Beschikbaar inkomen van huishoudens stijgt
Het beschikbaar inkomen van huishoudens is in het derde kwartaal van 2015 met 1,5 procent gestegen ten opzichte van een jaar eerder. Dit meldt CBS. Vooral loonstijgingen en sociale uitkeringen hebben sterk bijgedragen aan de groei.
Inkomens nemen toe door lonen werknemers
De stijging van het reëel beschikbaar inkomen in het derde kwartaal werd voornamelijk veroorzaakt door een toename van de lonen van werknemers met 1,3 miljard euro. Dit kwam onder meer door hogere cao-lonen, maar ook doordat er meer werknemers aan het werk waren. Ook omdat zelfstandigen meer gingen verdienen (300 miljoen euro) steeg het totaal beschikbare inkomens van huishoudens. De sociale uitkeringen namen in vergelijkbare mate toe als een kwartaal eerder. Door de vergrijzing is sprake van een structurele toename van de AOW en de aanvullende pensioenuitkeringen.
Voor tweede kwartaal op rij meer hypotheekopname dan aflossingen
Het derde kwartaal van 2015 werd er voor 2,8 miljard euro meer aan woninghypotheken afgesloten dan er werd afgelost. Het is het tweede kwartaal op rij waarin de afsluitingen van nieuwe hypotheken de aflossingen overtroffen. Daarvoor was er lange tijd sprake van netto-aflossingen. Dat dit niet langer het geval is, houdt waarschijnlijk zowel verband met de per 1 januari 2015 beëindigde verruimde schenkingsvrijstelling als met de aantrekkende woningmarkt. De verruimde schenkingsregeling vormde enerzijds een stimulans voor aflossingen, en drukte anderzijds de hoogte van nieuw afgesloten hypotheken.
De woningmarkt trek al enige tijd aan. Zo zijn in het derde kwartaal bijna 30 procent meer bestaande koopwoningen verkocht dan een jaar eerder en zijn de verkoopprijzen van bestaande koopwoningen over dezelfde periode met 2,9 procent gestegen.
Marktaandeel van overige financiële intermediairs slinkt met bijna een derde
Het marktaandeel van banken op de hypotheekmarkt is ten opzichte van het derde kwartaal van 2010 met 9 procentpunt gestegen. Aan het eind van het derde kwartaal van 2015 bedroeg het marktaandeel van banken 61 procent van de uitstaande hypotheken.
De belangrijkste andere partij wat hypotheken betreft zijn de zogeheten overige financiële intermediairs, met 28 procent. Deze beheren vooral pakketten van hypotheken, via zogeheten securitisaties. Sinds het uitbreken van de kredietcrisis zijn deze securitisaties minder in trek geraakt. Het aandeel van de overige financiële intermediairs op de hypotheekmarkt is hierdoor met ongeveer een derde afgenomen ten opzichte van het derde kwartaal van 2010.
Verzekeraars hebben hun aandeel sinds het derde kwartaal van 2010 bijna verdubbeld tot zeven procent. Beleggingsinstellingen hebben slechts een aandeel van 2 procent, maar dit is wel een duidelijke stijging ten opzichte van het derde kwartaal van 2010. Hun hypotheekportefeuille bedraagt nu 10 miljard euro, tegenover nog geen 2 miljard euro in het derde kwartaal van 2010. Pensioenfondsen bleven de laatste jaren steken op een aandeel van 2 procent.