Beschikbaar inkomen huishoudens 1,4 procent hoger in tweede kwartaal

Over dit onderwerp zijn nieuwere cijfers beschikbaar. Bekijk de laatste cijfers.
© CBS / Nikki van Toorn
Het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens was in het tweede kwartaal van dit jaar 1,4 procent hoger dan een jaar eerder. De toename is vooral toe te schrijven aan een stijging van de beloning van werknemers, door hogere cao-lonen en meer gewerkte uren. De hypotheekschuld groeide met 3,3 miljard euro ten opzichte van een kwartaal eerder, naar 819,9 miljard euro. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de financiën van huishoudens.

Netto reëel beschikbaar inkomen huishoudens
   Beschikbaar inkomen (reëel) (%-verandering t.o.v. een jaar eerder, voortschrijdend jaargemiddelde)
20171e kwartaal2,4
20172e kwartaal2
20173e kwartaal1,8
20174e kwartaal1
20181e kwartaal1
20182e kwartaal1,5
20183e kwartaal2,1
20184e kwartaal2,6
20191e kwartaal2,7
20192e kwartaal2,7
20193e kwartaal2,2
20194e kwartaal2,4
20201e kwartaal2,8
20202e kwartaal2
20203e kwartaal2,6
20204e kwartaal2,4
20211e kwartaal1,6
20212e kwartaal3,1
20213e kwartaal2,8
20214e kwartaal2,3
20221e kwartaal3
20222e kwartaal 2,2
20223e kwartaal2
20224e kwartaal2
20231e kwartaal1,7
20232e kwartaal 1,4

Beloning werknemers draagt meest bij aan stijging huishoudinkomen

Het inkomen van zowel werknemers als zelfstandigen lag hoger dan in het tweede kwartaal van 2022. De totale beloning van werknemers groeide met 7,9 procent. Het aantal gewerkte uren groeide met 1,4 procent, terwijl de cao-lonen 5,7 procent hoger waren. Het gemengd inkomen lag 8,7 procent hoger. Dit komt vooral door de grotere toegevoegde waarde als gevolg van prijsstijgingen in de gehele economie.

De stijging van het totaal aan ontvangen uitkeringen bedroeg 9,4 procent. Dat komt vooral doordat uitkeringen vaak zijn gekoppeld aan het minimumloon, dat per 1 januari 2023 met ruim 10 procent toenam. Daarnaast stegen de uitkeringen ook extra sterk door indexatie van pensioenen. Huishoudens betaalden 8,4 procent meer belastingen en sociale premies.

Om tot het reëel beschikbaar inkomen te komen, wordt het netto beschikbaar inkomen gecorrigeerd voor prijsstijgingen.

Bijdrage van verschillende componenten aan de opbouw van het beschikbaar inkomen, tweede kwartaal
 2023 (mld euro)2022 (mld euro)
Belastingen en sociale premies-80,7-74,4
Exploitatieoverschot10,88,2
Saldo inkomen uit vermogen en overige inkomensoverdrachten18,315,7
Gemengd inkomen25,123,1
Sociale uitkeringen45,841,8
Beloning van werknemers128,8119,4

Hypotheekschuld neemt toe, schuldquote daalt

In het tweede kwartaal van 2023 nam de woninghypotheekschuld toe met 3,3 miljard euro vergeleken met een kwartaal eerder. De hypotheekschuld loopt minder sterk op dan vorig jaar doordat de huizenprijzen dalen en er minder woningen worden verkocht. Doordat de economie nominaal harder groeide, nam de hypotheekschuld als percentage van het bbp af; van 83,2 procent in het eerste kwartaal van 2023 naar 81,8 procent in het tweede kwartaal van 2023. Dit is het laagste niveau na het derde kwartaal van 2002.

Hypotheekschuld huishoudens
   Hypotheekschuld (% bbp (voortschrijdend jaargemiddelde))
20001e kwartaal74,5
20002e kwartaal75,3
20003e kwartaal76,4
20004e kwartaal76,7
20011e kwartaal76,8
20012e kwartaal77,4
20013e kwartaal78,1
20014e kwartaal78,8
20021e kwartaal79,4
20022e kwartaal80,5
20023e kwartaal81,5
20024e kwartaal82,6
20031e kwartaal83,6
20032e kwartaal85,1
20033e kwartaal87,3
20034e kwartaal88,5
20041e kwartaal89,4
20042e kwartaal90,4
20043e kwartaal91,5
20044e kwartaal91,9
20051e kwartaal92,6
20052e kwartaal93,1
20053e kwartaal94,2
20054e kwartaal94,8
20061e kwartaal95
20062e kwartaal95,4
20063e kwartaal95,4
20064e kwartaal95,8
20071e kwartaal96,3
20072e kwartaal96,4
20073e kwartaal97
20074e kwartaal96,9
20081e kwartaal96,6
20082e kwartaal96,8
20083e kwartaal96,8
20084e kwartaal97,7
20091e kwartaal99,1
20092e kwartaal101,3
20093e kwartaal103,3
20094e kwartaal104,9
20101e kwartaal105,7
20102e kwartaal106,1
20103e kwartaal106
20104e kwartaal105,5
20111e kwartaal105,2
20112e kwartaal105,4
20113e kwartaal105,5
20114e kwartaal105,6
20121e kwartaal105,7
20122e kwartaal105,9
20123e kwartaal106,4
20124e kwartaal106,2
20131e kwartaal105,6
20132e kwartaal105
20133e kwartaal105
20134e kwartaal103,7
20141e kwartaal103,2
20142e kwartaal103
20143e kwartaal102,6
20144e kwartaal102,3
20151e kwartaal102,2
20152e kwartaal101,5
20153e kwartaal100,8
20154e kwartaal100,6
20161e kwartaal100,3
20162e kwartaal100,1
20163e kwartaal100,2
20164e kwartaal99,4
20171e kwartaal98,8
20172e kwartaal98,2
20173e kwartaal97,5
20174e kwartaal96,7
20181e kwartaal95,8
20182e kwartaal95,2
20183e kwartaal94,5
20184e kwartaal93,9
20191e kwartaal92,9
20192e kwartaal92,2
20193e kwartaal91,4
20194e kwartaal90,6
20201e kwartaal90,6
20202e kwartaal92,8
20203e kwartaal93,7
20204e kwartaal94,4
20211e kwartaal94,9
20212e kwartaal92,7
20213e kwartaal91,7
20214e kwartaal90,2
20221e kwartaal88,8
20222e kwartaal87,9
20223e kwartaal86,6
20224e kwartaal84,8
20231e kwartaal83,2
20232e kwartaal81,8