Gebruik van ANPR-cameradata op goudschaaltje gewogen

/ Auteur: Gerben Stolk
Vrachtwagens worden geladen en gelost
© ANP / Dolph Cantrijn
Met een zekere regelmaat krijgt het CBS het verzoek nieuwe databronnen te gebruiken om zo te voorzien in de informatiebehoefte van de overheid. Dan is het zaak een zorgvuldige afweging te maken ten aanzien van die informatiebehoefte, bijvoorbeeld door na te gaan of er maatregelen moeten worden getroffen die het risico op een privacy-inbreuk beperken tot een aanvaardbaar niveau. Het CBS heeft onlangs zo’n afwegingsproces afgerond na een vraag van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) om met ANPR-data (Automatic Number Plate Recognition) meer inzicht te krijgen in de transitie naar zero-emissievervoer in gemeenten.

Zero-emissie

In steeds meer binnensteden ontstaan gebieden waar in de toekomst voertuigen die CO2 en fijnstof uitstoten niet meer mogen rijden. Dit geldt ook voor bedrijfsvoertuigen die nu bijvoorbeeld bedrijven bevoorraden. Om de betreffende gemeenten met hun beleid in de transitie naar zero-emissievervoer te begeleiden is het zaak meer inzicht te krijgen in de verschillende aspecten: welke doelgroepen rijden de zones in- en uit? Hoe vaak doen zij dit? Wat voor voertuigen zijn het? Voor welke voertuigen zijn uitzonderingen en mogelijk ontheffingen van toepassing?

VESDI-platform

Het inzicht kan worden verworven door data samen te voegen. Enerzijds de kentekennummers – ANPR-gegevens – van bedrijfsvoertuigen die zich in de stad begeven en die gemeenten zelf verzamelen. Maar die vertellen niet of de eigenaar bijvoorbeeld is verbonden aan een bloemenhandel of pakketdienst. Daarom zijn anderzijds data gewenst waarover het CBS de beschikking heeft. Het gaat om data van het platform VESDI, dat onder meer gegevens bevat over voertuigbezit, ritten en zendingen van bedrijfsvoertuigen. Het CBS heeft het VESDI-platform ingericht met als doel te voorzien in informatie die overheden nodig hebben om beleid te maken en te monitoren. Het platform is nog in ontwikkeling, waardoor nu nog niet alle vragen kunnen worden beantwoord. Na het verzoek van het ministerie van IenW heeft het CBS daarom onderzocht of het ANPR-data van Nederlandse gemeenten kan toevoegen aan het platform.

Privacygevoelige gegevens

‘Met kentekendata kan het CBS door koppeling de branche bepalen waarin het bedrijf actief is’, zegt Frank Halmans. Hij is bij het CBS plaatsvervangend directeur van de directie Verkeer en Vervoer. ‘Maar het gaat om zowel camera- als locatiedata. Dat zijn privacygevoelige gegevens en daarom zijn we uiterst zorgvuldig omgegaan met het verzoek van het ministerie. Na een grondig afwegingstraject – dat bijna een jaar in beslag heeft genomen – heeft het CBS in februari van dit jaar besloten akkoord te gaan. De gemeente Utrecht gaat dit jaar als eerste formeel ANPR-gegevens leveren, waarna wij de gevraagde analyses kunnen doen.’
Vrachtwagens in de stad
© ANP

Aandachtspunten

Na het verzoek van het ministerie heeft het CBS zichzelf eerst de vraag gesteld of het gebruik van ANPR-data voor dit doel proportioneel is. Zijn er geen alternatieven die minder inbreuk maken op de privacy van betrokkenen? Vervolgens zijn alle risico’s en aandachtspunten op het gebied van privacy in kaart gebracht. Dit is verplicht op basis van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en richtlijnen van de Autoriteit Persoonsgegevens. Zo’n proces wordt een DPIA genoemd: een data protection impact assessment. Voordat ze de gegevens gaan gebruiken voor het specifieke doel, willen de betrokken partijen vaststellen dat de gegevens rechtmatig en behoorlijk kunnen worden verwerkt. Verder achterhalen ze welke potentiële privacy-risico’s eraan verbonden zijn voor mensen die het aangaat, in dit geval de eigenaren van bedrijfsvoertuigen. En als het nodig is, gaan ze ook na hoe deze risico’s kunnen worden beperkt met maatregelen. Een DPIA leidt tot een advies voor bestuurders van de betreffende partij, in dit geval het CBS.

Borging

Het CBS liet zich bij het DPIA-traject ondersteunen door een advieskantoor dat zich op dit gebied heeft gespecialiseerd: Privacy Company. Directeur Arnold Roosendaal zegt: ‘Het is te prijzen dat het CBS een beroep heeft gedaan op externe expertise, op een frisse blik vanaf de zijlijn. Dat geeft aan hoeveel waarde het hecht aan de borging van privacy. Het doel van de samenwerking was dat de voorgenomen koppeling van data zo weinig mogelijk impact zou hebben op de privacy.’

