Bruto-investeringen in materiële vaste activa; volumecijfers per maand
Perioden | Volume-index (2015=100) | Volumeontwikkeling t.o.v. jaar eerder (%) |
---|---|---|
2022 februari* | 122,0 | 5,0 |
2022 maart* | 138,0 | -4,0 |
2022 april* | 134,0 | -0,5 |
2022 mei* | 134,0 | 8,0 |
2022 juni* | 141,2 | 3,7 |
2022 juli* | 121,2 | 0,0 |
2022 augustus* | 85,4 | 4,1 |
2022 september* | 138,7 | 4,5 |
2022 oktober* | 136,6 | 4,0 |
2022 november* | 144,0 | 3,6 |
2022 december* | 108,5 | -1,1 |
2023 januari* | 127,7 | 8,7 |
2023 februari* | 128,6 | 5,4 |
2023 maart* | 144,1 | 4,4 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
De uitkomsten betreffen de indexcijfers en de jaar-op-jaar-ontwikkelingen van het volume van de bruto-investeringen in materiële vaste activa. De indexcijfers zijn op basis van 2015=100. Onder de investeringen in materiële vaste activa vallen de uitgaven door vennootschappen, huishoudens, instellingen zonder winstoogmerk en overheid aan geproduceerde materiële activa die langer dan een jaar in het productieproces worden gebruikt. Investeringen in immateriële vaste activa (onderzoek en ontwikkeling, software, licenties e.d.) zijn niet meegerekend.
Gegevens beschikbaar vanaf: januari 2004.
Status van de cijfers:
De cijfers over 2020, 2021, 2022 en 2023 zijn voorlopig. De overige cijfers zijn definitief.
Wijzigingen per 22 mei 2023:
De cijfers over maart 2023 zijn toegevoegd. De cijfers over januari en februari 2023 zijn bijgesteld.
De cijfers kunnen worden bijgesteld door het beschikbaar komen van nieuwe en bijgestelde broninformatie. Bovendien worden de maandcijfers aangepast aan de uitkomsten van de kwartaalrekeningen en nationale rekeningen. Eens in de vijf jaar vindt een revisie van de nationale rekeningen plaats.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Ongeveer zeven weken na de verslagperiode.
Toelichting onderwerpen
- Volume-index
- Volume-index op basis van 2015=100
Bruto investeringen in materiële vaste activa:
De aanschaf van productiemiddelen die kunnen worden ingezet tijdens een productieproces en hierbij niet direct worden opgebruikt. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een gebouw of een machine zoals een hoogoven. Dit in tegenstelling tot goederen of diensten die tijdens het productieproces worden opgebruikt, zoals ijzererts, het 'intermediair verbruik'. Bij grensgevallen wordt volgens internationale afspraken van vaste activa gesproken wanneer zij ten minste één jaar bruikbaar zijn. Hoewel zij niet worden opgebruikt, kunnen vaste activa in de loop der jaren wel in waarde verminderen, door slijtage of omdat bijvoorbeeld de techniek veroudert ('economische veroudering'). Voor dit verouderingsproces moeten producenten afschrijvingen doen. Bij 'bruto-investeringen' zijn die afschrijvingen niet afgehaald van de waarde van de investeringen, bij 'netto-investeringen' is dit wel het geval.
De volgende investeringen in materiële vaste activa worden onderscheiden: bouwwerken, machines, apparatuur, vervoermiddelen, wapensystemen, computers en in cultuur gebrachte biologische hulpbronnen. De precieze afbakening van de investeringen is te vinden in artikel 3.124 e.v. van het Europees Systeem van Rekeningen 2010 (ESR 2010). - Volumeontwikkeling t.o.v. jaar eerder
- Procentuele volumeontwikkeling ten opzichte van een jaar eerder. De volumeontwikkeling geeft de voor de prijsontwikkeling gecorrigeerde ontwikkeling van de bruto investeringen in materiële vaste activa weer.
Bruto investeringen in materiële vaste activa:
De aanschaf van productiemiddelen die kunnen worden ingezet tijdens een productieproces en hierbij niet direct worden opgebruikt. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een gebouw of een machine zoals een hoogoven. Dit in tegenstelling tot goederen of diensten die tijdens het productieproces worden opgebruikt, zoals ijzererts, het 'intermediair verbruik'. Bij grensgevallen wordt volgens internationale afspraken van vaste activa gesproken wanneer zij ten minste één jaar bruikbaar zijn. Hoewel zij niet worden opgebruikt, kunnen vaste activa in de loop der jaren wel in waarde verminderen, door slijtage of omdat bijvoorbeeld de techniek veroudert ('economische veroudering'). Voor dit verouderingsproces moeten producenten afschrijvingen doen. Bij 'bruto-investeringen' zijn die afschrijvingen niet afgehaald van de waarde van de investeringen, bij 'netto-investeringen' is dit wel het geval.
De volgende investeringen in materiële vaste activa worden onderscheiden: bouwwerken, machines, apparatuur, vervoermiddelen, wapensystemen, computers en in cultuur gebrachte biologische hulpbronnen. De precieze afbakening van de investeringen is te vinden in artikel 3.124 e.v. van het Europees Systeem van Rekeningen 2010 (ESR 2010).