1. Inleiding

Dit artikel beschrijft de Kernprognose 2025-2070 van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS): de meest waarschijnlijk geachte ontwikkeling van de Nederlandse bevolking in de komende decennia. De prognose geeft inzicht in de verwachte bevolkingsomvang en leeftijdsopbouw tot 2070, en in het verloop van geboorte, sterfte, immigratie en emigratie. De veranderingen in de bevolking hebben gevolgen voor verschillende beleidsterreinen, zoals de zorg, de woningmarkt en de arbeidsmarkt.

De prognose is gebaseerd op demografische trends uit het verleden en recente gegevens tot en met september 2025. Op basis hiervan worden veronderstellingen gemaakt over de toekomstige ontwikkeling van de bevolking, die in een prognosemodel worden toegepast op de uitgangssituatie van 1 januari 2025. De uitkomst is een jaar-op-jaarraming van de bevolking naar leeftijd en geslacht, en van de onderliggende demografische stromen.

Deze prognose is een actualisatie van de Bevolkingsprognose 2023–2070 (Stoeldraijer et al., 2023), met de nieuwste inzichten en cijfers. Anders dan in die prognose wordt de bevolking nu niet naar herkomst onderscheiden. In 2024 is ook een Kernprognose gemaakt, voor 2024-2070 (Stoeldraijer et al., 2024). De uitkomsten van de huidige Kernprognose worden daarmee vergeleken, of met die van de Bevolkingsprognose 2023-2070.

Model voor de prognose van de bevolking

De prognose van de bevolking is berekend met het cohort-componentenmodel. Dit is een simulatiemodel dat de bevolking aan het eind van het jaar bepaalt door geboorte, sterfte, migratie en veroudering te verrekenen met de bevolking aan het begin van het jaar. Door dit van jaar op jaar te doen kan steeds verder vooruit worden gekeken. Input voor het model zijn kansen die bepalen hoeveel vrouwen gedurende het jaar een kind zullen krijgen, hoeveel mensen zullen emigreren en hoeveel mensen zullen sterven. Daarnaast dienen immigratieaantallen als input.

Om de bovengenoemde kansen te bepalen worden veronderstellingen gemaakt op basis van ontwikkelingen in het (recente) verleden en hoe de werkelijke ontwikkeling aansluit op de verwachting in de vorige prognose. Op basis van de bevindingen zijn de veronderstellingen uit de vorige prognose bijgesteld of, wanneer daartoe aanleiding was, opnieuw opgesteld.

De prognose beschrijft de meest waarschijnlijk geachte ontwikkeling van de bevolking. Omdat deze verwachting ook onzekerheden kent, zijn prognose-intervallen berekend: een marge (onder- en bovengrens) rond de prognose die een indruk geeft van de verwachte nauwkeurigheid van die prognose.

De gebruikte definities staan in de begrippenlijst.