 30 procent, behoort niet tot de beroepsbevolking. Deze bestaat uit ruim 3,8 miljoen personen, 44 duizend meer dan een jaar eerder. Vooral scholieren en studenten, mensen die zorgen voor gezin of huishouden, arbeidsongeschikten en gepensioneerden maken geen deel uit van de beroepsbevolking.
Vooral meer middelbaar opgeleiden, 65-plussers en mannen in niet-beroepsbevolking
Er behoorden in het afgelopen kwartaal 45 duizend middelbaar opgeleiden meer tot de niet-beroepsbevolking dan een jaar eerder. Ook kwamen er opnieuw meer 65-plussers bij. Dit hangt samen met de vergrijzing. Het aantal 65-plussers dat geen deel uitmaakt van de beroepsbevolking nam toe met 44 duizend. Verder maakten in het derde kwartaal meer mannen geen deel uit van de beroepsbevolking. Hun aantal nam toe met 37 duizend.
3e kwartaal 2016 | 3e kwartaal 2015 | |
---|---|---|
Onderwijsniveau | ||
Laag | 1,786 | 1,796 |
Middelbaar | 1,334 | 1,289 |
Hoog | 0,63 | 0,619 |
Leeftijd | ||
15 tot 25 jaar | 0,632 | 0,622 |
25 tot 35 jaar | 0,26 | 0,252 |
35 tot 45 jaar | 0,265 | 0,262 |
45 tot 55 jaar | 0,357 | 0,365 |
55 tot 65 jaar | 0,707 | 0,721 |
65 tot 75 jaar | 1,595 | 1,551 |
Geslacht | ||
Mannen | 1,597 | 1,56 |
Vrouwen | 2,22 | 2,213 |
Bronnen
- StatLine - Arbeidsdeelname; binding met de arbeidsmarkt