Meeste ouders wonen na scheiding niet ver van elkaar
Voor dit onderzoek zijn ouders (van verschillend geslacht) die in 2014 uit elkaar gingen, en een of meer thuiswonende minderjarige kinderen hadden, uit het bevolkingsregister geselecteerd. Dat waren ruim 29 duizend paren. De afstand tussen de woonadressen van de gescheiden ouders is in vogelvlucht gemeten op 1 januari 2015 (vlak na de scheiding), en op 1 januari 2018 (drie jaar na scheiding).
Afstand | 1 januari 2015 (%) | 1 januari 2018 (%) |
---|---|---|
Minder dan 2 km | 43,40 | 39,23 |
2 tot 5 km | 22,46 | 20,93 |
5 tot 10 km | 12,89 | 13,36 |
10 km of meer | 21,24 | 26,48 |
Afstand na drie jaar wat groter
Vlak na de scheiding woonde 21 procent van de ouderparen tien kilometer of verder uit elkaar. Bij een kleine minderheid (5 procent) was de afstand meer dan vijftig kilometer. In de jaren na een scheiding verhuizen mensen relatief veel. Tussen 1 januari 2015 en 1 januari 2018 veranderde de onderlinge afstand van bijna twee derde van de gescheiden ouders. In de meeste gevallen gingen zij verder uit elkaar wonen. Op 1 januari 2018 woonde 26 procent van de paren tien kilometer of meer uit elkaar. Het aandeel dat op minder dan 2 kilometer afstand woonde, was in drie jaar gedaald van 43 naar 39 procent.
Met schoolgaande kinderen dichter bij elkaar
Ouders met één gezamenlijk kind gaan doorgaans verder bij elkaar vandaan wonen dan ouders met meer dan één kind. Daarnaast speelt de leeftijd van de kinderen ten tijde van de scheiding een rol. Ouders van wie het jongste (of enige) kind jonger dan 4 jaar is wonen na de scheiding het verst uit elkaar. Als het jongste (of enige) kind in de basisschoolleeftijd is (4 tot 12 jaar) blijven ouders het dichtst bij elkaar in de buurt wonen. Uit eerder onderzoek bleek dat ouders van kinderen in de basisschoolleeftijd na de scheiding relatief vaak kiezen voor co-ouderschap.
Leeftijd jongste kind | 1 kind (%) | 2 of meer kinderen (%) |
---|---|---|
Jonger dan 4 jaar | 31,2 | 40,15 |
4 tot 12 jaar | 45,23 | 51,64 |
12 jaar of ouder | 41,14 | 43,52 |
1)Gemeten op 1 januari 2015 |
Met lager inkomen en op platteland verder uit elkaar
Hoe lager het inkomen, hoe verder ouders na de scheiding van elkaar wonen. Van de paren met een gezamenlijk inkomen dat tot de hoogste 20 procent behoort, bleef ruim de helft binnen twee kilometer van elkaar wonen. Bij de laagste inkomens was dat ruim een derde. Naast de hoogte van het inkomen speelt ook de inkomensverhouding tussen de partners een rol: tweeverdieners bleven vaker bij elkaar in buurt wonen dan eenverdieners.
Ouders op het platteland wonen na de scheiding doorgaans verder uit elkaar dan ouders in een stedelijke omgeving. Van de ouderparen die uit elkaar gingen in een (zeer) sterk stedelijke gemeente woonde 19 procent vlak na de scheiding tien kilometer of meer van elkaar. Bij ouderparen die zijn gescheiden in een niet-stedelijke woongemeente was dit 27 procent.
Afstand | minder dan 2 km (%) |
---|---|
Eerste 20% (laagste inkomen) | 34,19 |
Tweede 20% | 42,30 |
Derde 20% | 44,93 |
Vierde 20% | 48,80 |
Vijfde 20% (hoogste inkomen) | 51,24 |
Nieuwe partner vergroot de afstand
Ruim drie jaar na de scheiding woonde bijna een kwart van de gescheiden ouders met een nieuwe partner samen. Wanneer vaders en moeders gaan samenwonen met een nieuwe partner wordt de afstand met de ex-partner doorgaans groter. Als beide exen met een nieuwe partner zijn gaan samenwonen, woont ruim 40 procent meer dan tien kilometer uit elkaar. Als geen van beiden opnieuw is gaan samenwonen, is dat 22 procent.
Partnerstatus | Minder dan 2 km (%) | 2 tot 5 km (%) | 5 tot 10 km (%) | 10 km of meer (%) |
---|---|---|---|---|
Beiden geen nieuwe partner | 43,87 | 22,00 | 12,53 | 21,60 |
Vrouw woont met nieuwe partner | 32,99 | 19,79 | 14,58 | 32,64 |
Man woont met nieuwe partner | 33,69 | 19,33 | 14,34 | 32,65 |
Beiden wonen met nieuwe partner | 26,36 | 17,71 | 15,47 | 40,46 |
1)Op 1 januari 2018 |
Bronnen
- Statistische Trends - Meerderheid gescheiden ouders blijft bij elkaar in de buurt