Rechtvaardiging

Wat rechtvaardigt de verstrekking van ANPR-gegevens aan het CBS? Wat is de grondslag? Dit is een cruciale vraag waarover de DPIA-werkgroep zich boog. Die bestond uit vertegenwoordigers van het CBS, de gemeente Utrecht, het ministerie van IenW en de Privacy Company. Halmans: ‘Tijdens de uitvoering van het DPIA-proces is geconcludeerd dat het Klimaatakkoord van Parijs en de daaruit voortvloeiende gemeentelijke zero-emissiezones zwaarder wegen dan de relatief beperkte privacy-inbreuk die het gevolg is van de verstrekking en verwerking van ANPR-gegevens.’ Paul Knoppers, senior informatie- en procesadviseur van de gemeente Utrecht, zegt daarover: ‘De gemeente heeft samenhangende publieke taken om te zorgen voor luchtkwaliteit en klimaatmaatregelen. De analyses die het CBS kan doen met data van gemeentelijke zero-emissiezones geven ons inzicht in het transport in de binnenstad en dat helpt ons om effectieve maatregelen te treffen.’

Gerespecteerd

Het is essentieel dat de privacy van voertuigeigenaren zoveel mogelijk wordt gerespecteerd. De werkgroep bracht de risico’s in kaart en kwam tot maatregelen om die te beperken tot een aanvaardbaar niveau. Halmans: ‘Zo is er het risico dat je niet voldoet aan het beginsel van dataminimalisatie. Dat is bijvoorbeeld het geval als je meer data inzet dan nodig is om je doel te bereiken.’ Roosendaal: ‘Nu wordt geborgd dat uitsluitend informatie wordt gedeeld over bedrijfsvoertuigen die de binnenstad in- en uitgaan.’ Een ander gevaar is dat data worden gebruikt voor andere doelen dan is afgesproken. Dat wordt function creep genoemd. De bedachte maatregel om dit te voorkomen is dat bij een aanpassing van de doeleinden of reikwijdte een nieuw of aanvullend DPIA moet worden opgesteld.

Waardevol

Het DPIA-traject werd in 2023 afgerond, waarna het advies terechtkwam bij de functionaris gegevensbescherming (FG) van het CBS. Die had, vanwege zijn toetsende rol, geen deel uitgemaakt van de werkgroep en kon dus met een onafhankelijke blik het document van advies voorzien. Halmans: ‘De FG signaleerde in zijn advies een aantal aanvullende risico’s. Heel waardevol, want zo kon de werkgroep extra maatregelen bedenken om deze potentiële risico’s te verkleinen om de privacy te borgen.’

Ethiek

De gemeente Utrecht heeft de aandacht voor privacy beklemtoond met een extra initiatief. Voor projecten die te maken hebben met innovatie en data heeft de gemeente een methodiek ontwikkeld: Uthiek. Knoppers: ‘Een vaste groep medewerkers, onder wie de datacommissaris, buigt zich dan met betrokkenen over een aantal vragen. Kunnen wij uitleggen waarom we dit project willen doen? Vinden wij het bijvoorbeeld acceptabel om persoonsgegevens te gebruiken? Doen we dat op een goede manier? De leidraad tijdens deze sessie is een afwegingsmodel van het Rathenau Instituut. Daarin gaat het niet alleen over privacy, maar bijvoorbeeld ook over gezondheid, machtsverhoudingen en menselijke waardigheid. Over mogelijke verstrekking van ANPR-gegevens is vorig jaar ook een Uthiek-sessie belegd. Dat heeft geleid tot een advies aan onze manager Mobiliteit, die van het College van Burgemeester & Wethouders het mandaat heeft en eindverantwoordelijk is.’

Transparant

In het advies staan maatregelen vermeld, bijvoorbeeld voor transparante communicatie. Knoppers: ‘Zodra we de ANPR-gegevens naar het CBS gaan sturen, zal de gemeente dit op haar website laten weten en verzorgen we een persbericht. We maken er dan ook melding van in ons verwerkingsregister, waarin staat welke persoonsgegevens we verwerken. De gemeente Utrecht denkt dat dankzij het zorgvuldige proces en de nuttige maatregelen de privacy-inbreuk tot een minimum wordt beperkt.’

Zeer zorgvuldig traject

Angelique Berg, Directeur-Generaal van het CBS, toont zich verheugd dat zij onlangs haar akkoord kon geven op het gebruik van ANPR-data om een goed beeld te krijgen van de mate van elektrificeren van bedrijfsvoertuigen in verband met de overgang naar zero-emissiezones in gemeenten. ‘Wij zijn niet over één nacht ijs gegaan. De bevindingen uit het praktijkexperiment met de gemeente Utrecht en de Privacy Company waren voor ons uitermate waardevol. Dat gold ook voor de ethieksessie die de gemeente Utrecht hierover organiseerde met ons en alle andere betrokkenen. Terugkijkend kunnen we concluderen dat het traject op een zeer zorgvuldige wijze is verlopen.’