Grotere veestapel: meer melkvee, biggen en kippen

© ANP

Op 1 april 2014 waren er in Nederland 4 miljoen runderen. Dit is bijna 2 procent meer dan een jaar eerder. Er werd vooral meer melkvee gehouden. De  varkensstapel bleef vrijwel onveranderd. Een forse toename van het aantal biggen werd deels gecompenseerd door een daling van het aantal vleesvarkens. Dit blijkt uit de voorlopige uitkomsten van de Landbouwtelling 2014.

Melkveestapel groeit

Het aantal melk- en kalfkoeien is tussen 1 april 2013 en 1 april 2014 toegenomen met 19 duizend dieren (ruim één procent) tot 1,57 miljoen dieren. Het hoogste aantal in de afgelopen 15 jaar. Er is ook een toename bij het jongvee voor de fokkerij. Dit aantal is gestegen met 62,5 duizend naar 1,31 miljoen dieren. Hiermee anticipeert de melkveehouderij op de afschaffing van de melkquota in 2015. Bij de vleeskalveren nam het aantal dieren  met 0,7 procent af en het overige jongvee voor de slacht nam af met 4 procent.

Verschil aantal dieren, 1 april 2013 - 1 april 2014

2014-veestapel-2014-g1

Meer biggen, minder vleesvarkens

In april 2014 telde Nederland 12,2 miljoen varkens, ruim duizend minder dan een jaar eerder. Het aantal biggen steeg met bijna 2 procent tot 5,4 miljoen dieren. Daarentegen daalde het aantal vleesvarkens met bijna 2 procent tot 5,7 miljoen dieren. Het aantal fokvarkens steeg met bijna 1 procent naar 1,2 miljoen dieren.

Meer vleeskuikens

Begin april 2014 waren er 103 miljoen kippen, een stijging van ruim vijf miljoen dieren ten opzichte van een jaar eerder. Deze stijging komt vooral door de stijging (+ 6,4  procent) van het aantal vleeskuikens tot 47,1 miljoen en iets minder door de stijging (+ 3,9 procent) van het aantal leghennen tot 46,6 miljoen dieren.

Renzo Ghianni
StatLine