Stikstofemissies naar lucht

De stikstofuitstoot naar de lucht bestaat voornamelijk uit ammoniak (NH3) en stikstofoxiden (NOx). In 2021 bestond de stikstofemissie naar de lucht uit 122 miljoen kilogram ammoniak (met name afkomstig uit de landbouw) en 178 miljoen NOx (vooral uit verkeer en industrie). Omgerekend naar elementaire stikstof (N) bedraagt dit in totaal 155 miljoen kilogram stikstof, waarvan 101 miljoen kilogram uit ammoniak (65 procent) en 54 miljoen kilogram uit NOx (35 procent). Stikstofemissies worden in dit artikel berekend aan de hand van de ‘National Emission Ceilings’ (NEC)-richtlijnen (Emissies van luchtverontreinigende stoffen). Hiervoor geldt de zogeheten NEC-definitie, en die heeft tot gevolg dat deze cijfers afwijken van de tabel ‘Emissies naar lucht op Nederlands grondgebied; totalen’.

Ammoniak

Verreweg de meeste ammoniak komt vrij in de landbouw (ongeveer 87 procent van de totale ammoniakemissie), en wordt gevormd wanneer ureum uit de urine van landbouwdieren in zogeheten drijfmest reageert met het enzym urease uit de uitwerpselen van het vee. Dit proces treedt op in de stallen en bij het uitrijden van mest op landbouwgrond. Het merendeel van de uitstoot van ammoniak in de landbouw komt voor rekening van rundvee (54 procent), gevolgd door varkens (17 procent) en pluimvee (11 procent).

Na de landbouw volgen huishoudens op grote afstand, met bijna 9 procent van de totale ammoniakemissie. De meeste ammoniak komt vrij bij het ademen en transpireren van mensen. Ook de mest van huisdieren en het roken van sigaren en sigaretten telt mee in deze post. Er komt tot slot nauwelijks ammoniak vrij in het verkeer of in de industrie (maar voornamelijk NOx).

 

Emissie van ammoniak (NH3) naar bron, 2021*
Bron (NH3)Aandeel in ammoniakemissie
Landbouw86
Particuliere huishoudens8,6
Diensten, afval en water1,6
Wegverkeer2,5
Nijverheid 1,2
Overige bronnen (o.a. energiesector en scheepvaart)0,1
*voorlopige cijfers

Stikstofoxiden

Stikstofoxiden (NOx) komen vooral vrij bij verbrandingsprocessen, waarbij zuurstof (O2) en stikstof (N2) uit de lucht met elkaar reageren. Deze verbrandingsprocessen vinden met name plaats bij voertuigen met een verbrandingsmotor, en bij industriële processen, zoals in energiecentrales en hoogovens. Het wegverkeer heeft met 33 procent verreweg het grootste aandeel in de NOx-emissie. Gevolgd door de scheepvaart met 13,6 procent. Zeevaart en visserij tellen hierin niet mee maar in overige bronnen.

De nijverheid (met onder meer de (chemische) industrie en de bouw) hebben allebei een aandeel van ongeveer 12 procent. De bouwsector draagt voor ongeveer 0,3 procent bij aan de NOx-uitstoot. Ook de luchtvaart heeft een relatief klein aandeel in de totale uitstoot van stikstofoxiden (1,5 procent): net als bij de scheepvaart gaat het alleen om emissies boven Nederlands grondgebied. Deze worden bij benadering berekend aan de hand van de verbranding van brandstof tijdens het opstijgen, landen en taxiën van vliegtuigen, aangevuld met het verlies door verdamping van brandstof. NOx-uitstoot tijdens de rest van de vlucht – buiten de Nederlandse landsgrenzen - telt dus niet mee.

De landbouw stoot voor ongeveer 8 procent uit van de NOx-uitstoot. De uitstoot van NOx door de landbouw hangt vooral samen met het verwarmen van kassen en mobiele werktuigen in de landbouw.

Emissie van stikstofoxiden (NOx) naar bron, 2021*
Bron (NOx)Aandeel in emissie stikstofoxiden
Wegverkeer33,2
Overige bronnen17,4
Landbouw8,4
Scheepvaart13,6
Nijverheid 12,1
Energiesector10
Luchtvaart1,5
Particuliere huishoudens3,9
*voorlopige cijfers