Tijdreeks aandeel duurzame energie volgens de finale energiemethode 1990-2008

In december 2008 hebben het Europees Parlement en de Raad (de regeringen van de EU-landen) overeenstemming bereikt over een richtlijn voor duurzame energie. In deze richtlijn zijn bindende afspraken opgenomen over het aandeel duurzame energie voor de verschillende EU-landen in 2020. De richtlijn bevat een beschrijving van de methode voor het berekenen van dit aandeel duurzame energie. Het gaat om de zogenaamde finale energiemethode. De in de richtlijn beschreven methode wijkt van de in Nederland gebruikte substitutiemethode en op enkele details ook van de finale energie methode, zoals beschreven in het oorspronkelijke voorstel voor de richtlijn van de Europese Commissie (januari 2008).

In Duurzame Energie in Nederland 2007 (CBS, 2008) staan de verschillen tussen substitutiemethode en de finale energiemethode uitgebreid beschreven. Echter, de laatste versie van de richtlijn is in die publicatie nog niet meegenomen. Dat zal gebeuren in de eerstvolgende versie van Duurzame Energie in Nederland.

Onderstaande tabel geeft alvast de percentages duurzame energie volgens de finale energiemethode, zoals beschreven in de Europese richtlijn voor duurzame energie van december 2008. Zoals in deze richtlijn voorgeschreven, is bij deze berekening van het huishoudelijk afval alleen het biogene deel meegeteld. Verder zijn alle warmtepompen meegenomen. Het zou kunnen dat in de toekomst een deel van de warmtepompen niet meetelt. Dat hangt af van de precieze invulling van de methode voor warmtepompen.

Aandeel duurzame energie in het bruto-eindverbruik van energie in Nederland